Kootwijkerbroekerweg I

5.2 Bodem

In het kader van de ontwikkeling van het gebied dient te worden beoordeeld of de uiteindelijke bodemkwaliteit binnen dit gebied uit oogpunt van volksgezondheid en milieu aan zekere kwaliteitsnormen voldoet om te voorkomen dat op verontreinigde grond wordt gebouwd en geleefd.
Om dit te kunnen beoordelen is in opdracht van Midden Nederland Milieu door Hunneman Milieu-Advies een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd. Het onderzoeksrapport is bijgevoegd onder bijlage 2. Hieronder wordt slechts de conclusie van dit onderzoek weergegeven. De volledige rapportage is als separate bijlage bij dit bestemmingsplan gevoegd.

Tijdens het veldonderzoek dat in het kader van het bodemonderzoek werd verricht zijn, met uitzondering van enkele puinbijmengingen, op of in de bodem zintuiglijk geen indicaties waargenomen die duiden op de mogelijke aanwezigheid van bodemverontreiniging. Zintuiglijk is geen asbestverdacht materiaal op of in de bodem aangetroffen.

Ter plaatse van de voormalige bovengrondse olietank zijn in de vaste bodem en het grondwater licht verhoogde gehalten aan oliecomponenten aangetoond. De aangetoonde gehalten overschrijden in geringe mate de streefwaarden maar vormen geen aanleiding tot nader onderzoek.

In de vaste bodem en het grondwater op het overig terrein zijn licht verhoogde gehalten aan zware metalen, PAK en minerale olie aangetoond. In het grondwater zijn licht verhoogde gehalten aan zware metalen aangetoond. De aangetoonde gehalten overschrijden de streefwaarden, maar vormen geen aanleiding tot nader onderzoek.

Conclusie

De onderzoeksresultaten tonen aan dat er geen sprake is van reële risico's voor de volksgezondheid en het milieu. In dit kader zijn er geen belemmeringen aanwezig voor het vastleggen van de nieuwe bestemming en voor de eventuele afgifte van een bouwvergunning.