direct naar inhoud van 4.6 Milieuzonering
Plan: Buitengebied, partiële herziening Kolleweg 7
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0158.BP1078-0003

4.6 Milieuzonering

4.6.1 Algemeen

Zowel de ruimtelijke ordening als het milieubeleid stelt zich ten doel een goede kwaliteit van het leefmilieu te handhaven en te bevorderen. Dit gebeurt onder andere door milieuzonering. Onder milieuzonering verstaan we het aanbrengen van een voldoende ruimtelijke scheiding tussen milieubelastende bedrijven of inrichtingen enerzijds en milieugevoelige functies als wonen en recreëren anderzijds. De ruimtelijke scheiding bestaat doorgaans uit het aanhouden van een bepaalde afstand tussen milieubelastende en milieugevoelige functies. Die onderlinge afstand moet groter zijn naarmate de milieubelastende functie het milieu sterker belast.

De milieuzonering heeft twee doelen:

  • het voorkomen of zoveel mogelijk beperken van hinder en gevaar bij woningen en andere gevoelige functies;
  • het bieden van voldoende zekerheid aan bedrijven dat zij hun activiteiten duurzaam onder aanvaardbare voorwaarden kunnen uitoefenen.

Voor het bepalen van de aan te houden afstanden wordt de VNG-uitgave 'Bedrijven en Milieuzonering' uit 2009 gehanteerd. Deze uitgave bevat een lijst, waarin voor een hele reeks van milieubelastende activiteiten (naar SBI-code gerangschikt) richtafstanden zijn gegeven ten opzichte van milieugevoelige functies. De lijst geeft richtafstanden voor de ruimtelijk relevante milieuaspecten geur, stof, geluid en gevaar. De grootste van de vier richtafstanden is bepalend voor de indeling van een milieubelastende activiteit in een milieucategorie en daarmee ook voor de uiteindelijke richtafstand. De richtafstandenlijst gaat uit van gemiddeld moderne bedrijven. Indien bekend is welke activiteiten concreet zullen worden uitgeoefend, kan gemotiveerd worden uitgegaan van de daadwerkelijk te verwachten milieubelasting, in plaats van de richtafstanden. De afstanden worden gemeten tussen enerzijds de grens van de bestemming die de milieubelastende functie(s) toelaat en anderzijds de uiterste situering van de gevel van een milieugevoelige functie die op grond van het bestemmingsplan/wijzigingsplan mogelijk is.

Hoe gevoelig een gebied is voor milieubelastende activiteiten is mede afhankelijk van het omgevingstype. Met betrekking tot het plangebied geldt het omgevingstype rustig buitengebied.

Milieucategorie   Richtafstanden tot omgevingstype rustig buitengebied   Richtafstanden tot omgevingstype gemengd gebied  
1   10 m   0 m  
2   30 m   10 m  
3.1   50 m   30 m  
3.2   100 m   50 m  
4.1   200 m   100 m  
4.2   300 m   200 m  
5.1   500 m   300 m  
5.2   700 m   500 m  
5.3   1.000 m   700 m  
6   1.500 m   1.000 m  


Hiernaast gelden ten aanzien van bedrijven die onder de werkingssfeer van de Wet milieubeheer vallen, deze Wet en haar uitvoeringsbesluiten als toetsingskader voor de toegestane bedrijfshinder.

4.6.2 Onderzoeksresultaten milieuzonering
4.6.2.1 Invloed omliggende bedrijven op plangebied

Aan de hand van vorenstaande regeling is onderzoek verricht naar de feitelijke situatie. Er is sprake van zowel een intensieve veehouderij als een mesttransportbedrijf. De intensieve veehouderijtak wordt beëindigd en de bestaande bebouwing wordt hergebruikt ofwel gesloopt voor het bouwen van een loods zodat het mesttransportbedrijf kan worden voortgezet. Vastgesteld is dat de zowel de huidige als toekomstige situatie kan worden aangemerkt als niet milieugevoelig object en omliggende objecten hebben dus geen invloed op het plan.

4.6.2.2 Invloed plangebied op omliggende bedrijven

Op basis van de activiteiten gericht op het transporteren van mest is er sprake van 'algemene dienstverlening t.b.v. de landbouw' met een bedrijfsoppervlak groter dan 500m². Dit houdt in dat op basis van de grootste richtafstand voor het aspect geluid 50 meter moet worden aangehouden.

In de nabijheid van het plangebied zijn drie objecten gelegen, waarvan twee milieugevoelig, die mogelijk van invloed zijn op de ontwikkeling in het plangebied. Deze zijn aangegeven in figuur 4.2.

afbeelding "i_NL.IMRO.0158.BP1078-0003_0016.png"
Figuur 4.2. Kaart met de drie dichtstbijzijnde objecten (Bron: Provincie Overijssel)

1. Hengelosestraat 210, bedrijf.
2. Hengelosestraat 208, woning.
3. Kolleweg 2, woning.

Er is een milieuanalyse uitgevoerd door LTO vastgoed in Almelo, hierbij is er gekeken naar welk effect de voorgenomen ontwikkeling heeft op de omliggende woningen en agrarisch bedrijf.


Toetsing initiatief aan goed woon en leefklimaat
Door de bestemmingswijziging stopt men met de vleesvarkenshouderij waardoor de stankemissie (20.700 OU door intrekking milieuvergunning), het aantal aan- en afvoerbewegingen en de geluidsproductie afneemt. Geconcludeerd wordt dat het woon- en leefklimaat in de woningen aan de Kolleweg 2 en de Hengelosestraat 208 aanzienlijk zal gaan verbeteren.

Toetsing initiatief aan eventueel hinder voor agrarisch bedrijf

De afstand tussen de bouwblokgrenzen van de Kolleweg 7 en de Hengelosestraat 210 blijft meer dan 50 meter (circa 75 meter), hiermee voldoet het aan de richtafstand zoals genoemd in de VNG-uitgave. Dit houdt in dat het initiatief geen verslechtering van de bedrijfsmogelijkheden van het agrarische bedrijf van de familie Eijsink met zich mee brengt.

4.6.2.3 Conclusie

Vanuit de milieuzonering zijn er geen belemmeringen aangezien er een goed woon- en verblijfsklimaat wordt gegarandeerd, omliggende agrarische bedrijven niet in de bedrijfsvoering worden belemmerd en er sprake is van een bestaande situatie. Daarnaast is het initiatief niet in strijd met de Wet geurhinder en veehouderijen.