direct naar inhoud van Regels
Plan: Deprogrammeren Woningbouw (parapluplan)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0166.00991192-VB01

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

In de regels wordt verstaan onder:

1.1 plan

Het bestemmingsplan Deprogrammeren Woningbouw (parapluplan) met identificatienummer NL.IMRO.0166.00991192-VB01 van de Gemeente Kampen.

1.2 agrarisch bedrijf

Een deeltijd, reëel of volwaardig bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen (met uitzondering van houtteelt) en/of het houden van dieren, waarop een bedrijfsmatige, op de markt gerichte productie plaatsvindt, zoals een intensief kwekerijbedrijf, glastuinbouwbedrijf, intensief veehouderijbedrijf of grondgebonden agrarische bedrijfsvoering.

1.3 bestemmingsplan

De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.

1.4 bouwen

Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.

1.5 bouwwerk

Een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.

1.6 gebouw

Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.

1.7 recreatief medegebruik

een recreatief gebruik van gronden dat ondergeschikt is aan de functie van de bestemming, waarbinnen dit recreatieve gebruik is toegestaan.

Artikel 2 Van toepassing verklaring

De regels in dit bestemmingsplan zijn van toepassing en aanvullend op de hieronder opgenomen bestemmingsplannen:

plannaam   vaststelling raad   IMRO-idn  
Brunneper Bongerd 2013   29-05-2013   NL.IMRO.0166.00991119-VB01  
Het Onderdijks 2013   29-05-2013   NL.IMRO.0.166.00991110-VB01  
Stationsomgeving Hanzelijn   02-02-2012   NL.IMRO.0166.00991005-OH01  
Wilsum en Nieuwstad 2012   13-09-2012   NL.IMRO.0166.00991074-VB01  
Woonwijken Kampen   21-07-2011   NL.IMRO.0166.00991024-VB01  
Zuideinderhof, derde fase   13-12-2012   NL.IMRO.0166.00991112-VB01  
plannaam   vaststelling college   IMRO-idn  
Stationsomgeving Hanzelijn, 1e uitwerking   04-02-2014   NL.IMRO.0166.00991108-VB01  

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Agrarisch

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Agrarisch' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. de uitoefening van het agrarisch bedrijf;

met daarbij behorende recreatief medegebruik, groenvoorzieningen, water en waterhuishoudkundige voorzieningen, wegen en paden.

3.2 Bouwregels
3.2.1 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 2,5 m bedragen.

Artikel 4 Groen

4.1 bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen;
  • b. fiets- en/of voetpaden;
  • c. bruggen en tunnels ten behoeve van fiets- en/of voetpaden;
  • d. in- en uitritten;
  • e. parkeergarage, ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage';
  • f. speelvoorzieningen en hierbij passende openbare verblijfsvoorzieningen;
  • g. abri's, telefooncellen, straatmeubilair, nutsvoorzieningen en dergelijke;
  • h. bijbehorende verhardingen, waterpartijen en watergangen.
4.2 Bouwregels
4.2.1 Gebouwen

Op deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

4.2.2 Bouwwerken, geen gebouw zijnde

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken geen gebouw zijnde ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van kunstobjecten mag niet meer dan 8 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van lichtmasten mag niet meer dan 10 m bedragen;
  • c. in overige gevallen mag de bouwhoogte niet meer dan 4,5 m bedragen.
4.3 Wijzigingsbevoegdheid
  • a. Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen:
    • 1. naar ‘Verkeer – Verblijfsgebied’ of ‘Verkeer’ voor de aanleg van parkeerplaatsen of voor aanpassingen van bestaande wegvoorzieningen, mits deze aanpassingen van beperkte omvang zijn.
  • b. Ter beoordeling van de toelaatbaarheid van de in sub a genoemde wijziging vindt een evenredige belangenafweging plaats waarbij betrokken worden:
    • 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
    • 2. de woonsituatie;
    • 3. de verkeersveiligheid;
    • 4. de fysieke en externe veiligheid;
    • 5. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.

Hoofdstuk 3 Algemene regels

Artikel 5 Overige regels

5.1 Wijzigingen van bestemmingsregels

In de volgende artikelen in de regels van de daarbij genoemde bestemmingsplannen worden de regels als volgt gewijzigd:

  • a. In het bestemmingsplan 'Het Onderdijks 2013' wordt artikel 13.2.1 sub 1 vervangen door 'het aantal woningen mag niet meer bedragen dan 135;'
  • b. In het bestemmingsplan 'Woonwijken Kampen' wordt artikel 21.2 sub a vervangen door 'het aantal woningen mag niet meer bedragen dan 194;'
  • c. In het bestemmingsplan 'Woonwijken Kampen' wordt artikel 22.2 sub a vervangen door 'het aantal woningen mag niet meer bedragen dan 162;'
  • d. In het bestemmingsplan 'Stationsomgeving Hanzelijn' wordt artikel 3.2.1 sub c vervangen door 'het aantal woningen mag niet meer dan 150 bedragen, met dien verstande dat het totale aantal woningen van de binnen de bestemmingen Centrum, Centrum - Uit te werken en Wonen - Uit te werken te bouwen woningen niet meer dan 651 mag bedragen;'
  • e. In het bestemmingsplan 'Stationsomgeving Hanzelijn' wordt artikel 10.2.6 vervangen door 'Het totale aantal woningen van de binnen de bestemmingen Centrum, Centrum - Uit te werken en Wonen - Uit te werken te bouwen woningen mag niet meer dan 651 bedragen.'
  • f. In het bestemmingsplan 'Stationsomgeving Hanzelijn' wordt artikel 11.2.2 vervangen door 'Het totale aantal woningen van de binnen de bestemmingen Centrum, Centrum - Uit te werken en Wonen - Uit te werken te bouwen woningen mag niet meer dan 651 bedragen.'
  • g. In het bestemmingsplan 'Stationsomgeving Hanzelijn, 1e uitwerking' wordt artikel 6.2.1 sub a vervangen door 'het totaal aantal te bouwen woningen binnen de bestemmingen Centrum, Wonen - 1, Woongebied, Wonen - Uit te werken en Centrum - Uit te werken mag niet meer bedragen dan 651;'
  • h. In het bestemmingsplan 'Stationsomgeving Hanzelijn, 1e uitwerking' wordt artikel 7.2.1 sub a vervangen door 'het totaal aantal te bouwen woningen binnen de bestemmingen Centrum, Wonen - 1, Woongebied, Wonen - Uit te werken en Centrum - Uit te werken mag niet meer bedragen dan 651;'

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

Artikel 6 Overgangsrecht

6.1 Bouwwerken
  • a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
    • 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    • 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  • b. In afwijking van het bepaalde onder a kan het bevoegd gezag eenmalig een omgevingsvergunning voor het bouwen verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder a. met maximaal 10%.
  • c. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
6.2 Gebruik
  • a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet, behoudens voor zover uit de richtlijnen 79/409/EEG en 92/43/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand onderscheidenlijk van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna, beperkingen voortvloeien ten aanzien van ten tijde van de inwerkingreding van het bestemmingsplan bestaand gebruik.
  • b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind;
  • c. Indien het gebruik, bedoeld onder a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  • d. Het bepaalde onder a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 7 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als:

Regels van het bestemmingsplan 'Deprogrammeren Woningbouw (parapluplan)'.

Bijlagen bij de regels