direct naar inhoud van 2.1 Internationaal beleid
Plan: Bestemmingsplan Boeldershoek 2009
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0164.BP0012-0302

2.1 Internationaal beleid

Verdrag van Kyoto (Kyotoprotocol)

Na moeizame onderhandelingen tussen vrijwel alle landen van de wereld is in 2001 in Bonn het klimaatverdrag van Kyoto ingevuld, dat is ontstaan op de klimaatconferentie in Kyoto (Japan) in 1997.

In het verdrag is vastgelegd met hoeveel procent, landen hun uitstoot van broeikasgassen (CO2 is het belangrijkste broeikasgas) moeten verminderen. De gemiddelde doelstelling per land is een afname van 5% CO2-uitstoot in 2008-2012 ten opzichte van 1990. Afgesproken is ook hoe die vermindering moet worden gemeten en gerapporteerd en welke sanctiemogelijkheden er zijn als een land zich niet aan zijn toezeggingen houdt. Voor ontwikkelingslanden die nu al met de gevolgen van klimaatverandering worden geconfronteerd is een fonds voor financiële steunmaatregelen in het leven geroepen.

In december 2008 zijn door het Europese parlement wetsvoorstellen aangenomen inzake het klimaat.

Eind juni 2010 was het Nationaal Actieplan Duurzame Energie gereed. Dit plan beschrijft hoe Nederland denkt de zogeheten Renewable Energy Directive (RED), de richtlijn duurzame energie te gaan uitvoeren en hoe zij denkt de doelstellingen uit de richtlijn te gaan halen. Zo wordt onder meer beschreven hoe 10% duurzame (bio)brandstoffen in 2020, een van die doelstellingen, gerealiseerd kan gaan worden.

Akkoord van Kopenhagen

In december 2009 is in Kopenhagen gesproken over opvolging van het Verdrag van Kyoto. Dit heeft geleid tot het 'Akkoord van Kopenhagen', een overeenkomst die op 18 december 2009 werd gesloten tussen onder andere de Verenigde Staten van Amerika, China, Brazilië en de regeringsleiders van de Europese Unie met als doel de opwarming van de Aarde te beperken. De belangrijkste punten in het akkoord zijn de oprichting van een Groenfonds voor arme landen die getroffen zijn door de klimaatverandering en de doelstelling om de opwarming van de aarde tot 2 graden Celsius te beperken.

Europese Kaderrichtlijn Water

De Europese Kaderrichtlijn Water is richtinggevend voor de bescherming van de oppervlaktewaterkwaliteit van de landen in de Europese Unie. Aan alle oppervlaktewateren in een stroomgebied worden haalbare doelen gesteld die in 2015 moeten worden bereikt. Ruimtelijk relevant rijksbeleid is verwoord in de Vierde Nota Waterhuishouding, de Nota Ruimte en het Advies Waterbeheer 21e eeuw. In de provincie Overijssel is de Omgevingsvisie richtinggevend voor waterschappen en gemeenten.