Plan:
Stadskanaal Kern
Status:
vastgesteld
Gemeente:
Stadskanaal
Plantype:
ex art. 10 WRO beheer/ontwikkeling
Artikel 13. Woonwagencentrum
13.1. Bestemmingsomschrijving

De op de kaart voor Woonwagencentrum aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. woonwagens;
  2. aan- en uitbouwen, en bijgebouwen en overkappingen bij woonwagens;

met daaraan ondergeschikt:

  1. groenvoorzieningen;
  2. parkeervoorzieningen;
  3. water;
  4. speelvoorzieningen;
  5. nutsvoorzieningen;

met de daarbijbehorende:

  1. tuinen, erven en terreinen;
  2. bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde.
13.2. Bouwvoorschriften
13.2.1. Woonwagens

Voor het bouwen van woonwagens gelden de volgende bepalingen:

  1. het aantal woonwagens mag ten hoogste 5 bedragen;
  2. een woonwagen mag uitsluitend vrijstaand worden gebouwd;
  3. de oppervlakte van een woonwagen mag ten hoogste 130 mē bedragen;
  4. de onderlinge afstand tussen de woonwagens mag niet minder dan 5 m bedragen;
  5. de goothoogte van een woonwagen mag ten hoogste 3 m bedragen;
  6. de bouwhoogte van een woonwagen mag ten hoogste 4 m bedragen.
13.2.2. Aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen

Voor het bouwen van aan- en uitbouwen, en bijgebouwen en overkappingen bij woonwagens gelden de volgende bepalingen:

  1. de gezamenlijke oppervlakte van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen per woonwagen mag ten hoogste 25 mē bedragen;
  2. de goothoogte van een aan- of uitbouw of bijgebouw mag ten hoogste 3 m bedragen;
  3. de bouwhoogte van een aan- of uitbouw of bijgebouw mag ten hoogste 3,5 m bedragen. ;
  4. de bouwhoogte van een overkapping mag ten hoogste 3 m bedragen.
13.2.3. Bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  1. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen mag ten hoogste 2 m bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erf- en terreinafscheidingen voor de naar de weg gekeerde gevel c.q. het verlengde daarvan ten hoogste 1 m mag bedragen;
  2. de hoogte van de overige bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingenzijnde, mag ten hoogste 5 m bedragen.
13.3. Gebruiksvoorschriften
13.3.1. Verbodsbepaling

Het is verboden de gronden en bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel, strijdig met de gegeven bestemming.

13.3.2. Strijdig gebruik

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in lid 13.3.1 wordt in ieder geval gerekend:

  1. het gebruik van gronden als standplaats voor meer dan 5 woonwagens;
  2. het gebruik van gronden en bouwwerken voor de uitoefening van een bedrijf;
  3. het gebruik van gronden en bouwwerken voor seksinrichtingen;
  4. het gebruik van gronden als standplaats voor kampeermiddelen;
  5. het gebruik van gronden voor de opslag van schroot-, afbraak- en bouwmaterialen, anders dan voor de uitvoering van krachtens de bestemming toegelaten bouwactiviteiten en werken en werkzaamheden;
  6. het gebruik van gronden voor de stalling en opslag van (aan het oorspronkelijk gebruik onttrokken) voer-, vaar- of vliegtuigen;
  7. het gebruik van gronden voor het storten van puin en afvalstoffen.
13.3.3. Meest doelmatige gebruik

Burgemeester en Wethouders verlenen vrijstelling van het bepaalde in lid 13.3.1, indien strikte toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, welke beperking niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.

13.4. Strafbepaling

Overtreding van het bepaalde in lid 13.3.1 wordt aangemerkt als een strafbaar feit in de zin van artikel 1a, onder 2° van de Wet op de economische delicten.