direct naar inhoud van Artikel 6 Wonen
GEMEENTE OLDENZAAL
Plan: Oliemolenstraat (voormalige Eshuislocatie)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0173.BP02004-va01

Artikel 6 Wonen

6.1 bestemmingsomschrijving

De voor Wonen aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. maximaal 24 gestapelde woningen ter plaatse van de aanduiding 'gestapeld';
  • b. maximaal 1 vrijstaande woning ter plaatse van de aanduiding 'vrijstaand';
  • c. een ondergrondse parkeergarage van één bouwlaag ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage' met bijbehorende bergingen;
  • d. de uitoefening van een aan huis gebonden beroep, met dien verstande dat het vloeroppervlak dat (mede) wordt gebruikt voor de uitoefening van het beroep niet meer mag bedragen dan 20% van het gezamenlijke vloeroppervlak van de woning en de bijgebouwen met een maximum van 30 m2;

met bijbehorende gebouwen, bouwwerken geen gebouwen zijnde, tuinen en erven.

6.2 bouwregels
6.2.1

Het bebouwingspercentage van het bouwperceel ter plaatse van de aanduiding vrijstaand bedraagt maximaal 35% van het bouwperceelsoppervlak met een absoluut maximum van 375 m2, waarbij in ieder geval 135 m2 is toegestaan.

6.2.2

Hoofdgebouwen voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. gebouwd binnen het bouwvlak;
  • b. goot- en bouwhoogte maximaal de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte' aangegeven goothoogte respectievelijk bouwhoogte;
  • c. horizontale diepte bij vrijstaande woningen bedraagt maximaal 13 m;
  • d. de dakhelling ter plaatse van de aanduiding vrijstaand bedraagt minimaal 20° en maximaal 50°.
6.2.3

Aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen zijn bij gestapelde woningen niet toegestaan .

6.2.4

Voor aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij vrijstaande woningen gelden de volgende bepalingen:

  • a. erkers aan de voorgevel dan wel de naar de weg gekeerde zijgevel van het hoofdgebouw voldoen aan de volgende kenmerken:
    • 1. de breedte van de erker bedraagt maximaal 50% van de breedte van de voorgevel dan wel de naar de weg gekeerde zijgevel in combinatie met een diepte van maximaal 1,5 m, óf de breedte van de erker bedraagt maximaal 2/3 van de breedte van de voorgevel dan wel de naar de weg gekeerde zijgevel in combinatie met een diepte van maximaal 1 m;
    • 2. de goothoogte maximaal 3 m bedraagt.
  • b. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mogen binnen en buiten het bouwvlak worden gebouwd en voldoen aan de volgende kenmerken:
    • 1. ten minste 2 meter achter de voorgevel of het verlengde daarvan van de woning, met dien verstande dat voorzover de aan-, uitbouw, het bijgebouw of overkapping voor of op gelijke hoogte met de achtergevel van de woning worden gebouwd deze uitsluitend aan één zijde van de woning mogen worden gebouwd, met dien verstande dat de voorgevel van de aan-, uitbouw, het bijgebouw of de overkapping op de begane grond minimaal 6 meter achter de voorgevel van de woning of het verlengde daarvan dient te worden gesitueerd; tot deze afstand dient de aan-, uitbouw, het bijgebouw of de overkapping op de begane grond in dat geval een blijvend open constructie te hebben;
    • 2. de hoogte en de goothoogte van de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bedraagt maximaal:
      a. 6,5 respectievelijk 3,5 meter over een afstand van 15 meter gemeten vanaf de voorgevel van het hoofdgebouw;
      b. 4,5 respectievelijk 3,5 meter in de overige gevallen.
  • c. een uitbouw aan de onbebouwde zijde moet tevens aan de volgende bepalingen voldoen:
    • 1. de uitbouw dient ten minste 2 meter achter de voorgevel of het verlengde daarvan van het hoofdgebouw te worden gebouwd;
    • 2. de afstand van de uitbouw tot de zijdelingse perceelsgrens dient ten minste 2 meter te bedragen;
    • 3. de breedte van de uitbouw mag maximaal 1,5 meter en de diepte mag maximaal 50% van de diepte van het hoofdgebouw bedragen;
    • 4. de hoogte van de uitbouw mag maximaal 3,5 meter bedragen.
6.2.5

De ondergrondse parkeergarage voldoet aan de volgende bepalingen:

  • a. de parkeergarage bestaat uit maximaal één bouwlaag;
  • b. de maximale bouwdiepte bedraagt 4 m.
6.2.6

Bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde maximaal:

  • a. erf- en terreinafscheidingen vóór (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw 1 m;
  • b. erf- en terreinafscheidingen achter (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw 2 m;
  • c. overige bouwwerken geen gebouwen zijnde 2 m.
6.3 ontheffing van de gebruiksegels
6.3.1

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in artikel 6.1, ten behoeve van de uitoefening van een aan huis gebonden bedrijf, mits:

  • a. het betreft een bedrijf dat is vermeld in bijlage 1, dan wel een bedrijf dat naar de aard, omvang en mate van milieuhinder gelijk te stellen is aan een bedrijf behorende tot milieucategorie 1 of 2 als bedoeld in bijlage 2;
  • b. het vloeroppervlak dat (mede) wordt gebruikt voor de uitoefening van het bedrijf niet meer bedraagt dan 30% van het gebruiksoppervlak van het hoofdgebouw en de bijgebouwen met een maximum van 30 m2. Voor medische dienstverlening kan in verband met scheiding van praktijkruimte en wachtruimte een uitzondering worden gemaakt tot een absoluut maximum van 70 m2;
  • c. het geen detailhandel (met uitzondering van ondergeschikte detailhandel behorende bij de dienstverlening van kapsalons, schoonheidssalons, e.d.) en/of horeca activiteiten en/of prostitutieactiviteiten betreft en dat het aantal bezoekers dat tegelijk aanwezig is maximaal 5 bedraagt;
  • d. er een directe relatie bestaat tussen het bedrijf en de bewoner van de woning en er geen personeel in dienst wordt genomen;
  • e. de bijgebouwen die voor deze doeleinden worden gebruikt goed bereikbaar zijn vanaf de openbare weg;
  • f. er voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein of in de directe omgeving aanwezig is waardoor er geen onevenredige parkeerdruk op de openbare ruimte ontstaat;
  • g. de reclame uitingen voldoen aan artikel 4.4.2, lid 2 van de Algemene Plaatselijke Verordening (APV).
6.4 ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen voor het afwijken van de in artikel 6.2.2 sub d voorgeschreven dakhelling met dien verstande dat dit uit oogpunt van welstand aanvaardbaar is.