direct naar inhoud van 5.3 Bodem
Plan: Haaksbergen-Dorp Uitbreidingslocatie De Veldmaat
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0158.BP1050-0002

5.3 Bodem

Inleiding

Bij nieuwe ontwikkelingen moet vooraf de bodemkwaliteit worden vastgesteld. Dit aspect geldt in principe voor alle drie de onderdelen van dit plan (woongebieden, 'twents erf' en regionale waterberging). Deze komen hierna aan de orde.

Woongebieden

In het kader van het bestemmingsplan is een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd (Locatie de Veldmaat te Haaksbergen, Verkennend Bodemonderzoek, Grontmij,

projectnummer: 130-539-07, 23 augustus 2007). In onderstaande paragrafen zijn de resultaten uit dit verkennend bodemonderzoek weergegeven.

bodemonderzoek

Door middel van het uitgevoerde bodemonderzoek is inzicht verkregen in de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem ter plaatse van de onderzoekslocatie, Gezien de resultaten van het onderzoek wordt geconcludeerd dat de voor de onderzoekslocatie opgestelde hypothese "onverdachte locatie" strikt genomen niet juist is. Er zijn verspreid onder de onderzoekslocatie met name licht verhoogde gehalten aan een aantal zware metalen aangetroffen in het grondwater.

In het grondwater is plaatselijk een matig tot sterk verhoogd gehalte aan nikkel aangetroffen. Strikt genomen dient er een nader onderzoek te worden uitgevoerd. Maar uit informatie van de gemeente Haaksbergen blijkt dat dergelijke verhoogde gehalten wel vaker voorkomen binnen de gemeente Haaksbergen. De matig tot sterk verhoogde gehalten worden waarschijnlijk veroorzaakt door organische complexen met metalen in de bodem die onder invloed van humuszuren vrijkomen. Via het regenwater komen deze organische complexen in het grondwater terecht (natuurlijke bodemvorming).

Op basis van de verontreinigingen hoeft er uit milieuhygiënisch oogpunt geen beperking te worden gesteld aan de voorgenomen aankoop van het terrein en de toekomstige ontwikkeling van een woonwijk op het terrein.

Indien grond van de locatie vrijkomt en wordt toegepast in een ander werk is een partijkeuring conform de eisen van het Bouwstoffenbesluit noodzakelijk. Indien een bodemkwaliteitskaart beschikbaar is, mag de grond als bodem worden toegepast, mits de kwaliteit van de grond vergelijkbaar is met of beter is dan de kwaliteit van de ontvangende bodem.

asbestonderzoek

In opdracht van de gemeente Haaksbergen is door Tebodin Consultants & Engineers een verkennend bodemonderzoek naar de aanwezigheid van asbest uitgevoerd ter plaatse van de plangebied de Veldmaat te Haaksbergen (Locatie de Veldmaat te Haaksbergen, verkennend bodemonderzoek asbest, Tebodin, projectnummer: 3415001, 20 februari 2008).

Aanleiding tot het onderzoek is de ontwikkeling van het plangebied. Doelstelling van het verkennend onderzoek naar de aan-/afwezigheid van asbest is het aangeven of er vanuit het milieuhygiënisch oogpunt belemmeringen aanwezig zijn die de ontwikkeling van de plangebieden in de weg kunnen staan.

De werkzaamheden, analyses en rapportage voor het verkennende asbestonderzoek zijn uitgevoerd op basis van de onderzoeksstrategie zoals omschreven in de Nederlandse norm NEN 5707. Hierbij is voor de verdachte terreindelen (erven) de strategie kleinschalig onverdacht aangehouden. Voor de onverdachte deelterreinen (weilanden) is de onderzoeksstrategie grootschalig onverdacht gehanteerd. De ondergrond is hierbij alleen onderzocht indien hier op basis van zintuiglijke waarneming aanleiding toe bestond. Tijdens de veldwerkzaamheden zijn in de bovengrond bijmengingen met puin waargenomen.

Zowel ter plaatse van het onverwachte terrein als ook de verdachte locaties 3 en 4 zijn er geen bijzonderheden en/of afwijkingen waargenomen. In geen van de onderzochte monsters is asbest aangetoond.

Op grond van de onderzoeksresultaten, namelijk de afwezigheid van asbest, wordt geconcludeerd dat er vanuit het milieuhygiënische oogpunt geen belemmeringen aanwezig zijn die de ontwikkeling van de plangebieden in de weg kunnen staan.

De 4 stukken asbesthoudende golfplaat die wel aangetroffen zijn geven geen aanleiding tot nader en/of aanvullend bodemonderzoek. Alle aangetroffen stukken asbest zijn als materiaalmonster van de locatie afgevoerd. Geadviseerd wordt om volledigheidshalve te controleren of er eventueel stukken asbesthoudende golfplaat zijn achtergebleven na uitvoering van het veldonderzoek en in dat geval te laten verwijderen.

conclusie

Het aspect bodemkwaliteit vormt geen beperking voor de uitvoerbaarheid van de woongebieden.

Regionale waterrretentie

Inleiding

Ter hoogte van deellocatie 2 (locatie Regionale Waterretentie), in dit onderzoek de 'locatie Grobbink' genoemd is een bodemonderzoek verricht. Doel van het onderzoek is het vaststellen van de milieuhygienische bodemkwaliteit op de onderzoekslocatie. Op basis van de onderzoeksresultaten moet worden vastgesteld of de gewenste vorm van bodemgebruik, vanuit milieuhygienisch oogpunt gezien, mogelijk is en zo niet, welke vervolgacties er noodzakelijk zijn. Het verkennend bodemonderzoek is gebaseerd op de NEN5740.

afbeelding "i_NL.IMRO.0158.BP1050-0002_0013.jpg"

Tekening met onderzoekslocatie en boorpunten

Onderzoeksresultaten

Tijdens de boorwerkzaamheden zijn zintuiglijk geen kenmerken waargenomen die kunnen duiden op de aanwezigheid van verontreinigende stoffen in de bodem. Tevens is op of in de bodem ter plaatse van de gehele onderzoekslocatie zintuiglijk geen asbestverdacht materiaal aangetroffen. Uit de analyseresultaten blijkt dat in zowel de boven- als de ondergrond geen verhoogde gehalten aan de onderzochte stoffen zijn aangetoond. In het grondwater zijn licht verhoogde concentraties aan naftaleen, tetrachlooretheen en enkele zware metalen gemeten.

Conclusies en aanbevelingen

Door middel van het uitgevoerde verkennend bodemonderzoek is inzicht in de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem ter plaatse van de onderzoekslocatie verkregen.

Gezien de resultaten van het bodemonderzoek dient te worden geconcludeerd dat de voor de onderzoekslocatie opgestelde hypothese 'onverdachte locatie' strikt genomen dient te worden verworpen, dit omdat in het grondwater licht verhoogde concentraties aan naftaleen, tetrachlooretheen en enkele zware metalen gemeten zijn. Aangenomen wordt dat de verhoogde concentraties aan zware metalen natuurlijk verhoogd voorkomen, dit omdat dergelijke concentraties ion het onderzoek uit 2009 op het nabijgelegen perceel ook zijn gemeten. Gezien de relatief lage concentraties is er geen aanleiding tot het verrichten van vervolgonderzoek met een aangepaste hypothese.

Indien grond van de locatie vrijkomt en wordt toegepast gelden de regels van het besluit bodemkwaliteit. De grond is tijdens het verkennend bodemonderzoek indicatief getoetst op het besluit bodemkwaliteit. Uit de resultaten blijkt dat op de locatie soprake is van schone grond. De grond is daardoor vrij toepasbaar. Indien grond vrijkomt, dient volgens het Besluit bodemkwaliteit de kwaliteit van de grond door middel van een partijkeuring te worden vastgesteld.

'Twents Erf'

Op de locatie van het 'Twents erf', de Kolenbranderweg 32, is een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd (Verkennend en aanvullend bodemonderzoek, Kolenbranderweg 32 te Haaksbergen, 13 november 2008, kenmerk 20081807/MVOP, Geofox-Lexmond bv). Aanleiding voor het onderzoek was de voorgenomen ontwikkeling van de onderzoekslocatie. Het doel van het onderzoek was om de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem vast te leggen.

Grond

Tijdens dit onderzoek is in de bovengrond een achtergrondwaarde overschrijding met PCB aangetoond. Ter plaatse van boring 5 is in de ondergrond PAK aangetoond in een gehalte boven de interventiewaarde. Deze verontreiniging is afgeperkt middels de boringen 22 t/m 25 en hierbij zijn er in de grondmonsters geen overschrijdingen aangetoond. De verontreiniging bevindt zich in het dieptetraject van 1,30 m -mv tot 1,90 m -mv. De omvang van de grondverontreiniging in gehalten boven de interventiewaarde is ca. 10 m³.

Grondwater

In het grondwater uit peilbuis 15 zijn streefwaarde overschrijdingen met barium, cadmium, nikkel en zink aangetoond. In het grondwater uit peilbuis 20 zijn streefwaarde overschrijdingen met arseen, barium, chroom, molybdeen en zink aangetoond.

In het grondwater uit peilbuis 21 is een streefwaarde overschrijding met antraceen en een interventie overschrijding met naftaleen, fenanthreen en fluorantheen aangetoond. Naar aanleiding van de analyseresultaten zijn er drie aanvullende peilbuizen geplaatst en is het grondwater geanalyseerd op PAK en minerale olie. In het grondwater uit peilbuis 27 zijn streefwaarde overschrijdingen met benzoantraceen, chryseen, benzofluorantheen en benzoperyleen aangetoond. In het grondwater uit peulbuis 28 is een streefwaarde overschrijding met naftaleen aangetroffen. De omvang van de grondwaterverontreiniging in gehalten boven de interventiewaarde is ca. 15 m². De verontreiniging ter plaatse van boring 5 en peilbuis 21 heeft vermoedelijk te maken met de gecreosoteerde dwarsliggers die in de ondergrond zijn aangetroffen.

Asbest

Tijdens het indicatieve asbestonderzoek is in het mengmonster van de grond asbest aangetoond. De totaal gewogen asbestconcentratie is 51 mg/kg.ds en bestaat uit niet-hechtgebonden amfibool asbest. Dit betekent dat er aanleiding is om een nader onderzoek uit te voeren, geadviseerd wordt om een dergelijk onderzoek uit te voeren.

Conclusie

De verontreiniging is afdoende in kaart gebracht, Verder onderzoek of sanering van de bodem is niet noodzakelijk. Gezien de aangetroffen gehalten in de bodem en de voorgenomen ontwikkeling van de locatie dient echter wel rekening te worden gehouden met extra kosten voor het eventueel verwijderen van de verontreinigde grond en het verontreinigde grondwater.