direct naar inhoud van 4.1 Archeologie
Plan: Loon 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0106.99BP20095500-C001

4.1 Archeologie

4.1.1 Inleiding

Ter implementatie van het Verdrag van Malta in de Nederlandse wetgeving is de Wet op de Archeologische Monumentenzorg (Wamz) in werking getreden. Deze wet maakt deel uit van de (gewijzigde) Monumentenwet 1988. De kern van de Wamz is, wanneer de bodem wordt verstoord, dat de archeologische resten intact moeten blijven.

4.1.2 Onderzoek

In algemene zin is archeologisch onderzoek niet vereist als het gaat om herbouw met dezelfde maatvoering als het oorspronkelijke bouwwerk, dat wil zeggen dat de funderingen dezelfde horizontale en verticale afmetingen hebben of wanneer werkzaamheden vergunning vrij kunnen worden uitgevoerd. In veel gevallen zullen bij werkzaamheden (bijvoorbeeld bij bouwwerkzaamheden, infrastructurele werkzaamheden of natuurontwikkeling) bodemingrepen plaatsvinden. Of er dan een verplichting geldt voor archeologisch onderzoek, hangt af van de genoemde vrijstellingsgrens.

De vrijstellingsgrens dient vergeleken te worden met het totaal aan te verstoren bodemoppervlak binnen een plangebied of bouwblok van een samenhangend project dat niet opgedeeld kan worden in deeluitwerkingen. Let daarbij op de context: wanneer een huis gebouwd gaat worden, geldt waarschijnlijk niet alleen de bouwput als te verstoren oppervlak, maar ook de zone eromheen, bijvoorbeeld voor aanleg van een tuin. Het te verstoren oppervlak kan dus groter zijn dan de bouwput alleen. De gemeente Assen kent gebieden met de hierna volgende vrijstellingsgrenzen. Deze gebieden zijn gebaseerd op de archeologische beleidsadvieskaart van de gemeente. Afbeelding 19 bevat een uitsnede van deze kaart.

afbeelding "i_NL.IMRO.0106.99BP20095500-C001_0019.jpg"

Afbeelding 18. Uitsnede archeologische beleid- en advieskaart gemeente Assen.

Loon

De geschiedenis van het esdorp Loon onttrekt zich (nog) grotendeels aan onze waarneming. Dat komt hoofdzakelijk omdat die schuilgaat onder het oude akker- of bouwland: de Looner es. De oudste component van de bewoningsgeschiedenis, althans vanaf het moment dat boeren er actief werden, wordt gevormd door het hunebed D15, aan de noordkant van de Looner es. Tot 1870 lag dit hunebed in een heuvel van zand, zoals ooit bij alle hunebedden het geval was, maar, omdat deskundigen destijds dachten dat het om stuifzand ging, is D15 tijdens een restauratie van zijn dekheuvel ontdaan. In 1974 werd tijdens een illegale graafpartij in het hunebed een belangrijke ontdekking gedaan in de vorm van twee zogeheten klokbekers, die waarschijnlijk verband houden met nabijzettingen (Klokbekercultuur: 2400-1900 voor Chr.). Bij die gelegenheid werd ook een plat stuk koper of brons opgespit, waaraan eveneens een hoge ouderdom kan worden toegekend. Een urnenveld dat aan de zuidzijde van Loon aan het licht is gebracht (ter hoogte van een voorde door het Looner Diep) en walpatronen van een celtic field aan de noordzijde van de Looner es vormen verder de belangrijkste doorkijkjes naar het verleden van dit dorp.

Provinciaal belang

Het plangebied Loon valt binnen het Drentse Aa gebied, wat als provinciaal belang geldt. Bij ingrepen moet de provinciaal archeoloog instemming verlenen.

Historische kern

Het esdorp Loon is een historische kern, die op de AMK-kaart staat opgenomen. Voor de historische kern geldt, in tegenstelling tot andere AMK-terreinen, wel een vrijstellingsgrens. In de historische kern en de bufferzone eromheen geldt dat alleen verstoringen groter dan 100 m² onderzoeksplichtig zijn.

Es

Essen zijn met plaggen opgehoogde akkers. Ze liggen vaak op locaties die al van oudsher voor bewoning en landbouwactiviteiten gebruikt zijn. Onder esdekken liggen dikwijls sporen van nederzettingen en begraafplaatsen die dateren van voor de aanleg van het esdek. De vondsten en sporen zijn vaak goed bewaard gebleven omdat ze dankzij het afdekkende esdek niet of minder blootgesteld zijn aan verstorende invloeden zoals later landgebruik. De essen in de gemeente Assen zijn aangemerkt als archeologische waarden van provinciaal belang. Wanneer hier bodem ingrepen worden voorgenomen groter dan 1.000 m² en dieper dan 30 cm -Mv, moet via de gemeente contact opgenomen worden met de provinciaal archeoloog. De eerste fase van het archeologisch onderzoek bestaat hier uit een verkennend en karterend proefsleuvenonderzoek.

Beekdal

Een klein deel van het plangebied (de zuidwestzijde) is op de archeologische kaart aangegeven als een beekdal. De beekdalen zijn aangemerkt als archeologische waarden van provinciaal belang. Omdat de in beekdalen verwachte structuren niet met booronderzoek op te sporen zijn, is booronderzoek gericht op het opsporen van archeologische vindplaatsen hier niet zinvol en moeten alle ingrepen in beekdalen in principe onder archeologische begeleiding plaatsvinden. Hierover moet via de gemeente contact opgenomen worden met de provinciaal archeoloog. In overleg met de provincie kan dan besloten worden over de wijze waarop de archeologische begeleiding plaats moet vinden.

Urnenveld

Aan de zuidoostzijde van het plangebied is een urnenveld uit de late Bronstijd tot vroege IJzertijd aanwezig. Dit is een terrein van hoge archeologische waarde, waarvoor geen vrijstellingsgrens geldt. Voor elke ingreep moet archeologisch onderzoek uitgevoerd worden.

4.1.3 Conclusie

De gemeentelijke archeologische waardenkaart is vertaald in dit bestemmingsplan. De verschillende beschermingsregimes bij de voorkomende waarden zijn terug te vinden met dubbelbestemmingen op de verbeelding en in de regels. Voor het plan heeft geen archeologisch onderzoek plaatsgevonden.