direct naar inhoud van 5.2 Nadere toelichting op de regels
Plan: Rondweg Enter 2010
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0189.BP2010000023-0003

5.2 Nadere toelichting op de regels

Hierna worden - voor zover nodig - de regels artikelsgewijs van een nadere toelichting voorzien.

Agrarisch

Dit artikel regelt de bestemming van de gronden, waarbinnen de agrarische belangen in het algemeen prevaleren boven de andere belangen. Ingevolge de in artikel 1 opgenomen definitie van "agrarisch bedrijf" kunnen de tot “Agrarisch” bestemde gronden niet gebruikt worden voor doeleinden van commerciële bosbouw. Commerciële bosbouw kan immers niet beschouwd worden als een agrarische activiteit in het normale spraakgebruik en kan tot wezenlijke verandering leiden van de structuur van het landschap. De bestemmingen laten wel ruimte voor extensief dagrecreatief medegebruik (wandelen, fietsen, picknickplaatsen en dergelijke). Ditzelfde geldt voor een natuurlijk beheer van de gronden. Natuurbeheer op deze gronden is mogelijk in combinatie met de agrarische doeleinden.

Binnen deze gronden mogen in principe uitsluitend bouwwerken, geen gebouw zijnde (afrastering en dergelijke) tot een hoogte van 2 meter worden opgericht. Er mogen geen kuilvoerplaten, sleufsilo's en voorzieningen ten behoeve van mest worden opgericht, tenzij deze in een directe ruimtelijke relatie met het agrarisch bouwperceel worden opgericht. De kuilvoerplaten, sleufsilo's en voorzieningen ten behoeve van mest dienen binnen een afstand van 50 meter tot de bestemming “Agrarisch - Agrarisch bedrijf” gerealiseerd te worden. Er is een afwijkingsmogelijkheid opgenomen voor het realiseren van sleufsilo's, kuilvoerplaten en voorzieningen ten behoeve van mest op gronden gelegen aan de openbare weg.

Tevens kan worden opgemerkt dat binnen de gebiedsbestemmingen ook tuinen zijn toegestaan, grenzend aan de bouwvlakken waar gewoond kan worden.

Bij deze bestemming is voor een aantal zaken een omgevingsgunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden opgenomen. De regels hebben betrekking op het kunnen aanleggen van voorzieningen ten behoeve van het (extensieve) dagrecreatieve medegebruik van het landelijk gebied en de bescherming van de houtopstanden binnen agrarische doeleinden.

Voor twee locaties die aansluiten op de Baanakkers zijn wijzigingsbevoegdheden opgenomen voor het wijzigen van de bestemming 'Agrarisch' naar de bestemming 'Bedrijventerrein' en het toestaan van andere bedrijfsactiviteiten, zoals genoemd in de bijlage bij de regels Staat van Bedrijfsactiviteiten.

De wijzigingsbevoegdheid is toegepast omdat de plannen voor deze kavels nog niet concreet zijn.

Agrarisch – Agrarisch bedrijf

Deze bestemming heeft betrekking op de binnen het plangebied aanwezige agrarische bedrijf op het adres Rondweg 36/36a. De gronden zijn bestemd voor de uitoefening van het agrarisch bedrijf en voornamelijk voor de agrarische bedrijfsbebouwing. Het bosbouwbedrijf en de gebruiksgerichte paardenhouderij (recreatieve paardensport/manege) worden niet onder het normale agrarische bedrijf begrepen. Een productiegerichte paardenhouderij (fokken en trainen van op het eigen terrein gefokte paarden) wordt echter wel aangemerkt als agrarisch bedrijf.

Binnen de tot “Agrarisch - Agrarisch bedrijf” bestemde gronden mogen de agrarische bedrijfsgebouwen van één bedrijf worden opgericht. Per bedrijf (bouwperceel) mag één bedrijfswoning worden gerealiseerd, tenzij ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan meerdere bedrijfswoningen aanwezig waren in welk geval dit aantal bedrijfswoningen gehandhaafd kan worden.

De inhoudsmaat van de bedrijfswoning is afgestemd op de provinciale maatvoering in het vigerende plan, namelijk maximaal 750 m3.

De gebouwen mogen uitsluitend binnen de bestemmingsvlakken worden gebouwd met dien verstande dat de bebouwingsgrenzen dienen te worden gerespecteerd. De hoogte van de bouwwerken, die niet als gebouw aangemerkt kunnen worden - waarbij gedacht kan worden aan erfafscheidingen, silo's en hooibergen - mag in zijn algemeenheid 5 meter bedragen. Er zijn echter afwijkende maten opgenomen, bijvoorbeeld voor voedersilo's, mestsilo's en kuilvoerplaten. Verder is een beperking aangebracht ten aanzien van erf- en perceelscheidingen (2 meter).

Qua bebouwingsmogelijkheden zijn er geen beperkingen opgenomen. Gelet op de aangescherpte regelgeving en de primaire toets dat bebouwing noodzakelijk dient te zijn voor het reële agrarische bedrijf kan een inperking door bijvoorbeeld een bebouwingspercentage op te nemen achterwege blijven.

Onder het “kopje” bedrijfswoningen is de volgende zinsnede opgenomen: "Voor bedrijfswoningen gelden bovendien de volgende regels". Dat betekent dat het voorgaande onder het kopje “gebouwen” ook van toepassing is voor bedrijfswoningen.

  • Afwijkingsmogelijkheden
    Ook van de overige hiervoor genoemde regels kunnen burgemeester en wethouders afwijken. Ten aanzien van de opgenomen mogelijkheid voor dubbele bewoning kan worden opgemerkt dat nadrukkelijk gesproken is over "huisvesting van twee huishoudens" (het realiseren van twee wooneenheden binnen één hoofdgebouw) teneinde te voorkomen dat (op termijn) twee zelfstandige (vrijstaande) woningen kunnen worden gerealiseerd.
    Tevens is een mogelijkheid tot afwijken opgenomen voor een afwijkende dakvorm. Deze is onder andere bedoeld voor de realisering van serrestallen.
    Bij de beoordeling van de toelaatbaarheid wordt niet alleen het belang van de aanvrager afgewogen, maar ook de belangen van de gebruikers en/of eigenaren van de aangrenzende gronden.
  • Wijzigingsmogelijkheden
    Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming “Agrarisch - Agrarisch bedrijf” wijzigen in de bestemming “Wonen” ten behoeve van het gebruik en de verbouw van aan het oorspronkelijke gebruik onttrokken boerderijen voor burgerwoondoeleinden. Deze bestemming heeft in de regels tevens een mogelijkheid tot wijzigen van de bestemming 'Agrarisch – Agrarisch bedrijf ' naar de bestemming 'Bedrijf', in die zin dat bedrijvigheid kan worden toegestaan in de categorie I en II volgens een bijgesloten lijst Staat van Bedrijfsactiviteiten Bedrijventerreinen. In feite wordt wonen in combinatie met bedrijven uit deze categorieën mogelijk gemaakt net als bij de bestemmingen “ Recreatie – Verblijfsrecreatie” en “Wonen”.

Bedrijf

Aan het grondverzetbedrijf op het adres Rondweg 17a is de bestemming “Bedrijf” gegeven. Voor de inhoud van deze bestemming is aansluiting gezocht bij het bestemmingsplan voor de kom van Wierden.

Om een gedeelte vrij te houden van bebouwing, is een aanduiding opgenomen op het achterste gedeelte van het perceel. Gebouwen moeten worden opgericht binnen het bouwblok. Per bouwblok is één bedrijfswoning toegestaan. De gebruikelijke regels voor bouw en gebruik zijn opgenomen. Er is een afwijkingsmogelijkheid opgenomen voor huisvesting van twee gezinnen, bedrijfsactiviteiten van gelijke aard en omvang, detailhandel en mantelzorg.

Een wijzigingsbevoegdheid is opgenomen voor het wijzigen naar de bestemming “Wonen” en het toestaan van andere bedrijfsactiviteiten, zoals genoemd in de Staat van Bedrijfsactiviteiten Bedrijventerreinen.

Bedrijventerrein

Aan een gedeelte van het plangebied is de bestemming “Bedrijventerrein” gegeven. Het gebied sluit aan bij het ten oosten gelegen bedrijventerrein.

In eerste instantie geldt deze bestemming alleen voor het oostelijk gelegen deel van het voormalig agrarisch bedrijf Rondweg 30. Via een wijzigingsbevoegdheid is het ook mogelijk (aan Vonderweg en Mettenkampsweg) deze bestemming te realiseren. De wijzigingsbevoegdheid is toegepast omdat de plannen voor deze kavels nog niet concreet zijn.

Binnen de bestemming wordt uitgegaan van bedrijven tot en met categorie 3.1. Gebouwen dienen te worden opgericht binnen het bouwvlak, waarbij geldt dat maximaal 70% mag worden bebouwd. Voor het overige zijn de gebruikelijke regels opgenomen.

Afwijkingsmogelijkheden zijn gegeven voor het bebouwingspercentage en de bouwhoogte. Om te voorkomen dat de gebouwen worden gebruikt anders dan waarvoor zij bestemd zijn, zijn enkele specifieke gebruiksregels opgenomen. Zo is bewoning van bedrijfsruimten niet toegestaan, evenals het gebruik van gronden en opstallen voor detailhandel.

Afwijkingsmogelijkheden voor het gebruik is onder andere opgenomen voor het toestaan van bedrijven van een hogere categorie, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving vergelijkbaar is met het toegelaten bedrijf. Ook kan in het voorkomende geval een omgevingsvergunning worden verleend voor detailhandel.

Er is een algemeen afwegingskader gegeven voor het afwijken middels een omgevingsvergunning. Bij toepassing van de afwijkingsbevoegdheden in dit plan vindt een evenredige belangenafweging plaats waarbij betrokken worden:

  • a. de mate waarin de belangen van gebruikers en/of van eigenaren van de aanliggende gronden kunnen worden geschaad;
  • b. de mate waarin de uitvoerbaarheid is aangetoond, waaronder begrepen de toelaatbaarheid op het gebied van milieu, externe veiligheid, waterhuishouding, ecologie en archeologie;
  • c. de mate waarin de landschappelijke inpasbaarheid is aangetoond;
  • d. de mate waarin de verkeerssituatie wordt beïnvloed, waaronder begrepen de gevolgen voor de infrastructuur.

Een wijzigingsbevoegdheid is geformuleerd voor Bevi-inrichtingen en consumentenvuurwerk onder voorwaarden.

Groen

De bestemmingsomschrijving dient ter bescherming van bestaande groenvoorzieningen. Ook het vasthouden, bergen, aan- en afvoeren van water is binnen deze bestemming mogelijk. Binnen de bestemming is verder een wijzigingsbevoegdheid naar “Verkeer” opgenomen, deze dient om een ontsluitingsweg mogelijk te maken tussen de weg Elsgraven en de Vonderweg.

Recreatie – Verblijfsrecreatie

De gronden op de kaart aangewezen voor “Recreatie – Verblijfsrecreatie” zijn bestemd voor het bieden van recreatief verblijf aan personen die elders hun hoofdverblijf hebben. Het gebruik van kampeermiddelen en recreatiewoningen is bestemd voor recreatieve bewoning. Het gebruik van een kampeermiddel of een recreatiewoning voor permanente bewoning of als tweede bedrijfswoning is nadrukkelijk niet toegestaan.

Er is conform de feitelijke situatie een bedrijfswoning toegestaan, met een inhoud van niet meer dan 750 m3. Wanneer er op het tijdstip van de terinzagelegging van het plan een grotere woning aanwezig is dan is de bestaande inhoud de maximale inhoud van de bedrijfswoning.

Er is een afwijkingsmogelijkheid opgenomen voor het vergroten van de bestaande oppervlakte aan bebouwing, mits dit aan de hand van een bedrijfsplan is aangetoond en de bebouwing landschappelijk wordt ingepast. Voor wat betreft het gebruik wordt in de regels uitgegaan van een afwijkingsmogelijkheid voor inwoning (het huisvesten van twee huishoudens) en voor realisering van een paardenbak.

Deze bestemming heeft in de regels een mogelijkheid tot wijzigen van de bestemming 'Recreatie – Verblijfsrecreatie' naar de bestemming 'Bedrijf', in die zin dat bedrijvigheid kan worden toegestaan volgens een bijgesloten lijst Staat van Bedrijfsactiviteiten Bedrijventerreinen.

In feite wordt wonen in combinatie met bedrijven in de categorie A en B mogelijk gemaakt net als bij de bestemmingen “ Agrarisch – Agrarisch bedrijf” en “Wonen”.

Verkeer

Deze verkeersbestemming betreft de gronden die van belang zijn voor (de aan te leggen) wegen en paden, parkeervoorzieningen en de daarbij behorende voorzieningen.

Wonen

Bij de opzet van de regels is de bestemming “Wonen” van het bestemmingsplan Buitengebied als basis genomen. Hierbij wordt zoveel als mogelijk gestreefd naar uniforme regels. Uiteraard blijft maatwerk geboden.

De bestaande burgerwoningen zijn bestemd tot “Wonen”. Bij de benadering van de woonfunctie is uitgegaan van maximale inhoud, namelijk 750 m3 . Er is bepaald dat als de bestaande inhoud groter is deze rechtens als uitgangspunt mag worden genomen. Dit betekent, dat een kleinere woning mag worden vergroot tot maximaal 750 m3. Grotere woningen echter zijn gefixeerd naar de inhoudsmaat die zij op het moment van de terinzagelegging van het ontwerpplan bezitten. Het tijdstip van de terinzagelegging is gekozen, omdat vanaf dat moment omgevingsvergunningen voor het bouwen (afgezien van een eventueel voorbereidingsbesluit) kunnen worden aangehouden. Een dergelijke regeling heeft voor woningen groter dan 750 m3 het voordeel dat sprake is van een positieve bestemming voor de gehele woning in plaats van een regeling via het overgangsrecht.

Ten aanzien van het toegestane aantal woningen is in de regels en op de plankaart het één en ander geregeld. In beginsel is per bestemmingsvlak 1 woning toegestaan tenzij anders op de kaart is aangegeven met de aanduiding "maximum aantal wooneenheden". Als deze aanduiding wordt gebruikt zijn meerdere woningen binnen één bestemmingsvlak toegestaan, echter niet meer dan is aangegeven op de kaart.

Bij een aantal woningen wordt momenteel een nevenactiviteit uitgeoefend. Door middel van de aanduiding “bedrijf aan huis” wordt dit aangegeven op de plankaart.

Bij recht mag 100 m2 aan bijgebouwen worden opgericht, met dien verstande indien al meer dan 100 m2 aan bijgebouwen aanwezig is, deze gehandhaafd mag blijven. Tevens mogen de bestaande bijgebouwen tot 250 m2 één op één vervangen worden. Hierbij geldt dat de totale oppervlakte aan bijgebouwen de 250 m2 niet mag overschrijden. Hier kunnen ook landschapsontsierende schuurtjes in het buitengebied, die buiten de bouwvlakken liggen, worden betrokken. Het gaat erom dat per saldo sprake moet zijn van verbetering van de landschappelijke kwaliteit.

Voor de woonhuizen gelden in beginsel de in de regels aangeduide goothoogte en de aangegeven dakhelling. Bij de woonhuizen mogen zowel aanbouwen, uitbouwen als bijgebouwen gebouwd worden en dat mag zowel binnen als buiten de bouwvlakken worden gerealiseerd.

Gebouwen mogen mede worden gebruikt voor beroeps- en bedrijfsuitoefening aan huis en onder specifieke gebruiksregels is aangegeven welk gebruik in overeenstemming met het bestemmingsplan wordt geacht. Uitgangspunt is dat de woonfunctie als hoofdfunctie aanwezig blijft (gemeentelijke beleidsnotitie "beroep en bedrijf aan huis gemeente Wierden").

Deze bestemming heeft in de regels een mogelijkheid tot wijzigen van de bestemming 'Wonen' naar de bestemming 'Bedrijf', in die zin dat bedrijvigheid van de categorie 1 en 2 worden toegestaan volgens een bijgesloten lijst Staat van Bedrijfsactiviteiten Bedrijventerreinen.

In feite wordt wonen in combinatie met bedrijven in deze categorieën mogelijk gemaakt net als bij de bestemmingen “ Agrarisch – Agrarisch bedrijf” en “Recreatie – Verblijfsrecreatie”.

Rood voor Rood

Een Rood voor Rood regeling via een wijzigingsbevoegdheid is in dit bestemmingsplan niet opgenomen in de regels. Omdat er sprake is van een bijzonder gebied en geen standaard buitengebied en omdat er maar weinig percelen zijn die hiervoor in aanmerking komen. Indien toch een Rood voor Rood verzoek wordt ingediend is het gewenst om via een apart plan maatwerk te maken, in overeenstemming met de visie 'Rondweg Enter Ruimtelijke Visie' en het beeldkwaliteitsplan.

Anti-dubbeltelregel

Deze regel is opgenomen om een ongewenste verdichting van de bebouwing te kunnen voorkomen. Dit kan zich voordoen indien een deel van een bouwperceel dat al bij de berekening van een maximum bebouwingspercentage was betrokken wederom, nu ten behoeve van de berekening van het maximum bebouwingspercentage van een ander bouwperceel wordt betrokken.

Algemene gebruiksregels

Voor de redactie van de gebruiksregels is de algemene formulering aangehouden. In ieder geval is aangegeven wat op grond van artikel 7.10 van de Wet ruimtelijke ordening gezien moet worden als strijdig gebruik. Ook is aangegeven wat gezien kan worden als toegestaan gebruik van de bestemming.

Algemene afwijkingsregels

In dit artikel is een aantal regels opgenomen teneinde het mogelijk te maken dat het plan op ondergeschikte punten wordt aangepast. Dit onder het voorbehoud, dat de belangen van derden in redelijkheid niet mogen worden aangetast.

Overige regels

Teneinde discussies te voorkomen is expliciet aangegeven dat daar waar naar een wettelijke regeling wordt verwezen, dit de regeling betreft zoals die luidt op het moment van vaststelling van het bestemmingsplan.

Overgangsrecht

Bebouwing die niet voldoet aan de bepalingen van dit bestemmingsplan ten tijde van de tervisielegging, dan wel waarvoor een vergunning voor het bouwen voor dat tijdstip is aangevraagd en die verleend diende te worden, is onder het overgangsrecht geplaatst. Een geringe uitbreiding van de inhoud wordt mogelijk gemaakt. Indien de onder het overgangsrecht gebrachte bebouwing door een calamiteit verloren gaat, is volledige herbouw toegestaan. "Illegaal" tot stand gekomen bebouwing valt in beginsel niet onder het overgangsrecht.

Het legale gebruik van gronden en opstallen dat in strijd is met dit bestemmingsplan op het tijdstip dat het van kracht wordt, mag worden voortgezet. Wijziging van dit strijdige gebruik is verboden, indien de afwijking van het plan wordt vergroot.