direct naar inhoud van 3.3 Gemeentelijk beleid
Plan: Buitengebied Avereest, Woudbloemweg 8a Dedemsvaart
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0160.0000BP00104-VG01

3.3 Gemeentelijk beleid

De gemeente Hardenberg heeft haar ruimtelijk beleid verwoord in tal van beleidsdocumenten. In het onderhavige geval zijn de belangrijkste beleidsdocumenten de "Visienota buitengebied gemeente Hardenberg" en de "Welstandsnota Hardenberg".

3.3.1 Visienota Buitengebied Gemeente Hardenberg

De gemeente Hardenberg heeft de hoofdlijnen van het nieuwe ruimtelijke beleid voor het totale buitengebied van de gemeente Hardenberg geformuleerd in de ‘Visienota Buitengebied Gemeente Hardenberg’. De nota richt zich vooral op de realisatie van ruimtelijke kwaliteiten in het buitengebied.

De ruimtelijke visie zoals vastgelegd in de visienota moet de basis gaan vormen voor een nieuw bestemmingsplan voor het buitengebied in de gemeente Hardenberg. De hoofddoelen van het ruimtelijk beleid zoals verwoord in de 'Visienota Buitengebied' zijn:

  • Op een duurzame en efficiënte wijze ruimte scheppen voor de verschillende ruimtevragende functies;
  • Het vergroten van de leefbaarheid van het platteland;
  • Het vergroten van de ruimtelijke kwaliteit.

De gemeente Hardenberg heeft in de visienota een aantal deelgebieden onderscheiden. Het plangebied ligt in het landbouwontwikkelingsgebied Dedemsvaart-Zuid. In figuur 3.5. is de visiekaart behorende bij de twee deelgebieden opgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0160.0000BP00104-VG01_0009.png"

Figuur 3.5. Visiekaart landbouwontwikkelingsgebied Hardenberg (Bron: Gemeente Hardenberg)

Voor wat betreft de landbouw richt de gemeentelijke visie zich op een aantal aspecten te weten:

  • 1. Het bieden van ruimte aan de landbouw om te komen tot een rationele, op de markt gerichte productie die in evenwicht is met zijn omgeving;
  • 2. Het bieden van ruime mogelijkheden voor verbrede landbouw.
  • 3. Een gebiedsgerichte aanpak;
  • 4. Ruimte voor maatwerk voor plaatselijke omstandigheden.

De land- en tuinbouw is de belangrijkste grondgebruiker in de gemeente Hardenberg en bepaalt daardoor voor een belangrijk deel het gezicht van de gemeente. Vooral de grondgebonden landbouw heeft naast het produceren van voedsel een grote rol bij de instandhouding en het beheer van grote delen van de groene ruimte. Voor de continuïteit van de landbouw is het van belang dat agrarische ondernemers aan de ene kant voldoende ruimte krijgen om in te spelen op de eisen van de wereldmarkt en aan de andere kant meer ruimte krijgen om hun bedrijfsvoering te verbreden en te blijven produceren voor de regionale afzet.

In de landbouwontwikkelingsgebieden wordt deze ruimte geboden en is er ruimte voor schaalvergroting en intensivering. In deze gebieden is ook ruimte voor nieuwvestiging, bijvoorbeeld in de vorm van bedrijfsverplaatsing. Ook in de andere gebieden zijn hiervoor mogelijkheden, maar in beperktere mate. In deze gebieden zal, vanwege de andere functies die aanwezig zijn, maatwerk nodig zijn. Voor de verbrede landbouw geldt min of meer het omgekeerde. Hiervoor worden ruime mogelijkheden geboden in de niet-landbouwontwikkelingsgebieden. Ook in de landbouwontwikkelingsgebieden zijn hiervoor kansen, maar alleen voorzover de landbouwontwikkeling daardoor niet gehinderd wordt. Als landbouwontwikkelingsgebieden worden de gebieden Westerhuizingerveld, Dedemsvaart-Zuid, Slagharen-Oost/West, De Krim en Bergentheim-Zuid aangewezen. De gebieds- en landschapskenmerken van deze gebieden zijn bij uitstek geschikt voor de functie landbouw.

Het vestigen van een akkerbouwbedrijf aan de Woudbloemweg past uitstekend binnen de gemeentelijke beleidsuitgangspunten om de landbouw ruime ontwikkelingsmogelijkheden te bieden in de daarvoor aangewezen landbouwontwikkelingsgebieden.

3.3.2 Welstandsnota Hardenberg

Het plangebied valt in de welstandsnota in het 'veenontginning' landschap. In figuur 3.5. is een uitsnede van de welstandskaart behorende bij de welstandnota opgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0160.0000BP00104-VG01_0010.png"

Figuur 3.5 Uitsnede welstandskaart gemeente Hardenberg (Bron: Gemeente Hardenberg)

Gebieden aangeduid als 'veenontginning' zijn na de vervening in de 19e eeuw voornamelijk in gebruik genomen voor akkerbouw. De vaarten en kanalen die gegraven zijn ten behoeve van deze veenontginning zijn nu deels gedumpt. De bebouwing in deze gebieden is voornamelijk georiënteerd op de weg. Tussen de voorgevel en de weg bevindt zich van oudsher het voorerf. De erven zijn voornamelijk rechthoekig en hebben een regelmatige opbouw. Landschappelijke beplanting beperkt zich vooral tot de wegen en erven. Bijgebouwen bevinden zich in deze gebieden voornamelijk achter of naast het erf.

Het beleid van de gemeente is erop gericht om de belangrijkste bebouwingskarakteristieken in deze landschappen te handhaven. Bouwplannen worden beoordeeld op een aantal aspecten die kenmerkend zijn voor de bebouwing in de welstandsgebieden 'veenontginning'. Veelal wordt bij nieuwbouw een erfinrichtingsplan gevraagd. Onderhavige ruimtelijke ontwikkeling wordt ingepast in het landschap waarbij het erfinrichtingsplan (zie Bijlage 1 en Hoofdstuk 6) leidend is. De nieuwe woningen en de nieuwe agrarische bebouwing dienen getoetst te worden door de welstand waarbij de welstandsnota en de daarin verwoorde uitgangspunten leidend zijn.

3.3.3 Conclusie toetsing aan gemeentelijk beleid

De vestiging van een nieuw akkerbouwbedrijf aan de Woudbloemweg is in overeenstemming met de gemeentelijke beleidsuitgangspunten zoals verwoord in de "Visienota Buitengebied". De op te richten bedrijfswoning en de daarbij behorende bedrijfsbebouwing zullen in een later stadium getoetst worden door de welstand waarbij het gebiedstype "veenontginning" en de daarbij behorende uitgangspunten leidend zullen zijn.