direct naar inhoud van 3.2 Provinciaal beleid
Plan: Rogat
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0119.Rogat-BPC1

3.2 Provinciaal beleid

3.2.1 Omgevingsvisie Drenthe 2010

Provinciale Staten van Drenthe hebben op 2 juni 2010 de Omgevingsvisie Drenthe vastgesteld. De Omgevingsvisie is hét strategisch kader voor de ruimtelijk - economische ontwikkeling van Drenthe voor de periode tot 2020.

Het doel van de omgevingsvisie is het koesteren van kwaliteiten en het ontwikkelen van een bruisend Drenthe, passend bij die kwaliteiten. Het is een streven naar ruimtelijke kwaliteit door nieuwe ontwikkelingen en behoud van bestaande kwaliteiten. Wat betreft het wonen wordt gestreefd naar een aantrekkelijk, gevarieerd en leefbaar woonmilieu die voorziet in de woonvraag. Het doel is dat eerst wordt ingezet op het gebruik van ruimte binnen bestaand bebouwd gebied (bijvoorbeeld door herstructurering, verdichting, inbreiding of functieverandering).

Rogat maakt deel uit van de Drentse Zuidas, die strategisch gunstig gelegen is als onderdeel van een internationale transportverbinding die loopt vanaf de Randstad, via Zwolle naar Duitsland en Noordoost-Europa. De vier stedelijke kernen binnen deze as, waaronder Meppel, kennen een vergelijkbare economische structuur, met industrie en logistiek als belangrijke ontwikkelingssectoren. Bedrijvigheid dient in deze steden geconcentreerd te worden, waardoor bedrijven kunnen profiteren van elkaars nabijheid. Tevens leidt dit tot minder druk op het landelijk gebied.

Voor nieuwe en bestaande regionale werklocaties wordt gestreefd naar een kwaliteit die past bij het gewenste ruimtelijk-economisch profiel van de werklocatie. Om te voorzien in de ruimtevraag, wordt ingezet op herstructurering van bestaande terreinen. Bij herstructurering en nieuwe aanleg dient een beeldkwaliteitsplan opgesteld te worden, waarin aandacht wordt besteed aan de terreinindeling (verhouding openbare en private ruimte), inrichting van de openbare ruimte, kavelinrichting, kwaliteit van de bebouwing, omgang met reclame-uitingen en de landschappelijke en stedenbouwkundige inpassing.

Afbeelding 5: Visiekaart 2020 behorende bij de Omgevingsvisie Drenthe 2010 (plangebied omcirkeld).
afbeelding "i_NL.IMRO.0119.Rogat-BPC1_0005.jpg"

Bij het inrichten van bedrijventerreinen dient de VNG-systematiek “Bedrijven en Milieuzonering” toepast te worden. Bedrijven die veel milieuhinder veroorzaken (milieucategorie 4 tot en met 6) dienen gevestigd te worden op daartoe geschikte regionale werklocaties. Voor Meppel geldt, dat fysieke en milieuhygienische ruimte voor dergelijke bedrijven aanwezig is op het bedrijventerrein Oevers D. Het gaat hierbij overigens alleen om categorie 4-bedrijven. Voor deze categorie biedt de Omgevingsvisie ruimte om een uitzonderingsbeleid te formuleren, waarmee vestiging buiten de regionale werklocaties mogelijk is.

Om het platteland vitaal te houden richt de provincie zich tevens op het versterken

en verbreden van niet-agrarische economische activiteiten. Het groene karakter van Drenthe met haar natuurlijke, cultuurhistorische en landschappelijke diversiteit biedt uitstekende potenties voor toeristisch-recreatieve ontwikkelingen en activiteiten in de sfeer van gezondheid, wellness en leisure. Ruimte wordt geboden aan kleinschalige en lokaal georiënteerde activiteiten op het gebied van nijverheid en dienstverlening.

Wegpanorama
Naast bovengenoemde functionele aspecten, is het gebied langs de A28 tussen Meppel en Hoogeveen in de Omgevingsvisie aangewezen als wegpanorama. Het bedrijventerrein Rogat maakt daar deel van uit, waarbij de visie zich globaal richt op een drietal locaties. Deze locaties zijn vanaf de rijksweg A28 zichtbaar en bepalen in belangrijke mate de uitstraling van de kern Rogat. De ambitie is om hier vanuit ruimtelijke kwaliteit een goede balans te vinden tussen bedrijfspresentatie en landschapsbeleving.

3.2.2 Provinciale omgevingsverordening

Met hoofdstuk 3 van de Provinciale omgevingsverordening vertaalt de provincie Drenthe de Omgevingsvisie (deels) door naar een verordening voor zover het planologisch relevante aspecten betreft. De Omgevingsvisie als structuurvisie bindt alleen de provincie zelf. De Wet ruimtelijke ordening kent de provincie een scala van instrumenten toe om haar beleid daarnaast extern te laten doorwerken. Vaststelling van een verordening ex artikel 4.1 van de Wet ruimtelijke ordening is één van die instrumenten.

Binnen de verordening komt aan gemeenten een belangrijke rol toe. Inhoudelijke bepalingen zijn veelal als verantwoordingsplicht ingericht en niet normstellend. Aan gemeenten komt ruimte toe om inhoudelijk - tot op zekere hoogte - een eigen invulling te geven, mits deugdelijk onderbouwd. Hetzelfde geldt voor een deel van het kaartmateriaal waaraan in deze verordening wordt gerefereerd. De kaarten voor Bestaand stedelijk gebied, Nationaal Landschap Drentsche Aa en die voor de ecologische hoofdstructuur zijn bijzonder precies. Op perceelsniveau is weergegeven of een locatie binnen de desbetreffende thematische begrenzing valt of niet. Dit geldt niet voor de andere kaarten, die uitwerking op gemeentelijk niveau behoeven.

Het plangebied voor het voorliggende bestemmingsplan ligt geheel binnen Bestaand stedelijk gebied. Uitzondering hierop betreft het gehele eiland in de Hoogeveense Vaart waarop de sluis is gelegen, alsmede de onbebouwde gronden ten noorden van de insteekhaven, het perceel Rogat 6 en de agrarische gronden binnen het plangebied.