direct naar inhoud van Artikel 3 Bedrijf
Plan: Bedrijventerrein Assen Noord
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0106.07BP2009163-C001

Artikel 3 Bedrijf

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor " Bedrijf " aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. een waterstaatkundig bedrijf, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - waterstaatkundig bedrijf';
  • b. de bestaande bedrijfswoningen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
  • c. aan- en uitbouwen en bijgebouwen bij een bedrijfswoning;
  • d. de bestaande aan huis gebonden bedrijven;
  • e. aan huis gebonden beroepentot ten hoogste 50% van de bebouwde oppervlakte en tot een maximum van 40 m²;

met dien verstande dat de volgende ingevolge het vorenstaande toelaatbare bedrijven niet toegestaan zijn:

  • 1. bedrijven als bedoeld in artikel 2.1 lid 3 van het Besluit omgevingsrecht;
  • 2. bedrijven die vallen onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
  • 3. vuurwerkbedrijven;
  • 4. bedrijven die voldoen aan de activiteitomschrijving in kolom 1 van de onderdelen C en D van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage.

met de daarbijbehorende:

  • f. wegen en paden;
  • g. tuinen, erven en terreinen;
  • h. parkeervoorzieningen;
  • i. groenvoorzieningen;
  • j. waterlopen en waterpartijen;
  • k. waterhuishoudkundige doeleinden, waaronder waterberging;
  • l. nutsvoorzieningen;
  • m. andere-bouwwerken.

3.2 Bouwregels

Op de voor "Bedrijf" aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.

3.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. een gebouw dient binnen een bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. de goot- en bouwhoogte magen ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' aangegeven hoogte bedragen;
  • c. het bebouwingspercentage van het bouwperceel bedraagt ten hoogste het ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage (%)'aangegeven bebouwingspercentage;
  • d. een bedrijfswoning mag uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning'.
3.2.2 Andere-bouwwerken

Voor het bouwen van andere-bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag ten hoogste 1,00 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen achter de naar de weg gekeerde gevels(s) van het (hoofd)gebouw of het verlengde daarvan ten hoogste 2,00 m mag bedragen;
  • b. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag ten hoogste 6,00 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van de overige andere-bouwwerken mag ten hoogste 5,00 m bedragen.
3.3 Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de milieusituatie;
  • c. externe veiligheid;
  • d. de verkeerssituatie;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.

3.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik in strijd met deze bestemming wordt in ieder geval begrepen een gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van:

  • a. bedrijven anders dan genoemd in lid 3.1 sub a;
  • b. de uitoefening van detailhandel;
  • c. de uitoefening van een horecabedrijf.
3.5 Afwijken van de gebruiksregels
3.5.1 Afwijken aan huis gebonden bedrijf

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken voor de uitoefening van een aan huis gebonden bedrijf in een woning of bedrijfswoning en daarbijbehorende aan- en uitbouwen en bijgebouwen, tot ten hoogste 50% van de bebouwde oppervlakte en tot een maximum van 40 m².

3.5.2 Afwegingskader

De in lid 3.5.1 genoemde omgevingsvergunning kan uitsluitend worden verleend, indien:

  • a. het gebruik zowel naar aard als voor wat betreft de visuele aspecten ervan met het woonkarakter in overeenstemming is en de woonfunctie in overwegende mate gehandhaafd blijft;
  • b. het gebruik geen onevenredige parkeerdruk met zich mee brengt.