direct naar inhoud van 4.3 Externe veiligheid
Plan: Bestemmingsplan Slochteren, Hoofdweg 39
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0040.bp00014-61oh

4.3 Externe veiligheid

4.3.1 Inrichtingen

In oktober 2004 is het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) in werking getreden.

Dit besluit geeft grenswaarden voor nieuwe en bestaande situaties ten aanzien van het plaatsgebonden risico van inrichtingen waarin bepaalde gevaarlijke stoffen worden gebruikt, opgeslagen of geproduceerd. Deze grenswaarde wordt uitgedrukt in de kans per jaar dat een persoon, die onafgebroken en onbeschermd op een plaats buiten een inrichting zou verblijven, overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongewoon voorval binnen die inrichting. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen kwetsbare objecten en beperkt kwetsbare objecten. Onder kwetsbare objecten worden bijvoorbeeld woningen verstaan, terwijl met beperkt kwetsbare objecten wordt gedoeld op bijvoorbeeld kantoren en hotels.

Daarnaast gaat het Besluit externe veiligheid inrichtingen in op het groepsrisico. Hierbij gaat het om de kans per jaar dat een groep mensen van minimaal een bepaalde omvang slachtoffer wordt van een ongeval in een inrichting. In het Besluit externe veiligheid inrichtingen wordt het groepsrisico gedefinieerd als de (cumulatieve) kans dat ten minste 10, 100 of 1.000 personen overlijden, als direct gevolg van hun aanwezigheid in het invloedsgebied van de inrichting (tot waar nog dodelijke slachtoffers kunnen vallen). Het groepsrisico wordt bepaald door het aantal aanwezige personen in het invloedsgebied te vergelijken met de oriënterende waarde (cumulatieve kans). Wanneer de oriënterende waarde wordt overschreden of de nieuwe ontwikkeling een verhoging van het groepsrisico met zich meebrengt, dient een verantwoording van het groepsrisico plaats te vinden.

Op 13 februari 2009 is het gewijzigde Besluit externe veiligheid inrichtingen in werking getreden. Deze wijzigingen betreffen een uitbreiding van de lijst met (beperkt) kwetsbare objecten en risicovolle inrichtingen. Ook is de nieuwe Wet ruimtelijke ordening in het Besluit externe veiligheid inrichtingen doorgevoerd.

ONDERZOEK

Om te bepalen of in de nabijheid van het plangebied risicovolle inrichtingen liggen, is de risicokaart van de provincie Groningen geraadpleegd. De navolgende figuur betreft een uitsnede van deze kaart, met daarop weergegeven de globale ligging van het plangebied.

afbeelding "i_NL.IMRO.0040.bp00014-61oh_0009.jpg"

Inleiding

Op circa 700 m ten noorden van het plangebied ligt een tankstation met een lpg-verkooppunt. Vanwege deze grote afstand, valt het plangebied buiten de invloedssfeer van deze risicovolle inrichting (grootste afstand 150 meter, invloedsgebied groepsrisico).

Daarnaast ligt op meer dan 1 km ten zuiden van het plangebied eveneens een lpg-tankstation. Hiervoor geldt eveneens dat een risico niet aanwezig is.

Overige risicovolle inrichtingen zijn niet aanwezig in de (directe) nabijheid van het plangebied, waardoor geen belemmeringen aanwezig zijn ten aanzien van het planvoornemen.

4.3.2 Vervoer van gevaarlijke stoffen

Het thema 'vervoer van gevaarlijke stoffen' kan worden onderverdeeld in wegen, spoor en water. In 2001 en 2003 zijn voor deze onderdelen risicoatlassen opgesteld, waarin is vermeld of langs de route een plaatsgebonden risico en/of groepsrisico aanwezig is. Tevens zijn voor rijkswegen in 2006-2007 nieuwe verkeerstellingen verricht.

Het Rijk is op dit moment bezig met het opstellen van nieuwe wetgeving rond transportroutes: het Besluit transportroutes externe veiligheid (Btev). Deze wetgeving gaat de huidige Circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen vervangen en treedt naar verwachting in 2012 in werking.

Daarnaast heeft de provincie Groningen in het Provinciaal Basisnet Groningen, in relatie tot het Besluit transportroutes externe veiligheid, rond alle provinciale wegen in haar provincie zones aangewezen (hierin worden ook de zones rond rijkswegen, spoorwegen en vaarwegen vermeld).

Het navolgende onderzoek is mede toegespitst op deze nieuwe wetgeving.

ONDERZOEK

Het Provinciaal Basisnet Groningen geeft aan dat binnen de gemeente Slochteren over, onder andere, de N387 vervoer van gevaarlijke stoffen plaatsvindt.

De N387 ligt op circa 60 m ten noordwesten van het plangebied. Deze weg beschikt niet over een veiligheidszone (PR-max, geen kwetsbare objecten toegestaan en beperkt kwetsbare objecten onder zwaarwegende voorwaarden). Deze weg heeft wel een Plasbrandaandachtsgebied (zone van 30 m waarbinnen geen nieuwe objecten met kwetsbare personen zijn toegestaan). Het plangebied valt hierbuiten.

Daarnaast dienen nieuwe ontwikkelingen binnen 200 m (groepsrisicoaandachtsgebied) van wegen waarover vervoer van gevaarlijke stoffen plaatsvindt, te worden getoetst aan het groepsrisico (eventueel met berekening) en dient een verantwoording plaats te vinden bij ontwikkelingen binnen het invloedsgebied van de wegen (ten aanzien van zelfredzaamheid en bestrijdbaarheid).

Het plangebied ligt binnen het groepsrisicoaandachtsgebied van de N387 en daarmee tevens binnen het invloedsgebied van deze weg. Het Steunpunt externe veiligheid heeft voor het onderhavige plan een groepsrisicoberekening uitgevoerd. Daaruit blijkt dat het groepsrisico ver onder de oriënterende waarde ligt. Volgens het Provinciaal Basisnet Groningen is voor deze ontwikkeling geen uitgebreide groepsrisicoverantwoording nodig. Het advies van het steunpunt is opgenomen in de bijlagen. De rekenbladen zijn separaat beschikbaar.

4.3.3 Buisleidingen

Aardgastransportleidingen zijn voor het plangebied relevant, vanwege de regelgeving op het gebied van externe veiligheid. Het voormalige Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer heeft het externe veiligheidsbeleid rondom aardgasleidingen (het Besluit externe veiligheid buisleidingen, Bevb) vernieuwd. Deze nieuwe wetgeving en de bijbehorende nieuwe afstanden (voor het plaatsgebonden risico en het groepsrisico) vormen het nieuwe afwegingskader.

ONDERZOEK

De risicokaart geeft ook de ligging van de buisleidingen weer. De dichtstbijzijnde aardgastransportleidingen liggen op circa 2,3 km ten zuiden van het plangebied. Door deze grote afstand treden geen belemmeringen op ten aanzien van het planvoornemen.