| Plan: | IJsselmuiden Dorpsrand, 1e herziening Parallelweg 1 |
|---|---|
| Status: | vastgesteld |
| Plantype: | bestemmingsplan |
| IMRO-idn: | NL.IMRO.0166.00991172-VB03 |
Toelichting
Hoofdstuk 1 Inleiding
1.1 Aanleiding
De gemeente Kampen heeft in 2013 het bestemmingsplan voor de dorpsrandzone IJsselmuiden geactualiseerd. Het bestemmingsplan 'IJsselmuiden Dorpsrand' is een conserverend bestemmingsplan. Dit betekent dat de bestaande planologische rechten werden overgenomen. Wel werden deze rechten vertaald naar een actuele en moderne regelgeving op basis van de standaardregels van de gemeente Kampen.
Gebleken is dat voor het perceel Parallelweg 1 de bestaande planologische rechten niet juist zijn overgenomen. De heer Van Pijkeren, eigenaar van het perceel Parallelweg 1, heeft daarom verzocht om het bestemmingsplan aan te passen, zodanig dat het gebruik van het perceel ten behoeve van intensieve veehouderij is toegestaan. Het onderhavige bestemmingsplan voorziet hierin.
1.2 Bij dit plan behorende stukken
Het bestemmingsplan 'IJsselmuiden Dorpsrand, 1e herziening Parallelweg 1' bestaat uit de volgende stukken:
- deze toelichting;
- de planregels;
- de verbeelding met nummer NL.IMRO.0166.00991172-VB03.
Op de verbeelding zijn de bestemmingen van de onder het plan vallende gronden en opstallen aangegeven. In de regels zijn bepalingen opgenomen om de uitgangspunten van het plan zeker te stellen. Het plan gaat vergezeld van deze toelichting, waarin de aan het plan ten grondslag liggende onderzoeken en een planbeschrijving zijn opgenomen.
1.3 Ligging van het plangebied
Het plangebied heeft enkel betrekking op het perceel Parallelweg 1 en is gelegen nabij de kern IJsselmuiden .
1.4 Geldend bestemmingsplan
Voor het plangebied is nu het bestemmingsplan 'IJsselmuiden Dorsprand' van toepassing. Dit bestemmingsplan is vastgesteld op 12 december 2013.
Hoofdstuk 2 Beleidskaders
In dit hoofdstuk wordt het beleid samegevat dat relevant is voor dit bestemmingsplan. Het (inter)nationale en provinciale beleid is sinds de vaststelling van het bestemmingsplan 'IJsselmuiden Dorpsrand' niet of nauwelijks gewijzigd, althans niet zover dit relevant is voor de inhoud van dit bestemmingsplan. Daarom zal hier niet verder op worden ingegaan. Op het gemeentelijk beleid zal hieronder worden ingegaan.
Het perceel Parallelweg 1 ligt in het plangebied van het onlangs geactualiseerde bestemmingsplan 'IJsselmuiden Dorpsrand'. Uitgangspunt bij dit bestemmingsplan is geweest dat de rechten van bestaande bedrijven gerespecteerd zouden worden. Echter het plangebied kan getypeerd worden als een 'gemengd gebied' waarin de vestiging van zware milieuhinderlijke bedrijven ongewenst is. Daarom is er voor gekozen dat bedrijfsbestemmingen tot maximaal milieucategorie 2 bij recht zijn toegestaan en dat gevestigde bedrijven die in een hogere categorie vallen een aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf' krijgen, waardoor zij wel bij recht zijn toegestaan maar niet zondermeer van bedrijfsactiviteit kunnen veranderen.
In het bestemmingsplan is ook uitgangspunt geweest dat bij de enkele agrarische bedrijven die zijn gevestigd in het plangebied enkel grondgebonden agrarische bedrijfsvoering mogelijk is. Echter ook hier geldt dat legale intensieve veehouderijen wel positief bestemd worden.
Bovenstaande uitgangspunten zijn verwoord in de toelichting van het bestemmingsplan 'IJsselmuiden Dorpsrand' (par. 3.3.1 Milieuzonering). In deze pargraaf is ook het bedrijf van de heer Van Pijkeren, Parallelweg 1, benoemd als zijnde een bedrijf dat de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf' zou moeten krijgen omdat dit bedrijf valt in milieucategorie 3 en een intensieve veehouderij betreft.
In het bestemmingsplan 'IJsselmuiden Dorpsrand' is in de planregels voor de bestemming Bedrijf wel de aanduiding opgenomen maar niet voor Agrarisch-Agrarisch bedrijf. Hierdoor is in feite het bedrijf, althans de intensieve tak, van de heer Van Pijkeren onder het overgangsrecht van het bestemmingsplan gebracht. Dit was niet beoogd.
Hoofdstuk 3 Onderzoek
Artikel 3.2. van de Algemene wet bestuursrecht bepaalt dat bij de voorbereiding van een besluit het bestuursorgaan de nodige kennis omtrent de relevante feiten en de af te wegen belangen vergaart. Gelet op de strekking van voorliggend bestemmingsplan is nader onderzoek niet nodig.
Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid
Conform artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening dient bij het opstellen van een bestemmingsplan onderzoek te worden ingesteld naar de uitvoerbaarheid van het plan. Bij de uitvoering van een plan kan in zijn algemeenheid onderscheid worden gemaakt tussen de maatschappelijke en economische uitvoerbaarheid. Bij het eerste gaat het er om hoe de verwezenlijking door de maatschappij (overheid en burgers samen) wordt gedragen. Bij het tweede gaat het om de kosten en andere economische aspecten die met de verwezenlijking van het plan samenhangen. Tevens is in de Wet ruimtelijke ordening (Wro) geregeld dat in het kader van een bestemmingsplan voor bepaalde bouwplannen de grondexploitatieregeling van toepassing is.
4.1 Economische uitvoerbaarheid
Doel van de grondexploitatieregeling is het inzichtelijk maken van de financiële haalbaarheid en het bieden van meerdere mogelijkheden voor het kostenverhaal waardoor er meer sturingsmogelijkheden zijn. Er wordt onderscheid gemaakt tussen de publiekrechtelijke weg via een exploitatieplan en de privaatrechtelijke weg in de vorm van overeenkomsten. In het geval van een exploitatieplan kan de gemeente eisen en regels stellen voor de desbetreffende gronden.
Kostenverhaal is alleen mogelijk voor bepaalde bouwplannen. In dit geval is er geen sprake van een bouwplan als bedoeld in het Besluit ruimtelijke ordening zodat geen kostenverhaal mogelijk is.
4.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid
Het bestemmingsplan zal overeenkomstig de Algemene wet bestuursrecht (afdeling 3.4) gedurende zes weken ter inzage liggen en worden toegestuurd aan overleginstanties. Tijdens deze periode wordt de mogelijkheid geboden voor het indienen van zienswijzen. Verder komt ten aanzien van de omgevingsaspecten, de uitvoerbaarheid van het plan niet in geding.
Hoofdstuk 5 Juridische regeling
De onderhavige herziening is uitsluitend bedoeld om de vestiging van een intensieve veehouderij op het perceel Parallelweg 1 mogelijk te maken conform het voorgaande plan. Hiertoe wordt in de bestemming Agrarisch-Agrarisch bedrijf de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf' opgenomen en wordt op de Verbeelding deze aanduiding vermeld voor het perceel Parallelweg 1. In de bijlage bij de planregels wordt het bedrijf opgenomen.
De herziening bestaat uit een toelichting, verbeelding en regels. Er is voor gekozen om alleen de herziene regels op te nemen. Deze herziening dient derhalve in onderlinge samenhang met het bestemmingsplan 'IJsselmuiden Dorpsrand' te worden geraadpleegd voor de toepassing daarvan.
Hoofdstuk 6 Inspraak en overleg
6.1 Vooroverleg
Op grond van artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening wordt geëist dat bij de voorbereiding van een bestemmingsplan overleg wordt gevoerd met die diensten van het Rijk en de provincie die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen welke in het plan in geding zijn.
Op grond van het tweede lid van dit artikel is de mogelijkheid gegeven dat onder bepaalde omstandigheden of in bepaalde gevallen geen overleg gevoerd hoeft te worden. De provincie Overijssel heeft dergelijke gevallen aangegeven in de zogenaamde 'Lijst A Vooroverleg'.
In dit geval kan worden afgezien van het vooroverleg omdat er geen sprake is van een ontwikkeling waarbij er sprake is van provinciaal of nationaal belang.
6.2 Zienswijzen
Het ontwerpbestemmingsplan is op 11 maart 2015 gepubliceerd in het huis-aan-huisblad Kampen.nl en in de Staatscourant en heeft vanaf 12 maart gedurende zes weken ter inzage gelegen. Tijdens deze periode zijn twee zienswijzen binnengekomen.