| Plan: | Bornsche Maten, herziening Waterveld |
|---|---|
| Status: | vastgesteld |
| Plantype: | bestemmingsplan |
| IMRO-idn: | NL.IMRO.0147.BpBMhz002-vg01 |
De Wet geluidhinder (Wgh) bevat geluidnormen en richtlijnen over de toelaatbaarheid van geluidniveaus als gevolg van rail- en wegverkeerslawaai en industrielawaai. De Wgh geeft aan dat een akoestisch onderzoek moet worden uitgevoerd bij het voorbereiden van de vaststelling van een bestemmingsplan of het nemen van een omgevingsvergunning indien het plan een geluidgevoelig object mogelijk maakt binnen een geluidszone van een bestaande geluidsbron of indien het plan een nieuwe geluidsbron mogelijk maakt.
In dit geval worden geen nieuwe geluidsgevoelige objecten (woningen) mogelijk gemaakt. Railverkeerslawaai kan in dit geval buiten beschouwing worden gelaten aangezien de dichtstbijzijnde spoorweg op ruime afstand van het plangebied is gelegen. In de directe nabijheid van het plangebied zijn geen industriële inrichtingen of gezoneerde industrieterreinen aanwezig. In paragraaf 5.2.3.3 wordt nader ingegaan op het aspect industrielawaai aan de hand van milieuzonering. Op deze plaats wordt geconcludeerd dat het aspect industrielawaai geen belemmering vormt.
Railverkeerslawaai en industrielawaai zijn in het voorliggende geval niet van toepassing. Op het aspect wegverkeerslawaai wordt hierna nader ingegaan.
In dit geval is er geen sprake van nieuwe (geprojecteerde) geluidgevoelige functies (woningen). Met voorliggend plan worden de bouwregels enigszins aangepast, waarbij de bouwvlakken, waarbinnen de woningen gebouwd worden, niet op kleinere afstand van de Rondweg of de toekomstige Bornsche Beeklaan zijn gelegen ten opzichte van het stedenbouwkundig plan. Derhalve is het opnieuw uitvoeren van een akoestisch onderzoek in het kader van deze bestemmingsplanherziening niet noodzakelijk.
In het kader van een goede ruimtelijke ordening wordt in geval wel getoetst aan de Wet geluidhinder. Voor de gehele Bornsche Maten is een akoestisch onderzoek uitgevoerd. Het plangebied ligt in 'stedelijk gebied' binnen de wettelijke vastgestelde geluidszones, als bedoeld in artikel 74 van de Wet geluidhinder, van de Rondweg (N743) en de toekomstige Bornsche Beeklaan. Voor woningbouw binnen deze zones geldt dat onderzocht dient te worden of de geluidsbelasting, die zal worden ondervonden door de te bouwen woningen, de voorkeursgrenswaarde overschrijdt.
Wanneer overschrijding van deze grenswaarde plaatsvindt dient te worden onderzocht welke maatregelen eventueel getroffen kunnen worden. Het gaat hierbij om bronmaatregelen (stiller asfalt) of overdrachtsmaatregelen (geluidsschermen). De basis voor het onderzoek was het destijds opgestelde stedenbouwkundig plan (d.d. juni 2004). Op de plankaart van bestemmingsplan Bornsche Maten zijn geluidscontouren opgenomen, om te beoordelen of hogere grenswaarden verleend moeten worden.
In dit geval is het plangebied niet binnen de geluidscontouren gelegen. Gezien de afstand tot de weg met bijbehorende geluidscontouren, wordt aangenomen dat de geluidsbelasting ter plaatse van de woningen binnen het plangebied de voorkeursgrenswaarde en de ambitiewaarden, zoals opgenomen in het geluidbeleid van de gemeente Borne niet overschrijdt. Voor de woningen is derhalve geen hogere grenswaarde procedure benodigd.
Het bestemmingsplan maakt het mogelijk om woonstraten te realiseren ten behoeve van de ontsluiting van de woningen voor autoverkeer. Voor deze wegen zal de maximale wettelijke snelheid worden gehanteerd van 30 km/uur. De wegen worden ook als zodanig ingericht. Aangezien deze wegen geen zone in het kader van de Wet geluidhinder hebben, is geen akoestisch onderzoek nodig en hoeft niet te worden getoetst aan de grenswaarden uit de Wet geluidhinder.
Wel dient in het kader van een goede ruimtelijke ordening inzichtelijk worden gemaakt, wat de akoestisch effecten van deze wegen zullen zijn op de geluidgevoelige functies in de omgeving.
Omdat de te realiseren woonstraten geen doorgaande wegen betreffen en uitsluitend ten dienst van bestemmingsverkeer staan van enkele woningen, wordt geen onevenredige geluidsbelasting veroorzaakt voor de omgeving. In verband met het vorenstaande kan van een akoestisch onderzoek wegverkeerslawaai worden afgezien.
Geconcludeerd wordt dat er in het kader van het aspect geluid, sprake is van een goed woon- en leefklimaat.