direct naar inhoud van 2.4 Gemeentelijk beleid
Plan: Buitengebied Avereest, locatie Hoofdweg 15 te Balkbrug
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0160.0000BP00042-VG01

2.4 Gemeentelijk beleid

2.4.1 Toekomstvisie (2004)

In de toekomstvisie van de gemeente Hardenberg die is vastgesteld in mei 2004, wordt erover gesproken dat de gemeente de kwaliteit van de groene ruimte wil behouden en verbeteren. De gemeente wil voor de groene ruimte niet meer denken vanuit functies, maar vanuit kwaliteiten. De landbouw zal een belangrijke functie blijven houden in het buitengebied, maar zal niet meer de enige en primaire functie zijn. De gemeente Hardenberg versterkt de kwaliteiten van de groene ruimte met een gebiedsgerichte werkwijze. In gebieden met weinig natuurwaarden is veel economische activiteit en landbouw mogelijk, in gebieden met hoge natuurwaarden staan natuurfuncties centraal. De gemeente werkt momenteel aan minder gedetailleerde regelgeving. De gemeente wil bijvoorbeeld vrijkomende agrarische bebouwing inzetten voor andere activiteiten, zoals bewoning, zorgboerderijen en huisvesting voor starters. De kinderopvang zal een bijdrage kunnen leveren aan de leefbaarheid van de omgeving in het buitengebied.

2.4.2 Visienota Buitengebied (2006)

De Visienota Buitengebied van de gemeente Hardenberg is vastgesteld op 18 juli 2006. In de Visienota Buitengebied zijn er drie hoofddoelen van het gemeentelijk ruimtelijk beleid voor het buitengebied, namelijk:

  • op een duurzame en efficiente wijze ruimte scheppen voor de verschillende ruimtevragende functies;
  • het vergroten van de leefbaarheid van het platteland;
  • het vergroten van de ruimtelijke kwaliteit.

Met de afname van het aantal agrarische bedrijven staat de vitaliteit van het platteland onder druk. De kinderopvang zal een bijdrage kunnen leveren aan de leefbaarheid van de omgeving en het verbreden van het spectrum aan werkmilieus in het buitengebied. Doordat er op het erf ook een kinderboerderij zal komen maakt de kinderopvang en gastouderbureau efficient gebruik van de ruimte. De Visienota onderscheidt ook verschillende gebieden. Het betreffende plangebied ligt in het overgangsgebied van het landbouwontwikkelingsgebied en de ecologische verbindingszone. De Visienota kent een gebiedsgerichte benadering waarbij per ruimtelijk thema de toekomstvisie is beschreven. Belangrijk uitgangspunt is dat bestaande functies in het buitengebied worden gerespecteerd.

2.4.3 Welstandsnota Hardenberg

Voor wat betreft de welstand in de gemeente, geldt de Welstandsnota “gemeente Hardenberg voor altijd mooi” (2006), die is vastgesteld op 24 april 2007. Met deze nota wordt getoetst of bouwplannen voldoen aan een goede welstand. Dit wordt gedaan op basis van gebiedsgerichte criteria. Plannen moeten daarmee passen in de omgeving.

De kern Balkbrug is in de welstandsnota ingedeeld onder het welstandsgebied 1: Heide - ontginning.

Het beleid is voor dit gebied gericht op:

  • Handhaven van de belangrijkste karakteristieken van dit ontginningslandschap: de regelmatigheid en de relatieve kleinschaligheid.
  • Dit landschap biedt door zijn structuur en diversiteit aan bebouwing mogelijkheden voor nieuwe ontwikkelingen zonder dat het oorspronkelijke patroon wordt verstoord (bijvoorbeeld nieuwe landgoederen). De versterking van de structuur van de landschappelijke beplanting is daarbij tevens een uitgangspunt.

Het plan zal te zijner tijd aan de welstandscommissie worden voorgelegd.

2.4.4 Beleidsplan Archeologie

Door de gemeente is het Beleidsplan Archeologie "Met het verleden stevig verankerd op de toekomst af" opgesteld. In dit beleidsplan heeft de gemeente vastgelegd hoe ze met haar archeologische waarden omgaat en zijn alle maatschappelijke en archeologische aspecten opgenomen en tegen elkaar afgewogen.

Het vastleggen van de omgang met het bodemarchief gebeurt door gemeenten hoofdzakelijk via bestemmingsplannen. Het beleidsplan dient daarbij als instrument om de onderzoeksplicht te kunnen beoordelen. Om deze reden wordt het beleidsplan vergezeld van een archeologische waarden- en verwachtingenkaart.

In paragraaf 3.3 wordt nader ingegaan op het plan met betrekking tot het plangebied.