direct naar inhoud van Artikel 27 Algemene aanduidingsregels
Plan: Bourtange Dorp
Status: voorontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0048.BP0908-vo01

Artikel 27 Algemene aanduidingsregels

27.1 vrijwaringszone - molenbiotoop
27.1.1 Aanduidingsomschrijving

Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - molenbiotoop' geldt dat die gronden - naast de aangewezen bestemming(en) - mede aangeduid zijn voor het behoud, het herstel en de bescherming van de windvang van de molen.

27.1.2 Bouwregels

Op de voor 'vrijwaringszone - molenbiotoop' aangewezen gronden mag de bouwhoogte van bouwwerken in afwijking van hetgeen elders in de regels is bepaald, niet meer bedragen dan:

  • a. binnen een afstand van 100 m van de molen: de hoogte die gelijk is aan de hoogte van de onderste punt van de verticaal staande wiek van de molen;
  • b. bij een afstand tussen 100 en 400 m van de molen: de hoogte genoemd onder a vermeerderd met 1/30 van de afstand tussen het bouwwerk en de molen.

27.1.3 Afwijking van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 27.1.2 in die zin dat de bouwhoogte van bouwwerken wordt verhoogd, mits:

  • vooraf advies wordt ingewonnen van de beheerder van de molen.
27.1.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
a Vergunningplicht

Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is een omgevingsvergunning vereist:

  • a. het ophogen van gronden hoger dan de op grond van de in lid 27.1.2 maximaal toelaatbare hoogte voor bouwwerken;
  • b. het beplanten met bomen, heesters en andere opgaande beplanting hoger dan de op grond van de in lid 27.1.2 maximaal toelaatbare hoogte voor bouwwerken;
  • c. het aanbrengen van bovengrondse constructies, installaties en apparatuur hoger dan de op grond van de in lid 27.1.2 maximaal toelaatbare hoogte voor bouwwerken.
b Uitzondering

Het bepaalde in a is niet van toepassing op werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden die:

  • a. het normale onderhoud betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.
c Toetsingscriteria

De omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk en werkzaamheden kan slechts worden verleend met inachtneming van het huidige en/of het toekomstig functioneren van de molen als werktuig door windbelemmering en/of de waarde van de molen als landschapselement, dan wel dat door het stellen van voorwaarden hieraan voldoende tegemoet gekomen kan worden. Voorafgaand moet advies worden ingewonnen bij de beheerder van de molen.