direct naar inhoud van 3.5 Geluid
Plan: Radewijk, Radewijkerweg 54
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0160.0000BP00148-VG01

3.5 Geluid

De Wet geluidhinder (Wgh) heeft tot doel de mensen te beschermen tegen geluids(over)last ten gevolge van wegverkeer, spoorwegverkeer of industrieterreinen. Op basis van deze wet dient bij het opstellen van het bestemmingsplan dan ook aandacht te worden geschonken aan het aspect "geluid".

In de Wet geluidhinder is een zonering van industrieterreinen, wegen en spoorwegen geregeld. Enerzijds betekent dit dat (geluids)eisen kunnen worden gesteld aan de milieubelastende functies, anderzijds betekent dit dat beperkingen kunnen worden opgelegd aan milieugevoelige functies.

Onderzoeksverplichting

De verplichting tot het uitvoeren van een akoestisch onderzoek in relatie tot het opstellen van een bestemmingsplan geldt niet, indien in dat bestemmingsplan geen mogelijkheden worden geboden voor het realiseren van nieuwe woningen en andere geluidgevoelige objecten.

Aangezien er geluidgevoelige objecten in het plangebied worden gerealiseerd, dient er akoestisch onderzoek uitgevoerd te worden. In deze paragraaf wordt ingegaan op de geluidsaspecten met betrekking tot zones langs wegen, spoorwegen en rond industrieterreinen.

Zones langs wegen

Langs alle wegen is op grond van de Wet geluidhinder (Wgh) sprake van geluidszones waarbinnen de geluidshinder vanwege de weg getoetst moet worden. De breedte van de geluidzone is afhankelijk van het aantal rijstroken en van binnen of buiten stedelijke ligging. Een dergelijke zone geldt echter niet voor wegen die gelegen zijn binnen een als woonerf aangewezen gebied of wegen waarvoor een maximumsnelheid van 30 km/uur geldt.

Bij de voorbereiding van de vaststelling van een bestemmingsplan dat geheel of gedeeltelijk betrekking heeft op gronden binnen een dergelijke geluidzone, wordt akoestisch onderzoek ingesteld. Onderzoek naar geluidsaspecten van verkeer kan echter achterwege blijven indien op het tijdstip van de vaststelling van een bestemmingsplan een weg reeds aanwezig of in aanleg is en de woningen of andere geluidgevoelige objecten ook reeds aanwezig of in aanbouw zijn. De verplichting tot het uitvoeren van een akoestisch onderzoek geldt evenmin, indien in dat bestemmingsplan geen mogelijkheden worden geboden voor het realiseren van nieuwe woningen en andere geluidgevoelige objecten.

In dit bestemmingsplan is sprake van een nieuwe situatie, omdat de (niet gevoelige) bestemming "Maatschappelijke doeleinden met bijbehorende erven" gewijzigd wordt in het geluidsgevoelige "Wonen".

Nieuwe situaties

Voor de geluidsbelasting aan de buitengevels van woningen en andere geluidgevoelige bestemmingen binnen de wettelijke geluidszone van een weg geldt een voorkeursgrenswaarde van 48 dB. In bepaalde gevallen is vaststelling van een hogere waarde mogelijk. Hogere grenswaarden kunnen alleen worden verleend nadat is onderbouwd dat maatregelen om de geluidsbelasting aan de gevel van geluidgevoelige bestemmingen terug te dringen onvoldoende doeltreffend zijn, dan wel overwegende bezwaren ontmoeten van stedenbouwkundige, verkeerskundige, vervoerskundige, landschappelijke of financiële aard. Deze hogere waarde mag de uiterste grenswaarde niet te boven gaan.

Akoestisch onderzoek

Binnen het plangebied is sprake van een nieuwe geluidgevoelige functie binnen een zone van 250 meter rondom de Radewijkerweg en de Stobbehaarweg. Er is daarom door Adviesbureau Vobru een akoestisch onderzoek uitgevoerd. De resultaten van dit onderzoek worden hieronder verkort weergegeven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0160.0000BP00148-VG01_0003.png"

Tabel: rekenresultaten Radewijkerweg en Stobbehaarweg

De berekende geluidsbelasting ter plaatse van de gevel(s) van de toekomstige woning vanwege de Radewijkerweg en de Stobbehaarweg bedraagt op geen van de punten meer dan Lden 48 dB. Dit is inclusief aftrek (5 dB) conform artikel 110g Wgh. Vanwege het verkeer op de Radewijkerweg en de Stobbehaarweg wordt de voorkeursgrenswaarde daarom niet overschreden.

Vanuit de Wet geluidhinder bestaat er daarom geen bezwaar voor de voorgenomen bestemmingsplanherziening.