direct naar inhoud van 3.4 Gemeentelijk beleid
Plan: Bestemmingsplan Wensink Noord/Wensink Zuid, herziening Fietssnelweg 1e fase
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0147.BpWNWZhz001-ow02

3.4 Gemeentelijk beleid

Hieronder volgt een overzicht van geldende beleidsnota's op dit moment.

3.4.1 Structuurvisie Borne (ontwerp)

De gemeente Borne heeft begin 2008 besloten om voor het totale grondgebied van de gemeente een structuurvisie op te stellen. Deze structuurvisie heeft betrekking op de periode 2010-2030. In het kader van de nieuwe Wet ruimtelijke ordening, die per 1 juli 2008 in werking is getreden, is elke gemeente verplicht één of meerdere structuurvisies op te stellen voor het gehele grondgebied. Naast deze wettelijke verplichting maken nieuwe inzichten, diverse grootschalige plannen en ontwikkelingen in en rond Borne een actueel ruimtelijk sturingsmiddel noodzakelijk. In de structuurvisie zijn ondermeer keuzes gemaakt over de wijze waarop Borne zich binnen de Netwerkstad wil profileren én via welke strategie zij deze keuze concreet wil verwerkelijken. Hiertoe is ingegaan op het imago dat de gemeente Borne wil uitstralen, het profiel dat de gemeente nastreeft en de vraag hoe aan het stedelijk gebied, de bedrijventerreinen en het landelijk gebied ontwikkelen en een ‘Borns’ karakter kan worden gegeven.

De fietssnelweg past geheel in deze structuurvisie, waarbij Borne als dynamisch dorp inzet op mobiliteit, duurzaamheid en stimulering van het fietsgebruik door verbetering van de fietsinfrastructuur.

3.4.2 Integraal Verkeersplan

Door de vele ruimtelijke ontwikkelingen in de afgelopen jaren, de toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen en de gemeentelijke herindeling is het Verkeersbeleidsplan van Borne, dat is opgesteld in 1998, herzien, hetgeen heeft geresulteerd in het Integraal VerkeersPlan (IVP). In het IVP voor de gemeente Borne (11 juni 2008) is het verkeersbeleid voor de periode tot 2020 beschreven. Op basis van de Structuurvisie uitbreiding Borne (2004) beschrijft het IVP enkele ingrijpende maatregelen omtrent de infrastructuur in en rond de gemeente. Deze maatregelen liepen uiteen van een regionale randwegenstructuur tot maatregelen op kruispuntniveau. Het integraal Verkeersplan is vervangen door de mobiliteitsvisie.

3.4.3 Mobiliteitsvisie 2012-2020

Borne wil nu en in de toekomst kunnen voorzien in de mobiliteitsbehoefte van haar eigen inwoners en van de productie-, distributie- en (landbouw)bedrijven in haar gemeente. Om dit te bereiken is het Integraal VerkeersPlan (IVP) opgesteld. De Mobiliteitsvisie 2011-2020 is een verdieping van het IVP en vindt met name zijn beslag in de recente onderzoeken die zijn uitgevoerd naar een aantal grotere infrastructuurprojecten waarvoor de gemeente Borne zich de komende jaren gesteld ziet. De visie is op 18 december 2012 vastgesteld. Dit betreft de volgende onderzoeken.

  • Scenariostudie Borne – gezamenlijk met de provincie Overijssel – naar een alternatieve Westelijke Randweg die het mogelijk moet maken de huidige N743 te knippen ter hoogte van de Bornsche Maten.
  • Tracéstudie van de Zuidelijke Randweg waarbij de provincie Overijssel, Regio Twente, Rijkswaterstaat en de gemeente Hengelo vertegenwoordigd zijn.
  • Value Engineering studie Borne – onderzoek gezamenlijk met ProRail – waarbij verschillende scenario’s zijn onderzocht om de barrièrewerking van het spoor op te lossen.

Het doel van de Mobiliteitsvisie is drieledig:

  • verbeteren van de regionale en de lokale bereikbaarheid;
  • verhogen van de verkeersveiligheid;
  • creëren van een gezonde en aantrekkelijke leefomgeving.

De gemeenteraad heeft de aanleg van de fietssnelweg prioriteit gegeven. Er is een tracéstudie verricht, waarbij twee tracés langs de spoorlijn zijn uitgewerkt, een westelijk en oostelijk tracé. Op basis van verschillende criteria is een weging uitgevoerd. De volgende criteria zijn daarbij gebruikt:

- mogelijke overlast voor de omgeving en inbreuk op privacy omwonenden;

- sociale veiligheid;

- het gebruikerspotentieel gelet op de directheid van de verbinding (kortste route) en de aansluiting van de verbinding met Almelo en Hengelo;

- de hoogte van de aanlegkosten en de mogelijkheid om werk met werk te maken.

Op basis van een afweging van de criteria is gekozen voor het tracé aan het oostzijde van het spoor. Vanuit sociale veiligheid gaat de voorkeur uit naar dit tracé. Ook zorgt dit tracé voor een meer directe verbinding richting Hengelo, heeft het een groter gebruikerspotentieel dan het westelijke tracé en zijn de aanlegkosten lager.

De uitgebreide tracéstudie van de fietssnelweg is opgenomen in bijlage 1, het raadsbesluit met de keuze voor het tracé is opgenomen in bijlage 2.

3.4.4 Archeologiebeleid

Ten behoeve van het gemeentelijke archeologiebeleid zijn in 2008 een archeologische verwachtings- en advieskaart en een archeologische beleidsadvieskaart opgesteld (RAAP-rapport 1713). De archeologische beleids- en waardenkaart is door de gemeenteraad vastgesteld op 30 juni 2009. In deze beleidsnota worden de kaders voor het archeologiebeleid van de gemeente Borne vorm gegeven. In het buitengebied van Borne bevindt zich een groot aantal elementen die archeologisch van belang zijn. Het betreft hier zowel bestaande waarden als te verwachten waarden. Deze dienen beschermd te worden zoals in de uitgangspunten genoemd staan in het archeologiebeleid van de gemeente Borne. De archeologische verwachtings- en advieskaart maakt voor het hele grondgebied van de gemeente inzichtelijk waar archeologische resten kunnen worden aangetroffen. Deze kaart is gebaseerd op de opbouw van het landschap, waarbij de landschappelijke eenheden met archeologische betekenis op de kaart zijn weergegeven. De gemeente heeft verder het hele grondgebied geïnventariseerd voor bekende vindplaatsen om inzicht te krijgen in de landschappelijke ligging van terreinen met archeologische resten. Op de kaart zijn, naast de landschappelijke eenheden, de volgende elementen opgenomen:

  • bekende vindplaatsen en locaties met archeologische resten;
  • de negen terreinen van archeologische waarde die zijn opgenomen op de Archeologische Monumenten Kaart van de provincie Overijssel;
  • locaties van boerderijen met een oorsprong in de Late Middeleeuwen;
  • verdwenen watermolens.

De beleidsadvieskaart is gebaseerd op de verwachtingskaart en laat zien waar welke archeologische verwachtingswaarde geldt, onderverdeeld in hoog voor archeologische resten uit de Middeleeuwen en Nieuwe tijd, hoog, middelmatig, laag en geen verwachting of verstoord. Tevens zijn op deze kaart de terreinen opgenomen waarvan de (zeer) hoge archeologische waarde is aangetoond of vrijwel zeker is.

3.4.5 Groenbeleidsplan

De gemeente Borne heeft haar groenbeleid voor de bebouwde kommen in de gemeente uitgewerkt in het groenbeleidsplan 2008-2018. De gemeente wil nadrukkelijk streven naar behoud en verbetering van haar groenstructuren en de kwaliteit van de groene ruimte. Ze wil deze zo goed mogelijk verankeren in de toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen. De verbeterpunten zijn middels streefbeelden vastgelegd. In het beleidsplan is met name de kwaliteit van afwikkeling van de dorpsranden en de opwaardering van de groenvoorzieningen op buurtniveau genoemd. De spoorlijn is benoemd als ecologische verbinding. Langs beide zijden van spoor is een groenstructuur gelegen. De functie van ecologische verbinding blijft aanwezig.

afbeelding "i_NL.IMRO.0147.BpWNWZhz001-ow02_0006.png"

Figuur 3.4 Uitsnede kaart Groenbeleidsplan

3.4.6 Gemeentelijk rioleringsplan 2011-2026

Volgens de Wet Milieubeheer dient iedere gemeente te beschikken over een actueel Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP). Een groot verschil met het voorgaande GRP wordt gevormd door de genoemde nieuwe zorgtaken die per 1 januari 2008 aan de gemeenten zijn opgedragen. Het gemeentelijk beleid omtrent deze twee nieuwe zorgplichten (voor grondwater en de inzameling van hemelwater) dient vóór 2013 in het GRP verankerd te zijn.Het beleid voor het afvalwater kent twee pijlers: het verminderen van de vervuiling uit de overstorten en een goed beheer van alle voorzieningen.

Verminderen vervuiling uit overstorten

De basisinspanning is de landelijke norm voor rioleringen om de emissies vanuit overstorten op oppervlaktewater tot een aanvaardbaar niveau te brengen.

De kern Borne voldoet aan de vereisten van de basisinspanning na de aanleg van een ringleiding (in samenwerking met het waterschap). Het huidige waterbeleid is gericht op het creëren van een gezond en veerkrachtig watersysteem en een duurzame waterketen. Concreet houdt dit onder meer in dat hemelwater niet wordt vermengd met vuilwater, maar afzonderlijk wordt verwerkt.

Beheer en onderhoud

De reiniging van het rioolstelsel vindt plaats in een cyclus van 7 à 8 jaar en de inspectie van het stelsel in een cyclus van 15 jaar. Uit de inspectieresultaten blijkt dat het stelsel in een goede onderhoudstoestand verkeert. Toch is het voorgekomen dat er incidenteel gaten in wegen ontstaan als gevolg van instorting van riolering. Door de komende jaren de frequentie van rioolinspectie op te voeren naar een frequentie van eens per 10 jaar wordt een beter beeld verkregen van de kwaliteit van de riolering, zodat tijdig ingegrepen kan worden bij problemen.

Zorgplicht hemelwater

Het beleid van de gemeente Borne is er op gericht dat hemelwater dat in het stedelijk gebied valt, niet tot wateroverlast mag leiden. Onder wateroverlast wordt verstaan: economische schade, (verkeers)onveiligheid, verminderde leefbaarheid en verminderde volksgezondheid. Wanneer water op straat niet tot wateroverlast leidt, is het binnen grenzen acceptabel.

Zorgplicht grondwater

Gemeenten hebben een loketfunctie voor problemen met grondwater. De gemeente zorgt voor de afwikkeling en voert achter de schermen overleg met de verantwoordelijke instanties. Ook het waterschap en de provincie hebben verantwoordelijkheden ten aanzien van grondwater.

Tegelijk met de aanleg van de fietssnelweg zal ook een riolering/blauwe ader worden aangelegd. De gemeente Borne wil overlast van hemelwater in stedelijk gebied beperken, op een duurzame manier. Door de aanleg van de riolering/groene ader wordt daaraan bijgedragen, doordat verhard oppervlak van het gemengde rioleringsstelsel wordt afgekoppeld en hemelwater richting de rand van het stedelijk gebied wordt gebracht.

3.4.7 Conclusie

Het plan draagt bij aan de realisatie van rijksbeleid, provinciaal, regionaal en gemeentelijk beleid op het gebied van verkeer en vervoer.

Daarnaast waarborgt het plan belangrijke waarden op het gebied van water, archeologie en cultuurhistorie en is daarmee in lijn met het gemeentelijk beleid.