direct naar inhoud van 5.26 Wonen - Voormalige boerderijpanden
Plan: Bûtengebiet en doarpen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0081.04BP0002-VA02

5.26 Wonen - Voormalige boerderijpanden

In paragraaf 5.1 Algemeen zijn de opbouw van deze paragraaf en de opbouw en systematiek van de bestemmingen toegelicht.

5.26.1 Toelichting op de bestemming

De bestemming Wonen - Voormalige boerderijpanden ligt op de gronden waarvan de bebouwing herkenbaar is als een voormalige agrarisch boerderijpand. De bestemming is primair gericht op het behoud van deze panden. De gronden binnen deze bestemming zijn bedoeld voor wonen, al dan niet in combinatie met een aan huis verbonden beroep of bedrijf. Tuinen en erven vallen ook onder het toegestane gebruik. Bij één voormalige boerderijpand is een recreatiewoning aanwezig. Deze recreatiewoning is specifiek aangeduid zodat deze toegestaan is binnen de bestemming.

In de bouwregels is onderscheid gemaakt tussen hoofdgebouwen (het woonhuis) en bijbehorende bouwwerken. Voor de bebouwing is een bouwschema opgenomen (zie artikel 27.2 Bouwregels).

De woonhuizen (hoofdgebouwen) betreffen voormalige boerderijpanden. De bouwvlakken bepalen de plaatsing en de hoofdvorm van de hoofdgebouwen. Bij de woonhuizen mogen bijbehorende bouwwerken worden gebouwd. Omdat deze uitsluitend bedoeld zijn ter ondersteuning van de woonfunctie, zijn hiervoor specifieke bouwregels opgenomen. De afmetingen van de genoemde bebouwing is gerelateerd aan de functie ervan. Tot slot zijn bij deze bestemming andere bouwwerken, toegestaan. Daarbij gaat het onder meer om erf- en terreinafscheidingen.

Flexibiliteitsbepalingen

Het is mogelijk door middel van een omgevingsvergunning af te wijken van de bouw- en (specifieke) gebruiksregels, bijvoorbeeld voor het in geringe mate bouwen buiten het bouwvlak.

Artikel 27.3.1 Bouwen buiten bouwvlak

Er kan een afwijking verleend worden voor een geringe uitbreiding van de woning buiten het bouwvlak. Doordat het bouwvlak strak om het hoofdgebouw is gelegd, ter behoud van de bestaande hoofdvorm, is een kleine aanvaardbare uitbreiding al in strijd met het bestemmingsplan. Om die reden is de afwijking opgenomen.

Artikel 27.3.2 Afwijking bestaande maatvoeringseisen ten behoeve van een versterking van de ruimtelijke kwaliteit

Artikel 27.3.3 Afwijking bestaande maatvoeringseisen vanwege eisen Bouwbesluit

De bestaande afmetingen van het hoofdgebouw zijn binnen de bestemming vastgelegd. In een aantal gevallen kan het noodzakelijk zijn van de bestaande afmetingen af te wijken. Dit kan bijvoorbeeld omdat het gebouw bij nieuwbouw of verbouw niet voldoet aan de eisen van het Bouwbesluit.

Daarnaast is het niet de intentie om een heel starre regeling te hanteren. Het kan zijn dat er een bouwplan wordt ingediend waarbij het behoud van het boerderijpand wordt losgelaten en er een in architectonisch en ruimtelijk oogpunt versterking van de ruimtelijke kwaliteit kan worden bereikt, bijvoorbeeld door een volledig nieuw, modern bouwkundig beeld aan het buitengebied toe te voegen. Het is niet de bedoeling om alleen het bestaande te behouden. Het moet mogelijk zijn om daar in uitzonderingen van af te wijken. Met deze afwijking biedt het plan hiervoor een mogelijkheid.

Artikel 27.3.4 Vergroten oppervlakte bijbehorende bouwwerken ten behoeve van agrarische activiteiten

Voor het vergroten van bijbehorende bouwwerken tot maximaal 500 m2 ten behoeve van agrarische activiteiten is een afwijkingsmogelijkheid opgenomen. Het betreft agrarische activiteiten die meer inhouden dan alleen hobbymatig gebruik. Dit betekent een minimale omvang van 10 Nge.

Artikel 27.3.5 Vergroten oppervlakte bijbehorende bouwwerken ten behoeve van sanering 1

Artikel 27.3.6 Vergroten oppervlakte bijbehorende bouwwerken ten behoeve van sanering 2

In de regels is een saneringsmogelijkheid opgenomen om grote oppervlaktes aan bijbehorende bouwwerken (bijgebouwen, voormalige bedrijfsgebouwen, en dergelijke) te saneren. Om de sanering aantrekkelijk te maken, is er voor gekozen om een bepaald percentage bovenop het standaard maximaal toegestane hoeveelheid bijbehorende bouwwerken toe te staan. Hierdoor kan er dus als vergoeding voor de sanering van storende bebouwing extra bouwmogelijkheden worden geboden.

Artikel 27.5.1 Twee woningen

Er is een afwijkingsprocedure opgenomen om toe te staan dat een voormalige boerderpand al dan niet gepaard gaande met interne bouwactiviteiten, wordt gebruikt voor meer dan één woning. Hieraan zijn voorwaarden verbonden. Onder andere mag de bestaande bouwmassa niet worden vergroot en mogen er niet meer dan twee woningen worden gevestigd.

Daarnaast zijn met een afwijking de volgende functies mogelijk:

De functies zijn toegelicht in paragraaf 5.37 Afwijkingen.

5.26.2 Uitgangspunten

Ontwikkelingen als schaalvergroting en extensivering leiden tot het vrijkomen van agrarische bedrijven en de bijbehorende bedrijfswoningen. Deze tendens zal zich ook voor de gemeente Leeuwarderadeel op de langere termijn voortzetten. Alhoewel een percentage moeilijk is aan te geven, betekent dit dat er, gezien over een langere periode, sprake zal zijn van een aantal vrijkomende gebouwen.

Een toename van overige functies in het buitengebied kan leiden tot een toename van mobiliteit, milieuhinder en bijvoorbeeld hinder voor omringende agrarische bedrijven. Er zijn echter ook positieve aspecten aan hergebruik verbonden. Kleinschalige bedrijvigheid of het bewoond blijven van het woonhuis kan ten goede komen aan de leefbaarheid van een gebied en het behoud van waardevolle panden. Het is mogelijk om een agrarisch bedrijf via een wijziging om te zetten naar een woonfunctie. Daarbij wordt de hoofdvorm van het voormalige boerderijpand vastgelegd met een bouwvlak. Hierdoor blijft de hoofdvorm gehandhaafd.

Omdat de voormalige boerderijpanden in veel gevallen een fors bouwvolume hebben, zijn deze relatief duur in onderhoud. Er is daarom gekozen om binnen de bestemming, naast de gebruikelijke functionele mogelijkheden, ook bedrijven uit de categorieën 1 en 2 (en naar aard en invloed gelijk te stellen bedrijvigheid) toe te staan. Hierdoor wordt het aantrekkelijker om in een dergelijke woonhuis een bedrijf te vestigen en dus ook de kosten van het onderhoud op te brengen.

De verwachting is dat er woningen leeg komen te staan en daardoor zullen verpauperen. Om dit te voorkomen is er een wijzigingsbevoegdheid opgenomen om voormalige boerderijpanden ook als recreatieve woning te mogen gebruiken. Ook kan met een afwijkingsprocedure een tweede woning in de boerderij toegestaan worden.