direct naar inhoud van 4.3 Huidige situatie
Plan: Zenderink
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0189.BP2009000006-0003

4.3 Huidige situatie

Cultuurhistorie

Het plangebied ligt in het oude Twentse cultuurland dat gekenmerkt wordt door een zandplateau met esdorpen, kleine stadjes, een vanouds kleinschalig platteland.

Het landschap kreeg zijn definitieve vorm tijdens het ijstijdvak. De gletsjers van de Saale-ijstijd lieten hier dikke pakketten keileem achter, onder andere in het gebied van Zenderink.

Het gebied rond Wierden ontwikkelde zich tot een lappendeken van bos en moeras, heidevelden en rogge-essen, door houtwallen omzoomde weilandjes en bouwkampen, beekdalen en boerenerven. Deze oorspronkelijke landschappen zijn geleidelijk veranderd.

Op een historische kaart die de situatie rond 1900 weergeeft, is een aantal karakteristieke elementen van Zenderink herkenbaar: de open es op de stuwwal, de Hexelseweg, de oude ontginningswegen Lage Eggeweg en 1e Lageveldsweg, zandpaden die de verbinding leggen tussen deze wegen (dwars op het hoogteverschil), Wierden als klein dorp en kleine bebouwingsclusters aan de randen van het huidige plangebied.

In het plangebied komt een aantal gemeentelijke monumenten (woningen) voor. Het betreft Hexelseweg 53 en 55. Rijksmonumenten komen niet voor, er zijn wel ten noorden van het plangebied grafheuvels gelokaliseerd.

Landschap

Het landschap van Zenderink wordt gekenmerkt door een opbouw in een open westelijk deel en een halfbesloten oostelijk deel. De openheid van het westelijk deel hangt samen met de ligging van de stuwwal, zoals hiervoor is beschreven. De open es die zich hier bevindt kenmerkt zich verder door solitaire grote bomen in het open veld (weilanden) op de flanken van de stuwwal en volwassen erfbeplantingen rondom de (agrarische) bebouwing in het gebied. De zichtlijnen reiken ver, bijvoorbeeld vanaf de Hexelseweg gezien.

Het oostelijke deel vormt een zogenoemd coulissenlandschap, waarin laanbeplanting wordt afgewisseld met (oorspronkelijke) beplantingselementen langs kavelgrenzen. Weilanden worden omzoomd door beplanting waardoor een afwisselend beeld ontstaat tussen openheid en geslotenheid. Deze beplanting bestaat uit ofwel een houtwal of als deze is doorgegroeid, uit een rij opgaande bomen, soms met onderbeplanting. De laanbeplanting langs de (oude) wegen bestaat uit lindes, eiken of andere soorten (van lange omloop). De lanen zijn niet doorgaand, maar fragmentarisch.

Aanpassing plangebied

Ten opzichte van het ontwerpplan dat ter inzage heeft gelegen is het plangebied gewijzigd. De zuidoostelijke punt van Zenderink, die gedeeltelijk tegen het bedrijventerrein Kluinveen aan ligt is aangepast ten behoeve van een goede ruimtelijke ordening. Op basis van de adviesafstanden uit de VNG-brochure 'Bedrijven en milieuzonering' is een afstand vanaf de bedrijven van 50 meter (voor woningen) of 25 meter (voor een combinatie wonen/werken) gewenst. De zone ten oosten van de West Kluinveenweg kan daarmee niet of slechts gedeeltelijk bebouwd worden. Als daarnaast nog rekening wordt gehouden met de geluidsbelasting van de Hexelseweg boven de voorkeursgrenswaarde is er sprake van een milieutechnisch overbelaste situatie. Omdat de doelstellling is, om in Zenderink een kwalitatief hoogwaardig en duurzaam woon- en leefmilieu te realiseren, is besloten het zuidoostelijk deel van het plangebied te laten vervallen. Dit is het gebied ten zuiden van het fietspad ter hoogte van Hexelseweg 32 - West Kluinveenweg 15.