direct naar inhoud van 5.4 Archeologische en cultuurhistorische waarden
Plan: Bornsche Maten, herziening Piepersveldweg 5
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0147.BpBMhz001-vg01

5.4 Archeologische en cultuurhistorische waarden

De gemeenteraad van Borne heeft op 30 juni 2009 de gemeentelijke archeologische verwachtingskaart (zie Bijlage 6), inclusief het bijbehorende beleidsdocument met vrijstellingsadviezen, als beleidskader voor het aspect archeologie in ruimtelijke procedures vastgesteld.

Op de verwachtings- en advieskaart ligt het noordelijk deel (gelegen in bestemmingsplan Buitengebied) van de ontwikkellocatie voor een klein deel in het gebied met een middelmatige archeologische verwachting en voor het overgrote deel in een gebied met geen verwachting of verstoord. Het zuidelijk deel (gelegen in bestemmingsplan Bornsche Maten) is gelegen in plangebieden met grootschalig archeologische onderzoek. Voor deze gebieden geldt dat ze in principe al zijn onderzocht en dat er waar en indien noodzakelijk al aanbevelingen ten behoeve van een eventueel archeologisch vervolgtraject zijn gedaan. Met uitzondering van de deelgebieden of vindplaatsen waarvoor aanbevelingen voor vervolgonderzoek of behoud in situ zijn gedaan, geldt voor deze plangebieden geen onderzoeksverplichting meer. Voor onderhavig plangebied is geen aanbeveling gedaan voor vervolgonderzoek of behoud in situ.

In het beleid is opgenomen dat archeologisch onderzoek noodzakelijk is in plangebieden met een middelmatige verwachtingswaarde, die groter zijn dan 5000 m² bij bodemingrepen dieper dan 40 cm. Voor gebieden kleiner dan 5000 m² en voor gebieden in de bebouwde kom geldt vrijstelling van archeologisch onderzoek. Voor gebieden met geen verwachting of verstoord is geen archeologisch onderzoek noodzakelijk.

Onderhavig plangebied heeft een oppervlakte van circa 2750 m². Aangezien het plangebied kleiner is dan 5000 m², betekent dit dat er geen archeologisch onderzoek noodzakelijk is.

Wanneer tijdens de bouw archeologische resten worden aangetroffen, dan dient dit op grond van artikel 53 en verder van de Monumentenwet 1988 te worden gemeld.

Doorwerking in dit bestemmingsplan

Vanuit het aspect archeologische waarden zijn er geen belemmeringen.