Bestemmingsplan Bedrijventerrein Het Broek

Artikel 3.3 Wijzigingsbevoegdheid van burgemeester en wethouders

1 Burgemeester en wethouders zijn bevoegd overeenkomstig het bepaalde in artikel 11 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening:

a. dit bestemmingsplan zodanig te wijzigen dat één of meer van de in
artikel 2.1, eerste lid sub e, f, g, h, en i bedoelde gebruiksvormen niet meer
zijn toegestaan;

b. de bestemming van de gronden met de bestemming ''Groen'' zoals bedoeld in artikel 2.2 te wijzigen in de bestemming ''Verkeer- wegverkeer'' zoals bedoeld in artikel 2.4 met dien verstande dat;.

- deze bevoegdheid slechts geldt voor het gedeelte van de gronden dat is begrensd door de op de plankaart aangegeven “grens van het gebied met wijzigingsbevoegdheid van B&W'';

- de gronden alleen gebruikt worden ten behoeve van een verbinding tussen een te realiseren RegioRailhalte en het bedrijventerrein met een maximale breedte van 10 meter.

2. Op de voorbereiding van besluiten als in dit artikel bedoeld is de in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht geregelde procedure van toepassing.