direct naar inhoud van 4.7 Externe veiligheid
Plan: Meppel - Nieuwveense Landen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0119.NieuwveenseLanden-BPC1

4.7 Externe veiligheid

Normstelling en beleid

Bij ruimtelijke plannen wordt ten aanzien van externe veiligheid naar verschillende aspecten gekeken, namelijk:

  • bedrijven waar opslag, gebruik en/of productie van gevaarlijke stoffen plaatsvindt;
  • vervoer van gevaarlijke stoffen over wegen, spoor, water of leidingen.

In het externe veiligheidsbeleid wordt doorgaans onderscheid gemaakt tussen het plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR). Het PR is de kans per jaar dat een persoon op een bepaalde plaats overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen, indien hij onafgebroken en onbeschermd op die plaats zou verblijven. Het PR wordt weergegeven met risicocontouren rondom een inrichting of langs een vervoersas. Het GR drukt de kans per jaar uit dat een groep mensen van minimaal een bepaalde omvang overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen.

Onderzoek en conclusie

Uit de onderzoeksresultaten uit het MER blijkt dat er binnen het plangebied of in de omgeving daarvan geen risicovolle inrichtingen zijn gelegen die een belemmering vormen voor de realisatie van de woningen.

Wel kan de verhoging van de personendichtheid in het gebied leiden tot een verhoging van het groepsrisico met betrekking tot de externe veiligheid rond het transport van gevaarlijke stoffen over de provinciale weg de N375.

De gemeente heeft aan het Steunpunt Externe Veiligheid Drenthe (SEVD) gevraagd een berekening uit te voeren met RBM II. De berekening is van belang in de ruimtelijke ontwikkelingsprocedure en de afweging van het college van burgemeester en wethouders om medewerking te verlenen aan het mogelijk maken van de bouwplannen. Op grond van de Circulaire Risiconormering Vervoer van Gevaarlijke Stoffen (RNVGS) dient bij bestemmingsplanwijzigingen getoetst te worden aan het plaatsgebonden risico en het groepsrisico. Indien het groepsrisico wordt verhoogd dient een verantwoording van het groepsrisico te worden doorlopen. Zie Bijlage 19 Analyse externe veiligheid invloed N375 voor de berekeningen en de verantwoording.

Voor het plaatsgebonden risico (PR) wordt op basis van het vervoer geen 10-6 contour berekend. Door de afwezigheid van de PR10-6-contour voldoet het plaatsgebonden risico aan de wettelijke norm.

Uit de berekeningen blijkt dat het groepsrisico (GR) ruim onder de oriƫntatiewaarde ligt. Als gevolg van het plan neemt het groepsrisico minimaal toe en blijft het ruim onder de oriƫntatiewaarde.

Daarom wordt geconcludeerd dat gezien de ligging en situatie voldoende grond aanwezig is om te volstaan met een lichte verantwoording van het groepsrisico voor het plan in de directe omgeving van de N375. Aandachtspunt is vooral de zelfredzaamheid en hulpverlening in het geval van een calamiteit. Deze verantwoording komt hieronder aan bod.

Verantwoording groepsrisico

Door de afwezigheid van de PR10-6 contour voldoet het plaatsgebonden risico aan de wettelijke norm. Uit de berekeningen is gebleken dat het groepsrisico in de huidige en toekomstige situatie ruim onder de oriƫntatiewaarde blijft.

Maatregelen ter beperking van het groepsrisico

Omdat er hier sprake is van een minimale stijging van het groepsrisico, zijn er eigenlijk geen maatregelen aan te geven.

Maatregelen voor zelfredzaamheid en hulpverlening

Omdat er sprake is van een toename van het aantal mensen in het projectgebied zal er aandacht moeten worden geschonken aan de zelfredzaamheid en hulpverlening. Aandachtspunt bij de verdere invulling van het plan is de weg (vluchtroute) die zodanig gesitueerd dient te worden, zodat bij een calamiteit de vluchtroute vanaf de N375 gaat plaatsvinden.

Daarnaast moet worden gekeken naar het aantal vluchtroutes voor de aanwezigen en dat in dit gebied de aanrijdroute voor de hulpverleningsdiensten en de vluchtroutes niet conflicteren. Dit vereist ook overleg en afstemming met deze diensten en in dit geval vooral de brandweer en kan leiden tot extra maatregelen (voor hulpverlening en zelfredzaamheid).

Gevolgen voor het bestemmingsplan

Uit het oogpunt van externe veiligheid zijn er geen belemmeringen voor de uitvoering van het bestemmingsplan.