direct naar inhoud van 3.1 Rijksbeleid
Plan: Hippisch Recreatiepark
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0037.BP0902-vs01

3.1 Rijksbeleid

3.1.1 Rijksbeleid "Nota Ruimte"

De Nota Ruimte bevat de visie van het kabinet op de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland en bevat de ruimtelijke bijdrage aan een sterke economie, een veilige en leefbare samenleving en een aantrekkelijk land. Het schept ruimte voor ontwikkeling uitgaande van het motto 'decentraal wat kan, centraal wat moet' en verschuift het accent van het stellen van ruimtelijke beperkingen naar het stimuleren van gewenste ontwikkelingen.  De nota ondersteunt gebiedsgerichte ontwikkeling.

3.1.2 Recreatie en Toerisme

In de Nota Ruimte wordt geconstateerd dat het huidige aanbod van toeristisch-recreatieve voorzieningen (zowel kwantitatief als kwalitatief) onvoldoende aansluit bij de recreatiewensen van de samenleving. Het Rijk is van oordeel dat de recreatiesector de ruimte moet krijgen om te kunnen anticiperen op de veranderende behoefte van de recreanten en om zich tot economische drager van delen van het platteland te kunnen ontwikkelen. Provincies dienen in streekplannen voldoende ruimte te bieden om deze doelen te kunnen realiseren. Wat betreft recreatiewoningen wordt een nieuw ruimtelijk kader geboden. Dit ruimtelijke kader houdt in dat de mogelijkheden nieuwe recreatiewoningen te realiseren gelijk worden getrokken met de mogelijkheden voor reguliere woningen. Een aanvraag voor de bouw van een recreatiewoning kan alleen door de gemeente worden toegestaan als op die plaats ook een reguliere woning wordt toegelaten. Uitzondering op deze hoofdregel vormen complexen van recreatiewoningen met een bedrijfsmatige exploitatie. Onder bedrijfsmatige exploitatie wordt in dit kader verstaan het via een bedrijf, stichting of andere rechtspersoon voeren van een zodanige exploitatie, dat in de recreatieverblijven daadwerkelijk recreatief gebruik plaatsvindt. De woningen op dergelijke complexen hoeven niet te voldoen aan de wet- en regelgeving voor reguliere woningbouw.

3.1.3 Natuur

Rijk, provincies en gemeenten zijn verantwoordelijk voor de bescherming, instandhouding en ontwikkeling van de aanwezige bijzondere natuurwaarden en kenmerken van de Vogel- en Habitatgebieden, de Natuurbeschermingswetgebieden en de gebieden welke onderdeel uitmaken van de Ecologische Hoofdstructuur. Bescherming van daarbuiten gelegen gebieden wordt tot de verantwoordelijkheid van de provincies en gemeenten gerekend.

3.1.4 Zandwinning

Het Rijk heeft geen nieuw Structuurschema voor de winning van oppervlaktedelfstoffen opgesteld. De Ontgrondingenwet waarin de winning van oppervlaktedelfstoffen is vastgelegd. heeft een beperkte herziening ondergaan, waarbij de delen die gericht zijn op de sturing en coördinatie van de bouwgrondstoffenvoorziening per 1 januari 2009 zijn geschrapt. Het Rijk maakt hiermee kenbaar dat het de ontwikkelingen meer aan de markt wil overlaten. De wet is gericht op het toelaten van een ontgronding via een vergunningstelsel, met de mogelijkheid inrichtingseisen te stellen.