direct naar inhoud van 3.3 Cultuurhistorie en Monumenten
Plan: Hoekweg, Rood voor Rood
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0150.P221-OH01

3.3 Cultuurhistorie en Monumenten

Landgoederen en buitenplaatsen zijn beeldbepalend voor grote delen van Overijssel. Ze zijn zowel cultuurhistorisch als landschappelijk van groot belang. Het gaat hierbij niet alleen om de huizen maar ook om de buitengebouwen, de tuinen, parken en lanen, de boerderijen met bijbehorende landerijen en de bossen.

De Hoek is een groot, uitgestrekt landgoed, dat gekenmerkt wordt door een afwisselend landschap van bossen met lanen, akkers en graslanden. Tegenwoordig is een deel van het landgoed in gebruik als golfterrein.

De jonge buitenplaats vindt zijn oorsprong rond het midden van de 19e eeuw. Toen werd in opdracht van Vertholen Salve de Bruneton het wit gepleisterde landhuis gebouwd. Oorspronkelijk was het een L-vormig zomerhuis. Thans bestaat het uit een woning met een aangebouwde boerderij.

Op het landgoed liggen enkele erven: De Hoek (eerste vermelding 1601), Kolkert-De Kolk (eerste vermelding 1601) en De Haarbeld (bouwjaar 1901).

Aan de noordwestzijde wordt landgoed De Hoek begrensd door het landgoed Het Overvelde. De grens wordt gevormd door de verdwenen spoorweg Deventer-Raalte-Ommen. Het traject is nog steeds (als landweg) te zien in het landschap.

Het landgoed met huis De Hoek is van stedenbouwkundig, architectuur- en cultuurhistorisch belang:

  • als restant van een in de 19e en begin 20e eeuw belangrijk landgoed;
  • vanwege de nog aanwezige beeldbepalende bebouwing en landschappelijke elementen;
  • vanwege de geschiedenis van het landgoed.

Het landgoed bestaat (volgens een beschrijving uit 1931) uit: een 'herenhuis, tuinmanswoning, wandelpark met waterpartijen, zwaar opgaand hout, oprijlanen met welig groeiende naald- en loofbossen, hakhout, twijgwaarden enz.'.

Het huis, met de er tegenaan gebouwde boerderij, (L-vorm) is door de jaren heen meerdere malen gewijzigd. De bijgebouwen van de boerderij hebben zich in de loop der jaren uitgebreid tot een U-vormig complex rond de achter- en zijkanten van tuin en huis. Schuin voor het huis ligt nog steeds de mooi ingegroeide vijver, waaraan onder meer een oude moerascipres staat. Voor het huis staan vier monumentale beuken, die genomineerd zijn voor de gemeentelijke monumentenlijst, evenals een beuk bij de ingang, op de hoek van Hoekweg en Verlengde Randerstraat en een beuk in een houtwal op het landgoed. Vanaf de voorkant van het huis heeft men, tussen de bomen door, nog steeds een schitterend uitzicht op de landerijen en bosgebiedjes die tussen het huis en de Boxbergerweg liggen.

Het huis is vanwege de transformaties aan- en met name rond het huis, niet aangewezen als gemeentelijk monument. De beeldbepalende bebouwing en elementen zijn:

  • landhuis De Hoek;
  • vijver met oever begroeiing;
  • monumentale bomen op het terrein.


Conclusie

De beoogde ontwikkeling versterkt de cultuurhistorische waarde van de beeldbepalende bebouwing en elementen op het landgoed. Rondom het landhuis wordt circa 1.300 m² aan bebouwing gesloopt. Het oorspronkelijke, L-vormige, landhuis komt daardoor weer vrij te liggen in het landschap. Hiermee wordt het monumentale en historische karakter van de bebouwing versterkt en is het landhuis weer zichtbaar vanuit de omgeving.

Ten behoeve van de ontwikkeling is een visie op de beeldkwaliteit van de nieuwbouw en de versterking van het landschap opgesteld. De twee woningen worden gesitueerd in het entreegebied van het landgoed. De twee woningen worden in de weide en in het bos gesitueerd en zijn goed ontsloten. De woning in de weide gaat een relatie aan met de bestaande boerderij bij de entree en vormt een entreewoning. De boswoning (niet in dit bestemmingsplan) staat verscholen aan de rand van het bos, als prieel op een landgoed. De nieuwbouw voegt qua architectuur iets toe op het landgoed.

Ook wordt extra geïnvesteerd in versterking van de ruimtelijke kwaliteit. De investering bestaat uit de aanleg van een extra vijver/poel, herstel van het historisch parklandschap, herstel van de boomgaard, herstel van de laanbeplantigen en het beheer van het bosplantsoen op de voormalige spoordijk. Er wordt hierbij gebruik gemaakt van natuurlijk voorkomende beplantingssoorten.