direct naar inhoud van 4.3 Cultuurhistorie
Plan: Meppel - Centrumschil
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0119.Centrumschil-BPC2

4.3 Cultuurhistorie

Voor de binnenstad en de centrumschil heeft de gemeente een cultuurhistorische studie laten opstellen. Deze studie dient als onderlegger voor het opstellen van bestemmingsplannen en voor de aanscherping van het monumentenbeleid. Op deze wijze wordt uitdrukking gegeven aan de door de rijksoverheid gewenste “planologische monumentenzorg” waarbij ruimtelijke ordening en het sturen op ruimtelijke kwaliteit van de gebouwde omgeving geïntegreerd plaatsvindt met cultuurhistorie en archeologie.

De deelgebieden zijn elk als geheel gewaardeerd, als somma van de verschillende aspecten waar cultuurhistorische kwaliteiten uit bestaan. Er worden vier waarderingsniveaus onderscheiden: top-, hoog-, midden- en basiskwaliteit. Deze waarderingsniveaus onderscheiden zich van elkaar op grond van de dichtheid van historische objecten en structuren, het historische en maatschappelijk belang ervan, de gaafheid en zeldzaamheid van de historische objecten en structuren, alsmede de gaafheid van het bebouwingsbeeld en de ruimtelijke kwaliteit ervan.

Afbeelding 11: Gebiedsindeling met waardering.
afbeelding "i_NL.IMRO.0119.Centrumschil-BPC2_0011.jpg"

De bovenstaande waardering kent een beleidsmatige vertaling die in het rapport is weergegeven.

In het geval van de historische binnenstad zijn de ruimtelijke samenhang en de ruimtelijke kwaliteit sterk aangetast. De betekenis van het gebied voor de geschiedenis van Meppel is echter zo groot, en de waarden van meerdere objecten en deelgebieden zijn zo hoog, dat dit gebied toch is ingedeeld in de categorie topkwaliteit.

Het gaat om de volgende gebieden:

  • Binnenstad (gebied 1);
  • Zuideinde/Stationsweg (gebied 2);
  • Wilhelminapark (gebied 7).

Het plangebied van dit bestemmingsplan valt niet geheel samen met de indeling in de cultuurhistorische verkenning. Het grootste deel van gebied 1 uit deze verkenning valt buiten het bestemmingsplan Centrumschil en is opgenomen in het bestemmingsplan Binnenstad (zie het zwart gekleurde gebied in bovenstaande afbeelding). De overige delen van gebied 1, alsmede de gebieden 2 en 7, met de categorie topkwaliteit zijn wel binnen het bestemmingsplan Centrumschil gesitueerd. Het gaat dan voor gebied 1 om de omgeving van de Molenstraat, een deel van de Woldstraat, de omgeving grote/Kleine Oever, Bleekerseiland, Herengracht, Gasgracht en het noordelijke deel van het Zuideinde.

In onderstaande afbeeldingen zijn de deelgebieden 2 (Zuideinde en Stationsweg) en 7 (Wilhelminapark) meer in detail weergegeven. Duidelijk te zien zijn de scherven die een aantasting zijn van de historische structuur.

Afbeelding 12: Gebied 2 met topkwaliteit en de scherven.
afbeelding "i_NL.IMRO.0119.Centrumschil-BPC2_0012.jpg"

Afbeelding 13: Gebied 7 met topkwaliteit en de scherven.
afbeelding "i_NL.IMRO.0119.Centrumschil-BPC2_0013.jpg"

Typerend voor de historische binnenstad is de dominantie van het stedenbouwkundig principe van het gesloten bouwblok, in combinatie met de straat met gesloten gevelwanden, het basis-ruimtetype. In Centrumschil is dit veel minder het geval. Hier is sprake van individuele geschakelde stadswoningen (of minimaal gescheiden door een smal pad naar het achtergebied) in min of meer gesloten bouwblokken, villa's, twee onder één kappers en geschakelde rijenwoningen in meer halfopen bouwblokken.

Er is in opzet een duidelijk verschil tussen het noordelijke en het zuidelijke deel van Centrumschil. Wordt het zuidelijk gedeelte op hoofdlijnen gekenmerkt door een meer historische verkaveling, het westelijk en noordelijk deel bestaat voornamelijk uit tuinstadverkavelingen (rijenwoningen met voor- en achtertuin).

Binnenstad en Centrumschil gaan ruimtelijk heel geleidelijk en zonder grote ruimtelijke breuken in elkaar over. Hierdoor vertonen de twee hoofdgebieden van deze studie onderling een sterke ruimtelijke samenhang. Ook in de Centrumschil domineert de woonfunctie, die ook hier grotendeels is georganiseerd in individuele - grote en kleine - panden voor één huishouden, elk individueel ontsloten vanaf de straat, maar niet altijd direct aan de straat. In afwijking van de Binnenstad zijn voorgebieden tussen bebouwing en straat in de vorm van stoepen of tuinen in de Centrumschil wel veel gebruikelijker met als gevolg een groener en meer residentieel ruimtelijk beeld.

Meer dan in de Binnenstad, is de massa van individuele woonhuizen in de Centrumschil doorregen met bijzondere historische gebouwen in de vorm van fabrieken en grote institutionele functies uit het eind van de 19de en begin van de 20ste eeuw. Doorgaans zijn deze bijzondere functies aan de kant van de openbare ruimte stedenbouwkundig én architectonisch sterk met het omliggende weefsel verweven en vormen hiermee nauwelijks een contrast.

Ook de Centrumschil heeft in de naoorlogse periode ruimtelijke veranderingen doorstaan, maar is toch nog voor het grootste deel intact, dit in tegenstelling tot de Binnenstad waar grootschalige transformatieprocessen hebben plaatsgevonden

In hoofdstuk 5 wordt aangegeven op welke wijze de kenmerken van het plangebied (kenmerkende goot- en bouwhoogten, gevelrooilijnen e.d.) voor de gebieden met de waardering topkwaliteit worden vastgelegd in dit bestemmingsplan.