direct naar inhoud van Artikel 6 Algemene aanduidingsregels
Plan: FRANEKER - OOST EN SCHALSUMERPLAN (PRINS WILLEM DE ZWIJGERLAAN 1)
Status: concept
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0070.UPFRAWDEZWIJGR2009-VAS1

Artikel 6 Algemene aanduidingsregels

 

6. 1. 1. Bouwregels

6. 1. 2. Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

a.    ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding  bebouwingsvrije zone”, mogen noch gebouwen ten behoeve van de daar voorkomende bestemming, noch gebouwen ten behoeve van de gebiedsaanduiding “vrijwaringszone - vaarweg” worden gebouwd;

b.    voorzover de gronden in het bestemmingsplan niet zijn voorzien van de aanduiding “specifieke bouwaanduiding - bebouwingsvrije zone”, mogen uitsluitend gebouwen ten behoeve van de gebiedsaanduiding “vrijwaringszone - vaarweg” worden gebouwd.

6. 1. 3. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

a.    ter plaatse van de aanduiding “specifieke bouwaanduiding - bebouwingsvrije zone”, mogen geen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van de gebiedsaanduiding “vrijwaringszone - vaarweg” worden gebouwd;

b.    de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde (ten behoeve van de gebiedsaanduiding “vrijwaringszone  vaarweg”), zal ten hoogste 2,00 m bedragen.

6. 1. 4. Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen, ten behoeve van het doelmatig functioneren van de vaarweg, nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bebouwing.

6. 1. 5. Ontheffing van de bouwregels

Burgemeester en Wethouders kunnen ontheffing verlenen van:

        het bepaalde in lid 6.1.2. sub a en lid 6.1.3. sub a en toestaan dat de in de ter plaatse geldende bestemming genoemde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, mits:

vooraf ontheffing is verleend op grond van de Provinciale Vaarwegenverordening.