direct naar inhoud van Artikel 4 Recreatie - Dagrecreatie
Plan: Wellerwaard
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0171.BP00479-VS01

Artikel 4 Recreatie - Dagrecreatie

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie - Dagrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. extensieve (dag)recreatie;
  • b. extensieve openluchtrecreatie;
  • c. horeca in categorie I;
  • d. wonen ten dienste van horeca, uitsluitend inpandig;
  • e. water ter grootte van minimaal 70% van het bestemmingsvlak.

met daarbijhorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wegen, paden, ontsluitingen, parkeer-, waterhuishoudkundige en groenvoorzieningen.

4.2 Bouwregels
4.2.1 Algemeen

Op de voor Recreatie - Dagrecreatie aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels.

4.2.2 Gebouwen

Voor een gebouw gelden de volgende regels:

  • a. het aantal hoofdgebouwen ten behoeve van horeca mag niet meer bedragen dan 1;
  • b. de bouwhoogte van het hoofdgebouw ten behoeve van horeca mag niet meer bedragen dan 12,5 m;
  • c. de oppervlakte van het hoofdgebouw ten behoeve van horeca mag niet meer bedragen dan 600 m2;
  • d. de afstand tot een woning, zoals bedoeld in artikel 8 Woongebied - Uit te werken, mag niet minder bedragen dan 10 m.
4.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor een bouwwerk, geen gebouw zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2,5 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag niet meer bedragen dan 10 m;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 6 m bedragen.
4.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
4.3.1 Vergunningplicht

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het vellen, rooien, zaaien of aanplanten van bomen en andere houtopstanden, voor zover het beplanting betreft die niet in de gemeentelijke kapverordening of de Boswet is geregeld, zoals deze regelingen luidden op het tijdstip van de terinzagelegging van het plan;
  • b. het graven of dempen van sloten en poelen.
4.3.2 Uitzonderingen

Het in lid 4.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:

  • a. het normale onderhoud en/of de normale exploitatie betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan;
  • c. toegestaan zijn ter realisatie van deze bestemming.
4.3.3 Toepassingsvoorwaarden

Een in lid 4.3.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend, indien:

  • a. door de werken en/of werkzaamheden dan wel door de daarvan (direct of indirect) te verwachten gevolgen de landschappelijke waarden van deze gronden niet onevenredig (kunnen) worden geschaad, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig (kunnen) worden verkleind;
  • b. voorafgaand aan het uitvoeren van de in lid 4.3.1 genoemde werken en/of werkzaamheden een landschapsdeskundige wordt geraadpleegd.