Direct naar inhoud
Status:vastgesteld
Plantype:bestemmingsplan
IMRO-idn:NL.IMRO.0163.BPHERZPAPLUPARK-VG01

Toelichting eerste herziening van het paraplubestemmingsplan parkeren gemeente Hellendoorn

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Inhoudsopgave

 

HOOFDSTUK 1 Inleiding

1.1 Aanleiding

1.2 Opzet van het paraplubestemmingsplan

1.3 Ligging plangebied

1.4 Leeswijzer

HOOFDSTUK 2 Juridische regeling

2.1 Algemeen

2.2 Uitleg regels

HOOFDSTUK 3 Uitvoerbaarheid

3.1 Economische uitvoerbaarheid

3.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid

3.3 Uitkomsten vooroverleg

.

 

 

 

 

 

 

HOOFDSTUK 1 Inleiding

 

1.1 Aanleiding

 

Als er bij de gemeente een verzoek binnenkomt om medewerking te verlenen aan een nieuwe ruimtelijke ontwikkeling die strijdig is met het ter plaatse geldende bestemmingsplan, dient ondermeer te worden nagegaan welke parkeerbehoefte door die ontwikkeling wordt gegenereerd. Toetsingskader hiervoor is het "Paraplubestemmingsplan Parkeren gemeente Hellendoorn", zoals dat op 12 juni 2018 door de raad van Hellendoorn is vastgesteld.

Aanleiding voor het vaststellen van het "Paraplubestemmingsplan Parkeren gemeente Hellendoorn" was een wijziging van de Woningwet, waardoor de stedenbouwkundige bepalingen van de bouwverordening (waaronder de verplichting om op eigen terrein in de parkeerbehoefte te voorzien) kwamen te vervallen. Sedertdien worden gemeenten geacht het parkeren in de gemeentelijke bestemmingsplannen zelf te regelen. Net als de gemeente Hellendoorn, hebben vrijwel alle gemeenten in dit land dit ondervangen door de raad een Paraplubestemmingsplan Parkeren vast te laten stellen.

 

In het verleden is er in de diverse bestemmingsplannen die al zijn vastgesteld vóór de vaststelling van het "Paraplubestemmingsplan Parkeren gemeente Hellendoorn" (waaronder onder meer de bestemmingsplannen “Nijverdal Noordwest", “Nijverdal Zuid", "Nijverdal Centrum", "Hellendoorn dorp 2013") voor gekozen om bij de parkeerbehoefte van een nieuwe ontwikkeling, de bestaande parkeerbehoefte van een bepaalde locatie in mindering te brengen.

 

Kernbepaling van het 'Paraplubestemmingsplan Parkeren gemeente Hellendoorn", is de navolgende planregel:

 

41.1 Voldoende parkeergelegenheid
Bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor het bouwen en/of een omgevingsvergunning voor het wijzigen van het gebruik dient te worden voorzien in voldoende parkeergelegenheid voor motorvoertuigen op het eigen terrein dat bij het bouwwerk of terrein waarvoor vergunning wordt verleend, behoort. Daarbij moet worden voorzien in parkeergelegenheid overeenkomstig de normering als vermeld in de bijlage "Nota Parkeernormen", vastgesteld door de raad op 11 december 2012.

 

Indien deze "Nota Parkeernormen" wordt gewijzigd, moet rekening worden gehouden met deze wijziging.

Bij de berekening van de extra behoefte aan parkeerplaatsen, wordt de bestaande behoefte buiten beschouwing gelaten. Alleen de nieuwe situatie en de daaruit voortvloeiende grotere behoefte aan parkeerplaatsen, ten opzichte van de bestaande behoefte, is basis voor de berekening van de parkeerbijdrage.

 

41.2 Laden en lossen
Indien de bestemming van een bouwwerk of een terrein aanleiding geeft tot een te verwachten behoefte voor het laden of lossen van goederen moet, bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor het bouwen en/of een omgevingsvergunning voor het wijzigen van het gebruik, op het eigen terrein worden voorzien in voldoende ruimte voor het laden en lossen.

41.3 Afwijken van de algemene gebruiksregels
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 41.1 ten behoeve van normen voor het parkeren overeenkomstig de flexibiliteit en uitzonderingen uit de "Nota Parkeernormen", vastgesteld op 11 december 2012 door de raad van de gemeente Hellendoorn

 

Nota Parkeernormen

Al eerder, op 11 december 2012, heeft de raad van Hellendoorn de "Nota Parkeernormen" vastgesteld.

 

Deze "Nota Parkeernormen" heeft op zich zelf bezien géén juridische geldingswaarde.

Juridische werking krijgt de "Nota Parkeernormen" pas doordat deze in gemeentelijke bestemmingsplannen van toepassing wordt verklaard op het bij die bestemmingsplannen behorende plangebied. Dat is in de gemeente Hellendoorn gebeurd door de vaststelling van het "Paraplubestemmingsplan Parkeren gemeente Hellendoorn".
In de regels van dat paraplubestemmingsplan zit een zogenaamde "dynamische verwijzing": als binnen de looptijd van dit paraplubestemmingsplan de parkeernormen worden geactualiseerd, geldt de nieuwe beleidsregel en dient getoetst te worden aan de inhoud van de dan geldende parkeernormen. Het is dus dan niet nodig om daarvoor het paraplubestemmingsplan parkeren te herzien.

Achter in de "Nota Parkeernormen" zijn tabellen opgenomen voor respectievelijk:

 

Aan de hand van deze tabellen kan worden herleid, wat de concrete parkeerbehoefte is van een bepaalde functie. De aangehaalde bepaling uit het 'Paraplubestemmingsplan parkeren gemeente Hellendoorn", wijkt af van het ter zake bepaalde in de "Nota Parkeernormen", zie daartoe het gestelde in § 5.4.1 uit deze Nota parkeernormen.

 

Korte uitleg "Nota Parkeernormen"
In de toekomstige situatie is het bij nieuwbouw of verbouw een basiseis dat de benodigde parkeerplaatsen op eigen terrein dienen te worden gerealiseerd. Er zijn drie situaties waarvoor een uitzondering kan worden gemaakt:

 

1.

Door de locatie van de (nieuw)bouw zijn parkeerplaatsen op eigen terrein niet wenselijk. Hierbij kan worden gedacht aan een locatie binnen het voetgangersgebied. Parkeren op eigen terrein betekent dan immers extra rijdende voertuigen van en naar de desbetreffende locatie via het voetgangersgebied.

 

2.

Het is fysiek niet mogelijk om de parkeerplaatsen op eigen terrein te realiseren;

 

3.

Voor bezoekers parkeren bij woningen in principe uitgaan van 0,5 parkeerplaats per woning in de openbare ruimte.

 

Voor deze situaties kán dus een uitzondering worden gemaakt, maar het hoeft niet! Met name in het tweede geval, kan het voorkomen dat extra parkeerdruk op de openbare weg ongewenst of eenvoudig onmogelijk is. Als het volgens de "Nota Parkeernormen" voorgeschreven aantal parkeerplaatsen niet kan worden gerealiseerd op het eigen terrein, dient de aanvrager van de omgevingsvergunning een financiële bijdrage in het parkeerfonds te storten. Als tegenprestatie zal de gemeente Hellendoorn dan binnen 10 jaar en 1.000 meter van de bouwlocaties voor vervangende parkeergelegenheid zorgen of mobiliteitsmaatregelen nemen.

Als het college het toestaat dat een aantal al bestaande parkeerplaatsen in het openbaar gebied voor de nieuwe functies mogen worden gebruikt, dient de initiatiefnemer het gebruik van deze parkeerplaatsen te compenseren door een financiële bijdrage in het parkeerfonds te storten. Bij de afweging speelt - net als bij het verstrekken van vergunningen - de beschikbare capaciteit van de desbetreffende parkeerterreinen een rol.

 

Het komt er dus in de dagelijkse praktijk op neer, dat in het geval er bij de gemeente een nieuwe, met het bestemmingsplan strijdige ruimtelijke ontwikkeling niet aan de parkeerrichtlijnen van de "Nota Parkeernormen" kan worden voldaan, er per situatie door het college een belangenafweging moet plaasvinden. In de dagelijkse uitvoeringspraktijd komt die belangenafweging er feitelijk op neer dat de beleidsmedewerker verkeer en vervoer een locatie- c.q. casus gebonden beoordeling en afweging pleegt.Vervolgens verstrekt de beleidsmedewerker verkeer en vervoer zijn advies over de parkeerbehoefte (en eventuele afkoopregeling) aan de beleidsmedewerker ruimtelijke ordening, die dat advies op zijn beurt verwerkt in zijn integrale beoordeling en advisering aan het college van burgemeester en wethouders van het ingekomen principeverzoek.

 

Er zijn twee redenen om de raad als planwetgever, een voorstel te doen om het "Paraplubestemmingsplan parkeren" te herzien.

 
1.

In artikel 41.1 van de regels uit het Paraplubestemmingsplan parkeren is bepaald dat bij de berekening van de extra behoefte aan parkeerplaatsen, de bestaande behoefte buiten beschouwing dient te worden gelaten. Alleen de nieuwe situatie en de daaruit voortvloeiende grotere behoefte aan parkeerplaatsen, ten opzichte van de bestaande behoefte, is basis voor de berekening van de parkeerbijdrage.

 

Deze juridisch bindende verplichting om de bestaande parkeerbehoefte in mindering te brengen op de nieuwe parkeerbehoefte, geeft in de dagelijkse uitvoeringspraktijk aanleiding tot problemen.

 

Door deze verplichting is er namelijk nog maar beperkt een mogelijkheid voor de beleidsmedewerker verkeer en vervoer om te komen tot een beoordeling en belangenafweging op basis van de "Nota Parkeernormen". Daarom wordt aan de raad voorgesteld om deze bepaling te schrappen.

Wat blijft, is de bevoegdheid voor het college van Burgemeester en wethouders om met een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in artikel 41.1 ten behoeve van normen voor het parkeren overeenkomstig de flexibiliteit en uitzonderingen uit de "Nota Parkeernormen".

 

2.

Artikel 41.2 van het "Paraplubestemmingsplan parkeren gemeente Hellendoorn" bevat een bepaling dat daar waar nodig het laden en lossen op het eigen terrein dient te geschieden. Ten onrechte is niet voorzien in een mogelijkheid voor het college van burgemeester en wethouders om daar met een omgevingsvergunning van af te wijken. Voorgesteld wordt om hierin alsnog te voorzien.

 

 

1.2 Opzet van het paraplubestemmingsplan

Via het "Paraplubestemmingsplan Parkeren gemeente Hellendoorn" is gemeentebreed een nieuw artikel opgenomen waarin het beleid met betrekking tot parkeernormen is geregeld, met daarnaast ook beleid voor het laden en lossen.

 

Indien de "Nota Parkeernormen" wordt herzien, dient daaraan te worden getoetst. Door deze dynamische regeling hoeft niet elke keer een nieuw paraplubestemmingsplan te worden vastgesteld bij gewijzigde parkeernormen en/of tarieven.

 

Herziening "Nota Parkeernormen"
Op 21 september 2021 heeft de raad van Hellendoorn de "Nota parkeernormen, herziening 2021" vastgesteld. Bij de vaststelling door de raad van deze herziene uitgave, zijn de gehanteerde parkeernormen niet veranderd! Wat daarbij wel is veranderd, zijn de bedragen die per parkeerplaats in het parkeerfonds moeten worden gestort in het geval het niet (of niet geheel) mogelijk is om op het eigen terrein in de parkeerbehoefte te voorzien.

 

1.3 Ligging plangebied

Het plangebied van de "Eerste herziening van het Paraplubestemmingsplan Parkeren gemeente Hellendoorn" wordt gevormd door het gehele gemeentelijk grondgebied, behoudens voor de plangebieden behorende bij:

 

 

Het geldende juridisch-planologisch kader wordt gevormd door bestemmingsplannen, wijzigingsplannen en uitwerkingsplannen en daarmee gelijk te stellen plannen en besluiten. Dit paraplubestemmingsplan is een bestemmingsplan dat als een paraplu ligt over andere, al bestaande bestemmingsplannen (en wijzigings- en uitwerkingsplannen) en daarmee gelijk te stellen plannen en besluiten van de gemeente Hellendoorn

 

 

1.4 Leeswijzer

Deze toelichting is als volgt opgebouwd. Na deze inleiding volgt hoofdstuk 2 met een beschrijving van de parkeernormen. Tevens worden in dit hoofdstuk de juridische aspecten van het paraplubestemmingsplan beschreven. In hoofdstuk 3 wordt tenslotte ingegaan op de beschrijving van de economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid.

 

HOOFDSTUK 2 Juridische regeling

 

 

2.1 Algemeen

 

Deze "eerste herziening van het paraplubestemmingsplan parkeren" bevat een aantal artikelen waarmee de parkeernormen worden toegevoegd aan de geldende bestemmingsregelingen. In de regels is een bepaling opgenomen op welke wijze de regeling in het betreffende bestemmingsplan is verwerkt en welke bestemmingsplannen en artikelen c.q. leden en/of subleden zijn aangepast, toegevoegd of geschrapt.

In de beleidsregel "Nota Parkeernormen, herziening uitgave 2021" zijn parkeernormen opgenomen die van toepassing zijn bij ruimtelijke ontwikkelingen.
De gemeente Hellendoorn wil de vraag naar parkeergelegenheid op zodanige wijze faciliteren dat de kwaliteit van de openbare gebied behouden blijft. Als aan een ruimtelijke ontwikkeling geen voorwaarden kunnen worden gesteld, dan wordt de parkeerbehoefte afgewenteld op het openbaar gebied. Omdat dit gebied hier vaak niet in kan voorzien, kan dit leiden tot overlast voor bestaande gebruikers van de openbare ruimte. Door het stellen van parkeernormen wordt enerzijds voorkomen dat door nieuwe ontwikkelingen parkeeroverlast ontstaat (omdat wordt geregeld dat ontwikkelingen moeten voorzien in voldoende parkeergelegenheid op het eigen terrein) en anderzijds wordt de bereikbaarheid van de nieuwe functies gewaarborgd.

Het doel van deze "Nota Parkeernormen, herziening uitgave 2021" is dan ook om er voor te zorgen dat er voldoende parkeerplaatsen bij nieuwbouw of verbouw (gebruik) worden gerealiseerd. Centraal staat dat de initiatiefnemer van de ontwikkeling verantwoordelijk is voor het realiseren van de benodigde parkeerplaatsen bij een nieuwe ruimtelijke ontwikkeling. Bij het bepalen van de benodigde parkeerplaatsen voor het parkeren of stallen van auto's, dient met de in deze beleidsregel opgenomen normen rekening te worden gehouden. Daarnaast zijn in dit document regels opgenomen onder welke voorwaarden van de parkeernormen afgeweken mag worden. Met deze beleidsregels wordt duidelijkheid en rechtszekerheid geboden aan (bouw)aanvragers en belanghebbenden.

 

Als bijlage bij de regels van dit bestemmingsplan zijn de actuele parkeernormen voor de gemeente Hellendoorn opgenomen in de "Nota Parkeernormen, herziening uitgave 2021". Deze parkeernormen zijn gebaseerd op de CROW publicatie 381.

 

Het is mogelijk dat binnen de looptijd van dit paraplubestemmingsplan, de parkeernormen worden geactualiseerd. In dat geval geldt de nieuwe beleidsregel en dient getoetst te worden aan de inhoud van de dan geldende parkeernormen. Hiervoor is in de regels van dit paraplubestemmingsplan een zogeheten "dynamische verwijzing" opgenomen,hierdoor hoeft niet elke keer een nieuw paraplubestemmingsplan te worden vastgesteld bij gewijzigde parkeernormen en/of tarieven. De raad van Hellendoorn heeft op 21 september de "Nota Parkeernormen, herziening uitgave 2021" vastgesteld. In dit concrete geval is, ondanks de in de Nota Parkeernormen opgenomen dynamische verwijzing, wél een herziening van het geldende "Paraplubestemmingsplan Parkeren gemeente Hellendoorn" noodzakelijk omdat de bestemmingsregeling van het Paraplubestemmingsplan Parkeren zodanig wordt gewijzigd, dat niet langer de bestaande behoefte aan parkeerplaatsen in mindering moet worden gebracht op de nieuw behoefte in het geval een bestemmingsplan wordt herzien.

 

De "Eerste herziening van het paraplubestemmingsplan parkeren gemeente Hellendoorn" is vervat in de planregels, een bijlage bij de regels, een verbeelding en een toelichting. De verbeelding bestaat uitsluitend uit een plancontour waarvoor de herziening van het paraplubestemmingsplan parkeren van toepassing is.
Deze contour komt overeen met de gemeentegrens minus:

 

 

In de regels wordt aangegeven in welke bestemmingsplannen en op welke wijze de nieuwe uniforme parkeerregeling wordt toegevoegd. De bindende planstukken (regels en verbeelding) worden nader onderbouwd met deze toelichting.

 

2.2 Uitleg regels

 

De regels zijn onderverdeeld in drie hoofdstukken:

 

  1. Inleidende regels;

  2. Algemene regels;

  3. Overgangs- en slotregels.

 

 

 

2.2.1 Inleidendende regels

 

In artikel 1 van dit hoofdstuk zijn enkele begrippen opgenomen. De begrippen 'plan' en 'bestemmingsplan' zijn begrippen die wettelijk moeten worden verklaard en geven de naamgeving van het bestemmingsplan aan. Daarnaast wordt aangegeven wat met het begrip 'ruimtelijke plannen' wordt bedoeld. In artikel 2 is opgenomen op welke bestemmingsplannen de herziening van het paraplubestemmingsplan parkeren van toepassing is en wat de relatie met deze plannen is.

 

 

2.2.2 Algemene regels

 

Dit hoofdstuk bevat de feitelijke inhoud van het bestemmingsplan. In artikel 3 is de antidubbeltelregel opgenomen. In het eerste lid van artikel 4 zijn de regels opgenomen voor het aspect 'parkeren' overeenkomstig de beleidsregel "Nota Parkeernormen, herziening uitgave 2021". De regeling is zo vormgegeven dat bij (bouw)activiteiten wordt getoetst of er sprake is van voldoende parkeergelegenheid aan de hand van deze beleidsregels. Deze toetsing vindt plaats bij de omgevingsvergunning. Omdat een omgevingsvergunning ook betrekking kan hebben op het afwijken van het bestemmingsplan, vindt deze toetsing daar ook plaats. In dat geval wordt ook het gebruik getoetst, niet alleen het bouwen. Echter gebruiksveranderingen die bij recht zijn toegestaan volgens het bestemmingsplan vallen hier niet onder (zie daartoe de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State zaaknr. 201800074/1/R6).

 

In de "Nota Parkeernormen, herziening uitgave 2021" is geen beleid opgenomen ten aanzien van het laden en/of lossen van goederen. Er bestaat echter wel behoefte aan een regeling voor het laden en lossen, omdat ook deze bepaling uit de bouwverordening is komen te vervallen. Daarom is in het tweede lid van artikel 4 een bepaling opgenomen dat voor een bouwwerk, waarbij de verwachting bestaat dat er behoefte zal zijn aan ruimte voor het laden en/of lossen van goederen, de omgevingsvergunning slechts zal worden verleend, wanneer wordt voorzien in die behoefte. In het artikel is voor zowel voor "het parkeren" als voor "het laden en lossen" een afwijkingsbevoegdheid opgenomen voor het college van burgemeester en wethouders.

 

2.2.3 Overgangs- en slotregels

 

In het overgangsrecht is een regeling opgenomen voor bebouwing en gebruik dat al bestond bij het opstellen van het plan, maar dat strijdig is met de opgenomen regeling. Onder bepaalde voorwaarden mag deze strijdige bebouwing en/of het strijdige gebruik worden voortgezet of gewijzigd. In de slotregel is de officiële naam van het plan bepaald. Onder deze naam kan dit paraplubestemmingsplan worden aangehaald.

 

 

 

HOOFDSTUK 3 Uitvoerbaarheid

 

3.1 Economische uitvoerbaarheid

De "Eerste herziening van het paraplubestemmingsplan parkeren" maakt geen nieuwe ontwikkelingen dan wel bouwplannen mogelijk. De uitvoering van dit bestemmingsplan brengt geen kosten met zich. Het vaststellen van een exploitatieplan op basis van dit bestemmingsplan is derhalve niet nodig.

Omdat het een regeling betreft voor nieuwe, met het geldende bestemmingsplan strijdige ontwikkelingen, leidt de "Eerste herziening van het paraplubestemmingsplan parkeren" ook niet tot het uitkeren van tegemoetkomingen in de planschade.

 

3.2 Maatschappelijke uitvoerbaarheid

Er is voor gekozen om direct een ontwerpbestemmingsplan in procedure te brengen. Er is dus bewust van afgezien om eerst een inspraakprocedure te doorlopen op basis van een voorontwerpbestemmingsplan. Dit omdat het louter gaat om de gevolgen van het vervallen van de stedenbouwkundige bepalingen uit de Bouwverordening te ondervangen door voor die betreffende stedenbouwkundige bepalingen uit de Bouwverordening - voor zover nodig - een vervangende juridische regeling in de bestemmingsplannen zelf op te nemen.

 

3.3 Uitkomsten vooroverleg

Aangezien er geen directe belangen bij dit bestemmingsplan zijn betrokken van andere instanties, zoals bijvoorbeeld de provincie Overijssel en/of het Waterschappen Vechtstromen dan wel het Waterschap Drents Overijsselse Delta, is over dit bestemmingsplan geen vooroverleg gevoerd.