direct naar inhoud van Artikel 3 Tuin
Plan: Buitengebied Noord, deelplan Kinholtweg 1 Fluitenberg 2010
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0118.BP20108006003-OH01

Artikel 3 Tuin

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. tuinen;
  • b. toegangspad, balkons en erkers ten behoeve van de aangrenzende woonbestemming;
  • c. parkeren;
  • d. opgaand groen in de vorm van hoogstamfruitbomen ter plaatse van de aanduiding 'groen';

met de daarbij ten dienste van de bestemming behorende:

  • e. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals pergola's en erf- of perceelsafscheidingen;
  • f. andere werken.
3.2 Bouwregels
3.2.1 Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd, met uitzondering van erkers, met dien verstande dat bij de woning ter plaatse van de aanduiding 'sba-2' geen erkers zijn toegestaan.

3.2.2 Erkers bij woningen

Binnen deze bestemming zijn bij de woning ter plaatse van de aanduiding 'sba - 1' erkers toegestaan met een maximale diepte van 1,5 m en een maximale breedte van 2/3 van de breedte van de voor- en/of zijgevel van het bijbehorende hoofdgebouw, mits de hoogte van de erker ten hoogste gelijk zal zijn aan de hoogte van de eerste bouwlaag van het bijbehorende hoofdgebouw.

3.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 2 m bedragen, met dien verstande dat voor erf- of perceelsafscheidingen geldt dat de hoogte:

  • a. maximaal 1 m mag bedragen; of
  • b. maximaal 2 m mag bedragen, mits meer dan 1 m achter het verlengde van de voorgevel van het hoofdgebouw.
3.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. een goede woonsituatie;
  • c. de verkeersveiligheid;
  • d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
3.4 Afwijken van de bouwregels
  • a. Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 3.2.1 en worden toegestaan dat er bij de woning ter plaatse van de aanduiding 'sba - 1' een carport wordt opgericht, mits:
      • de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 3 m;
      • de carport niet meer dan 2 m voor de voorgevel wordt geplaatst;
  • b. De in lid 3.4 sub a genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
    • 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
    • 2. de woonsituatie;
    • 3. de verkeersveiligheid;
    • 4. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
3.5 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in elk geval gerekend het gebruik of laten gebruiken van gronden als standplaats voor kampeermiddelen.