Oerdijk 192

3.4 Archeologie

Naast de monumentale waarden dienen ook de archeologische (verwachtings)waarden te worden meegewogen in de besluitvorming over ruimtelijke ingrepen. Dit is vastgelegd in de Wet op de archeologische monumentenzorg (WAMZ, 1 september 2007). Doel van deze wet is: 'bescherming van aanwezige en te verwachten archeologische waarden door het reguleren van bodemverstorende activiteiten.

In deze paragraaf wordt allereerst een beschrijving gegeven van de archeologische verwachting in de verschillende tijdsperioden - prehistorie, middeleeuwen en nieuwe tijd - daarna wordt aangegeven op welke wijze de archeologische (verwachtings)waarden in dit bestemmingsplan zijn opgenomen.

Prehistorie

Er zijn in het bestemmingsplangebied geen archeologische vindplaatsen uit de prehistorie bekend. Dit betekent niet dat er met zekerheid geen prehistorische vondsten aangetroffen kunnen worden.

Middeleeuwen

Het bestemmingsplangebied omvat een historische boerderij, namelijk 'de Grote Branders' (of Brander). De eerste vermelding van deze boerderij dateert uit 1399. Op circa 161 meter afstand ten westen van het bestemmingsplangebied bevindt zich de historische boerderij 'Assink', waarvan de eerste vermelding dateert uit 1626. Op circa 173 meter afstand ten zuidoosten van het bestemmingsplangebied bevindt zich eveneens een historische boerderij genaamd 'Bloo-Zwiers' (de boerderij is inmiddels verbouwd en heet nu 'Het Oyen'). Van deze boerderij wordt voor het eerst melding gemaakt in het jaar 1832. Op circa 189 meter afstand ten noorden van het bestemmingsplangebied bevindt zich tenslotte ook de boerderij 'Keurhorst'. De eerste vermelding hiervan dateert uit 1845.

Rond historische boerderijen is een bufferzone van 100 meter aangegeven, waarin oudere voorgangers en randverschijnselen van het erf worden verwacht. Het is dus goed mogelijk dat het bestemmingsplangebied archeologische resten van oudere boerderijen bevat. Bij boerderijen met een eerste vermelding ná 1800, zoals het geval is bij 'Bloo-Zwiers' en 'Keurhorst', worden echter in principe geen oudere voorgangers verwacht. Aangezien het bestemmingsplangebied en de bufferzones van de historische boerderijen een overlap vertonen, moet in het bestemmingsplangebied ook rekening gehouden worden met de aanwezigheid van archeologische resten van oudere voorgangers en eventuele randverschijnselen van de erven van de historische boerderijen 'Assink' en 'de Grote Brander'.

Nieuwe tijd

Er zijn in het bestemmingsplangebied geen archeologische vindplaatsen uit de nieuwe tijd bekend. Dit betekent niet dat er met zekerheid geen vondsten uit de nieuwe tijd aangetroffen kunnen worden.

Verwachting, selectie

Het bestemmingsplangebied ligt in een gebied met een middelhoge archeologische verwachting. Gebieden die op basis van de archeologische verwachtingskaart van de gemeente Deventer een middelhoge en/of hoge verwachting hebben, dienen in het bestemmingsplan opgenomen te worden met de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologisch verwachtingsgebied'. Voor de voorwaarden die hierbij van toepassing zijn, wordt verwezen naar de planregels.

Onderzoek

Het (bouw)plan dat ten grondslag ligt aan deze planherziening heeft niet tot gevolg dat bouwwerkzaamheden plaatsvinden met een oppervlakte groter dan 100m2 én waarbij de benodigde graafwerkzaamheden diepen gaan dan 0,5 meter onder maaiveld. Het is daarom niet noodzakelijk voorafgaand aan het vaststellen van dit bestemmingsplan archeologisch onderzoek uit te voeren. Mochten er in de toekomst wel dergelijke bouw- en of graafwerkzaamheden plaatsvinden dan kan op grond van artikel 4 van dit bestemmingsplan archeologisch onderzoeken worden vereist.