direct naar inhoud van 2.3 Gemeentelijk beleid
Plan: Buitengebied Gramsbergen, locatie de Vaart 12 te Ane
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0160.0000BP00027-VG02

2.3 Gemeentelijk beleid

Visienota Buitengebied (2006)
De ruimtelijke visie voor het buitengebied van de gemeente Hardenberg vormt de basis voor een nieuw bestemmingsplan voor het buitengebied.

Hoofddoelen van dit beleid zijn:

  • op een duurzame en efficiënte wijze ruimte scheppen voor de verschillende ruimtevragende functies;
  • het vergroten van de leefbaarheid van het platteland;
  • het vergroten van de ruimtelijke kwaliteit.


De hoofddoelen zijn vertaald in acht verschillend thema's, een gebiedsgerichte benadering van het buitengebied zowel van landschapstypen als visuele landschapskenmerken en een ontwikkelingsgerichte wijze van bestemmen.

De thema's landschap, wonen en recreatie en toerisme zijn van toepassing voor het plangebied. De belangrijkste doelstellingen zijn hieronder weergeven:

Landschap:

  • Handhaving en versterking van de verscheidenheid aan landschappen.
  • Bescherming van het archeologisch en cultureel erfgoed.
  • Een positieve houding ten aanzien van ontwikkelingsplannen die bijdragen aan het behoud, het herstel en de beleving van het archeologisch en cultureel erfgoed.
  • Landschappelijke versterking en uitnutting van de stroomdallandschappen en versterking van het veenkoloniale landschap door herstel van de wijkenstructuur en het behoud van de openheid.
  • De ontwikkeling van grensoverschrijdende landschappelijke functionele verbindingen.
  • Het betrekken van het landschap bij de uitbreiding van steden en dorpen (stads- en dorpsontwikkeling niet alleen van binnen naar buiten, maar ook van buiten naar binnen benaderen).
  • Het vergroten van de beleving van het landschap.

Wonen:

  • Het bieden van de mogelijkheid om aan vrijgekomen agrarische bedrijfsgebouwen een woonfunctie toe te kennen; waarbij ruimere mogelijkheden gelden naarmate meer oppervlakte aan landschapsontsierende bedrijfsgebouwen wordt afgebroken.


Recreatie en toerisme:

  • Het benutten van de kwaliteiten rust, ruimte en natuur.
  • Een verbreding van het aanbod aan verblijfsrecreatieve voorzieningen.
  • Het bieden van ruime mogelijkheden voor hergebruik van vrijgekomen agrarische bedrijfsgebouwen voor kleinschalige dag- en verblijfsrecreatieve voorzieningen.

Het plangebied behoort tot het deelgebied Collendoorn. Het landschapstype is een essen- en kampenlandschap. Kenmerken hiervan zijn: kleinschalig landschap, eikenbomen en singels, kronkelend patroon van wegen, verspreid bebouwingspatroon en lichtglooiend landschap. Huidige functies zijn (kleinere) boerenbedrijven, wonen en bedrijvigheid.

De ontwikkelingsrichting is gemengd gebied. Functies hierin zijn: wonen, (verbrede) landbouw en economie (bedrijven).

De voorgenomen ontwikkeling sluit aan op de hiervoor beschreven doelstellingen ten aanzien van landschap, wonen en recreatie en toerisme. Tevens draagt het plan bij aan het vergroten van de ruimtelijke kwaliteit en het vergroten van leefbaarheid van het platteland.

Het landschap en cultureel erfgoed worden beschermd en versterkt doordat voor het plangebied een erfinrichtingsplan is opgesteld waarbij de cultuurhistorische en landschappelijke waarden uitgangspunt zijn geweest voor het plan. Het archeologisch erfgoed wordt in dit bestemmingsplan beschermd middels een dubbelbestemming.

De agrarische bebouwing wordt hergebruikt en krijgt in het plan zowel een woonfunctie als een recreatieve functie. Daarnaast leidt het voornemen tot een verbreding van het aanbod recreatieve voorzieningen.

Conclusie

De voorgenomen ontwikkeling sluit aan bij de doelstellingen ten aanzien van landschap, wonen en recreatie en toerisme.


Beleidsregel 'Intrekking Wet op de Openluchtrecreatie'
Per 1 januari 2008 is de Wet op de Openluchtrecreatie (WOR) definitief ingetrokken. Vanaf dat moment bestaat er geen landelijke regelgeving meer. Vanuit het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit is aan de gemeenten de opdracht gegeven om het kampeerbeleid zelf vorm te geven.

Het plangebied behoort tot het deelgebied gemengde gebieden. Dit gebied kenmerkt zich door een essen- en kampenlandschap. Het is een kleinschalig landschap met veel variatie aan beplanting. De open essen vormen een contrast met deze kleinschaligheid. Hierdoor zijn er veel mogelijkheden, bijvoorbeeld voor een agrarisch bedrijf in de open essen en in het kleinschalige landschap toeristische bedrijven.

Bed en breakfast is kleinschalig van opzet en het recreatief nachtverblijf wordt veelal beschouwd als onderdeel van de woonfunctie van het pand. De voorziening valt dan ook niet onder speciale voorschriften met betrekking tot veiligheid van de woningwet of bouwbesluit die wel gelden voor andere vormen van recreatief nachtverblijf. Gelet op de kleinschaligheid en de relatie met de bestaande woonfunctie kunnen dergelijke accommodaties in het hoofdgebouw worden toegestaan. De beleidsregel 'Mogelijkheden Bed&Breakfast voorzieningen bij bestemming woondoeleinden' maakt uitzondering op deze regel mogelijk. De beleidsregel wordt als laatste behandeld in deze paragraaf.

In het erfinrichtingsplan voor de locatie De Vaart 12 te Ane is een bed en breakfast voorzien. Ondanks dat er geen directe mogelijkheden voor recreatie en toerisme in het gemengde gebied zijn toegestaan en er geen sprake is van een agrarisch bedrijf wordt de ontwikkeling wel passend geacht.

In de nabijheid van de locatie is het Pieterpad gelegen. Het Pieterpad is een Lange-Afstands-Wandelroute welke loopt van Pieterburen in Noord-Groningen tot de Sint-Pietersberg in Zuid-Limburg en is daarmee de langste aaneengesloten wandelroute van Nederland. De bed en breakfast heeft een uitstekende ligging ten opzichte van de wandelroute. Daarnaast maakt de bed en breakfast onderdeel uit van de zorgopvang. De zorgbehoevenden zijn verantwoordelijk voor het draaiende houden van de nevenactiviteiten op de locatie. Dit maakt onderdeel uit van het traject welke de zorgbehoevenden ondergaan. Zonder nevenactiviteiten is het goed functioneren van de zorgopvang niet mogelijk.

Conclusie

De voorgenomen ontwikkelingen ten aanzien van de bed en breakfast wordt passend geacht op de locatie.

Mogelijkheden Bed & Breakfast voorzieningen bij bestemming woondoeleinden

De beleidsregel 'Mogelijkheden Bed & Breakfast voorzieningen bij bestemming woondoeleinden' is opgesteld om meer flexibilteit te bieden voor het onderbrengen van bed en breakfast voorzieningen in gebouwen.

Tot op heden is er altijd gekozen, wanneer het bed en breakfast betrof, om dit bij de bestemming ‘Wonen’ alleen plaats te laten vinden in het hoofdgebouw. In de afgelopen jaren is de woonfunctie in het buitengebied echter toegenomen. Het belang van deze functie als drager van de omgevingskwaliteiten is eveneens toegenomen. Een toevoeging van een licht verblijfsrecreatieve functie aan de bestemming 'Wonen' kan de positie van het wonen in het buitengebied versterken. Het kan ook zorgen voor een zinvolle herbestemming van leegstaande bijgebouwen en bijdragen aan de instandhouding van karakteristieke en/of cultuurhistorische waardevolle bijgebouwen. In dat opzicht is het niet langer reëel om het gebruik van bijgebouwen / voormalige bedrijfsgebouwen uitsluitend voor te behouden aan (voormalige) agrarische bedrijven.

Om een verblijfsrecreatieve functie als bed en breakfast toe te staan bij de bestemming ‘Wonen’ in bijgebouwen moeten er een aantal randvoorwaarden worden benoemd waarbinnen het mogelijk wordt om een overnachtingsmogelijkheid in een bijgebouw te realiseren. Bij bed en breakfast gaat het om een aanbieden van een kleinschalige overnachtingsaccommodatie waar veelal kortdurend gebruik van gemaakt wordt.

Algemene uitgangspunten:

  • De hoofdbewoner moet feitelijk aanwezig zijn in de woning tijdens het nachtverblijf, woonachtig zijn in de woning en als zodanig zijn ingeschreven in het GBA.
  • Er mag zich als gevolg van de bed en breakfast voorziening geen verdere verstening ontwikkelen. Dit geldt zowel voor binnen als buiten de bebouwde kom.
  • De bed en breakfast voorziening mag alleen in een legaal opgericht bijgebouw gerealiseerd worden. Het is niet mogelijk om nieuw te bouwen voor een dergelijke voorziening.

Specifieke uitgangspunten:

  • De bed en breakfast voorziening is te allen tijde ondergeschikt aan de bestemming ‘Wonen’ en zal geen zelfstandige wooneenheid kunnen worden. De woonfunctie van het perceel moet de hoofdfunctie blijven.
  • Er mag niet worden versnipperd over meerdere bijgebouwen.
  • De woning, inclusief bed en breakfast voorziening in het bijgebouw, mag slechts zijn voorzien van één meterkast ten behoeve van de aansluiting voor nutsvoorzieningen.
  • Er mogen maximaal 3 kamers ingericht worden ten behoeve van het aanbieden van recreatief nachtverblijf.
  • De bed en breakfast voorziening moet voldoen aan alle geldende wet- en regelgeving.
  • Het parkeren van de auto’s van de gasten dient op eigen terrein te gebeuren.
  • De landschappelijke, cultuurhistorische en/of architectonische waarden van het perceel, het pand of complex dienen behouden te blijven.
  • De realisatie van een bed en breakfast voorziening mag niet leiden tot een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden. (bijvoorbeeld omliggende (agrarische) bedrijven).

Het erfinrichtingsplan van de locatie De Vaart 12 is zoals eerder aangegeven voorzien van een bed en breakfast. De bed en breakfast wordt in de gebintenschuur gepositioneerd, dit is een bijgebouw. Middels de beleidsregel van de gemeente Hardenberg wordt dit mogelijk gemaakt.

Het plan voldoet zowel aan de algemene als de specifieke uitgangspunten, met uitzondering van het uitgangspunt ten aanzien van de bestemming in het bestemmingsplan. De locatie heeft bestemming 'Gemengd' gekregen en geen bestemming 'Wonen'. Reden hiervoor is de grote verscheidenheid aan functies op het terrein. De functie wonen wel onderdeel uit van de bestemming 'Gemengd'.


Conclusie

De voorgenomen ontwikkeling sluit aan bij het beleid ten aanzien van de mogelijkheden van bed en breakfast voorzieningen in bijgebouwen.