direct naar inhoud van 4.5 Beeldkwaliteit
Plan: Anreperstraat 204
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0106.99BP20111002B-C001

4.5 Beeldkwaliteit

Plaatsing woonhuizen met schuur

De woonhuizen met hun schuren worden zodanig geplaatst dat ze gezamenlijk een klein Drents erf representeren. Eén woning hiervan is georiënteerd op het beekdal, waarbij de andere woning haar woonkwaliteit ontleend aan haar ligging en oriëntatie op de es. Het gemeenschappelijk entree-erf als groene ruimte met een eenvoudig landelijke erfinrichting is verbindend. Dit wordt vormgegeven door een groene voorruimte, een gemeenschappelijke oprit, groepering van gebouwen rond een gemeenschappelijke ruimte en de afstemming in architectuur tussen de gebouwen met bijgebouwen. De omzoming van de es met de nieuwe esrandbeplanting onderscheidt de beide kavels van elkaar.

afbeelding "i_NL.IMRO.0106.99BP20111002B-C001_0009.jpg"

Figuur 9: Referentiebeeld ‘het nieuwe erf’

Massa en vorm

De gebouwen hebben een eenvoudige hoofdvorm met een rechthoekige grondvorm als basis. De volumes tonen verwantschap en worden beschouwd als een sculptuur, bestaande uit één hoofdmateriaal. De woonhuizen moeten aansluiten bij de Drentse karakteristieken van het gebied in uitstraling (bescheidenheid), dakhelling, goothoogte en materiaalgebruik. De woonhuizen bestaan uit één bouwlaag met kap. De kap is dominant in het beeld. Voor de dakvorm wordt het zadeldak of het schilddak toegepast. De hoogte van het maaiveld tot goot is gelijk of kleiner dan de hoogte van goot tot nok. De goothoogte dient zo laag mogelijk te blijven. De bijgebouwen zijn ondergeschikt ten aanzien van het woonhuis. De nokrichting is gedraaid, maar ze tonen verwantschap met het woonhuis. Tezamen zijn de vier bouwvolumes te beschouwen als één architectonische geheel.

afbeelding "i_NL.IMRO.0106.99BP20111002B-C001_0010.jpg"

Figuur 10: Perspectief bouwmassa's

Materialen, detaillering en kleurgebruik

De woonhuizen worden voorzien van hetzelfde hoofdmateriaal, waarbij natuurlijke materialen in gedekte kleuren worden toegepast en geen geglazuurde materialen. De gevels bestaan uit baksteen of hout, afgewisseld met een ander materiaal voor de insneden in het hoofdmateriaal (staal of glas). Voor het dak kan gekozen worden voor riet of dakpannen. De gebouwen hebben een eenvoudige, zorgvuldige en doelmatige detaillering.

Erfinrichting

Het erf wordt ingepast met streekeigen, inheemse bomen en beplanting. Door de omzoming van de es met nieuwe esrandbeplanting wordt het ritme van het landschap weer zichtbaar. De nieuwe houtsingel wordt aangeplant boven op een aarden walletje en vormt tegelijkertijd de kavelgrens tussen beide kavels. Het collectieve erf is een groene voorruimte, met een eenvoudig landelijke inrichting bestaande uit gras met bomen. Ze zorgen ervoor dat het erf open en luchtig blijft. De oostelijke kavel wordt ingepast met streekeigen, inheemse beplanting om afscherming te bieden vanaf de Anreperstraat.

Gezien het open karakter en ligging van de woonhuizen is er geen ruimte voor hoge muren en schuttingen. Aan de voorzijde vormen borders met bloemen en lage struiken de overgang van het gras van het collectieve erf naar het privé-erf. Een lage haag vormt de overgang van het privé-erf naar het aangrenzende landschap.