direct naar inhoud van REGELS
Plan: Buitengebied 2009, gedeeltelijke herziening 2015
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0048.BP1401-vs04

REGELS

Algemeen aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen

Overal in de regels waar sprake is van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en/of overkappingen bij bedrijfswoningen, recreatieverblijven en woonhuizen komen deze begrippen te vervallen en worden deze vervangen door het begrip bijbehorende bouwwerken.

Overal waar op de verbeelding sprake is van de aanduidingen "karakteristiek", "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" en "specifieke bouwaanduiding - oorspronkelijke hoofdvorm" gelden voor bijbehorende bouwwerken die buiten het aanduidingsvlak zijn gelegen maar die in dezelfde bouwstijl als het aangeduide gebouw zijn gebouwd, de regels die verbonden zijn aan de aanduidingen.

Hoofdstuk 1 INLEIDENDE REGELS

Artikel 1 Begrippen

(Aan artikel 1 van het bestemmingsplan Buitengebied Vlagtwedde, 22 september 2009 worden enkele begrippen toegevoegd dan wel dienen enkele ter vervanging van het in aanhef gelijkluidende begrip.)

In deze regels wordt verstaan onder:

1.1 plan: (vervanging)

het bestemmingsplan Buitengebied 2009, gedeeltelijke herziening 2015 met identificatienummer NL.IMRO.0048.BP1401-vs04 van de gemeente Vlagtwedde;

1.2 bestemmingsplan: (vervanging)

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;

1.3 achtererfgebied: (nieuw)

erf aan de achterkant en de niet naar openbaar toegankelijk gebied gekeerde zijkant, op meer dan 1,00 meter van de voorkant van het recreatieverblijf;

1.4 bed and breakfast: (nieuw)

een bedrijfsmatige voorziening gericht op het bieden van de mogelijkheid tot overnachting en het serveren van ontbijt als toeristisch-recreatieve activiteit, welke bedrijfsmatige voorziening ondergeschikt is aan de hoofdbestemming;

1.5 bestaand (vervanging):

      • a. Bebouwing die op het tijdstip van ter inzagelegging van het bestemmingsplan als ontwerp, aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een bouw- of omgevingsvergunning met uitzondering van bebouwing die gebouwd is zonder bouw- of omgevingsvergunning  en in strijd is met het op dat tijdstip geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat bestemmingsplan;
      • b. Gebruik van gronden en bebouwing dat op het tijdstip van het van kracht worden van het gebruiksverbod bestond, met uitzondering van gebruik dat in strijd is met het op dat tijdstip geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat bestemmingsplan;
1.6 bijbehorend bouwwerk: (nieuw)

uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak;

1.7 bouwen: (vervanging)

het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;

1.8 bouwwerk: (vervanging)

een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;

1.9 grondgebonden agrarische bedrijfsvoering: (vervanging)

een agrarische bedrijfsvoering, waarbij het gebruik van agrarische gronden noodzakelijk is voor het functioneren van het bedrijf, waaronder een melkrundveehouderijbedrijf, een melkgeitenhouderijbedrijf, een schapenhouderijbedrijf, een akkerbouwbedrijf, een vollegronds tuinbouwbedrijf, een productiegericht paardenhouderijbedrijf, en naar de aard daarmee gelijk te stellen agrarische bedrijven;

1.10 hoofdgebouw: (vervanging)

een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is;

1.11 huishouden: (nieuw)

een of meer personen in een woning of een woonruimte waaronder mede begrepen de inwoning, al dan niet bij wijze van mantelzorg, met eigen voorzieningen van verwanten of andere personen en met een gezin gelijk te stellen samenlevingsvormen;

1.12 intensief kwekerijbedrijf: (vervanging)

een agrarisch bedrijf in de vorm van het telen of kweken van dieren en gewassen, op de wijze van een paddenstoelenkwekerij, een wormen- en/of madenkwekerij, een vis- schaaldier- en schelpdierkwekerij, een witlofkwekerij of een combinatie van deze bedrijfsvormen, alsmede naar de aard daarmee gelijk te stellen bedrijfsvormen met (nagenoeg) geen gebruik van daglicht;

1.13 intensief veehouderijbedrijf: (vervanging)

een agrarisch bedrijf in de vorm van het houden van dieren, op de wijze van een rundveemesterij (exclusief vetweiderij), een varkens-, vleeskalver-, pluimvee- of pelsdierhouderij, of een combinatie van deze bedrijfsvormen, alsmede naar de aard daarmee gelijk te stellen bedrijfsvormen, met uitzondering van bedrijfsvoeringen waarin dieren worden gehouden overeenkomstig de regels ten aanzien van de biologische productiemethoden;

1.14 kampeermiddel: (vervanging)

een tent, een tentwagen, een kampeerauto, een caravan of een stacaravan, dan wel enig ander daarmee vergelijkbaar voertuig of onderkomen, dat geheel of ten dele is bestemd of opgericht dan wel wordt of kan worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;

1.15 kleinschalige duurzame energieopwekking (nieuw):

winning van energie uit kleinschalige perceelsgebonden bronnen, waarbij weinig tot geen schadelijke milieueffecten optreden bij winning en omzetting en die in onuitputtelijke hoeveelheden beschikbaar is, zoals zon, water, aard- en omgevingswarmte;

1.16 maatschappelijke voorzieningen: (nieuw)

educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke voorzieningen, zorgvoorzieningen en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, alsook ondergeschikte detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen;

1.17 mantelzorg: (vervanging)

intensieve zorg of ondersteuning, die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende, ten behoeve van zelfredzaamheid of participatie, rechtstreeks voortvloeiend uit een tussen personen bestaande sociale relatie, die de gebruikelijke hulp van huisgenoten voor elkaar overstijgt, en waarvan de behoefte met een verklaring van een huisarts, wijkverpleegkundige of andere door de gemeente aangewezen sociaal-medisch adviseur kan worden aangetoond;

1.18 niet-grondgebonden agrarische bedrijfsvoering: (vervanging)

een agrarische bedrijfsvoering op de wijze van een intensief veehouderijbedrijf of een intensief kwekerijbedrijf;

1.19 ondersteunende horeca: (nieuw)

horeca die ondergeschikt en gerelateerd is aan de bestemming en tot doel heeft het verstrekken van kleine etenswaren en dranken. Er is sprake van ondersteunende horeca indien:

  • de horeca-activiteit ondergeschikt is aan de toegestane hoofdactiviteit;
  • de openingstijden van de horeca-activiteit gelijk zijn aan de openingstijden van de hoofdactiviteit;
  • de toegang van de horeca-activiteit uitsluitend mogelijk is via de hoofdactiviteit;
1.20 paardrijbak (nieuw):

een daarvoor ingericht stukje terrein ten behoeve van paardrijdactiviteiten, met een hek er om heen en al dan niet in combinatie met verlichting;

1.21 plattelandswoning (nieuw):

een woonhuis in de vorm van een voormalige agrarische bedrijfswoning, die bewoond mag worden door een persoon of diens huishouden die geen functionele binding heeft met het nabijgelegen agrarisch bedrijf, waartoe het woonhuis in het verleden als bedrijfswoning heeft behoord;

1.22 silo: (vervanging)

een bouwwerk ten behoeve van opslag van veevoeders en mest;

1.23 theetuin: (nieuw)

het verlenen van diensten in de vorm van het,  hoofdzakelijk overdag, openstellen van tuinen bij woningen met als nevenactiviteit het verstrekken van niet alcoholische dranken en daarbij behorende versnaperingen op een tuinterras, veranda en dergelijke;

1.24 torensilo: (vervanging)

een gebouw ten behoeve van opslag van veevoeders;

1.25 trekkershut: (vervanging)

een gebouw met een eenvoudige constructie en van beperkte omvang ten behoeve van een kortstondig recreatief nachtverblijf voor passanten;

1.26 woning: (vervanging)

een complex van ruimten, bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden en tevens bedoeld voor de bij het wonen toegestane functies als bed and breakfast, mantelzorg, aan-huis-verbonden beroepen, kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, kamerverhuur en dergelijke.

Artikel 2 Wijze van meten

(In artikel 2 worden enkele bepalingen aangaande de wijze van meten vervangen vanwege de aanpassing aan nieuwe wet- en regelgeving)

Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:

2.1 de dakhelling:

langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;

2.2 de goothoogte van een bouwwerk:

vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;

2.3 de inhoud van een bouwwerk:

tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;

2.4 de bouwhoogte van een bouwwerk:

vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;

2.5 de oppervlakte van een bouwwerk:

tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.

Hoofdstuk 2 BESTEMMINGSREGELS

Artikel 3 Agrarisch - 1 (Artikel 3)

Voor zover gronden binnen deze herziening zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Agrarisch - 1' zijn de regels van artikel 3 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09) van toepassing.

Daar waar in het geldende bestemmingsplan sprake is van de aanduiding "specifieke regeling" moet deze nu gelezen worden als "specifieke vorm van agrarisch - specifieke regeling".

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Agrarisch - 1' artikel 3 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

3.1 Bestemmingsomschrijving (3.1.)

(toevoegen regeling voor karakteristieke panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

In 3.1. worden de volgende subleden cc en dd toegevoegd:

cc. ter plaatse van de aanduiding "karakteristiek", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, de instandhouding van de 'bestaande karakteristieke hoofdvorm van de gebouwen wordt nagestreefd, zoals die per adres zijn beschreven in bijlage 9;

dd. ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, de instandhouding van de kenmerken van een streekeigen architectuur-/bouwstijl wordt nagestreefd;

3.2 Bouwregels (3.2.)

(vervangen regeling voor toelaatbaarheid gebouwen en overkappingen)

In 3.2.1. komt onderdeel a te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel a:

a. er zullen uitsluitend gebouwen en overkappingen, niet zijnde kassen, ten behoeve van de in 3.1. genoemde functies worden gebouwd, waarbij deze bouwregels eveneens van toepassing zijn voor functies die na ontheffing van de gebruiksregels aan de agrarische bedrijven zijn toegevoegd;

(aanpassen regeling voor het dichter naar de weg toe bouwen van bedrijfswoningen)

Aan 3.2.1. onder f wordt de volgende zinsnede toegevoegd: , tenzij sprake is van het verplaatsen van de voorgevel waarbij aangesloten wordt bij de bestaande bebouwingskarakteristiek;

In 3.2.1. komt onderdeel k te vervallen en wordt vervangen door het volgende:

Ter plaats van de aanduiding "karakteristiek", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, gelden de volgende bouwregels:

k. een gebouw met een karakteristieke hoofdvorm zal binnen het gebied ter plaatse van de aanduiding "karakteristiek" worden gebouwd, tenzij het een buiten het aanduidingsvlak gelegen bijbehorend bouwwerk betreft;

l. de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een karakteristieke hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste de bestaande oppervlakte, goothoogte en dakhelling bedragen.

Ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, gelden de volgende bouwregels:

m. een gebouw met een hoofdvorm in een streekeigen architectuur-/bouwstijl zal binnen het gebied ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" worden gebouwd, tenzij het een buiten het aanduidingsvlak gelegen bijbehorend bouwwerk betreft;

n. de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een streekeigen hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de kenmerkende afmetingen van de verschillende streekeigen architectuur-/bouwstijlen, zoals beschreven in bijlage 9, waarbij deels buiten de aanduidingsgrenzen mag worden gebouwd.

o. indien sprake is van een boerderijpand met een oorspronkelijke hoofdvorm, alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken (en geen aanduiding "karakteristiek of "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" is aangegeven) geldt de volgende bouwregel: de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een oorspronkelijke hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de bestaande hoofdvorm dan wel een daarmee minimaal gelijkwaardige hoofdvorm voor wat betreft de streekeigen vormgeving waarbij deels buiten de bestaande plattegrond mag worden gebouwd;

In 3.2.1. wordt in het bouwschema een = toegevoegd achter 20, de minimale dakhelling voor bedrijfsgebouwen. Onder het bouwschema wordt de volgende tekst toegevoegd:

= over een oppervlakte van ten hoogste 100 m² mag een bedrijfsgebouw of overkapping worden voorzien van een platte afdekking

In 3.2.1. wordt in het bouwschema een + toegevoegd achter de 150 m² voor bedrijfswoningen. Onder het bouwschema wordt de volgende tekst toegevoegd:

+ tenzij de bedrijfswoning inpandig is gevestigd in het oorspronkelijke boerderijpand, in welk geval de oppervlakte van de bedrijfswoning ten hoogste gelijk is aan de oppervlakte van het oorspronkelijke boerderijpand.

In 3.2.2. onder a wordt de volgende zinsnede toegevoegd: ', tenzij ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van agrarisch - mestsilo", in welk geval een mestsilo buiten het bouwvlak is toegestaan;'

3.3 Ontheffing van de bouwregels (3.4.)

(toevoegen ontheffingen om af te wijken van de bestaande hoofdvormen van streekeigen boerderijpanden)

Aan 3.4. worden de volgende ontheffingen toegevoegd:

In 3.4. worden de volgende subleden c en d toegevoegd:

c. het bepaalde in 3.2.1. onder l in die zin dat in ondergeschikte mate wordt afgeweken van de bestaande maatvoeringen en gevelindeling van de karakteristieke hoofdvorm, mits:

      • a. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de karakteristieke hoofdvorm en gevelindeling van het karakteristieke gebouw; dan wel
      • b. indien afgeweken wordt van de karakteristieke hoofdvorm en gevelindeling van het karakteristieke gebouw advies wordt ingewonnen bij een onafhankelijk deskundige op het gebied van stedenbouw en landschap, waarbij de criteria van de nota "karakteristieke objecten in Vlagtwedde" van toepassing zijn.

d. het bepaalde in lid 3.2.1. onder n in die zin dat wordt afgeweken van de bestaande maatvoeringen van een streekeigen boerderijpand en bijbehorende bouwwerken, mits:

a. er vanuit architectonisch oogpunt een versterking van de ruimtelijke kwaliteit en het omgevingsbeeld wordt bewerkstelligd;

b. de bouwhoogte van het woonhuis ten hoogste 12,00 m zal bedragen en het woonhuis zal worden voorzien van een kap;

c. de bouwregels voor bijbehorende bouwwerken zijn van overeenkomstige toepassing;

d. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie, de natuurlijke en landschappelijke waarden en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

(toevoegen regeling voor schuilstallen op basis van de Provinciale omgevingsverordening)

Aan 3.4. wordt de volgende ontheffing toegevoegd.

e. het bepaalde in lid 3.2.1. onder b in die zin dat schuilstallen ten behoeve van hobbymatig agrarisch gebruik buiten een bouwvlak worden gebouwd, mits:

a. de oppervlakte van een schuur ten hoogste 25 m² zal bedragen;

b. de goothoogte van een schuur ten hoogste 3,00 m zal bedragen;

c. de schuur op een afstand van ten minste 30 m vanaf het meest nabij gelegen woonperceel wordt gebouwd;

d. het perceel op een goede wijze zal worden ontsloten;

e. ten hoogste 1 schuilstal per gebruiker wordt gebouwd en gebruikt;

f. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie, de natuurlijke en landschappelijke waarden en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

3.4 Specifieke gebruiksregels (3.5.)

In 3.5. wordt in onderdeel i onder 1 de volgende zinsnede geschrapt: ', waarbij één andere arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;'

In 3.5. komen in onderdeel i de delen 2 en 3 te vervallen en worden vervangen door het volgende deel 2.

2. de beroeps-/bedrijfsvloeroppervlakte meer dan 90 m² bedraagt, met dien verstande dat delen van bedrijfswoningen en/of bijbehorende bouwwerken die op het moment van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan niet worden gebruikt voor het wonen ook mogen worden gebruikt voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit;

de daaropvolgende delen worden vernummerd van 4 en 5 naar 3 en 4.

In 3.5. komt onderdeel j te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel j:

j. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken als zelfstandige woning;

Aan 3.5. worden de volgende nieuwe onderdelen m en n toegevoegd:

m. het gebruiken van de gronden ten behoeve van de bestemming Agrarisch - 1 zonder aanleg en instandhouding van de landschappelijke inpassing zoals bedoeld in bijlage 10, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van waarde - instandhoudingsverplichting";

n. het verwijderen, vernielen en/of aantasten van (afschermende) beplanting anders dan ten behoeve van het normale onderhoud in afwijking van het per adres opgenomen inpassingsplan, zoals opgenomen in bijlage 10, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van waarde - instandhoudingsverplichting".

3.5 Aanlegvergunningen (3.7.)

(toevoegen omgevingsvergunning voor gedeeltelijk verwijderen van delen van karakteristieke panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

In 3.7.1. worden de volgende onderdelen g en h toegevoegd:

g. het gedeeltelijk verwijderen van delen van karakteristieke gebouwen, ter plaatse van de aanduiding "karakteristiek", of delen van de in 3.1. onder cc bedoelde bijbehorende bouwwerken;

h. het gedeeltelijk verwijderen van delen van gebouwen met een streekeigen architectuur-/bouwstijl anders dan ten behoeve van de verbouw op grond van 3.2.1. onder m en n, ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", of delen van de in 3.1. onder dd bedoelde bijbehorende bouwwerken;

In 3.7.3. wordt het volgende toetsingskader toegevoegd:

De omgevingsvergunning bedoeld in 3.7.1. onder g en h kan worden verleend, mits:

  • a. de bouwtechnische kwaliteit dusdanig slecht is dat hergebruik in alle redelijkheid niet mogelijk is; of
  • b. het delen van een pand betreft, die op zichzelf niet als waardevol zijn aan te merken, en door het verwijderen daarvan geen onevenredige aantasting van de karakteristieke waarden; of
  • c. toepassing wordt gegeven aan de afwijking genoemd in 3.4. onder c.;
  • d. advies wordt ingewonnen bij een onafhankelijk deskundige op het gebied van stedenbouw en landschap.
3.6 Wijzigingsbevoegdheid (3.8.)

In 3.8. onder i vervalt in de aanhef de tekst 'Wonen - Voormalige boerderijpanden' en in lid 1 het artikelnummer 32.

Artikel 4 Agrarisch - 2 (Artikel 4)

 

Voor zover gronden binnen deze herziening zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Agrarisch - 2' zijn de regels van artikel 4 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09) van toepassing.

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Agrarisch - 2' artikel 4 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

4.1 Bestemmingsomschrijving (4.1.)

(toevoegen regeling voor karakteristieke panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

In 4.1. worden de volgende subleden z en aa toegevoegd:

z. ter plaatse van de aanduiding "karakteristiek", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, de instandhouding van de bestaande karakteristieke hoofdvorm van de gebouwen wordt nagestreefd, zoals die per adres zijn beschreven in bijlage 9;

aa. ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, de instandhouding van de kenmerken van een streekeigen architectuur-/bouwstijl wordt nagestreefd;

4.2 Bouwregels (4.2.)

(vervangen regeling voor toelaatbaarheid gebouwen en overkappingen)

In 4.2.1. komt onderdeel a te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel a:

a. er zullen uitsluitend gebouwen en overkappingen, niet zijnde kassen, ten behoeve van de in 4.1. genoemde functies worden gebouwd, waarbij deze bouwregels eveneens van toepassing zijn voor functies die na ontheffing van de gebruiksregels aan de agrarische bedrijven zijn toegevoegd;

(aanpassen regeling voor het naar de weg toe bouwen van bedrijfswoningen)

Aan 4.2.1. onder f wordt de volgende zinsnede toegevoegd: , tenzij sprake is van het verplaatsen van de voorgevel waarbij aangesloten wordt bij de bestaande bebouwingskarakteristiek;

In 4.2.1. komt onderdeel k te vervallen en wordt vervangen door het volgende:

Ter plaats van de aanduiding "karakteristiek", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, gelden de volgende bouwregels:

k. een gebouw met een karakteristieke hoofdvorm zal binnen het gebied ter plaatse van de aanduiding "karakteristiek" worden gebouwd, tenzij het een buiten het aanduidingsvlak gelegen bijbehorend bouwwerk betreft;

l. de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een karakteristieke hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste de bestaande oppervlakte, goothoogte en dakhelling bedragen.

Ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, gelden de volgende bouwregels:

m. een gebouw met een hoofdvorm in een streekeigen architectuur-/bouwstijl zal binnen het gebied ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" worden gebouwd, tenzij het een buiten het aanduidingsvlak gelegen bijbehorend bouwwerk betreft;

n. de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een streekeigen hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de kenmerkende afmetingen van de verschillende streekeigen architectuur-/bouwstijlen, zoals beschreven in bijlage 9, waarbij deels buiten de aanduidingsgrenzen mag worden gebouwd.

o. indien sprake is van een boerderijpand met een oorspronkelijke hoofdvorm, alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken (en geen aanduiding "karakteristiek of "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" is aangegeven) geldt de volgende bouwregel: de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een oorspronkelijke hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de bestaande hoofdvorm dan wel een daarmee minimaal gelijkwaardige hoofdvorm voor wat betreft de streekeigen vormgeving waarbij deels buiten de bestaande plattegrond mag worden gebouwd;

In 4.2.1. wordt in het bouwschema een = toegevoegd achter 20, de minimale dakhelling voor bedrijfsgebouwen. Onder het bouwschema wordt de volgende tekst toegevoegd:

= over een oppervlakte van ten hoogste 100 m² mag een bedrijfsgebouw of overkapping worden voorzien van een platte afdekking

In 4.2.1. wordt in het bouwschema een + toegevoegd achter de 150 m² voor bedrijfswoningen. Onder het bouwschema wordt de volgende tekst toegevoegd:

+ tenzij de bedrijfswoning inpandig is gevestigd in het oorspronkelijke boerderijpand, in welk geval de oppervlakte van de bedrijfswoning ten hoogste gelijk is aan de oppervlakte van het oorspronkelijke boerderijpand.

Aan 4.2.2. onder a wordt de volgende zinsnede toegevoegd: , tenzij het betreft de gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - sleufsilo', in welk geval een bestaande sleufsilo buiten het bouwvlak is toegestaan en tenzij ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van agrarisch - mestsilo", in welk geval een mestsilo buiten het bouwvlak is toegestaan;'

4.3 Ontheffing van de bouwregels (4.4.)

(toevoegen ontheffingen om af te wijken van de bestaande hoofdvormen van streekeigen boerderijpanden)

Aan 4.4. worden de volgende ontheffingen toegevoegd:

In 4.4. worden de volgende subleden c en d toegevoegd:

c. het bepaalde in 4.2.1. onder l in die zin dat in ondergeschikte mate wordt afgeweken van de bestaande maatvoeringen en gevelindeling van de karakteristieke hoofdvorm, mits:

      • a. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de karakteristieke hoofdvorm en gevelindeling van het karakteristieke gebouw; dan wel
      • b. indien afgeweken wordt van de karakteristieke hoofdvorm en gevelindeling van het karakteristieke gebouw advies wordt ingewonnen bij een onafhankelijk deskundige op het gebied van stedenbouw en landschap, waarbij de criteria van de nota "karakteristieke objecten in Vlagtwedde" van toepassing zijn.

d. het bepaalde in lid 4.2.1. onder n in die zin dat wordt afgeweken van de bestaande maatvoeringen van een streekeigen boerderijpand en bijbehorende bouwwerken, mits:

a. er vanuit architectonisch oogpunt een versterking van de ruimtelijke kwaliteit en het omgevingsbeeld wordt bewerkstelligd;

b. de bouwhoogte van het woonhuis ten hoogste 12,00 m zal bedragen en het woonhuis zal worden voorzien van een kap;

c. de bouwregels voor bijbehorende bouwwerken zijn van overeenkomstige toepassing;

d. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie, de natuurlijke en landschappelijke waarden en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

(toevoegen regeling voor schuilstallen op basis van de Provinciale omgevingsverordening)

Aan 4.4. wordt de volgende ontheffing toegevoegd.

e. het bepaalde in lid 4.2.1. onder b in die zin dat schuilstallen ten behoeve van hobbymatig agrarisch gebruik buiten een bouwvlak worden gebouwd, mits:

a. de oppervlakte van een schuur ten hoogste 25 m² zal bedragen;

b. de goothoogte van een schuur ten hoogste 3,00 m zal bedragen;

c. de schuur op een afstand van ten minste 30 m vanaf het meest nabij gelegen woonperceel wordt gebouwd;

d. het perceel op een goede wijze zal worden ontsloten;

e. ten hoogste 1 schuilstal per gebruiker wordt gebouwd en gebruikt;

f. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie, de natuurlijke en landschappelijke waarden en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

4.4 Specifieke gebruiksregels (4.5.)

In 4.5. wordt in onderdeel i onder 1 de volgende zinsnede geschrapt: ', waarbij één andere arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;'

In 4.5. komen in onderdeel i de delen 2 en 3 te vervallen en worden vervangen door het volgende deel 2.

2. de beroeps-/bedrijfsvloeroppervlakte meer dan 90 m² bedraagt, met dien verstande dat delen van bedrijfswoningen en/of bijbehorende bouwwerken die op het moment van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan niet worden gebruikt voor het wonen ook mogen worden gebruikt voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit;

de daaropvolgende delen worden vernummerd van 4 en 5 naar 3 en 4.

In 4.5. komt onderdeel j te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel j:

j. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken als zelfstandige woning;

Aan 4.5. worden de volgende nieuwe onderdelen n en o toegevoegd:

n. het gebruiken van de gronden ten behoeve van de bestemming Agrarisch - 2 zonder aanleg en instandhouding van de landschappelijke inpassing zoals bedoeld in bijlage 10, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van waarde - instandhoudingsverplichting";

o. het verwijderen, vernielen en/of aantasten van (afschermende) beplanting anders dan ten behoeve van het normale onderhoud in afwijking van het per adres opgenomen inpassingsplan, zoals opgenomen in bijlage 10, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van waarde - instandhoudingsverplichting".

4.5 Aanlegvergunningen (4.7.)

(toevoegen omgevingsvergunning voor gedeeltelijk verwijderen van delen van karakteristieke panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

In 4.7.1. worden de volgende onderdelen i en j toegevoegd:

i. het gedeeltelijk verwijderen van delen van karakteristieke gebouwen, ter plaatse van de aanduiding "karakteristiek", of delen van de in 4.1. onder z bedoelde bijbehorende bouwwerken;

j. het gedeeltelijk verwijderen van delen van gebouwen met een streekeigen architectuur-/bouwstijl anders dan ten behoeve van de verbouw op grond van 4.2.1. onder m en n, ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", of delen van de in 3.1. onder aa bedoelde bijbehorende bouwwerken;

In 4.7.3. wordt het volgende toetsingskader toegevoegd:

De omgevingsvergunning bedoeld in 4.7.1. onder i en j kan worden verleend, mits:

  • a. de bouwtechnische kwaliteit dusdanig slecht is dat hergebruik in alle redelijkheid niet mogelijk is; of
  • b. het delen van een pand betreft, die op zichzelf niet als waardevol zijn aan te merken, en door het verwijderen daarvan geen onevenredige aantasting van de karakteristieke waarden; of
  • c. toepassing wordt gegeven aan de afwijking genoemd in 4.4. onder c.;
  • d. advies wordt ingewonnen bij een onafhankelijk deskundige op het gebied van stedenbouw en landschap.
4.6 Wijzigingsbevoegdheid (4.8.)

In 4.8. onder g vervalt in de aanhef de tekst 'Wonen - Voormalige boerderijpanden' en in lid 1 het artikelnummer 32.

Artikel 5 Bedrijf (Artikel 8)

Voor zover gronden binnen deze herziening zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Bedrijf' zijn de regels van artikel 8 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09) van toepassing.

Daar waar op de verbeelding sprake is van de aanduiding "specifieke vorm van bedrijf - 2" verwijst deze naar het volgnummer 2 in bijlage 1.

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Bedrijf' artikel 8 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

5.1 Bestemmingsomschrijving (8.1.)

(toevoegen regeling voor streekeigen panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

In 8.1. wordt het volgende sublid k toegevoegd:

k. ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, de instandhouding van de kenmerken van een streekeigen architectuur-/bouwstijl wordt nagestreefd;

5.2 Bouwregels (8.2.)

(vervangen regeling voor toelaatbaarheid gebouwen en overkappingen)

In 8.2.1. komt onderdeel a te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel a:

a. per bestemmingsvlak mogen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van de in 8.1. genoemde functies worden gebouwd;

In 8.2.1. onder d wordt de volgende tekst toegevoegd: 'en tenzij de bedrijfswoning inpandig is gevestigd in het oorspronkelijke boerderijpand, in welk geval de oppervlakte van de bedrijfswoning ten hoogste gelijk is aan de oppervlakte van het oorspronkelijke boerderijpand.

(aanpassen regeling voor het naar de weg toe bouwen van bedrijfswoningen)

Aan 8.2.1. onder e wordt de volgende zinsnede toegevoegd: , tenzij sprake is van het verplaatsen van de voorgevel waarbij aangesloten wordt bij de bestaande bebouwingskarakteristiek;

In 8.2.1. komt onderdeel h te vervallen en wordt vervangen door het volgende h, i en j:

h. indien sprake is van een boerderijpand met een oorspronkelijke hoofdvorm, alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken (en geen aanduiding "karakteristiek of "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" is aangegeven) geldt de volgende bouwregel: de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een oorspronkelijke hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de bestaande hoofdvorm dan wel een daarmee minimaal gelijkwaardige hoofdvorm voor wat betreft de streekeigen vormgeving waarbij deels buiten de bestaande plattegrond mag worden gebouwd;

 

Ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, gelden de volgende bouwregels:

i. een gebouw met een hoofdvorm in een streekeigen architectuur-/bouwstijl zal binnen het gebied ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" worden gebouwd, tenzij het een buiten het aanduidingsvlak gelegen bijbehorend bouwwerk betreft;

j. de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een streekeigen hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de kenmerkende afmetingen van de verschillende streekeigen architectuur-/bouwstijlen, zoals beschreven in bijlage 9, waarbij deels buiten de aanduidingsgrenzen mag worden gebouwd.

5.3 Ontheffing van de bouwregels (8.3.)

(toevoegen ontheffingen om af te wijken van de bestaande hoofdvormen van streekeigen boerderijpanden)

Aan 8.3. wordt de volgende ontheffing toegevoegd:

b. het bepaalde in lid 8.2.1. onder i in die zin dat wordt afgeweken van de bestaande maatvoeringen van een streekeigen boerderijpand en bijbehorende bouwwerken, mits:

a. er vanuit architectonisch oogpunt een versterking van de ruimtelijke kwaliteit en het omgevingsbeeld wordt bewerkstelligd;

b. de bouwhoogte van het woonhuis ten hoogste 12,00 m zal bedragen en het woonhuis zal worden voorzien van een kap;

c. de bouwregels voor bijbehorende bouwwerken zijn van overeenkomstige toepassing;

d. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie, de natuurlijke en landschappelijke waarden en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

De ontheffing voorzien van een gedachtestreepje wordt aangepast tot 8.3. onder a.

5.4 Specifieke gebruiksregels (8.4.)

In 8.4. wordt in onderdeel d onder 1 de volgende zinsnede geschrapt: ', waarbij één andere arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;'

In 8.4. komen in onderdeel d de delen 2 en 3 te vervallen en worden vervangen door het volgende deel 2.

2. de beroeps-/bedrijfsvloeroppervlakte meer dan 90 m² bedraagt, met dien verstande dat delen van bedrijfswoningen en/of bijbehorende bouwwerken die op het moment van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan niet worden gebruikt voor het wonen ook mogen worden gebruikt voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit;

de daaropvolgende delen worden vernummerd van 4 en 5 naar 3 en 4.

In 8.4. komt onderdeel e te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel e:

e. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken als zelfstandige woning;

5.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden (8.5. nieuw)

(toevoegen omgevingsvergunning voor gedeeltelijk verwijderen van delen van streekeigen panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

Na 8.4. wordt het volgende lid 8.5. toegevoegd:

5.5.1 Vergunningen (8.5.1.)

Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is een omgevingsvergunning vereist:

  • het gedeeltelijk verwijderen van delen van gebouwen met een streekeigen architectuur-/bouwstijl anders dan ten behoeve van de verbouw op grond van 8.2.1. onder h en i, ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", of delen van de in 8.1. onder k bedoelde bijbehorende bouwwerken;
5.5.2 Uitzondering (8.5.2.)

Het in 8.5.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die het normale onderhoud en/of de normale exploitatie betreffen.

5.5.3 Toetsingscriteria (8.5.3.)

De omgevingsvergunning kan worden verleend, mits:

  • a. de bouwtechnische kwaliteit dusdanig slecht is dat hergebruik in alle redelijkheid niet mogelijk is; of
  • b. het delen van een pand betreft, die op zichzelf niet als waardevol zijn aan te merken, en door het verwijderen daarvan geen onevenredige aantasting van de karakteristieke waarden; of
  • c. toepassing wordt gegeven aan de afwijking genoemd in 8.3. onder b.;
  • d. advies wordt ingewonnen bij een onafhankelijk deskundige op het gebied van stedenbouw en landschap.

Het bestaande lid 8.5. wordt vernummerd naar 8.6.

5.6 Wijzigingsbevoegdheid (8.6.)

In 8.6. na het gedachtestreepje vervalt in de aanhef de tekst 'Wonen - Voormalige boerderijpanden' en in lid 1 het artikelnummer 32.

Artikel 6 Bedrijf - Agrarisch aanverwant (Artikel 9)

Voor zover gronden binnen deze herziening zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Bedrijf - Agrarisch aanverwant' zijn de regels van artikel 9 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09) van toepassing.

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Bedrijf - Agrarisch aanverwant' artikel 9 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

6.1 Bestemmingsomschrijving (9.1.)

In 9.2.1. onder d wordt de volgende tekst toegevoegd: 'en tenzij de bedrijfswoning inpandig is gevestigd in het oorspronkelijke boerderijpand, in welk geval de oppervlakte van de bedrijfswoning ten hoogste gelijk is aan de oppervlakte van het oorspronkelijke boerderijpand.

(toevoegen regeling voor streekeigen panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

In 9.1. wordt het volgende sublid g toegevoegd:

g. ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, de instandhouding van de kenmerken van een streekeigen architectuur-/bouwstijl wordt nagestreefd;

6.2 Bouwregels (9.2.)

(vervangen regeling voor toelaatbaarheid gebouwen en overkappingen)

In 9.2.1. komt onderdeel a te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel a:

a. per bestemmingsvlak mogen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van de in 9.1. genoemde functies worden gebouwd;

(aanpassen regeling voor het naar de weg toe bouwen van bedrijfswoningen)

Aan 9.2.1. onder e wordt de volgende zinsnede toegevoegd: , tenzij sprake is van het verplaatsen van de voorgevel waarbij aangesloten wordt bij de bestaande bebouwingskarakteristiek;

In 9.2.1. komt onderdeel h te vervallen en wordt vervangen door het volgende h, i en j:

h. indien sprake is van een boerderijpand met een oorspronkelijke hoofdvorm, alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken (en geen aanduiding "karakteristiek of "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" is aangegeven) geldt de volgende bouwregel: de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een oorspronkelijke hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de bestaande hoofdvorm dan wel een daarmee minimaal gelijkwaardige hoofdvorm voor wat betreft de streekeigen vormgeving waarbij deels buiten de bestaande plattegrond mag worden gebouwd;

Ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, gelden de volgende bouwregels:

i. een gebouw met een hoofdvorm in een streekeigen architectuur-/bouwstijl zal binnen het gebied ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" worden gebouwd, tenzij het een buiten het aanduidingsvlak gelegen bijbehorend bouwwerk betreft;

j. de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een streekeigen hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de kenmerkende afmetingen van de verschillende streekeigen architectuur-/bouwstijlen, zoals beschreven in bijlage 9, waarbij deels buiten de aanduidingsgrenzen mag worden gebouwd.

6.3 Ontheffing van de bouwregels (9.3.)

(toevoegen ontheffingen om af te wijken van de bestaande hoofdvormen van streekeigen boerderijpanden)

Aan 9.3. wordt de volgende ontheffing toegevoegd:

b. het bepaalde in lid 9.2.1. onder i in die zin dat wordt afgeweken van de bestaande maatvoeringen van een streekeigen boerderijpand en bijbehorende bouwwerken, mits:

a. er vanuit architectonisch oogpunt een versterking van de ruimtelijke kwaliteit en het omgevingsbeeld wordt bewerkstelligd;

b. de bouwhoogte van het woonhuis ten hoogste 12,00 m zal bedragen en het woonhuis zal worden voorzien van een kap;

c. de bouwregels voor bijbehorende bouwwerken zijn van overeenkomstige toepassing;

d. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie, de natuurlijke en landschappelijke waarden en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

De ontheffing voorzien van een gedachtestreepje wordt aangepast tot 9.3. onder a.

6.4 Specifieke gebruiksregels (9.4.)

In 9.4. wordt in onderdeel e onder 1 de volgende zinsnede geschrapt: ', waarbij één andere arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;'

In 9.4. komen in onderdeel e de delen 2 en 3 te vervallen en worden vervangen door het volgende deel 2.

2. de beroeps-/bedrijfsvloeroppervlakte meer dan 90 m² bedraagt, met dien verstande dat delen van bedrijfswoningen en/of bijbehorende bouwwerken die op het moment van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan niet worden gebruikt voor het wonen ook mogen worden gebruikt voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit;

de daaropvolgende delen worden vernummerd van 4 en 5 naar 3 en 4.

In 9.4. komt onderdeel f te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel f:

f. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken als zelfstandige woning;

6.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden (9.5. nieuw)

(toevoegen omgevingsvergunning voor gedeeltelijk verwijderen van delen van streekeigen panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

Na 9.4. wordt het volgende lid 9.5. toegevoegd:

6.5.1 Vergunningen (9.5.1.)

Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is een omgevingsvergunning vereist:

  • het gedeeltelijk verwijderen van delen van gebouwen met een streekeigen architectuur-/bouwstijl anders dan ten behoeve van de verbouw op grond van 9.2.1. onder h en i, ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", of delen van de in 9.1. onder g bedoelde bijbehorende bouwwerken;
6.5.2 Uitzondering (9.5.2.)

Het in 9.5.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die het normale onderhoud en/of de normale exploitatie betreffen.

6.5.3 Toetsingscriteria (9.5.3.)

De omgevingsvergunning kan worden verleend, mits:

  • a. de bouwtechnische kwaliteit dusdanig slecht is dat hergebruik in alle redelijkheid niet mogelijk is; of
  • b. het delen van een pand betreft, die op zichzelf niet als waardevol zijn aan te merken, en door het verwijderen daarvan geen onevenredige aantasting van de karakteristieke waarden; of
  • c. toepassing wordt gegeven aan de afwijking genoemd in 9.3. onder b.;
  • d. advies wordt ingewonnen bij een onafhankelijk deskundige op het gebied van stedenbouw en landschap.

Het bestaande lid 9.5. wordt vernummerd naar 9.6.

6.6 Wijzigingsbevoegdheid (9.6.)

In 9.6. na het gedachtestreepje vervalt in de aanhef de tekst 'Wonen - Voormalige boerderijpanden' en in lid 1 het artikelnummer 32.

Artikel 7 Bedrijf - Kwekerij (Artikel 10)

Voor zover gronden binnen deze herziening zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Bedrijf - Kwekerij' zijn de regels van artikel 10 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09) van toepassing.

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Bedrijf - Kwekerij' artikel 10 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

7.1 Bouwregels (10.2.)

(vervangen regeling voor toelaatbaarheid gebouwen en overkappingen)

In 10.2.1. komt onderdeel a te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel a:

a. per bestemmingsvlak mogen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van de in 10.1. genoemde functies worden gebouwd;

In 10.2.1. onder d wordt de volgende tekst toegevoegd: 'en tenzij de bedrijfswoning inpandig is gevestigd in het oorspronkelijke boerderijpand, in welk geval de oppervlakte van de bedrijfswoning ten hoogste gelijk is aan de oppervlakte van het oorspronkelijke boerderijpand.

(aanpassen regeling voor het naar de weg toe bouwen van bedrijfswoningen)

Aan 10.2.1. onder e wordt de volgende zinsnede toegevoegd: , tenzij sprake is van het verplaatsen van de voorgevel waarbij aangesloten wordt bij de bestaande bebouwingskarakteristiek;

In 10.2.1. komt onderdeel h te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel h.

h. indien sprake is van een boerderijpand met een oorspronkelijke hoofdvorm, alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken (en geen aanduiding "karakteristiek of "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" is aangegeven) geldt de volgende bouwregel: de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een oorspronkelijke hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de bestaande hoofdvorm dan wel een daarmee minimaal gelijkwaardige hoofdvorm voor wat betreft de streekeigen vormgeving waarbij deels buiten de bestaande plattegrond mag worden gebouwd.

Na 10.2. wordt de volgende ontheffing van de bouwregels toegevoegd:

7.2 Specifieke gebruiksregels (10.3.)

In 10.3. wordt in onderdeel d onder 1 de volgende zinsnede geschrapt: ', waarbij één andere arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;'

In 10.3. komen in onderdeel d de delen 2 en 3 te vervallen en worden vervangen door het volgende deel 2.

2. de beroeps-/bedrijfsvloeroppervlakte meer dan 90 m² bedraagt, met dien verstande dat delen van bedrijfswoningen en/of bijbehorende bouwwerken die op het moment van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan niet worden gebruikt voor het wonen ook mogen worden gebruikt voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit;

de daaropvolgende delen worden vernummerd van 4 en 5 naar 3 en 4.

In 10.3. komt onderdeel e te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel e:

e. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken als zelfstandige woning;

7.3 Wijzigingsbevoegdheid (10.4.)

In 10.4. na het gedachtestreepje vervalt in de aanhef de tekst 'Wonen - Voormalige boerderijpanden' en in lid 1 het artikelnummer 32.

Artikel 8 Bedrijf - Manege (Artikel 11)

Voor zover gronden binnen deze herziening zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Bedrijf - Manege' zijn de regels van artikel 11 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09) van toepassing.

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Bedrijf - Manege' artikel 11 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

8.1 Bouwregels (11.2.)

(vervangen regeling voor toelaatbaarheid gebouwen en overkappingen)

In 11.2.1. komt onderdeel a te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel a:

a. per bestemmingsvlak mogen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van de in 11.1. genoemde functies worden gebouwd;

In 11.2.1. onder d wordt de volgende tekst toegevoegd: 'en tenzij de bedrijfswoning inpandig is gevestigd in het oorspronkelijke boerderijpand, in welk geval de oppervlakte van de bedrijfswoning ten hoogste gelijk is aan de oppervlakte van het oorspronkelijke boerderijpand.

(aanpassen regeling voor het naar de weg toe bouwen van bedrijfswoningen)

Aan 11.2.1. onder e wordt de volgende zinsnede toegevoegd: , tenzij sprake is van het verplaatsen van de voorgevel waarbij aangesloten wordt bij de bestaande bebouwingskarakteristiek;

In 11.2.1. komt onderdeel h te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel h.

h. indien sprake is van een boerderijpand met een oorspronkelijke hoofdvorm, alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken (en geen aanduiding "karakteristiek of "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" is aangegeven) geldt de volgende bouwregel: de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een oorspronkelijke hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de bestaande hoofdvorm dan wel een daarmee minimaal gelijkwaardige hoofdvorm voor wat betreft de streekeigen vormgeving waarbij deels buiten de bestaande plattegrond mag worden gebouwd.

Na 11.2. wordt de volgende ontheffing van de bouwregels toegevoegd:

8.2 Specifieke gebruiksregels (11.3.)

In 11.3. wordt in onderdeel e onder 1 de volgende zinsnede geschrapt: ', waarbij één andere arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;'

In 11.3. komen in onderdeel e de delen 2 en 3 te vervallen en worden vervangen door het volgende deel 2.

2. de beroeps-/bedrijfsvloeroppervlakte meer dan 90 m² bedraagt, met dien verstande dat delen van bedrijfswoningen en/of bijbehorende bouwwerken die op het moment van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan niet worden gebruikt voor het wonen ook mogen worden gebruikt voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit;

de daaropvolgende delen worden vernummerd van 4 en 5 naar 3 en 4.

In 11.3. komt onderdeel f te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel f:

f. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken als zelfstandige woning;

In 11.3. wordt een nieuw onderdeel g toegevoegd:

g. het gebruik van bedrijfsgebouwen voor bewoning.

Na 11.3. wordt het volgende nieuwe lid 11.4. toegevoegd.

8.3 Afwijking van de gebruiksregels (nieuw)

Burgemeester en Wethouders kunnen, met inachtneming van het gestelde in bijlage 2, ontheffing verlenen van:

  • het bepaalde in lid 11.3. onder g en toestaan dat de bedrijfsgebouwen, al dan niet in samenhang met inpandige bouwactiviteiten, worden gebruikt voor het inrichten van ruimten ten behoeve van de huisvesting van personeel en stagiaires, mits:
    • 1. de gezamenlijke oppervlakte van de ruimten ten behoeve van de huisvesting van personeel en stagiaires ten hoogste 30% van de gezamenlijke oppervlakte van de bedrijfsgebouwen zal bedragen;
    • 2. de verblijven uitsluiten worden ingericht ten behoeve van de huisvesting van personeel en stagiaires;
    • 3. er geen sprake is van onevenredige schade voor de aangrenzende (agrarische) bedrijven, in dié zin dat de bedrijven in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden beperkt;
    • 4. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

Artikel 9 Bedrijf - Prostitutie (Artikel 13)

Dit artikel komt in zijn geheel te vervallen.

Artikel 10 Bos (Artikel 5)

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Bos' artikel 5 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

10.1 Specifieke gebruiksregels (5.3.)

In 5.3. komt onderdeel c te vervallen.

10.2 Aanlegvergunningen (5.4.)

In 5.4. komt onderdeel c te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel c:

c. het dempen, graven, baggeren en/of verbreden van sloten, poelen, beken en/of andere watergangen en/of -partijen;

Artikel 11 Cultuur en ontspanning (Artikel 15)

Voor zover gronden binnen deze herziening zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Cultuur en ontspanning' zijn de regels van artikel 15 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09) van toepassing.

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Cultuur en ontspanning' artikel 15 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

11.1 Bouwregels (15.2.)

(vervangen regeling voor toelaatbaarheid gebouwen en overkappingen)

In 15.2.2. komt onderdeel a te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel a:

a. per bestemmingsvlak mogen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van de in 15.1. genoemde functies worden gebouwd;

In 15.2.1. onder d wordt de volgende tekst toegevoegd: 'en tenzij de bedrijfswoning inpandig is gevestigd in het oorspronkelijke boerderijpand, in welk geval de oppervlakte van de bedrijfswoning ten hoogste gelijk is aan de oppervlakte van het oorspronkelijke boerderijpand.

(aanpassen regeling voor het naar de weg toe bouwen van bedrijfswoningen)

Aan 15.2.2. onder e wordt de volgende zinsnede toegevoegd: , tenzij sprake is van het verplaatsen van de voorgevel waarbij aangesloten wordt bij de bestaande bebouwingskarakteristiek;

In 15.2.2. komt onderdeel h te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel h.

h. indien sprake is van een boerderijpand met een oorspronkelijke hoofdvorm, alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken (en geen aanduiding "karakteristiek of "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" is aangegeven) geldt de volgende bouwregel: de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een oorspronkelijke hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de bestaande hoofdvorm dan wel een daarmee minimaal gelijkwaardige hoofdvorm voor wat betreft de streekeigen vormgeving waarbij deels buiten de bestaande plattegrond mag worden gebouwd.

Na 15.2. wordt de volgende ontheffing van de bouwregels toegevoegd:

11.2 Specifieke gebruiksregels (15.3.)

In 15.3. wordt in onderdeel e onder 1 de volgende zinsnede geschrapt: ', waarbij één andere arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;'

In 15.3. komen in onderdeel e de delen 2 en 3 te vervallen en worden vervangen door het volgende deel 2.

2. de beroeps-/bedrijfsvloeroppervlakte meer dan 90 m² bedraagt, met dien verstande dat delen van bedrijfswoningen en/of bijbehorende bouwwerken die op het moment van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan niet worden gebruikt voor het wonen ook mogen worden gebruikt voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit;

de daaropvolgende delen worden vernummerd van 4 en 5 naar 3 en 4.

In 15.3. komt onderdeel f te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel f:

f. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken als zelfstandige woning;

Artikel 12 Detailhandel (Artikel 16)

Voor zover gronden binnen deze herziening zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Detailhandel' zijn de regels van artikel 16 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09) van toepassing.

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Detailhandel' artikel 16 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

12.1 Bouwregels (16.2.)

(vervangen regeling voor toelaatbaarheid gebouwen en overkappingen)

In 16.2.1. komt onderdeel a te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel a:

a. per bestemmingsvlak mogen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van de in 16.1. genoemde functies worden gebouwd;

In 16.2.1. onder d wordt de volgende tekst toegevoegd: 'en tenzij de bedrijfswoning inpandig is gevestigd in het oorspronkelijke boerderijpand, in welk geval de oppervlakte van de bedrijfswoning ten hoogste gelijk is aan de oppervlakte van het oorspronkelijke boerderijpand.

(aanpassen regeling voor het naar de weg toe bouwen van bedrijfswoningen)

Aan 16.2.1. onder e wordt de volgende zinsnede toegevoegd: , tenzij sprake is van het verplaatsen van de voorgevel waarbij aangesloten wordt bij de bestaande bebouwingskarakteristiek;

In 16.2.1. komt onderdeel h te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel h.

h. indien sprake is van een boerderijpand met een oorspronkelijke hoofdvorm, alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken (en geen aanduiding "karakteristiek of "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" is aangegeven) geldt de volgende bouwregel: de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een oorspronkelijke hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de bestaande hoofdvorm dan wel een daarmee minimaal gelijkwaardige hoofdvorm voor wat betreft de streekeigen vormgeving waarbij deels buiten de bestaande plattegrond mag worden gebouwd.

Na 16.2. wordt de volgende ontheffing van de bouwregels toegevoegd:

12.2 Specifieke gebruiksregels (16.3.)

In 16.3. wordt in onderdeel c onder 1 de volgende zinsnede geschrapt: ', waarbij één andere arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;'

In 16.3. komen in onderdeel c de delen 2 en 3 te vervallen en worden vervangen door het volgende deel 2.

2. de beroeps-/bedrijfsvloeroppervlakte meer dan 90 m² bedraagt, met dien verstande dat delen van bedrijfswoningen en/of bijbehorende bouwwerken die op het moment van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan niet worden gebruikt voor het wonen ook mogen worden gebruikt voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit;

de daaropvolgende delen worden vernummerd van 4 en 5 naar 3 en 4.

In 16.3. komt onderdeel d te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel d:

d. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken als zelfstandige woning;

Artikel 13 Dienstverlening - Agrarisch (Artikel 17)

Voor zover gronden binnen deze herziening zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Dienstverlening - Agrarisch' zijn de regels van artikel 17 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09) van toepassing.

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Dienstverlening - Agrarisch' artikel 17 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

13.1 Bouwregels (17.2.)

(vervangen regeling voor toelaatbaarheid gebouwen en overkappingen)

In 17.2.1. komt onderdeel a te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel a:

a. per bestemmingsvlak mogen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van de in 17.1. genoemde functies worden gebouwd;

In 17.2.1. onder d wordt de volgende tekst toegevoegd: 'en tenzij de bedrijfswoning inpandig is gevestigd in het oorspronkelijke boerderijpand, in welk geval de oppervlakte van de bedrijfswoning ten hoogste gelijk is aan de oppervlakte van het oorspronkelijke boerderijpand.

(aanpassen regeling voor het naar de weg toe bouwen van bedrijfswoningen)

Aan 17.2.1. onder e wordt de volgende zinsnede toegevoegd: , tenzij sprake is van het verplaatsen van de voorgevel waarbij aangesloten wordt bij de bestaande bebouwingskarakteristiek;

In 17.2.1. komt onderdeel h te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel h.

h. indien sprake is van een boerderijpand met een oorspronkelijke hoofdvorm, alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken (en geen aanduiding "karakteristiek of "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" is aangegeven) geldt de volgende bouwregel: de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een oorspronkelijke hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de bestaande hoofdvorm dan wel een daarmee minimaal gelijkwaardige hoofdvorm voor wat betreft de streekeigen vormgeving waarbij deels buiten de bestaande plattegrond mag worden gebouwd.

Na 17.2. wordt de volgende ontheffing van de bouwregels toegevoegd:

13.2 Specifieke gebruiksregels (17.4.)

In 17.4. wordt in onderdeel e onder 1 de volgende zinsnede geschrapt: ', waarbij één andere arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;'

In 17.4. komen in onderdeel e de delen 2 en 3 te vervallen en worden vervangen door het volgende deel 2.

2. de beroeps-/bedrijfsvloeroppervlakte meer dan 90 m² bedraagt, met dien verstande dat delen van bedrijfswoningen en/of bijbehorende bouwwerken die op het moment van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan niet worden gebruikt voor het wonen ook mogen worden gebruikt voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit;

de daaropvolgende delen worden vernummerd van 4 en 5 naar 3 en 4.

In 17.4. komt onderdeel f te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel f:

f. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken als zelfstandige woning;

13.3 Wijzigingsbevoegdheid (17.6.)

In 17.6. na het gedachtestrepje vervalt in de aanhef de tekst 'Wonen - Voormalige boerderijpanden' en in lid 1 het artikelnummer 32.

Artikel 14 Horeca (Artikel 18)

Voor zover gronden binnen deze herziening zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Horeca' zijn de regels van artikel 18 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09) van toepassing.

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Horeca' artikel 18 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

14.1 Bestemmingsomschrijving (18.1.)

(toevoegen regeling voor streekeigen panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

In 18.1. wordt het volgende sublid h toegevoegd:

h. ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, de instandhouding van de kenmerken van een streekeigen architectuur-/bouwstijl wordt nagestreefd;

14.2 Bouwregels (18.2.)

(vervangen regeling voor toelaatbaarheid gebouwen en overkappingen)

In 18.2.1. komt onderdeel a te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel a:

a. per bestemmingsvlak mogen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van de in 18.1. genoemde functies worden gebouwd;

In 18.2.1. onder d wordt de volgende tekst toegevoegd: 'en tenzij de bedrijfswoning inpandig is gevestigd in het oorspronkelijke boerderijpand, in welk geval de oppervlakte van de bedrijfswoning ten hoogste gelijk is aan de oppervlakte van het oorspronkelijke boerderijpand.

(aanpassen regeling voor het naar de weg toe bouwen van bedrijfswoningen)

Aan 18.2.1. onder f wordt de volgende zinsnede toegevoegd: , tenzij sprake is van het verplaatsen van de voorgevel waarbij aangesloten wordt bij de bestaande bebouwingskarakteristiek;

In 18.2.1. komt onderdeel i te vervallen en wordt vervangen door het volgende i, j en k:

i. indien sprake is van een boerderijpand met een oorspronkelijke hoofdvorm, alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken (en geen aanduiding "karakteristiek of "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" is aangegeven) geldt de volgende bouwregel: de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een oorspronkelijke hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de bestaande hoofdvorm dan wel een daarmee minimaal gelijkwaardige hoofdvorm voor wat betreft de streekeigen vormgeving waarbij deels buiten de bestaande plattegrond mag worden gebouwd;

Ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, gelden de volgende bouwregels:

j. een gebouw met een hoofdvorm in een streekeigen architectuur-/bouwstijl zal binnen het gebied ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" worden gebouwd, tenzij het een buiten het aanduidingsvlak gelegen bijbehorend bouwwerk betreft;

k. de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een streekeigen hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de kenmerkende afmetingen van de verschillende streekeigen architectuur-/bouwstijlen, zoals beschreven in bijlage 9, waarbij deels buiten de aanduidingsgrenzen mag worden gebouwd.

Na 18.2. wordt de volgende ontheffing van de bouwregels toegevoegd:

14.3 Ontheffing van de bouwregels (18.3.)

(toevoegen ontheffingen om af te wijken van de bestaande hoofdvormen van streekeigen boerderijpanden)

Aan 18.3. wordt de volgende ontheffing toegevoegd:

b. het bepaalde in lid 18.2.1. onder j in die zin dat wordt afgeweken van de bestaande maatvoeringen van een streekeigen boerderijpand en bijbehorende bouwwerken, mits:

a. er vanuit architectonisch oogpunt een versterking van de ruimtelijke kwaliteit en het omgevingsbeeld wordt bewerkstelligd;

b. de bouwhoogte van het woonhuis ten hoogste 12,00 m zal bedragen en het woonhuis zal worden voorzien van een kap;

c. de bouwregels voor bijbehorende bouwwerken zijn van overeenkomstige toepassing;

d. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie, de natuurlijke en landschappelijke waarden en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

De ontheffing voorzien van een gedachtestreepje wordt aangepast tot 18.3. onder a.

14.4 Specifieke gebruiksregels (18.4.)

In 18.4. wordt in onderdeel c onder 1 de volgende zinsnede geschrapt: ', waarbij één andere arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;'

In 18.4. komen in onderdeel c de delen 2 en 3 te vervallen en worden vervangen door het volgende deel 2.

2. de beroeps-/bedrijfsvloeroppervlakte meer dan 90 m² bedraagt, met dien verstande dat delen van bedrijfswoningen en/of bijbehorende bouwwerken die op het moment van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan niet worden gebruikt voor het wonen ook mogen worden gebruikt voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit;

de daaropvolgende delen worden vernummerd van 4 en 5 naar 3 en 4.

In 18.4. komt onderdeel d te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel d:

d. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken als zelfstandige woning;

14.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden (18.5. nieuw)

(toevoegen omgevingsvergunning voor gedeeltelijk verwijderen van delen van streekeigen panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

Na 18.4. wordt het volgende lid 18.5. toegevoegd:

14.5.1 Vergunningen (18.5.1.)

Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is een omgevingsvergunning vereist:

  • het gedeeltelijk verwijderen van delen van gebouwen met een streekeigen architectuur-/bouwstijl anders dan ten behoeve van de verbouw op grond van 18.2.1. onder i en j, ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", of delen van de in 18.1. onder h bedoelde bijbehorende bouwwerken;
14.5.2 Uitzondering (18.5.2.)

Het in 18.5.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die het normale onderhoud en/of de normale exploitatie betreffen.

14.5.3 Toetsingscriteria (18.5.3.)

De omgevingsvergunning kan worden verleend, mits:

  • a. de bouwtechnische kwaliteit dusdanig slecht is dat hergebruik in alle redelijkheid niet mogelijk is; of
  • b. het delen van een pand betreft, die op zichzelf niet als waardevol zijn aan te merken, en door het verwijderen daarvan geen onevenredige aantasting van de karakteristieke waarden; of
  • c. toepassing wordt gegeven aan de afwijking genoemd in 18.3. onder b.;
  • d. advies wordt ingewonnen bij een onafhankelijk deskundige op het gebied van stedenbouw en landschap.

Het bestaande lid 18.5. wordt vernummerd naar 18.6.

14.6 Wijzigingsbevoegdheid (18.6.)

In 18.6. na het gedachtestreepje vervalt in de aanhef de tekst 'Wonen - Voormalige boerderijpanden' en in lid 1 het artikelnummer 32.

Artikel 15 Maatschappelijk (Artikel 19)

Voor zover gronden binnen deze herziening zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Maatschappelijk' zijn de regels van artikel 19 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09) van toepassing.

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Maatschappelijk' artikel 19 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

15.1 Bestemmingsomschrijving (19.1.)

In lid 19.1 wordt aan de tekst van sublid d de volgende tekst toegevoegd:

of de aanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - 4'

In 19.1. wordt het volgende sublid g toegevoegd. De bestaande daaropvolgende subleden verletteren door.

g. bedrijfswoningen, aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij bedrijfswoningen, al dan niet in combinatie met ruimten voor mantelzorg, logiesverstrekking, dan wel een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit die zijn genoemd in bijlage 6;

(toevoegen regeling voor karakteristieke panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

In 19.1. wordt het volgende sublid j toegevoegd:

j. ter plaatse van de aanduiding "karakteristiek", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, de instandhouding van de bestaande karakteristieke hoofdvorm van de gebouwen wordt nagestreefd, zoals die per adres zijn beschreven in bijlage 9;

15.2 Bouwregels (19.2.)

(vervangen regeling voor toelaatbaarheid gebouwen en overkappingen)

In 19.2.1. komt onderdeel a te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel a:

a. per bestemmingsvlak mogen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van de in 19.1. genoemde functies worden gebouwd;

(Toevoegen bouwregel voor gebouwen ten behoeve van onderwijsdoeleinden die groter zijn dan 650 m²)

In 19.2.1. onder c wordt na 650 m² de volgende zinsnede toegevoegd:

', tenzij de bestaande oppervlakte meer bedraagt, in welk geval de oppervlakte niet meer zal bedragen dan 120% van de bestaande gezamenlijke oppervlakte.'

In 19.2.1. komt onderdeel h te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel h.

h. indien sprake is van een boerderijpand met een oorspronkelijke hoofdvorm, alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken (en geen aanduiding "karakteristiek of "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" is aangegeven) geldt de volgende bouwregel: de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een oorspronkelijke hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de bestaande hoofdvorm dan wel een daarmee minimaal gelijkwaardige hoofdvorm voor wat betreft de streekeigen vormgeving waarbij deels buiten de bestaande plattegrond mag worden gebouwd.

(toevoegen bouwregels voor karakteristieke panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

In 19.2. wordt onder 19.2.1. het volgende toegevoegd:

Ter plaats van de aanduiding "karakteristiek", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, gelden de volgende bouwregels:

i. een gebouw met een karakteristieke hoofdvorm zal binnen het gebied ter plaatse van de aanduiding "karakteristiek" worden gebouwd, tenzij het een buiten het aanduidingsvlak gelegen bijbehorend bouwwerk betreft;

j. de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een karakteristieke hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste de bestaande oppervlakte, goothoogte en dakhelling bedragen.

15.3 Ontheffing van de bouwregels (19.3.)

(toevoegen ontheffing voor ondergeschikte aanpassingen aan karakteristieke panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

In 19.3. worden onder a het volgende sublid b toegevoegd:

b. het bepaalde in 19.2.1. onder j in die zin dat in ondergeschikte mate wordt afgeweken van de bestaande maatvoeringen en gevelindeling van de karakteristieke hoofdvorm, mits:

      • a. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de karakteristieke hoofdvorm en gevelindeling van het karakteristieke gebouw; dan wel
      • b. indien afgeweken wordt van de karakteristieke hoofdvorm en gevelindeling van het karakteristieke gebouw advies wordt ingewonnen bij een onafhankelijk deskundige op het gebied van stedenbouw en landschap, waarbij de criteria van de nota "karakteristieke objecten in Vlagtwedde" van toepassing zijn.

De ontheffing voorzien van een gedachtestreepje wordt aangepast tot 19.3. onder a.

15.4 Specifieke gebruiksregels (19.4.)

In 19.4. worden de volgende subleden d, e en f toegevoegd:

d. het splitsen van een bedrijfswoning in meer dan één woning;

e. het gebruik van gedeelten van een bedrijfswoning, aan- en uitbouwen en bijgebouwen, voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit, indien:

1. het bedrijf of beroep niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van de bedrijfswoning;

2. de beroeps-/bedrijfsvloeroppervlakte meer dan 90 m² bedraagt, met dien verstande dat delen van bedrijfswoningen en/of bijbehorende bouwwerken die op het moment van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan niet worden gebruikt voor het wonen ook mogen worden gebruikt voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit;

3. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;

4. detailhandel plaatsvindt, tenzij het detailhandel betreft bij een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit, in welk geval detailhandel is toegestaan die als nevenactiviteit beperkt blijft tot de verkoop van producten die een directe relatie hebben met het beroep of de activiteit of producten die binnen het beroep of de activiteit vervaardigd worden;

f. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken als zelfstandige woning;

15.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden (19.5. nieuw)

(toevoegen omgevingsvergunning voor gedeeltelijk verwijderen van delen van karakteristieke panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

Na 19.4. wordt het volgende lid 19.5. toegevoegd:

15.5.1 Vergunningen (19.5.1.)

Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is een omgevingsvergunning vereist:

  • het gedeeltelijk verwijderen van delen van karakteristieke gebouwen, ter plaatse van de aanduiding "karakteristiek", of delen van de in 19.1. onder i bedoelde bijbehorende bouwwerken.
15.5.2 Uitzondering (19.5.2.)

Het in 19.5.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die het normale onderhoud en/of de normale exploitatie betreffen.

15.5.3 Toetsingscriteria (19.5.3.)

De omgevingsvergunning kan worden verleend, mits:

  • a. de bouwtechnische kwaliteit dusdanig slecht is dat hergebruik in alle redelijkheid niet mogelijk is; of
  • b. het delen van een pand betreft, die op zichzelf niet als waardevol zijn aan te merken, en door het verwijderen daarvan geen onevenredige aantasting van de karakteristieke waarden; of
  • c. toepassing wordt gegeven aan de afwijking genoemd in 19.3. onder b.;
  • d. advies wordt ingewonnen bij een onafhankelijk deskundige op het gebied van stedenbouw en landschap.

Het bestaande lid 19.5. wordt vernummerd naar 19.6.

15.6 Wijzigingsbevoegdheid (19.5.)

In 19.5. na het gedachtestreepje vervalt in de aanhef de tekst 'Wonen - Voormalige boerderijpanden' en in lid 1 het artikelnummer 32.

Artikel 16 Natuur (Artikel 6)

Voor zover gronden binnen deze herziening zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming Natuur' zijn de regels van artikel 6 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09) van toepassing.

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Natuur' artikel 6 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

16.1 Bestemmingsomschrijving (6.1.)

In lid 6.1. wordt het volgende onderdeel k toegevoegd, waarbij het bestaande onderdeel k wordt verletterd naar l.

k. een gebouw ten behoeve van een schaapskooi, ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - schaapskooi";

16.2 Bouwregels (6.2.)

Aan lid 6.2. wordt het volgende sublid 6.2.2. toegevoegd waarbij het bestaande sublid 6.2.2. wordt vernummerd naar 6.2.3.

6.2.2. Voor het bouwen van een gebouw ten behoeve van een schaapskooi gelden de volgende regels:

  • a. het gebouw zal uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - schaapskooi";
  • b. de goothoogte van het gebouw zal ten hoogste 3,50 m bedragen;
  • c. de dakhelling van het gebouw zal ten minste 20° bedragen.

16.3 Specifieke gebruiksregels (6.3.)

In 6.3. komt onderdeel c te vervallen.

In artikel 6 is het volgende nieuwe lid 6.4. toegevoegd:

16.4 Ontheffing van de gebruiksregels (nieuw 6.4.)

Burgemeester en Wethouders kunnen, met inachtneming van het gestelde in bijlage 1, ontheffing verlenen van:

  • het bepaalde in lid 6.3. onder f en toestaan dat ten behoeve van het extensief dagrecreatief medegebruik (half)verharding wordt aangebracht in de vorm van ondergeschikte parkeervoorzieningen, mits:
    • 1. met name rekening zal worden gehouden met het gestelde in bijlage 1 lid 1.24.
16.5 Aanlegvergunningen (oud 6.4., nu 6.5.)

In 6.4. komt onderdeel c te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel c:

c. het dempen, graven, baggeren en/of verbreden van sloten, poelen, beken en/of andere watergangen en/of -partijen;

Artikel 17 Recreatie - 1 (Artikel 22)

Voor zover gronden binnen deze herziening zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Recreatie - 1' zijn de regels van artikel 22 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09) van toepassing.

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Recreatie - 1' artikel 22 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

17.1 Bouwregels (22.2.)

(aanpassen regeling voor een locatie waar geen bedrijfswoning is toegelaten)

Aan 22.2.1 onder b wordt de volgende zinsnede toegevoegd: ', tenzij ter plaatse van de aanduiding "bedrijfswoning uitgesloten", in welk geval geen bedrijfswoning is toegestaan;'

In 22.2.2. onder c wordt de volgende tekst toegevoegd: ', tenzij de bedrijfswoning inpandig is gevestigd in het oorspronkelijke boerderijpand, in welk geval de oppervlakte van de bedrijfswoning ten hoogste gelijk is aan de oppervlakte van het oorspronkelijke boerderijpand.

(aanpassen regeling voor het naar de weg toe bouwen van bedrijfswoningen)

Aan 22.2.1. en 22.2.2. onder d wordt de volgende zinsnede toegevoegd: ', tenzij sprake is van het verplaatsen van de voorgevel waarbij aangesloten wordt bij de bestaande bebouwingskarakteristiek;'

17.2 Specifieke gebruiksregels (22.4.)

In 22.4. wordt in onderdeel f onder 1 de volgende zinsnede geschrapt: ', waarbij één andere arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;'

In 22.4. komen in onderdeel f de delen 2 en 3 te vervallen en worden vervangen door het volgende deel 2.

2. de beroeps-/bedrijfsvloeroppervlakte meer dan 90 m² bedraagt, met dien verstande dat delen van bedrijfswoningen en/of bijbehorende bouwwerken die op het moment van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan niet worden gebruikt voor het wonen ook mogen worden gebruikt voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit;

de daaropvolgende delen worden vernummerd van 4 en 5 naar 3 en 4.

In 22.4. komt onderdeel g te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel g:

g. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken als zelfstandige woning;

Artikel 18 Recreatie - 2 (artikel 23)

Voor zover gronden binnen deze herziening zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Recreatie - 2' zijn de regels van artikel 23 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09) van toepassing.

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Recreatie - 2' artikel 23 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

18.1 Bestemmingsomschrijving (23.1.)

Aan lid 23.1. onder b nummer 5 wordt de volgende tekst toegevoegd: ', niet zijnde dancings, bar-dancings, discotheken en naar de aard daarmee gelijk te stellen zware horecafuncties;'

Aan lid 23.1. onder b wordt onder nummer 7 het volgende toegevoegd:

7. groepsaccommodaties;

(toevoegen van de mogelijkheid van permanente bewoning)

Lid 23.1. onder d komt te vervallen en wordt vervangen door de volgende tekst:

d. recreatieverblijven en daarbijbehorende aan- en uitbouwen en bijgebouwen, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - recreatieverblijven';

(toevoegen regeling voor karakteristieke panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

In 23.1. wordt het volgende sublid o toegevoegd:

o. ter plaatse van de aanduiding "karakteristiek", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, de instandhouding van de bestaande karakteristieke hoofdvorm van de gebouwen wordt nagestreefd, zoals die per adres zijn beschreven in bijlage 9;

18.2 Bouwregels (23.2.)

In 23.2.1. onder c wordt de volgende tekst toegevoegd: 'en tenzij de bedrijfswoning inpandig is gevestigd in het oorspronkelijke boerderijpand, in welk geval de oppervlakte van de bedrijfswoning ten hoogste gelijk is aan de oppervlakte van het oorspronkelijke boerderijpand.

(aanpassen regeling voor het naar de weg toe bouwen van bedrijfswoningen)

Aan 23.2.1. onder d wordt de volgende zinsnede toegevoegd: , tenzij sprake is van het verplaatsen van de voorgevel waarbij aangesloten wordt bij de bestaande bebouwingskarakteristiek;

In 23.2.3. wordt de tekst onder b geschrapt en vervangen door de volgende tekst:

b. het aantal recreatieverblijven zal ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal recreatieverblijven' ten hoogste het ter plaatse aangegeven aantal bedragen, dan wel zal indien geen aanduiding aanwezig is ten hoogste het bestaande aantal bedragen;

In 23.2.3. worden de volgende onderdelen f en g toegevoegd:

f. in afwijking van het bepaalde in sub c mag de oppervlakte van een recreatieverblijf worden vermeerderd met bijbehorende bouwwerken in het achtererfgebied, waarbij de volgende regels gelden:

      • de bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken is maximaal 4,00 meter;
      • de bijbehorende bouwwerken mogen worden gebouwd tot maximaal 2,50 meter gerekend vanaf het oorspronkelijke woonhuis;

g. in afwijking van het bepaalde in sub a en c mogen vrijstaande bijbehorende bouwwerken worden gebouwd, waarvoor de volgende regels gelden:

      • de bouwhoogte van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk is maximaal 3,00 meter;
      • de gezamenlijke oppervlakte aan vrijstaande bijbehorende bouwwerken is per perceel maximaal 15 m².

(toevoegen bouwregels voor karakteristieke panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

In 23.2. wordt onder 23.2.3. het volgende toegevoegd:

Ter plaats van de aanduiding "karakteristiek", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, gelden de volgende bouwregels:

h. een gebouw met een karakteristieke hoofdvorm zal binnen het gebied ter plaatse van de aanduiding "karakteristiek" worden gebouwd, tenzij het een buiten het aanduidingsvlak gelegen bijbehorend bouwwerk betreft;

i. de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een karakteristieke hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste de bestaande oppervlakte, goothoogte en dakhelling bedragen.

18.3 Ontheffing van de bouwregels (23.3.)

In 23.3. wordt in het sublid c het volgende toetsingscriterium 1 aangevuld met: 'met dien verstande dat bij het bouwen van recreatiewoningen op palen als peil wordt gehanteerd de bovenkant van de vloer van de recreatiewoning;'

(toevoegen ontheffing voor ondergeschikte aanpassingen aan karakteristieke panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

In 23.3. worden het volgende sublid f toegevoegd:

f. het bepaalde in 23.2.3. onder i in die zin dat in ondergeschikte mate wordt afgeweken van de bestaande maatvoeringen en gevelindeling van de karakteristieke hoofdvorm, mits:

      • a. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de karakteristieke hoofdvorm en gevelindeling van het karakteristieke gebouw; dan wel
      • b. indien afgeweken wordt van de karakteristieke hoofdvorm en gevelindeling van het karakteristieke gebouw advies wordt ingewonnen bij een onafhankelijk deskundige op het gebied van stedenbouw en landschap, waarbij de criteria van de nota "karakteristieke objecten in Vlagtwedde" van toepassing zijn.
18.4 Specifieke gebruiksregels (23.5.)

In 23.5. wordt in onderdeel d onder 1 de volgende zinsnede geschrapt: ', waarbij één andere arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;'

In 23.5. komen in onderdeel d de delen 2 en 3 te vervallen en worden vervangen door het volgende deel 2.

2. de beroeps-/bedrijfsvloeroppervlakte meer dan 90 m² bedraagt, met dien verstande dat delen van bedrijfswoningen en/of bijbehorende bouwwerken die op het moment van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan niet worden gebruikt voor het wonen ook mogen worden gebruikt voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit;

de daaropvolgende delen worden vernummerd van 4 en 5 naar 3 en 4.

In 23.5. komt onderdeel e te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel e:

e. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken als zelfstandige woning;

In lid 23.5. komen lid 23.5. onder h en i te vervallen.

18.5 Aanlegvergunningen (23.6.)

(toevoegen omgevingsvergunning voor gedeeltelijk verwijderen van delen van karakteristieke panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

In 23.6.1. wordt het volgende onderdeel e toegevoegd:

e. het gedeeltelijk verwijderen van delen van karakteristieke gebouwen, ter plaatse van de aanduiding "karakteristiek", of delen van de in 23.1. onder o bedoelde bijbehorende bouwwerken.

In 23.6.3. wordt het volgende toetsingskader toegevoegd:

De omgevingsvergunning bedoeld in 23.6.1. onder e kan worden verleend, mits:

  • a. de bouwtechnische kwaliteit dusdanig slecht is dat hergebruik in alle redelijkheid niet mogelijk is; of
  • b. het delen van een pand betreft, die op zichzelf niet als waardevol zijn aan te merken, en door het verwijderen daarvan geen onevenredige aantasting van de karakteristieke waarden; of
  • c. toepassing wordt gegeven aan de afwijking genoemd in 23.3. onder f.;
  • d. advies wordt ingewonnen bij een onafhankelijk deskundige op het gebied van stedenbouw en landschap.

Artikel 19 Recreatie - 3 (Artikel 24)

Voor zover gronden binnen deze herziening zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Recreatie - 3' zijn de regels van artikel 24 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09) van toepassing.

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Recreatie - 3' artikel 24 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

19.1 Bestemmingsomschrijving (24.1.)

(toevoegen horecaregeling om zware horeca, zoals discotheken, e.d. te voorkomen bij de forellenvisvijver)

In 24.1. wordt aan onderdeel b na forellenvisvijver het volgende toegevoegd:

b. een forellenvisvijver met bijbehorende horeca, niet zijnde dancings, bar-dancings, discotheken en naar de aard daarmee gelijk te stellen zware horecafuncties;

19.2 Bouwregels (24.2.)

(vervangen regeling voor toelaatbaarheid gebouwen en overkappingen)

In 24.2.1. komt onderdeel a te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel a:

a. per bestemmingsvlak mogen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van de in 24.1. genoemde functies worden gebouwd;

(toevoegen bouwregel ten behoeve van forellenvisvijver)

Aan 24.2.1. wordt het volgende sublid f toegevoegd:

f. ter plaatse van de aanduiding 'II' zal de afstand van de gebouwen en overkappingen tot de bestemmingsgrens ten minste 30,00 m bedragen.

Artikel 20 Sport (Artikel 25)

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Sport' artikel 25 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

20.1 Bouwregels (25.2.)

(vervangen regeling voor toelaatbaarheid gebouwen en overkappingen)

In 25.2.1. komt onderdeel a te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel a:

a. per bestemmingsvlak mogen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van de in 25.1. genoemde functies worden gebouwd;

In 25.2.1. komt onderdeel c te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel c:

c. de gezamenlijke oppervlakte van de gebouwen en overkappingen zal per bestemmingsvlak ten hoogste 150 m² bedragen, tenzij de bestaande gezamenlijke oppervlakte meer bedraagt, in welk geval de gezamenlijke oppervlakte ten hoogste de bestaande oppervlakte zal bedragen;

In artikel 25 komt lid 25.4. in zijn geheel te vervallen.

Artikel 21 Verkeer (Artikel 26)

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Verkeer' artikel 26 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

21.1 Bestemmingsomschrijving (26.1.)

(toevoegen landschappelijke en natuurlijke waarden van bermen en beplanting als onderdeel van de EHS)

In 26.1. wordt aan onderdeel d de volgende zinsnede toegevoegd: '... en het behoud van de landschappelijke en natuurlijke waarden daarvan;'

 

Artikel 22 Water (Artikel 7)

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Water' artikel 7 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

22.1 Bestemmingsomschrijving (7.1.)

(toevoegen landschappelijke en natuurlijke waarden van kaden, dijken en oevers als onderdeel van de EHS)

In 7.1. wordt aan onderdeel b de volgende zinsnede toegevoegd: '... en het behoud van de landschappelijke en natuurlijke waarden daarvan;'

(toevoegen regeling voor diepe waterplassen voor de afgeronde zandwinning)

In 7.1. wordt het volgende onderdeel g toegevoegd:

g. diepe waterplassen, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van water - diepe waterplas";

De bestaande onderdelen g tot en met i worden verletterd tot h tot en met j.

22.2 Specifieke gebruiksregels (7.4.)

(toevoegen verbodsregeling provinciale regeling voor diepe waterplassen)

In 7.4. wordt het gedachtestreepje vervangen door a.

Vervolgens wordt het volgende onderdeel b toegevoegd:

b. het dempen en/of het geheel of gedeeltelijk verondiepen van diepe waterplassen, anders dan ten behoeve van werkzaamheden in het kader van de zandwinning en het afwerken van diepe waterplassen en aanpassingen aan de oevers, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van water - diepe waterplas".

Artikel 23 Water - Waterbouwkundig (Artikel 28)

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Water - Waterbouwkundig' artikel 28 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

(toevoegen regeling voor streekeigen bouwwerken die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

23.1 Bestemmingsomschrijving (28.1.)

In 28.1. wordt aan sublid d het volgende toegevoegd: 'waarbij de instandhouding van de kenmerken van een streekeigen architectuur-/bouwstijl wordt nagestreefd;

Artikel 24 Water - Waterwinning (Artikel 29)

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Water - Waterwinning' artikel 29 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

24.1 Bestemmingsomschrijving (29.1.)

(toevoegen landschappelijke en natuurlijke waarden van de gebieden vanwege de ligging binnen de EHS)

Aan 29.1. wordt het volgende onderdeel b toegevoegd:

b. het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de natuurlijke en landschappelijke waarden;

De bestaande onderdelen b tot en met e worden verletterd tot c tot en met f.

Artikel 25 Wonen (Artikel 31)

Voor zover gronden binnen deze herziening zijn voorzien van een bestemmingsvlak met de bestemming 'Wonen' zijn de regels van artikel 31 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09) van toepassing.

Onderstaande wijzigingen zijn van toepassing op alle percelen met de bestemming 'Wonen' artikel 31 van het bestemmingsplan Buitengebied Gemeente Vlagtwedde (vastgesteld 22-09-09).

25.1 Bestemmingsomschrijving (31.1.)

(toevoegen regeling voor extra bedrijvigheid aan huis vanwege het vervallen van de bestemming voor de voormalige boerderijpanden, die nu in de bestemming 'Wonen' zijn ondergebracht en voor bestaande plattelandswoningen, zijnde voormalige agrarische bedrijfswoningen)

In 31.1. worden de volgende nieuwe subleden b en c toegevoegd waarbij de bestaande subleden b tot en met g worden door geletterd.

b. woonhuizen in de vorm van voormalige boerderijpanden, aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij de woonhuizen, ter plaatse van de aanduidingen "karakteristiek", "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" en "specifieke bouwaanduiding - oorspronkelijke hoofdvorm", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, al dan niet in combinatie met ruimten voor mantelzorg, logiesverstrekking, dan wel een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit, zoals die zijn genoemd in bijlage 2 onder de categorieën 1 en 2, dan wel een naar de aard en invloed op de omgeving daarmee vergelijkbare bedrijvigheid, niet zijnde geluidszoneringsplichtige, risicovolle inrichtingen en/of vuurwerk-bedrijven, en bijlage 6;

c. woonhuizen, al dan niet in combinatie met ruimte voor mantelzorg, logiesverstrekking, dan wel een aan-huis-verbonden beroep c.q. kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, zoals genoemd in bijlage 6, zijnde voormalige agrarische bedrijfswoningen, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van wonen - plattelandswoning";

(toevoegen regeling voor karakteristieke panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

In 31.1. wordt het volgende sublid i toegevoegd:

i. ter plaatse van de aanduiding "karakteristiek", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, de instandhouding van de bestaande karakteristieke hoofdvorm van de gebouwen wordt nagestreefd, zoals die per adres zijn beschreven in bijlage 9;

j. ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, de instandhouding van de kenmerken van een streekeigen architectuur-/bouwstijl wordt nagestreefd;

k. ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - oorspronkelijke hoofdvorm", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, de instandhouding van de ruimtelijke relevante kenmerken van de gebouwen, dan wel een minimaal daarmee voor wat betreft de streekeigen vormgeving gelijkwaardige hoofdvorm.

25.2 Bouwregels (31.2.)

(toevoegen algemene bouwregel voor bestemmingsvlakken waarbinnen geen gebouwen opgericht mogen worden)

In 31.2. wordt een nieuw sublid 31.2.1. toegevoegd met de volgende tekst. De daaropvolgende subleden en verwijzingen binnen de bestemming worden hierdoor vernummerd.

31.2.1. Voor het bouwen van hoofdgebouwen en bijbehorende bouwwerken geldt de volgende regel:

  • er zullen geen hoofdgebouwen en bijbehorende bouwwerken worden gebouwd, ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding uitgesloten - gebouwen".

(toevoegen bouwregels voor karakteristieke panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

In 31.2. wordt het volgende onderdeel 31.2.1. toegevoegd, waarbij de volgende onderdelen doornummeren:

Ter plaats van de aanduiding "karakteristiek", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, gelden de volgende bouwregels:

h. een gebouw met een karakteristieke hoofdvorm zal binnen het gebied ter plaatse van de aanduiding "karakteristiek" worden gebouwd, tenzij het een buiten het aanduidingsvlak gelegen bijbehorend bouwwerk betreft;

i. de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een karakteristieke hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste de bestaande oppervlakte, goothoogte en dakhelling bedragen.

Ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, gelden de volgende bouwregels:

j. een gebouw met een hoofdvorm in een streekeigen architectuur-/bouwstijl zal binnen het gebied ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen" worden gebouwd, tenzij het een buiten het aanduidingsvlak gelegen bijbehorend bouwwerk betreft;

k. de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een streekeigen hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de kenmerkende afmetingen van de verschillende streekeigen architectuur-/bouwstijlen, zoals beschreven in bijlage 9, waarbij deels buiten de aanduidingsgrenzen mag worden gebouwd.

Ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - oorspronkelijke hoofdvorm", alsmede voor de in dezelfde bouwstijl gebouwde bijbehorende bouwwerken, gelden de volgende bouwregels:

l. een gebouw met waardevolle ruimtelijk relevante kenmerken voor wat betreft de streekeigen vormgeving zal binnen het gebied ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - oorspronkelijke hoofdvorm" worden gebouwd, tenzij het een buiten het aanduidingsvlak gelegen bijbehorend bouwwerk betreft;

m. de oppervlakte, goothoogte en dakhelling van een oorspronkelijke hoofdvorm zal ten minste en ten hoogste voldoen aan de bestaande hoofdvorm dan wel een daarmee minimaal gelijkwaardige hoofdvorm voor wat betreft de streekeigen vormgeving waarbij deels buiten de aanduidingsgrenzen mag worden gebouwd.

(bij recht de maximale bouwmogelijkheid van 300 m² voor hoofdgebouwen en aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mogelijk maken)

In 31.2.1. (nu 31.2.2.) komt onderdeel c te vervallen. De bestaande onderdelen d tot en met g worden verletterd.

Aan 31.2. wordt het volgende sublid 31.2.a. toegevoegd:

31.2.a. Voor het bouwen van hoofdgebouwen en aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen geldt de volgende regel:

- de gezamenlijke oppervlakte van een hoofdgebouw met de daarbij behorende aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen zal ten hoogste 300 m² bedragen, tenzij de bestaande gezamenlijke oppervlakte meer bedraagt, in welk geval de gezamenlijke oppervlakte ten hoogste de bestaande oppervlakte zal bedragen.

In 31.2.2. (nu 31.2.3.) komt onderdeel b te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel b.

b. in afwijking van het gestelde in 31.2.a. geldt ter plaatse van de aanduiding 'specifieke regeling' dat de gezamenlijke oppervlakte van de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij een hoofdgebouw ten behoeve van de uitoefening van particulier natuurbeheer vanaf het aangeduide perceel ten hoogste 270 m² zal bedragen;

(toevoegen bouwregels om te voorkomen dat hoofdgebouwen op grote erven achter op het erf worden gebouwd)

In 31.2.1. (nu 31.2.2.) komt sublid d te vervallen en wordt vervangen door de volgende tekst:

d. de afstand van een hoofdgebouw ten opzichte van de weg zal ten minste de bestaande afstand bedragen, tenzij sprake is van het verplaatsen van de voorgevel waarbij aangesloten wordt bij de bestaande bebouwingskarakteristiek;

25.3 Ontheffing van de bouwregels (31.3.)

(toevoegen ontheffing voor ondergeschikte aanpassingen aan karakteristieke panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

In 31.3. wordt onder a het volgende sublid toegevoegd:

a. het bepaalde in 31.2.1. onder i in die zin dat in ondergeschikte mate wordt afgeweken van de bestaande maatvoeringen en gevelindeling van de karakteristieke hoofdvorm, mits:

  • 1. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de karakteristieke hoofdvorm en gevelindeling van het karakteristieke gebouw; dan wel
  • 2. indien afgeweken wordt van de karakteristieke hoofdvorm en gevelindeling van het karakteristieke gebouw advies wordt ingewonnen bij een onafhankelijk deskundige op het gebied van stedenbouw en landschap, waarbij de criteria van de nota "karakteristieke objecten in Vlagtwedde" van toepassing zijn.

De bestaande subleden a, b en c komen te vervallen omdat de totale oppervlakte van de hoofdgebouwen en aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen in de bouwregels al is vastgelegd.

25.4 Specifieke gebruiksregels (31.4.)

(aanpassen gebruiksregels als gevolg van toevoegen van onderdeel b aan de bestemmingsomschrijving)

In 31.4. komt onder a te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel a.

a. het gebruik van woonhuizen in combinatie met beroeps- of bedrijfsmatige activiteiten anders dan genoemd in 31.1.;

In 31.4. wordt in onderdeel b onder 1 de volgende zinsnede geschrapt: ', waarbij één andere arbeidskracht ter plekke werkzaam mag zijn;'

In 31.4. komen in onderdeel b de delen 2 en 3 te vervallen en worden vervangen door het volgende deel 2.

2. de beroeps-/bedrijfsvloeroppervlakte meer dan 90 m² bedraagt, met dien verstande dat delen van hoofdgebouwen en/of bijbehorende bouwwerken die op het moment van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan niet worden gebruikt voor het wonen ook mogen worden gebruikt voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit;

de daaropvolgende delen worden vernummerd van 4 en 5 naar 3 en 4.

In 31.4. komt onderdeel d te vervallen en wordt vervangen door het volgende onderdeel d:

d. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken als zelfstandige woning;

Aan 31.4. worden de volgende nieuwe onderdeel i en j toegevoegd:

i. het gebruiken van de gronden ten behoeve van de bestemming Wonen zonder aanleg en instandhouding van de landschappelijke inpassing zoals bedoeld in bijlage 10, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van waarde - instandhoudingsverplichting";

j. het verwijderen, vernielen en/of aantasten van (afschermende) beplanting anders dan ten behoeve van het normale onderhoud in afwijking van het per adres opgenomen inpassingsplan, zoals opgenomen in bijlage 10, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van waarde - instandhoudingsverplichting".

25.5 Ontheffing van de gebruiksregels (31.5.)

(toevoegen criterium provinciaal volkshuisvestingsbeleid)

In 31.5. wordt onder a het volgende onderdeel 1. toegevoegd:

1. de nieuwe woning moet passen binnen de door de provincie vastgestelde nieuwbouwruimte, dan wel binnen de daarvoor in de plaats komende intergemeentelijke afspraken over woningbouwcapaciteit;

Het onder 31.5 onder a opgenomen gedachtestreepje wordt gewijzigd in 2. 

In 31.5. wordt het volgende sublid c toegevoegd:

c. het bepaalde in lid 31.4. onder e en toestaan dat een woonhuis wordt gebruikt voor verblijfsrecreatief gebruik, mits:

  • 1. vanwege de al dan niet tijdelijke onverkoopbaarheid van het woonhuis het wenselijk is het woonhuis te verhuren voor verblijfsrecreatief gebruik ten behoeve van de instandhouding van de leefbaarheid en het voorkomen van langdurige leegstand;
  • 2. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie en de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.

25.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden (31.6. nieuw)

(toevoegen omgevingsvergunning voor gedeeltelijk verwijderen van delen van karakteristieke panden die zijn aangewezen in een inventarisatie van Libau)

Na 31.5. wordt het volgende lid 31.6. toegevoegd:

25.6.1 Vergunningen (31.6.1.)

Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is een omgevingsvergunning vereist:

  • a. het gedeeltelijk verwijderen van delen van karakteristieke gebouwen, ter plaatse van de aanduiding "karakteristiek", of delen van de in 31.1. onder i bedoelde bijbehorende bouwwerken;
  • b. het gedeeltelijk verwijderen van delen van gebouwen met een streekeigen architectuur-/bouwstijl anders dan ten behoeve van de verbouw op grond van 31.2.1. onder j en k, ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - streekeigen", of delen van de in 31.1. onder j bedoelde bijbehorende bouwwerken;
  • c. het gedeeltelijk verwijderen van delen van gebouwen met een streekeigen vormgeving anders dan ten behoeve van de verbouw op grond van 31.2.1. onder k en l, ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - oorspronkelijke hoofdvorm", of delen van de in 31.1. onder k bedoelde bijbehorende bouwwerken;
25.6.2 Uitzondering (31.6.2.)

Het in 31.6.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die het normale onderhoud en/of de normale exploitatie betreffen.

25.6.3 Toetsingscriteria (31.6.3.)

De omgevingsvergunning kan worden verleend, mits:

  • a. de bouwtechnische kwaliteit dusdanig slecht is dat hergebruik in alle redelijkheid niet mogelijk is; of
  • b. het delen van een pand betreft, die op zichzelf niet als waardevol zijn aan te merken, en door het verwijderen daarvan geen onevenredige aantasting van de karakteristieke waarden of de streekeigen architectuur-/bouwstijl plaatsvindt; of
  • c. toepassing wordt gegeven aan de afwijking genoemd in 31.3. onder b.;
  • d. advies wordt ingewonnen bij een onafhankelijk deskundige op het gebied van stedenbouw en landschap.

25.7 Wijzigingsbevoegdheid (31.7. nieuw)

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat wordt afgeweken van de bestaande maatvoeringen van een voormalig boerderijpand en de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - oorspronkelijke hoofdvorm" wordt verwijderd, mits:

  • a. er vanuit architectonisch oogpunt een versterking van de ruimtelijke kwaliteit en het omgevingsbeeld wordt bewerkstelligd;
  • b. de bouwhoogte van het woonhuis ten hoogste 12,00 m zal bedragen en het woonhuis zal worden voorzien van een kap;
  • c. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie, de natuurlijke en landschappelijke waarden en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

Artikel 26 Wonen - 1 (nieuw artikel 32)

Aan de regels wordt de bestemming 'Wonen - 1' toegevoegd met de volgende regels. De overige daaropvolgende artikelen en de daarin opgenomen verwijzingen vernummeren daarmee.

26.1 Bestemmingsomschrijving (32.1.)

De voor 'Wonen - 1 (nieuw artikel 32)' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a. woonhuizen, al dan niet in combinatie met ruimten voor mantelzorg, logiesverstrekking dan wel een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit zoals die zijn genoemd in bijlage 6;

b. recreatiewoningen;

c. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen;

met de daarbijbehorende:

d. tuinen, erven en terreinen;

e. bouwwerken geen gebouwen zijnde;

26.2 Bouwregels (32.2.)

32.2.1. Voor het bouwen van hoofdgebouwen en aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen geldt de volgende regel:

  • de gezamenlijke oppervlakte van een hoofdgebouw met de daarbij behorende aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen zal ten hoogste 50% van de oppervlakte van het bouwperceel bedragen met een maximum van 300 m², tenzij de bestaande gezamenlijke oppervlakte meer bedraagt, in welk geval de gezamenlijke oppervlakte ten hoogste de bestaande oppervlakte zal bedragen.

32.2.2. Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:

a. als hoofdgebouw mogen uitsluitend woonhuizen of recreatiewoningen worden gebouwd;

b. per bouwperceel zal ten hoogste één hoofdgebouw worden gebouwd;

c. de afstand van een hoofdgebouw ten opzichte van de weg zal ten minste de bestaande afstand bedragen, tenzij sprake is van het verplaatsen van de voorgevel waarbij aangesloten wordt bij de bestaande bebouwingskarakteristiek;

d. de afstand van een hoofdgebouw tot de perceelsgrens zal ten minste 5,00 m bedragen;

e. de bouwhoogte van een hoofdgebouw zal ten hoogste 5,00 m bedragen;

f. de dakhelling van een hoofdgebouw zal ten hoogste 30° bedragen.

32.2.3. Voor het bouwen van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:

a. de gezamenlijke oppervlakte van de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen zal ten hoogste de oppervlakte van het hoofdgebouw bedragen;

b. de bouwhoogte van een aan- of uitbouw, bijgebouw of overkapping zal ten hoogste 5,00 m bedragen;

c. de dakhelling van een aan- of uitbouw, bijgebouw of overkapping zal ten hoogste 30° bedragen.

32.2.4. Voor het bouwen van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

a. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 1,00 m bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erf- en terreinafscheidingen achter de naar de weg gekeerde gevel(s) van het hoofdgebouw dan wel verlengde daarvan, ten hoogste 2,00 m zal bedragen;

b. er zullen geen windmolens worden gebouwd;

c. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen.

26.3 Specifieke gebruiksregels (32.3.)

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken met deze bestemming wordt in ieder geval gerekend:

a. het gebruik van woonhuizen in combinatie met beroeps- of bedrijfsmatige activiteiten anders dan genoemd in 32.1.;

b. het gebruik van gedeelten van een woonhuis, aan- en uitbouwen en bijgebouwen, voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit, indien:

1. het beroep of bedrijf niet wordt uitgeoefend door één van de bewoners van het woonhuis;

2. de beroeps-/bedrijfsvloeroppervlakte meer dan 90 m² bedraagt, met dien verstande dat delen van hoofdgebouwen en/of bijbehorende bouwwerken die op het moment van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan niet worden gebruikt voor het wonen ook mogen worden gebruikt voor de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit;

3. parkeren niet op eigen erf plaatsvindt;

4. detailhandel plaatsvindt, tenzij het detailhandel betreft bij een aan-huis-verbonden beroep of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit, in welk geval detailhandel is toegestaan die als nevenactiviteit beperkt blijft tot de verkoop van producten die een directe relatie hebben met het beroep of de activiteit of producten die binnen het beroep of de activiteit vervaardigd worden;

c. het gebruik van een woonhuis voor meer dan één woning;

d. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken als zelfstandige woning;

e. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel;

f. het gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van agrarische bedrijfsactiviteiten;

g. het gebruik van gronden ten behoeve van de aanleg van een paardrijdbak met de daarbijbehorende bouwwerken.

Artikel 27 Wonen - Voormalige boerderijpanden (Artikel 32)

Dit artikel komt in zijn geheel te vervallen.

Artikel 28 Waarde - Cultuurlandschappelijk en/of archeologisch verwachtingsgebied (Artikel 35)

28.1 Specifieke gebruiksregels (35.2.)

(aanpassen regeling aan provinciale verordening)

35.2. komt onderdeel b te vervallen en wordt vervangen door het volgende nieuwe onderdeel b.

b. het aanbrengen en/of veroorzaken van veranderingen als gevolg van het gebruik van de gronden, zodanig dat een es in hoogte wordt verlaagd, waaronder het diepploegen, egaliseren en afschuiven van gronden, zoals die hoogte bestond ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerpplan. Dit verbod geldt alleen voor esgronden en niet voor de archeologische verwachtingsgebieden, niet zijnde esgronden.

28.2 Aanlegvergunningen (35.3.)

In 35.3.1. onder g wordt de volgende zinsnede toegevoegd: 'of bij het bouwen van bouwwerken groter dan 300 m².'

(aanpassen regeling aan provinciale verordening)

In 35.3.1. onder b en g wordt de volgende tekst toegevoegd:

Deze vergunningplicht geldt alleen voor de archeologische verwachtingsgebieden, niet zijnde esgronden.

Hoofdstuk 3 ALGEMENE REGELS

Artikel 29 Algemene gebruiksregels (artikel 41)

(toevoegen regels voor kleinschalige duurzame energiewinning)

Aan artikel 41 wordt het sublid toegevoegd:

29.1 Niet strijdig gebruik (41.4. nieuw)

Tot een gebruik, strijdig met de gegeven bestemmingen, wordt in ieder geval niet gerekend:

  • kleinschalige duurzame energiewinning, waarbij gebruik ten behoeve van de opwekking van windenergie niet is toegestaan.

Artikel 30 Algemene aanduidingsregels (Artikel 42)

30.1 Milieuzone grondwaterbeschermingsgebied (42.3)
30.1.1 Specifieke gebruiksregels (42.3.2.)

(Verwijderen verbod recreatie)

In lid 42.3.2. komt de tekst onder f te vervallen, waarbij g verletterd tot een nieuw f.

In lid 42.3.2. wordt de verwijzing naar lid j verwijderd en vervangen door lid f.

30.2 veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen (nieuw 42.5.)

(toevoegen regeling voor bescherming van minder zelfredzame personen langs wegen met vervoer van gevaarlijke stoffen)

30.2.1 Aanduidingsomschrijving (nieuw 42.5.1.)

De voor 'veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen (nieuw 42.5.)' aangeduide gronden zijn mede bestemd voor het tegengaan van de bouw van nieuwe objecten en het gebruik van bestaande objecten ten behoeve van minder zelfredzame personen.

30.2.2 Bouwregels (nieuw 42.5.2.)

In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald, gelden op of in de gronden ter plaatse van de aanduiding ‘veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen (nieuw 42.5.)’ de volgende regels:

  • a. er mogen geen kwetsbare objecten worden gebouwd;
  • b. de bouw van beperkt kwetsbare objecten is toegestaan, mits:
    • 1. er sprake is van zwaarwegende maatschappelijke, economische en/of planologische redenen;
    • 2. is aangetoond dat er hierdoor geen afbreuk wordt gedaan aan de veiligheid van personen;
    • 3. de leidingbeheerder om advies is gevraagd.
30.2.3 Specifieke gebruiksregels (nieuw 42.5.3.)

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken met deze gebiedsaanduiding wordt in ieder geval gerekend:

  • het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van minder zelfredzame personen.
30.2.4 Wijzigingsbevoegdheid (nieuw 42.5.4.)

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat:

  • a. de aanduiding ‘veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen (nieuw 42.5.)’ wordt verwijderd, mits:
    • 1. de veiligheidszone is verlegd, verwijderd of buiten gebruik is gesteld;;
    • 2. de verandering in de infrastructuur door Gedeputeerde Staten is gewijzigd in bijlage 17 van de provinciale Omgevingsverordening.

Het bestaande lid 42.5. wordt vernummerd tot 42.6.

Artikel 31 Algemene wijzigingsregels (Artikel 44)

(toevoegen regeling voor nieuwe plattelandswoningen, zijnde voormalige agrarische bedrijfswoningen)

Aan artikel 44 wordt het volgende sublid e toegevoegd:

e. de aanduiding "specifieke vorm van wonen - plattelandswoning" wordt aangebracht dan wel wordt verwijderd, mits:

  • 1. deze wijzigingsbevoegdheid uitsluitend wordt toegepast indien een bedrijfswoning als plattelandswoning, dan wel een plattelandswoning opnieuw als bedrijfswoning in gebruik wordt genomen;
  • 2. er geen sprake is van onevenredige schade voor de aangrenzende (agrarische) bedrijven, in die zin dat de bedrijven in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden beperkt;
  • 3. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, de woonsituatie, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

Artikel 32 Algemene procedureregels (Artikel 45)

Dit artikel komt in zijn geheel te vervallen.

Hoofdstuk 4 OVERGANGS- EN SLOTREGELS

Artikel 33 Overgangsrecht

33.1 Overgangsrecht bouwwerken
  • a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    • 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    • 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  • b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van sublid a. een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het sublid a. met maximaal 10 %.
  • c. Sublid a. is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
33.2 Overgangsrecht gebruik
  • a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet, behoudens voor zover uit de Richtlijn 79/409/EEG en 92/43/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand onderscheidenlijk van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna beperkingen voortvloeien ten aanzien van ten tijde van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan bestaand gebruik.
  • b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het sublid a., te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  • c. Indien het gebruik, bedoeld in sublid a., na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten. Deze onderbreking geldt niet voor wat betreft de zandwinning ter plaatse van het noordelijk deel van de “Zuidplas” bij De Beetse. Het overgangsrecht eindigt daar pas op het moment van definitieve beëindiging van de zandwinning.
  • d. Sublid a. is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 34 Slotregel (Artikel 48)

Deze regels kunnen worden aangehaald onder de titel:

Regels deel uitmakende van het

bestemmingsplan Buitengebied 2009, gedeeltelijke herziening 2015 van de gemeente Vlagtwedde.

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 27 oktober 2015, partieel hervastgesteld in de raadsvergadering van 22 maart 2016.