direct naar inhoud van Artikel 11 Groen
Plan: IJsselmuiden West
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0166.00991039-VB01

Artikel 11 Groen

11.1 bestemmingsomschrijving

De voor ' Groen ' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'kinderboerderij', tevens voor een kinderboerderij;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - ondergrondse bebouwing', tevens voor waterberging;
  • d. fiets- en/of voetpaden;
  • e. bruggen en tunnels ten dienste van langzaam verkeer;
  • f. in- en uitritten;
  • g. speelvoorzieningen en hierbij passende, openbare verblijfsvoorzieningen;
  • h. abri's, telefooncellen, straatmeubilair, nutsvoorzieningen en dergelijke;
  • i. bijbehorende verhardingen, waterpartijen en watergangen.
11.2 Bouwregels
11.2.1 Gebouwen

Binnen deze bestemming mogen gebouwen ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • a. een gebouw dient binnen een bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. de bouwhoogte mag niet meer dan bedragen 6 m bedragen;
  • c. het bebouwingspercentage mag niet meer zijn dan 25%;
  • d. afwijkingen in maten en afmetingen zoals die bestaan op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp mogen gehandhaafd worden;
  • e. in afwijking van het bepaalde onder a en b mag ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - ondergrondse bebouwing' tevens een ondergronds gebouw worden gebouwd.
11.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken geen gebouwen zijnde ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van kunstobjecten mag niet meer dan 8 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van lantaarnpalen mag niet meer dan 8,5 m bedragen;
  • c. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 4,5 m bedragen.
11.3 Afwijken van de bouwregels
  • a. Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 11.2.2 lid c en een hogere bouwhoogte toestaan, met dien verstande dat de bouwhoogte niet meer dan 7 m mag bedragen.
  • b. Een omgevingsvergunning op grond van sub a wordt slechts verleend, wanneer geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
    • 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
    • 2. de woonsituatie;
    • 3. de sociale veiligheid;
    • 4. de verkeersveiligheid;
    • 5. de fysieke en externe veiligheid;
    • 6. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.
11.4 Wijzigingsbevoegdheid
  • a. Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming wijzigen:
    • 1. van ‘ Groen 'naar ‘ Verkeer - Verblijfsgebied ’ voor de aanleg van parkeerplaatsen of voor aanpassingen van bestaande wegvoorzieningen, mits deze aanpassingen van beperkte omvang zijn;
  • b. Ter beoordeling van de toelaatbaarheid van de in sub a genoemde wijzigingen vindt een evenredige belangenafweging plaats waarbij betrokken worden:
    • 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
    • 2. de woonsituatie;
    • 3. de verkeersveiligheid;
    • 4. de fysieke en externe veiligheid;
    • 5. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.