direct naar inhoud van 3.3 Regionaal beleid
Plan: Woongebied Borne Midden
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0147.BpWBM2012-vg01

3.3 Regionaal beleid

3.3.1 Masterplan Fietssnelweg F35

Door verspreiding van nieuwbouw, onvolledige fietsroutes, oponthoud in de stedelijke gebieden en een toenemende autobeschikbaarheid is het fietsgebruik in de afstandsklasse van 3 tot 15 kilometer afgenomen. Met een hoogwaardig fietsnetwerk wil de regio Twente deze trend omkeren.

De centrale drager van het Hoogwaardig Fietsnetwerk Twente is de fietssnelweg F35. Een snelle, comfortabele, veilige en non-stop fietsverbinding tussen Nijverdal, Wierden, Almelo, Borne, Hengelo en Enschede/Glanerbrug. Er zijn zijtakken van Vriezenveen naar Almelo en van Oldenzaal naar Enschede.

De F35 is multifunctioneel en dient meerdere doelen:

  • verminderen van congestie op autoroutes naar de binnensteden, stations, kantoren en evenementenlocaties;
  • een goed alternatief voor het steeds drukkere autoverkeer (mobiliteitsfunctie);
  • steden, dorpen en recreatieve bestemmingen verbinden (recreatieve functie);
  • een vlotte verbinding naar de centrumgebieden waar de meeste mensen werken en wonen en waar de meeste openbare voorzieningen zijn (economische functie);
  • een vlotte verbinding tussen steden, stadsdelen, dorpen en nieuwbouw: tussen alle mogelijke bevolkingsgroepen in de Twentse samenleving (sociale functie);
  • bijdrage in vermindering van broeikasgas (CO2) en geluid (milieufunctie);
  • stimuleren van beweging per fi ets en andere mensaangedreven vervoermiddelen (gezondheidsfunctie);
  • verlagen van het aantal verkeersslachtoffers (veiligheidsfunctie);
  • een zichtbaar project, waar Twente mee op de kaart wordt gezet (PR-functie).

De fietssnelweg F35 wordt met behulp van een apart bestemmingsplan gerealiseerd. Het plangebied van de fietssnelweg F35 wordt buiten dit bestemmingsplan gelaten.

3.3.2 Waterbeheerplan 2010 - 2015

Het waterschap Regge en Dinkel heeft het waterbeleid uitgewerkt in het waterbeheerplan. Daarnaast zijn de nota's 'aankoppelen/ niet afkoppelen' en 'actualisatie rioleringsbeleid' opgesteld, die richtlijnen geven voor de omgang met water in bebouwd gebied.

Uitgangspunten van deze nota's zijn:

  • het hemelwater wordt zo min mogelijk verontreinigd en komt ten goede aan het lokale oppervlakte- of grondwatersysteem;
  • er moet naar gestreefd worden om zo weinig mogelijk, licht verontreinigd regenwater naar de rioolwaterzuiveringsinstallatie af te voeren;
  • gedoseerd afvoeren op oppervlaktewater;
  • geen toename van de piekafvoer in de bekensystemen als gevolg van (her)inrichting;
  • bij aanleg van nieuwe verharding ruimte realiseren voor 40 mm berging van hemelwater.

Diverse aspecten van het waterbeleid zijn verder uitgediept in afzonderlijke beleidsnota's. Voor het ruimtelijk relevante aandachtsgebied vasthouden en bergen van water is de “Beleidsnota Retentie” opgesteld. De uitgangspunten en wensen voor de inrichting en het beheer van beken en overige waterlopen zijn verwoord in de “Stroomgebied Actie Plannen (STAP)”. Daarnaast is de Keur van het waterschap Regge en Dinkel een belangrijk kaderstellend instrument, waarmee in ruimtelijke plannen rekening moet worden gehouden.

3.3.3 Regionaal Mobiliteitsplan Twente

In het in 2007 vastgestelde Regionaal Mobiliteitsplan Twente 2007-2011 is de ambitie geformuleerd dat het fietsgebruik in Twente in 2011 weer minimaal op het niveau van 1995 ligt. Om hieraan bij te dragen wil Twente een hoogwaardig fietsnetwerk realiseren. In Twente neemt het fietsgebruik namelijk geleidelijk af. De Regio wil deze daling afremmen en zelfs weer laten stijgen, waarbij de doelstelling is om in 2011 hetzelfde fietsgebruik te hebben als in 1995. Om het fietsen aantrekkelijk te laten blijven moeten de missende schakels of schakels van onvoldoende kwaliteit in het fietsnetwerk worden aangepakt. Daarnaast wil de Regio inzetten op een fietssnelweg van Nijverdal naar Gronau, welke loopt via de kernen van de netwerksteden.

3.3.4 Netwerkstad

De steden Hengelo, Enschede, Almelo en Borne, de Regio Twente en de provincie Overijssel zijn de partners van het stedelijk netwerk. Zij hebben voor het stedelijk netwerk Twente een plan van aanpak opgesteld en een gezamenlijke bestuursopdracht geformuleerd met de volgende inhoudelijke doelstellingen:

  • verbetering van de ruimtelijke kwaliteit en centrumontwikkeling van de grote steden;
  • grensoverschrijdende samenwerking met Gronau, Munster en Osnabrück;
  • economische ontwikkeling rond de universiteit;
  • (multimodale) bedrijventerreinontwikkeling;
  • hoogwaardig openbaar vervoer binnen de ‘bandstad’;
  • de realisering van een regionale blauw-groene parkstructuur.

De aanpak voorziet ook in het gezamenlijk opstellen van inhoudelijke producten, zoals een gezamenlijke, samenhangende strategische visie met deelvisies op sociaal, fysiek, economisch en ruimtelijk gebied en met concrete projecten voor de realisering van die visies.

Speciale aandacht gaat uit naar de relatie tussen deze ruimtelijke hoofdstructuur en zijn omgeving, ofwel naar de relatie tussen stad en platteland: hoe moet het stedelijk netwerk vanuit de omgeving worden gezien; en wat wordt de rol van de plattelandsgemeenten in het netwerk? Waar de landbouw plaatselijk onder druk staat en mogelijk zelfs verdwijnt, verdwijnen ook de huidige dragers van het landschap. Daarom wordt gezocht naar nieuwe landschappelijke dragers. De kwaliteit van het landelijk gebied in Twente is belangrijk voor het hele stedelijke netwerk. Voor de kleine gemeenten zijn ook de gevolgen van de dynamische ontwikkelingen in het landelijk gebied op de lokale economie en leefbaarheid van belang. Groene contouren mogen er bijvoorbeeld niet toe leiden dat het landelijk gebied op slot gaat voor wonen en werken.

3.3.5 De Doorbraak

Door het waterschap Regge en Dinkel is het rapport “De Doorbraak. Landelijk water door de stedenband” uitgebracht. De Doorbraak vormt de verbinding tussen het landelijk water van de Loolee en de Azelerbeek met de Midden-Regge. De Doorbraak is noodzakelijk om te voldoen aan de streefbeelden voor de Laagland Regge (zie de Reggevisie). Door stedelijk water af te koppelen en (mogelijk) drinkwaterwinningen te verplaatsen, wijzigt het afvoerregiem in de Loolee en Azelerbeek. De afvoer van landelijk water van de Loolee en de Azelerbeek draagt bij aan het herstel van het laaglandkarakter van de Regge. Een combinatie tussen de Doorbraak en ecologische verbindingszone kan bijdragen aan het ecologisch functioneren van de Doorbraak. Om te kunnen functioneren als ecologische verbindingszone dient de Doorbraak een bepaalde breedte en inrichting te hebben. Het gaat dan om een beek met een redelijk natuurlijk karakter, waar beekprocessen binnen nog vast te stellen grenzen zich kunnen voordoen. In het landelijk gebied worden aan weerszijden van de beekoever meanderstroken en groenzones met op regelmatige afstand natuur en bos gerealiseerd.