direct naar inhoud van Regels
Plan: Landgoed Wellerwaard
Status: vastgesteld
Plantype: uitwerkingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0171.UP00001-VS01

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan:

het uitwerkingsplan 'Landgoed Wellerwaard' met identificatienummer NL.IMRO.0171.UP00001-VS01, van de gemeente Noordoostpolder.

1.2 uitwerkingsplan

de geometrisch bepaalde planobjecten, met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.

1.3 Bestemmingsplan

Het bestemmingsplan Wellerwaard met het identificatienummer NL.IMRO.0171.BP00479-VS01 van de gemeente Noordoostpolder.

1.4 aanduiding

een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de planregels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;

1.5 aanduidingsgrens

de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;

1.6 aaneengebouwd

blokken van meer dan twee aaneengebouwde hoofdgebouwen;

1.7 aan huis verbonden bedrijf

het bedrijfsmatig verlenen van diensten dan wel het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid door middel van handwerk, waarvan de omvang in een woning met bijbehorende gebouwen past en waarbij de woonfunctie blijft behouden;

1.8 aan huis verbonden beroep

een beroep dat in een woning door de bewoner wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar hoofdfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is;

1.9 achtererfgebied

erf aan de achterkant en de niet naar openbaar toegankelijk gebied gekeerde zijkant, op meer dan 1,00 meter van de voorkant, van het hoofdgebouw;

1.10 achtergevel van een gebouw

het meest achterwaarts gelegen deel van een hoofdgebouw;

1.11 afgewerkt bouwterrein

de gemiddelde hoogte van de gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde omringende grond;

1.12 afwijking

een afwijking als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, sub c juncto artikel 2.12, lid 1, sub a, onderdeel 1 van de Wabo;

1.13 ander werk

een werk, geen bouwwerk zijnde;

1.14 bebouwing

één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;

1.15 bedrijfswoning

een woning in of bij een gebouw of op een terrein, die dient voor de huisvesting van (het huishouden van) een persoon wiens huisvesting daar, gelet op de bestemming van de grond ter plaatse van het gebouw of het terrein, noodzakelijk moet worden geacht;

1.16 bestemmingsgrens

de grens van een bestemmingsvlak;

1.17 bestemmingsvlak

een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;

1.18 bijbehorend bouwwerk

uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk met een dak;

1.19 bouwen

het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;

1.20 bouwgrens

de grens van een bouwvlak;

1.21 bouwlaag

een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder;

1.22 bouwperceel

een aaneengesloten stuk grond waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegestaan;

1.23 bouwperceelsgrens

de grens van een bouwperceel;

1.24 bouwvlak

een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten;

1.25 bouwwerk

elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;

1.26 caravan

een al dan niet uitklapbare wagen of voertuig, onder welke benaming ook aangegeven, die uitsluitend of in hoofdzaak dient of kan dienen tot woon-, dag- of nachtverblijf van één of meer personen en die bestemd is op normale wijze en regelmatig op de verkeerswegen als een aanhangsel van een personenauto te worden voortbewogen;

1.27 dak

iedere bovenbeëindiging van een gebouw of overkapping;

1.28 dakopbouw

ondergeschikte opbouw op het dakvlak van een gebouw, ten behoeve van voorzieningen zoals noodtrappen, luchtbehandeling- en liftinstallaties, balkonhekken, ornamenten, privacyschermen en reclame-uitingen;

1.29 detailhandel

het bedrijfsmatig te koop aanbieden, hieronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen, verhuren en/of leveren van goederen aan diegenen die deze goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;

1.30 dienstverlening

het bedrijfsmatig verlenen van diensten, zoals reisbureaus, wasserettes, auto-rijschool en videotheek;

1.31 erf

al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw;

1.32 erker

de grondgebonden uitbreiding van één bouwlaag aan de voor- of zijgevel;

1.33 escortbedrijf

de natuurlijke persoon, groep of rechtspersoon die bedrijfsmatig, of van omvang alsof zij bedrijfsmatig was, prostitutie aanbiedt die op een andere plaats dan in de bedrijfsruimte (van een seksinrichting) wordt uitgeoefend;

1.34 evenementen

gebeurtenissen, gericht op een groot publiek, op het gebied van kunst, sport, ontspanning en cultuur;

1.35 extensieve (dag)recreatie

recreatief medegebruik van gronden zoals wandelen, fietsen, varen, paardrijden, zwemmen en vissen; onder extensieve (dag)recreatie vallen geen gemotoriseerde sporten;

1.36 extensieve openluchtrecreatie

vormen van recreatief medegebruik door middel van al dan niet aangelegde en aanwezige voorzieningen, waarbij de recreatie geen specifiek beslag legt op de ruimte, zoals wandel-, ruiter- en fietspaden;

1.37 garage

een gebouw dat bedoeld is voor het stallen van motorvoertuigen;

1.38 gebouw

elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

1.39 gestapeld

een hoofdgebouw waarin meerdere woningen zijn ondergebracht, zodanig dat deze boven dan wel beneden elkaar zijn gesitueerd, waarbij per woning een zelfstandige toegankelijkheid gewaarborgd is;

1.40 gevellijn

denkbeeldige dan wel op de verbeelding aangegeven lijn die strak langs de gevel van een gebouw loopt tot aan de bouwperceelsgrenzen;

1.41 hoofdgebouw

een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn constructie, afmetingen, ligging of functie dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste gebouw valt aan te merken;

1.42 horeca

'horeca I':

een bedrijf dat is gericht op het verstrekken van maaltijden voor gebruik ter plaatse (restaurantbedrijf, waaronder ook worden verstaan lunchrooms, eethuizen, bistro's, automaten, broodjeszaken en dergelijke), met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie;

'horeca II':

een bedrijf dat is gericht op het ter plaatse verstrekken van dranken, met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie;

'horeca III':

elke voor het publiek, al dan niet tegen betaling toegankelijke lokaliteit, die in belangrijke mate is ingericht of wordt gebruikt voor het dansen, zoals discotheken en dancings, waarin al dan niet dranken voor gebruik ter plaatse worden verstrekt, met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie;

1.43 kantoor

een gebouw of een gedeelte daarvan, dat dient voor het bedrijfsmatig verlenen van diensten waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen, waaronder congressen en vergaderaccommodaties;

1.44 kap

een constructie van één of meer dakvlakken;

1.45 landelijk karakter

eigenschappen die refereren aan de rust en het landschap van het platteland en aan de typische verkavelingstructuur van de polder;

1.46 landgoed

een landschappelijk esthetische eenheid van minimaal 5 hectare groot die ontsloten en openbaar toegankelijk is en die voor minimaal 30 procent bestaat uit natuur- of bosterrein;

1.47 landgoedwonen

wonen in een landhuis op een landgoed;

1.48 landhuis

een vrijstaande woning, die zich onderscheidt als landhuis door zijn ligging binnen een landschappelijk en architectonisch esthetische eenheid, uiterlijke karakteristieken en aanmerkelijk bouwvolume en die geschikt en bestemd is voor de huisvesting van één huishouden;

1.49 landschappelijke waarde

de aan een gebied toegekende waarde, in verband met de waarneembare verschijningsvorm van dat gebied;

1.50 mantelzorg

alle vormen van langdurige zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende door personen uit diens directe omgeving, waarbij de zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie en de gebruikelijke zorg van huisgenoten voor elkaar overstijgt;

1.51 natuurwaarde

de aan een gebied toegekende waarde in verband met de geologische, bodemkundige en biologische elementen, voorkomend in dat gebied;

1.52 normale onderhouds- of exploitatiewerkzaamheden

werkzaamheden die regelmatig noodzakelijk zijn voor een goed beheer van de gronden, waaronder begrepen de handhaving dan wel de realisering van de bestemming;

1.53 nutsvoorziening

voorziening ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, schakelhuisjes, duikers, gemaalgebouwtjes en telefooncellen;

1.54 ondergeschikte nevenactiviteit

een activiteit waarvan de omvang zodanig is dat deze, met behoud van de hoofdfunctie, naast de hoofdfunctie kan worden uitgeoefend;

1.55 opslag

het bewaren van goederen, materialen en stoffen, al dan niet in combinatie met de productie, bewerking, verwerking, handel en/of activiteiten van administratieve aard;

1.56 peil
  • 1. voor gebouwen behorende tot het landgoed - 3.00 m NAP;
1.57 prostitutie

het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;

1.58 publieksgerichte dienstverlening

een met een winkel vergelijkbaar bedrijf dat is gericht op het verlenen van diensten aan diegene die deze diensten afnemen voor publiek;

1.59 seksinrichting

de voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een prostitutiebedrijf, waaronder begrepen een erotisch-massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;

1.60 steiger

houten constructie langs of dwars op een oever, als aanlegplaats voor schepen;

1.61 verblijfsdoeleinden

gronden waarbij de nadruk ligt op het verblijf van personen in het openbaar gebied en die tevens een verkeersfunctie hebben voor fietsers en voetgangers;

1.62 vlonder

civielkundige constructie, zoals een houten plank, die doorgang verschaft naar water;

1.63 voorgevel van een gebouw

het meest naar de wegzijde gekeerde deel van een hoofdgebouw;

1.64 voorgevellijn

de gevellijn waarin de voorgevel van het hoofdgebouw is gelegen, alsmede het verlengde daarvan;

1.65 vrijstaand

een hoofdgebouw zonder gemeenschappelijke wand met een ander hoofdgebouw;

1.66 woning

een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de zelfstandige huisvesting van één afzonderlijk huishouden;

1.67 woonunit

een te verplaatsen/verwijderen bouwwerk bestaande uit één bouwlaag, geschikt en ingericht ten dienste van het tijdelijke woon-, dag of nachtverblijf van één of meer personen;

1.68 zakelijke dienstverlening

het bedrijfsmatig verlenen van diensten aan instellingen of personen ter aanwending in een andere bedrijfsactiviteit;

1.69 zijgevel van een gebouw

een gevel van een hoofdgebouw, die niet een voorgevel of een achtergevel is.

1.70 zichtlijn:

Een op de verbeelding aangeven lijn die gevrijwaard moet worden van bebouwing en hoogopgaande beplanting zodat het zicht niet belemmerd wordt.

Artikel 2 Wijze van meten

Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten overeenkomstig de wijze van meten in het bestemmingsplan "Wellerwaard", met dien verstand dat het peil voor de gebouwen behorende bij het landgoed wordt bepaald op -3.00 m NAP.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Groen

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen, met inbegrip van bosschages en opgaand groen;
  • b. een landgoed ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - landgoed'
  • c. paden en verhardingen;
  • d. watergangen;
  • e. extensieve openluchtrecreatie;
  • f. speelvoorzieningen;

en bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, andere-werken, schouwpaden, (ecologische) oeverstroken, waterhuishoudkundige voorzieningen, waaronder bruggen, dammen en/of duikers, parkeer-, nuts- en overige voorzieningen.

3.2 Bouwregels
3.2.1 Algemeen

Op de voor Groen aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels.

3.2.2 Overige bouwwerken

Voor een bouwwerk, geen gebouw zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van speeltoestellen en -voorzieningen mag niet meer dan 3,5 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van lichtmasten mag niet meer dan 6 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 2,5 m bedragen.

3.3 vrijwaringszone - zichtlijn
3.3.1 Gebruiksbepaling

Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - zichtlijn':

  • a. kunnen Burgemeester en wethouders nadere eisen stellen aan de ligging van andere bouwwerken,
  • b. mag geen hoog opgaande beplanting worden aangebracht.

Artikel 4 Wonen

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen, al dan niet in combinatie met een aan huis verbonden beroep;
  • b. wegen, paden en ontsluitingen;
  • c. tuinen en erven;
  • d. parkeervoorzieningen;

en bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, andere-werken, (ecologische) oeverstroken, tuinen, erven, waterhuishoudkundige voorzieningen, steigers, vlonders, aanlegplaatsen, beschoeiingen, speelvoorzieningen, nutsvoorzieningen, geluidwerende voorzieningen, openbaar vervoer-voorzieningen en parkeervoorzieningen.

4.2 Bouwregels
4.2.1 Algemeen

In of op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:

  • a. hoofdgebouwen;
  • b. aan- en uitbouwen en bijgebouwen;
  • c. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
4.2.2 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. per bouwvlak is slechts één hoofdgebouw toegestaan;
  • b. de goothoogte bedraagt minimaal 6 m;
  • c. de bouwhoogte bedraagt maximaal 11 m.
4.2.3 Bijbehorende bouwwerken

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. aangebouwde aan- en uitbouwen zijn architectonisch ondergeschikt aan het hoofdgebouw;
  • b. de maximale bouwhoogte van vrijstaande bijgebouwenouwen bedraagt maximaal 6 m;
  • c. de maximale oppervlakte bedraagt 500 m2.

4.2.4 Overige bouwwerken

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erfafscheidingen bedraagt
    • 1. maximaal 2 m voor zover de erfafscheiding wordt gebouwd achter de voorgevellijn;
    • 2. maximaal 1 m in de overige gevallen;
  • b. de bouwhoogte van tuinmeubilair, speelvoorzieningen en pergola's, voor zover gebouwd achter de voorgevellijn, bedraagt maximaal 5 m;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal 1 m;
  • d. zwembaden mogen uitsluitend achter de voorgevellijn worden gebouwd, waarbij de oppervlakte niet meer mag bedragen dan 50 m2.
4.2.5 Ondergronds bouwen

Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. ondergrondse bouwwerken zijn uitsluitend toegestaan onder gebouwen;
  • b. het oppervlak van ondergrondse bouwwerken mag voor maximaal 10% buiten de gevels van het bovenliggende gebouw liggen;
  • c. de ondergrondse bouwdiepte van ondergrondse bouwwerken bedraagt maximaal 3,50 meter onder peil.
4.3 Nadere eisen

Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen met betrekking tot ondergronds bouwen en aan de omgevingsvergunning voor bouwactiviteiten voorwaarden stellen ter bescherming van de kwaliteit van het grondwater voor de drinkwatervoorziening. Alvorens te beslissen op de aanvraag om een omgevingsvergunning kan advies worden ingewonnen bij het waterleidingbedrijf.

4.4 Specifieke gebruiksregels
4.4.1 Algemeen

Het is verboden de in dit artikel bedoelde gronden en bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel, strijdig met de bestemming.

4.4.2 Geoorloofd gebruik

Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval niet gerekend:

  • a. een aan huis verbonden beroep- of bedrijfsactiviteit, mits:
    • 1. ten hoogste 30% van de oppervlakte van een woonhuis of de woning binnen een woongebouw en ten hoogste 60% van de toegelaten oppervlakte van de bijbehorende bouwwerken mag worden gebruikt ten behoeve van het aan huis verbonden beroep, met dien verstande dat de gezamenlijke oppervlakte per woning niet meer dan 75 m2 bedraagt;
    • 2. de uitstraling van de woning intact blijft;
    • 3. het gebruik geen nadelige gevolgen heeft voor het woon- en leefmilieu;
    • 4. het gebruik geen nadelige gevolgen heeft op de normale afwikkeling van het verkeer en geen nadelige toename van de parkeerbehoefte veroorzaakt;
    • 5. geen detailhandel wordt uitgeoefend;
    • 6. de activiteit uitsluitend door de bewoner(s) wordt uitgeoefend;
    • 7. in geval van een bedrijfsactiviteit, het een activiteit betreft die gezien de aard, omvang en intiensiteit verenigbaar is met het gebruik als woning.
  • b. het realiseren van een zwembad, mits:
    • 1. deze inpandig en ondergronds wordt gebouwd;
    • 2. het totale oppervlak niet groter is dan 75 m2;
  • c. het realiseren van een tennisbaan, mits het totale oppervlak niet groter is dan 800 m2;
  • d. het realiseren van een paardenbak, mits het totale oppervlak niet groter is dan 1200 m2.

4.4.3 Strijdig gebruik

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken als bedoeld in artikel 4.4.1 wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van detailhandel en horeca;
  • b. het gebruik van een aanbouw of (vrijstaand) bijgebouw bij een woning als zelfstandige woning en/of als afhankelijke woonruimte.
4.5 Afwijken van de gebruiksregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid onder a sub 1, ten behoeve van het vergroten van de gezamenlijke oppervlakte per woning tot niet meer dan 150 m2, mits de verkeersaantrekkende werking geen nadelige gevolgen heeft op de omliggende natuur- en landschappelijke waarden en het nabijliggende stiltegebied. De voorwaarden, zoals genoemd in lid 4.3.1 onder a sub 2 t/m 7 zijn van overeenkomstige toepassing.

Hoofdstuk 3 Algemene regels

Artikel 5 Anti-dubbeltelregel

Voor zover deze als relevant kunnen worden beschouwd voor het plangebied wordt voor de bepalingen van dit artikel verwezen naar het bestemmingsplan Wellerwaard.

Artikel 6 Algemene gebruiksregels

Voor zover deze als relevant kunnen worden beschouwd voor het plangebied wordt voor de bepalingen van dit artikel verwezen naar het bestemmingsplan Wellerwaard.

Artikel 7 Algemene aanduidingsregels

7.1 overige zone - landgoed
  • a. De gronden ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - landgoed' zijn mede bestemd voor een landgoed;
  • b. op deze gronden mogen bij het landgoed behorende bouwwerken worden opgericht.

Artikel 8 Algemene afwijkingsregels

Voor zover deze als relevant kunnen worden beschouwd voor het plangebied wordt voor de bepalingen van dit artikel verwezen naar het bestemmingsplan Wellerwaard.

Artikel 9 Algemene wijzigingsregels

Voor zover deze als relevant kunnen worden beschouwd voor het plangebied wordt voor de bepalingen van dit artikel verwezen naar het bestemmingsplan Wellerwaard.

Artikel 10 Overige regels

Voor zover deze als relevant kunnen worden beschouwd voor het plangebied wordt voor de bepalingen van dit artikel verwezen naar het bestemmingsplan Wellerwaard.

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

Artikel 11 Overgangsrecht

Voor zover deze als relevant kunnen worden beschouwd voor het plangebied wordt voor de bepalingen van dit artikel verwezen naar het bestemmingsplan Wellerwaard.

Artikel 12 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als:

Regels van het bestemmingsplan Landgoed Wellerwaard van de gemeente Noordoostpolder.