direct naar inhoud van 1.4 Werkwijze en opzet van de toelichting
Plan: De Parken, Indische Buurt en Beekpark
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0200.bp1131-vas2

1.4 Werkwijze en opzet van de toelichting

Voorafgaand aan het opstellen van het bestemmingsplan is een veldinventarisatie verricht, waarbij de aanwezige functies en (hoofd)bebouwing in het plangebied in beeld zijn gebracht. De resultaten van de veldinventarisatie zijn vergeleken met de geldende bestemmingsplannen. In een ambtelijk overleg zijn de resultaten van het inventarisatietraject besproken en is een aanzet gegeven voor een nota van uitgangspunten. In het voortraject heeft meermaals contact plaatsgevonden met de betrokken wijkraden.

In de nota van uitgangspunten zijn de van belang zijnde beleidsdocumenten beschreven, er is een analyse gegeven van de verschillende delen van het plangebied en de karakteristieken van het gebied en de aanwezige objecten zijn beschreven. Vervolgens is aangegeven hoe de karakteristieken van het plangebied en de visie op het bestemmingsplan vertaald worden in het bestemmingsplan.

Het concept van de nota van uitgangspunten is voorbesproken met de wijkraden en de nota is vrijgegeven voor inspraak. De input die dit heeft opgeleverd is in de nota van uitgangspunten verwerkt. Naast de inspraakprocedure, waarbij een ieder de mogelijkheid is geboden te reageren, is de nota van uitgangspunten besproken in de Politieke Markt Apeldoorn (PMA).

Onderstaande afbeelding geeft schematisch het doorlopen proces weer.

afbeelding "i_NL.IMRO.0200.bp1131-vas2_0002.png"

Schematische weergave proces

De nota van uitgangspunten vormt samen met de input uit de inspraak de basis voor het voorliggende bestemmingsplan. De uitgangspunten zijn in het bestemmingsplan vertaald in een concrete wijze van bestemmen, waarbij wordt aangesloten bij de gemeentelijke standaard voor bestemmingsplannen en de landelijke Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen 2008 (SVBP 2008).

Het bestemmingsplan bestaat uit drie onderdelen: een verbeelding waarop de beste mmingen in het plangebied zijn weergegeven, een set regels waarin voor de diverse bestemmingen gebruiks- en bouwregels zijn opgenomen en een toelichting. De verbeelding en regels vormen het juridisch bindende gedeelte van het bestemmingsplan. In de toelichting zijn de gedachten verwoord die aan het plan ten grondslag liggen. De toelichting bevat onder meer een overzicht van relevant beleid, een planbeschrijving en een milieuhygiënische verantwoording.

In hoofdstuk 2 wordt ingegaan op het relevante nationale, provinciale, regionale en gemeentelijke beleid. Hoofdstuk 3 bevat een beschrijving van de bestaande situatie in het plangebied, waarbij wordt ingegaan op de ruimtelijke en functionele structuur van het plangebied. Hoofdstuk 4 bevat een toelichting op de diverse planologische en milieuhygiënische aspecten. In Hoofdstuk 5 wordt ingegaan op het juridische plan waarbij tevens een korte beschrijving van de planregels wordt gegeven. Tot slot geeft hoofdstuk 6 een beeld van de maatschappelijke en economische uitvoerbaarheid van dit bestemmingsplan.