direct naar inhoud van 5.4 Bodemkwaliteit
Plan: Havenkwartier
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0150.D133-OH01

5.4 Bodemkwaliteit

Bij transformatie van (delen van) het Havenkwartier naar nieuwe functies dient rekening te worden gehouden met de bodemsituatie. Weliswaar zijn de aspecten van bodemverontreiniging en de noodzaak van sanering geregeld in afzonderlijke wetgeving met eigen procedures, dat neemt niet weg dat aannemelijk moet zijn gemaakt dat de aanwezige bodemverontreiniging aan de financiële uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan niet in de weg staat. Indien blijkt dat de bodemkwaliteit niet direct geschikt is voor de gewenste bestemming, zal een afweging gemaakt moeten worden over de in acht te nemen saneringswijze in relatie tot de maatschappelijke en financiële lasten.

De bodemtoets voor het onderhavige bestemmingsplan is volgens het onderstaande stappenplan verlopen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0150.D133-OH01_0014.jpg"

In het rapport 'Bodemtoets Havenkwartier Deventer' (december 2011) zijn de resultaten van het stappenplan verwerkt. Het rapport toont aan op welke gebiedsdelen de bodem geschikt is voor het toekomstige programma van het Havenkwartier, dan wel tegen welke fysieke en financiële maatregelen de bodem daarvoor geschikt is te maken.

afbeelding "i_NL.IMRO.0150.D133-OH01_0015.png"

Samengevat levert dit per plandeelgebied de volgende conclusies op:

Plandeel mr. H.F. de Boerlaan 'westelijk deel'

Het bodemonderzoek bevat een nagenoeg volledig beeld van de aanwezige bodemkwaliteiten in het plandeel aan de mr H.F. de Boerlaan. Op basis van dat beeld mag worden aangenomen dat de aanwezige bodemverontreiniging niet de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan in de weg staat.

Plandeel St. Olafstraat 'midden deel'

Het bodemonderzoek bevat geen volledig beeld van de bodemkwaliteit en omvang van aanwezige bodemverontreinigingen in het plandeel aan de St. Olafstraat. Op basis van het beschikbare beeld van de verontreiniging kan gesteld worden dat het geen probleem vormt voor het huidige gebruik. De aanwezige bodemverontreiniging staat de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan niet in de weg. Daarbij dient te worden overwogen dat nieuwbouw en wijziging van functies slechts is toegestaan nadat van de wijzigingsbevoegdheid gebruik is gemaakt, in welk kader de voorwaarde is opgenomen dat de bodemkwaliteit alsnog zodanig is of wordt gemaakt dat de nieuwe functie kan worden toegestaan. Zeker in het geval van woningbouw dient dan rekening te worden gehouden met extra kosten voor bodemsanering.

Plandeel Hanzeweg 'oostelijk deel'

Het bestemmingsplan laat noch bij recht, noch bij wijziging, ontwikkelingen toe op dit plandeel. Het aspect bodem is derhalve niet relevant bij de afweging omtrent de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan.

Conclusie bodemkwaliteit

Uitsluitend voor het plandeel St. Olafstraat, in het rapport aangeduid als het 'midden deel', moet de bodemgesteldheid tot nadere afwegingen leiden. Exacte keuzes over de saneringsvariant kunnen niet eerder dan in het stadium van de uitvoering worden gemaakt. Dat is het gevolg van het feit dat het toekomstige functionele programma pas na toepassing van de wijzigingsbevoegdheid gerealiseerd kan worden. Wat echter ook zij van de te kiezen saneringsvariant, de bandbreedte van de geraamde saneringskosten is in de exploitatieopzet van het bestemmingsplan verwerkt. Dit betekent dat in de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan op het aspect bodem is voorzien.