Plan: | Groot Deunkweg 5 Aalten |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0197.BP00095-VG01 |
De grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
Detailhandel in de vorm van niet tot het regulier assortiment behorende seizoens- of andere (actie)artikelen waaronder paas-, pinkster- en kerstartikelen in de vorm van een tijdelijke show voor een periode van maximaal 12 aaneengesloten weken.
De denkbeeldige lijn die wordt getrokken langs de achtergevel van het gebouw - zonder bijbehorende bouwwerken - alsmede het verlengde daarvan. In hoeksituaties is sprake van slechts één achtergevel, waarbij de oriëntering van de woning bepalend is.
Een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van dieren.
de regionaal (beleids)archeoloog of een andere door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige op het gebied van de archeologische monumentenzorg.
onderzoek (bureauonderzoek en/of boren en/of geofysisch onderzoek en/of graven en/of begeleiden) verricht door een dienst, bedrijf of instelling erkend door het College voor de Archeologische Kwaliteit (CvAK/SIKB), beschikkend over een opgravingsvergunning ex artikel 39 van de Monumentenwet 1988 en werkend volgens de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie.
de aan gebieden toegekende waarden in verband met de kennis en studie van de in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteiten uit het verleden.
Eén of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
Een beperkt kwetsbaar object zoals bedoeld in artikel 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
Een besloten inrichting waarin prostitutie wordt uitgeoefend of de uitoefening ervan wordt aangeboden (onder andere erotische massagesalons, seksclubs, privé-huizen, thuisprostitutie en escortbedrijf).
Op het moment van terinzagelegging van het ontwerp van het plan aanwezig(e)
De grens van een bestemmingsvlak.
De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
Uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd op de grond staand gebouw of ander bouwwerk, met een dak.
Een bedrijf dat uitsluitend of hoofdzakelijk is gericht op het produceren van houtachtige gewassen.
Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
De grens van een bouwvlak.
Een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder.
Een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
De grens van een bouwperceel.
Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
Een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
de wijze van bouwen van een woning, te weten vrijstaand, twee-aaneen (halfvrijstaand) of aaneengebouwd, waarbij
de aan een bouwwerk en/of gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis van dat bouwwerk of gebied heeft gemaakt;
Een natuurlijke persoon, groep van personen of rechtspersoon die bedrijfsmatig of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig is, aanbiedt om prostitutie te verrichten, die op een andere plaats dan in de bedrijfsruimte wordt uitgeoefend (onder andere escortservice en bemiddelingsbureaus).
Een ten hoogste 12 uur durende, voor publiek toegankelijke activiteit in het algemeen bedoeld ter ontspanning en/of vermaak, waaronder begrepen commerciële, culturele, religieuze, recreatieve en/of sportieve of een daarmee gelijk te stellen activiteiten. Bijvoorbeeld buurt-, oogst-, zomer- of Oranjefeesten, bijeenkomsten, voorstellingen, concerten, tentoonstellingen, shows, thematische beurzen en/of markten.
een vorm van grondgebonden landbouw, zoals beweiding in lage veebezetting en de verbouw van akkerbouwproducten, in hoofdzaak gericht op de instandhouding en/of vergroting van natuur-, landschappelijke en cultuurhistorische waarden.
Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
De aaneengesloten bebouwing waarin de woning is opgenomen, te weten de woonruimte met de direct en volledig (en dus niet met een tussenlid) aangrenzende deel of soortgelijke inpandige ruimte, met uitzondering van aangebouwde bijbehorende bouwwerken.
een gebouw, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
Een bedrijf of instelling waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin bedrijfsmatig logies wordt verstrekt, één en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie, met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie.
Een kwetsbaar object zoals bedoeld in artikel 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
De aan een gebied toegekende waarde in visueel-ruimtelijk en/of cultuurhistorisch en/of ecologisch en/of geomorfologisch opzicht.
Een nadere eis als bedoeld in artikel 3.6 lid 1 onder d van de Wet ruimtelijke ordening.
Werkzaamheden met het doel objecten in zodanige conditie te houden of te brengen dat voortbestaan van deze objecten op tenminste het bestaande kwaliteitsniveau wordt bereikt.
Horeca die ondergeschikt en gerelateerd is aan een andere, nader in de planregels omschreven (hoofd)functie en tot doel heeft het verstrekken van kleine etenswaren en niet- of zwak-alcoholische dranken
Het openlijk, op of vanaf het openbaar gebied zichtbaar, door houding, woord, gebaar of op andere wijze passanten te bewegen om tegen een vergoeding seksuele of erotische handelingen te verrichten, het daartoe uit te nodigen of aan te lokken (onder andere raam- en straatprostitutie).
Een organisatie die activiteiten organiseert met het oog op:
- het vieren van de verjaardag van het hoofd van het Nederlandse koningshuis;
- het bevorderen van de lokale sociale samenhang.
Een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
een voor mensen toegankelijke, overdekte en zonder wanden omsloten ruimte.
een (omheind) terrein waarvan de natuurlijke bovenlaag is vervangen door zand of ander doorlatend materiaal waar paarden vrije uitloop kunnen hebben en waar paarden kunnen worden getraind.
De scheiding tussen bouwpercelen, die niet aan éénzelfde eigenaar behoren dan wel niet door éénzelfde gebruiker worden benut.
Het bestemmingsplan 'Groot Deunkweg 5 Aalten' met identificatienummer NL.IMRO.0197.BP00095-VG01 van de gemeente Aalten.
Een natuurlijk persoon, groep van personen of rechtspersoon, die bedrijfsmatig of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig is, zich beschikbaar stelt of aanbiedt om tegen een vergoeding seksuele of erotische handelingen te verrichten.
Een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden; onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, parenclub of een prostitutiebedrijf waaronder tevens begrepen een erotische-massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.
Het geheel of gedeeltelijk afbreken.
Voorziening in, op of boven de grond die door agrarische bedrijven met plantaardige teelten wordt gebruikt om één of meer van de volgende doelen na te streven:
Voorbeelden van teeltondersteunende voorzieningen zijn: aardbeiteelttafels, afdekfolies, antiworteldoeken, boomteelthekken, hagelnetten, insectengazen, plastic tunnels, ondersteunende kassen, schaduwhallen en vraatnetten.
Knalapparatuur wordt niet aangemerkt als teeltondersteunende voorziening.
de naar architectuur, indeling en/of uitstraling meest gezichtsbepalende gevel van een gebouw dan wel de naar de weg toegekeerde gevel van een gebouw.
De lijn (in hoeksituaties: de lijnen) waarin de naar de weg of ander openbaar gebied gekeerde gevel(s) van het dichtst bij die weg of ander openbaar gebied gelegen gebouw is (zijn) gelegen alsmede het verlengde daarvan.
Een complex van ruimten, geschikt en bestemd voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden (één verblijfsobject met een woonfunctie).
Bij de toepassing van de regels van het plan wordt als volgt gemeten:
dakhelling
Langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
goothoogte
Vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel
Voor wat betreft woningen wordt bij de toepassing van de goothoogte niet meegerekend:
bouwhoogte van een bouwwerk
Vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
inhoud van een gebouw
Tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken; dakkapellen, dakopbouwen, kelders en onderbouwen tellen niet mee bij de inhoud.
Voor wat betreft woningen wordt bij de toepassing van de inhoud niet meegerekend:
oppervlakte van een gebouw
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of de harten van scheidsmuren en boven de begane grondvloer.
Voor wat betreft woningen wordt bij de toepassing van de oppervlakte niet meegerekend:
afstand tot de perceelgrens
tussen grenzen van een bouwperceel en een bepaald punt van het op dat bouwperceel voorkomend (hoofd)gebouw, waar die afstand het kortst is.
peil
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen binnen bebouwingsvlakken, bouwpercelen of bestemmingsvlakken worden ondergeschikte bouwdelen als goot- en kroonlijsten, dorpels, plinten, regenpijpen, pilasters, stoeptreden, kozijnen en dergelijke ondergeschikte bouwedelen buiten beschouwing gelaten.
De voor 'Agrarisch met waarden' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bijbehorende bouwwerken, voorzieningen, toegangs- en ontsluitingswegen.
Uitsluitend het volgende gebouw is toegestaan: een trafogebouw ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden - transformatorstation' met een maximale hoogte van 3 meter.
De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, is toegestaan conform het bepaalde in onderstaande tabel en met inachtneming van de onder de tabel uitgewerkte maatvoerings- en situeringseisen:
erf- en terrein- afscheidingen | overige bouwwerken, geen gebouw zijnde | teeltondersteunende voorzieningen m.u.v. teeltondersteunende voorzieningen t.b.v. fruit- en boomteelt | teeltondersteunende voorzieningen t.b.v. fruit- en boomteelt | |||||
1,25 m | 1 m | 2,5 m* | 4,5 m* |
* teeltondersteunende voorzieningen zijn uitsluitend gedurende 6 maanden per jaar toegestaan.
Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen ten behoeve van uitoefening van fruitteelt is niet toegestaan binnen een afstand van 50 m van bestemmingsvlakken ten behoeve van voor bestrijdingsmiddelen gevoelige functies, met uitzondering van bestaand gebruik waarbij de bestaande afstand als minimale afstand dient te worden aangehouden.
Onder voor bestrijdingsmiddelen gevoelige functies worden verstaan alle functies met gebouwen behoudens de agrarische bedrijvigheid.
Onder verboden gebruik in deze bestemming wordt in ieder geval verstaan:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 3.3.1 ten behoeve van het verkleinen van de in dat artikel opgenomen afstand, mits de omgevingsvergunning niet leidt tot een onevenredige aantasting van het woon- en leefklimaat of van het verblijfsklimaat van voor bestrijdingsmiddelen gevoelige functies.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag op de in artikel 3.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde of werkzaamheden uit te voeren:
Een omgevingsvergunning mag alleen en moet worden geweigerd, indien door het uitvoeren van het werk, geen bouwwerk zijnde of de werkzaamheid dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen blijvend onevenredig afbreuk wordt gedaan aan de landschapselementen, beplantingselementen respectievelijk landschapswaarden en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende tegemoet kan worden gekomen.
Een omgevingsvergunning is niet vereist voor:
De voor 'Bos' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bijbehorende bouwwerken en voorzieningen.
Uitsluitend de volgende bouwwerken zijn toegestaan:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag op de in artikel 4.1 bedoelde gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde of werkzaamheden uit te voeren:
Een omgevingsvergunning mag alleen en moet worden geweigerd, indien door het uitvoeren van het werk, geen bouwwerk zijnde of de werkzaamheid dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen blijvend onevenredig afbreuk wordt gedaan aan de natuur- en landschapswaarden dan wel het karakteristieke verkavelingspatroon en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende tegemoet kan worden gekomen.
Een omgevingsvergunning is niet vereist voor:
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met bijbehorende bouwwerken en voorzieningen.
Bedrijfswoningen zijn niet toegestaan.
Uitsluitend het volgende gebouw is toegestaan:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen en overkappingen zijnde, gelden de in onderstaande tabel opgenomen bouwhoogte :
erf- en terreinafscheidingen | vlaggenmasten en antennes | lichtmasten | overige bouwwerken, geen gebouw zijnde |
2 m | 10 m | 8 m | 6 m |
De voor 'Waarde - Archeologie gematigde verwachting' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van te verwachten archeologische waarden in de bodem.
Indien een bouwwerk wordt gebouwd, of een werk, geen bouwwerk zijnde of werkzaamheden worden uitgevoerd binnen verschillende archeologische dubbelbestemmingen op een bouwperceel, gelden de meest vergaande regels voor de uitvoering van het project.
Ten aanzien van het oprichten van bebouwing gelden de volgende regels:
Alvorens het bevoegd gezag beslist over een vergunning als bedoeld in artikel 6.2.1 sub a, wint het advies in bij de archeologische deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van de omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.
Het bepaalde in artikel 6.2.1 sub a geldt niet indien:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen met betrekking tot de afmetingen van bouwwerken, de situering van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden indien uit archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende andere werken of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het in artikel 6.4.1 opgenomen verbod geldt niet:
Ten aanzien van de in artikel 6.4.1 genoemde vergunning gelden de volgende beoordelingscriteria:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen door:
De voor 'Waarde - Archeologie hoge verwachting' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van te verwachten archeologische waarden in de bodem.
Ten aanzien van het oprichten van bebouwing gelden de volgende regels:
Alvorens het bevoegd gezag beslist over een vergunning als bedoeld in artikel 7.2.1 sub a, wint het advies in bij de archeologische deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van de omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.
Het bepaalde in artikel 7.2.1 sub a geldt niet indien:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen met betrekking tot de afmetingen van bouwwerken, de situering van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden indien uit archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende andere werken of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het in artikel 7.4.1 opgenomen verbod geldt niet:
Ten aanzien van de in artikel 7.4.1 genoemde vergunning gelden de volgende beoordelingscriteria:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen door:
De voor 'Waarde - Archeologie lage verwachting' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van te verwachten archeologische waarden in de bodem.
Indien een bouwwerk wordt gebouwd, of een werk, geen bouwwerk zijnde of werkzaamheden worden uitgevoerd binnen verschillende archeologische dubbelbestemmingen op een bouwperceel, gelden de meest vergaande regels voor de uitvoering van het project.
Ten aanzien van het oprichten van bebouwing gelden de volgende regels:
Alvorens het bevoegd gezag beslist over een vergunning als bedoeld in artikel 8.2.1 sub a, wint zij advies in bij de archeologische deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van de omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.
Het bepaalde in artikel 8.2.1 sub a geldt niet indien:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen met betrekking tot de afmetingen van bouwwerken, de situering van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden indien uit archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende andere werken of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het in artikel 8.4.1 opgenomen verbod geldt niet:
Ten aanzien van de in artikel 8.4.1 genoemde vergunning gelden de volgende beoordelingscriteria:
Burgemeester en wethouders kunnen deze bestemming wijzigen door:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van:
De onder 9.1 genoemde nadere eisen mogen uitsluitend worden gesteld:
Het houden van evenementen is toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 10.1.1 en toestaan dat jaarlijks twee extra evenementen worden gehouden, waarbij een feesttent op het terrein mag staan, mits:
Onder verboden gebruik in alle bestemmingen wordt in ieder geval verstaan:
Tot een gebruik in overeenstemming met het plan wordt gerekend het gebruik van oppervlakte- en/of grondwater ten behoeve van blusvoorzieningen ter bestrijding van calamiteiten.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het plan voor:
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde in artikel 12.1.1 een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in artikel 12.1.1 met maximaal 10%.
Artikel 12.1.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in artikel 12.2.1, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
Indien het gebruik, bedoeld in artikel 12.2.1, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
Artikel 12.2.1 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Groot Deunkweg 5 Aalten'.