Plan: | Harselaar-Zuid Fase 1a |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0203.1017-0004 |
Normstelling en beleid
Langs alle wegen - met uitzondering van 30 km/h-wegen en woonerven - bevinden zich op grond van de Wet geluidhinder (Wgh) geluidszones waarbinnen de geluidshinder vanwege de weg getoetst moet worden. De breedte van de geluidszone is afhankelijk van het aantal rijstroken en van binnen of buiten stedelijke ligging. Op basis van jurisprudentie dient in het kader van een goede ruimtelijke ordening ook bij 30 km/h-wegen de aanvaardbaarheid van de geluidsbelasting te worden onderbouwd. De geluidshinder wordt berekend aan de hand van de Europese dosismaat Lden (L day-evening-night). Deze dosismaat wordt weergegeven in dB. Deze waarde vertegenwoordigt het gemiddelde geluidsniveau over een etmaal.
Voor de geluidsbelasting aan de buitengevels van woningen en andere geluidsgevoelige bestemmingen binnen de wettelijke geluidszone van een weg geldt een voorkeursgrenswaarde van 48 dB. In bepaalde gevallen is vaststelling van een hogere waarde mogelijk. Hogere grenswaarden kunnen alleen worden verleend nadat is onderbouwd dat maatregelen om de geluidsbelasting aan de gevel van geluidsgevoelige bestemmingen terug te dringen onvoldoende doeltreffend zijn, dan wel overwegende bezwaren ontmoeten van stedenbouwkundige, verkeerskundige, vervoerskundige, landschappelijke of financiële aard. Deze hogere grenswaarde mag de uiterste grenswaarde niet te boven gaan.
Er is sprake van een reconstructie in de zin van de Wgh, indien er fysieke wijzigingen aan een bestaande weg optreden en waarbij als gevolg van deze veranderingen de geluidsbelasting met 2 dB of meer toeneemt, waarbij opvulling tot 48 dB is toegestaan.
Indien de voorkeursgrenswaarde wordt overschreden met 2 dB of meer, is sprake van een reconstructiesituatie in de zin van de Wgh en dienen maatregelen te worden onderzocht om de geluidstoename te beperken tot 1 dB of minder. Hebben geluidsreducerende maatregelen onvoldoende effect of zijn deze ongewenst, dan kan door het bevoegd gezag, onder bepaalde voorwaarden, een hogere waarde worden vastgesteld met een toename van 2 tot 5 dB, met dien verstande dat deze de uiterste grenswaarde niet te boven mag gaan.
In het kader van wegverkeerslawaai spreekt men van een saneringssituatie wanneer in de zone van een weg geluidgevoelige bestemmingen voorkomen die op 1 maart 1986 een hogere geluidbelasting hadden dan 60 dB(A). Voor de saneringssituaties dient door het treffen van geluidmaatregelen de geluidbelasting teruggebracht te worden tot minimaal de voorkeurswaarde van 48 dB mits deze maatregelen doelmatig worden geacht op basis van de Regeling doelmatigheid geluidmaatregelen Wet geluidhinder. Tevens moet worden aangetoond dat de grenswaarde voor het binnenniveau van 43 dB niet wordt overschreden. Indien dit wel het geval is zullen aanvullende gevelmaatregelen getroffen moeten worden.
Onderzoek
MER Harselaar-Zuid en Harselaar-Driehoek 2009
In het MER is voor wegverkeerslawaai een analyse opgenomen van de gevolgen van de ontwikkeling van Harselaar-Zuid en Harselaar-Driehoek voor de aantallen woningen per geluidbelastingklasse. Als gevolg van het extra verkeer en de wijzigingen in de verkeersstromen neemt het aantal woningen in de hogere geluidbelastingklassen beperkt toe. Het detailniveau van de uitgevoerde berekeningen is zodanig dat voor de aanleg van de nieuwe wegverbindingen en noodzakelijke reconstructies van bestaande verbindingen in het kader van het bestemmingsplan nader onderzoek noodzakelijk is. Op basis van dit aanvullende onderzoek dienen eventuele hogere waarden te worden vastgesteld.
Bestemmingsplan Harselaar-Zuid Fase 1a
In het voorliggende bestemmingsplan worden geen nieuwe geluidgevoelige functies mogelijk gemaakt. Wel wordt de aanleg van nieuwe wegen en aansluitingen mogelijk gemaakt, alsmede de aanpassing van een aantal bestaande kruisingen. Voor de nieuw aan te leggen wegen en de aan te passen kruispunten, geldt dat dit allemaal gezoneerde wegen betreft. Binnen de voor die wegen toepasselijke zones bevinden zich (ten dele) ook woningen. Dit betekent dat er bestaande woningen zijn gelegen binnen de geluidzones van de nieuwe en de te reconstrueren wegen.
Naar de akoestische gevolgen van de aanleg en aanpassing van de wegen is een akoestisch onderzoek ingesteld. Het akoestisch onderzoek is opgenomen in Bijlage 32 . In het akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai worden vier deelgebieden / onderzoekslocaties onderscheiden:
Uit de resultaten van het akoestisch onderzoek blijkt dat:
De resultaten voor de verschillende woningen zijn in hoofdstuk 4 van het akoestisch onderzoek (Bijlage
32) opgenomen.
Indirecte hinder
Naast de formele beoordeling op grond van de Wet geluidhinder, is op grond van een goede ruimtelijke ordening eveneens beoordeeld of het plan niet zal leiden tot onaanvaardbare akoestische effecten buiten de op grond van de Wgh te onderzoeken wegen of weggedeeltes. Dit onderzoek is opgenomen in de memo van Arcadis van oktober 2013, zie Bijlage 32 bij de plantoelichting. Uit dit onderzoek blijkt dat het plan ook buiten de op grond van de Wet geluidhinder onderzochte gedeeltes niet tot een onaanvaardbaar woon- en leefklimaat zal leiden. Langs de Stationsweg treden te verwaarlozen effecten op, zodat geen relevant effect op het woon- en leefklimaat zal optreden. Voor de woningen langs de Slinger/Mercuriusweg is enkel voor de thans op grond van het overgangsrecht nog aanwezige woningen aan de Oude Goorderweg in het gebied van Harselaar-Driehoek een geluidsbelasting boven de voorkeursgrenswaarden berekend. De optredende waarden zijn echter ruimschoots gelegen onder de maximale ontheffingswaarde voor woningen (zowel voor binnen als buiten stedelijk gebied), zodat ten gevolge van het plan geen onaanvaardbaar leefklimaat zal ontstaan. Een en ander is in de memo van Arcadis van oktober 2013, Bijlage 32 bij de plantoelichting, nog uitgebreider uiteengezet.
Conclusie
De wijzigingen aan de bestaande infrastructuur en de realisatie van de nieuwe wegverbindingen is getoetst aan de normen uit de Wet geluidhinder. Voor de wijzigingen aan de Baron van Nagellstraat is geen sprake van reconstructiesituaties. Door het toepassen van een geluidsarm wegdektype is ook voor de wijziging aan de Wesselseweg (aanleg rotonde) geen sprake van een reconstructiesituatie. De aanleg van de nieuwe ontsluitingswegen leidt in geen geval tot een overschrijding van de voorkeursgrenswaarde. In het kader van het bestemmingsplan Harselaar-Zuid Fase 1a zijn dan ook geen hogere waarden noodzakelijk.
Naast de formele beoordeling op grond van de Wet geluidhinder, is op grond van een goede ruimtelijke ordening eveneens beoordeeld of het plan niet zal leiden tot onaanvaardbare akoestische effecten buiten de op grond van de Wgh te onderzoeken wegen of weggedeeltes. Er is berekend dat geen onaanvaardbaar woon- en leefklimaat zal ontstaan buiten de op grond van de Wet geluidhinder onderzochte wegen/weggedeeltes.