direct naar inhoud van 4.3 Doelstellingen Bedrijvenpark A1
Plan: Bedrijvenpark A1
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0150.D124-OH01

4.3 Doelstellingen Bedrijvenpark A1


Voor de ontwikkeling van het Bedrijvenpark A1 geldt de volgende hoofddoelstelling:

Het voorzien in de behoefte aan bedrijventerreinen voor de gemeente Deventer, naast de vestiging van te verplaatsen bedrijven vanuit andere delen van Deventer ook voor nieuwe hoogwaardige bedrijvigheid, met bijbehorende architectuur, goed aangesloten op het snelwegnet.
Bron: MER 2008, Arcadis

In het MER uit 2002 was er binnen het Bedrijvenpark A1 een locatie gereserveerd voor een nieuw voetbalstadion voor Go Ahead Eagles. Deze geplande verplaatsing en nieuwbouw van het voetbalstadion voor Go Ahead Eagles is niet meer aan de orde. Het stadion blijft op de huidige locatie gehandhaafd en is in 2006 gerenoveerd.

De hoofddoelstelling wordt nader ingevuld door het streven naar duurzaamheid van de gemeente Deventer. De duurzaamheidsdoelstelling voor Bedrijvenpark A1 is als volgt geformuleerd:

Het ontwikkelen van een duurzaam bedrijventerrein uitgaande van verantwoord ruimtegebruik, het zoveel mogelijk voorkomen en beperken van milieuverontreiniging en hinder en het gebruik van natuurlijke grond- en hulpstoffen.
Bron: MER 2008, Arcadis

Voor de uitwerking van het Bedrijvenpark A1 betekent deze nevendoelstelling:

  • Zo mogelijk beperken van het ruimtebeslag en behoud van bestaande functies en waarden;
  • Flexibiliteit in gebruik en indeling van het bedrijventerrein
  • Minimaliseren van de verkeersruimte
  • Minimaliseren van het verharde oppervlak op zowel de openbare als private ruimte
  • Minimale verstoring geohydrologische relaties;
  • Beperken gebruik grondstof water;
  • Minimale verstoring kwaliteit grond- en oppervlaktewater;
  • Minimaal grondverzet en minimale in- en export van (verontreinigde) grond;
  • Minimale verstoring van de bodemkwaliteit;
  • Minimale aantasting van de bestaande natuurwaarden;
  • Minimale verstoring van landschap, geomorfologie en cultuurhistorie;
  • Behoud kwaliteit leefmilieu voor omwonenden en recreanten, intern en extern;
  • Minimaliseren verbruik van grondstoffen en beperken ontstaan van afval;
  • Beperken van de groei van (auto)mobiliteit en hinder door verkeer;
  • Minimaliseren van de hinder door verkeer (geluid, licht, congestie) en van de effecten op de verkeersveiligheid.
  • EfficiĆ«nt en duurzaam gebruik van energiebronnen: besparing van 40% ten opzichte van een conventioneel bedrijventerrein.