direct naar inhoud van 3.3 Provinciaal beleid
Plan: Stadscentrum, deelplan Bilderdijk 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0118.BP20128017003-VG02

3.3 Provinciaal beleid

3.3.1 Omgevingsvisie Drenthe

Op 2 juni 2010 is de nieuwe Omgevingsvisie door de provincie Drenthe vastgesteld.
De Omgevingsvisie van de provincie Drenthe beschrijft de ruimtelijk-economische ontwikkeling van Drenthe voor de periode tot 2020, met in sommige gevallen een doorkijk naar de periode daarna. Hoogeveen is hierin aangewezen als streekcentrum. De streekcentra zullen aantrekkelijke woon- en werkmilieus (verder) moeten ontwikkelen en daarnaast werken aan het ontwikkelen van innovatieve en klimaatneutrale strategieën. Om zich te kunnen onderscheiden ten opzichte van elkaar en andere steden hebben de Drentse streekcentra elk een 'identiteitslabel' gekregen. Hoogeveen zal zich moeten toeleggen op activiteiten die de centrumfunctie/identiteit versterken.

Voor wat betreft wonen, moeten streekcentra voldoen aan zowel de lokale als de regionale vraag. Ook het oplossen van knelpunten in de woningmarkt is een speerpunt. Hiervoor is afstemming op regionaal niveau nodig. Hoogeveen maakt deel uit van de regio Zuidwest Drenthe (gemeenten Hoogeveen, De Wolden, Meppel en Westerveld). Voor de periode 2010-2019 gaat het om een netto toename van 3.710 woningen in deze regio. De uitwerking van het woonbeleid ligt bij gemeenten, die hiervoor woonplannen hebben opgesteld. Bij uitwerking van het woonbeleid van de gemeente toetst de provincie vooral op:

  • Regionale afstemming van woningbouwplannen.
  • Het stimuleren van herstructurering.
  • Het stimuleren van de ontwikkeling van specifieke, kleinschalige woonmilieus.

Het laatstgenoemde punt is van toepassing op het voorgenomen bouwplan binnen het plangebied. Daarnaast sluit het plan aan op de aanbeveling van de provincie waarin de mogelijkheden tot het realiseren van specifieke, unieke woonmilieus, geënt op de gebiedskarakteristieken wordt benoemd. Met dit bouwplan wordt eveneens invulling gegeven aan het streven tot zorgvuldig ruimtegebruik ter voorkoming van stedelijke uitbreidingen aan de randen van de kernen.

In dit kader is van belang te vermelden dat intramurale zorg niet een provinciaal belang betreft. In dergelijke situaties gaat het om zorgverlening binnen instellingen. Hierbij is er sprake van zorgplaatsen en is het aantal niet van invloed op de woningcontingenten.