direct naar inhoud van Regels
Plan: Almere Poort - Muiderbos
Status: ontwerp
Plantype: uitwerkingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0034.UP4G01-on01

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

De begrippen, zoals opgenomen in het 'bestemmingsplan Almere Poort' (2007) en '1e partiële herziening bestemmingsplan Almere Poort' (2011) blijven van toepassing. Daarnaast wordt in deze regels verstaan onder:

1.1 plan

het uitwerkingsplan Almere Poort - Muiderbos van de gemeente Almere, vervat in de planverbeelding en deze regels.

1.2 planverbeelding

de gewaarmerkte kaart van het uitwerkingsplan Almere Poort - Muiderbos archiefnr.NL.IMRO.0034.UP4G01-on01, waarop de bestemmingen van de in het plan begrepen gronden zijn aangewezen.

1.3 geluidbelasting

De geluidbelasting zoals berekend overeenkomstig het Reken- en meetvoorschrift geluid 2012.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 2 Bos

2.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bos' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bos;
  • b. natuurontwikkeling;
  • c. recreatief medegebruik;
  • d. water en waterberging;
  • e. geluidwerende voorzieningen;

met de daarbij behorende:

  • f. verhardingen, voet- en fietspaden;
  • g. ontsluitingswegen;
  • h. kunstwerken en kunstobjecten;
  • i. waterhuishoudings- en nutsvoorzieningen;
  • j. overige functioneel met de bestemming Bos verbonden voorzieningen.

2.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de bepalingen uit

  • A. het bestemmingsplan 'Almere Poort' (NL.IMRO.00340000BP4alg01-)
  • B. het bestemmingsplan 'Almere Poort, 1e partiële herziening' (NL.IMRO.00340000BP4alg02-)
  • C. de volgende bepalingen:

Op de in lid 2.1 bedoelde gronden mogen ten behoeve van de bestemmingsomschrijving bouwwerken worden gebouwd met dien verstande dat de volgende maximale maten gelden:

  • a. ten aanzien van bouwwerken:
    • 1. bouwwerken ten behoeve van nutsvoorzieningen: bouwhoogte 6 meter, oppervlakte 25 m²;
  • b. ten aanzien van bouwwerken, geen gebouwen zijnde:
    • 1. erf- en terreinafscheidingen grenzend aan de openbare weg: bouwhoogte 1 meter;
    • 2. overige erf- en perceelafscheidingen: bouwhoogte 2 meter mits:
      • op een erf of perceel waarop al een gebouw staat waarmee de erf- of perceelafscheiding in functionele relatie staat,
      • achter de voorgevelrooilijn, en
      • op meer dan 1 meter van openbaar toegankelijk gebied, tenzij geen redelijke eisen van welstand van toepassing zijn;
    • 3. speelvoorzieningen en straatmeubilair: bouwhoogte 4,5 meter;
    • 4. geluidwerende voorzieningen: bouwhoogte 5 meter;
    • 5. lichtmasten: bouwhoogte 9 meter;
    • 6. antennes en masten ten behoeve van telecommunicatie, niet zijnde schotelantennes en zonder apparatuurkast: bouwhoogte 15 meter;
    • 7. kunstobjecten: bouwhoogte 6 meter, oppervlakte 10 m2;
    • 8. kunstwerken: bouwhoogte 3 meter;
    • 9. overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde: bouwhoogte 3 meter.

2.3 Specifieke gebruiksregels
  • a. Het is in ieder geval verboden de gronden te gebruiken voor de opslag van goederen;
  • b. Het bepaalde in lid 2.3 onder a is niet van toepassing op:
    • 1. het opslaan van stoffen die noodzakelijk zijn voor het normale onderhoud van de gronden en de daarbij behorende voorzieningen;
    • 2. het tijdelijk opslaan van materialen en werktuigen, welke nodig zijn voor de realisering of handhaving van de bestemming en aanduidingen.

Artikel 3 Verkeer

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wegen;
  • b. fiets- en voetpaden;
  • c. ongebouwde parkeervoorzieningen;
  • d. geluidwerende voorzieningen;

alsmede voor

  • e. kunstobjecten;
  • f. nutsvoorzieningen;
  • g. voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling;
  • h. groenvoorzieningen;
  • i. waterpartijen, watergangen, duikers, bermen en bermsloten.

3.2 Bouwregels
3.2.1 Algemene bouwregels

Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:

  • 1. gebouwen;
  • 2. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
3.2.2 Aanvullende bouwregels

Voor het bouwen gelden de bepalingen uit

  • A. het bestemmingsplan 'Almere Poort' (NL.IMRO.00340000BP4alg01-)
  • B. het bestemmingsplan 'Almere Poort, 1e partiële herziening' (NL.IMRO.00340000BP4alg02-)
  • C. de volgende bepalingen:
  • a. ten aanzien van bouwwerken:
    • 1. de bouwhoogte van gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen mag maximaal 3,5 meter bedragen;
    • 2. maximum oppervlak bouwwerken ten behoeve van nutsvoorziening: 25 m²;
  • b. ten aanzien van bouwwerken, geen gebouwen zijnde:
    • 1. lichtmasten: bouwhoogte 9 meter;
    • 2. antennes en masten ten behoeve van telecommunicatie, niet zijnde schotelantennes en zonder apparatuur: bouwhoogte 15 meter;
    • 3. straatmeubilair en reclameobjecten: bouwhoogte 6 meter;
    • 4. kunstobjecten: bouwhoogte 6 meter, oppervlakte 10 m²;
    • 5. kunstwerken: bouwhoogte 15 meter;
    • 6. speel- en sportvoorzieningen: bouwhoogte 5 meter;
    • 7. geluidwerende voorzieningen: bouwhoogte 5 meter;
    • 8. erf- en terreinafscheidingen: bouwhoogte: 2 meter;
    • 9. overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde: bouwhoogte 3 meter.

Artikel 4 Wonen - 1

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen, al dan niet in combinatie met ruimte voor de uitoefening van aan-huis-verbonden beroepen dan wel bedrijfsmatige activiteiten aan huis;
  • b. met de daarbij behorende:
  • c. erven;
  • d. groenvoorzieningen en water;
  • e. parkeervoorzieningen;
  • f. toegangswegen, in- en uitritten;
  • g. overige functioneel met het wonen verbonden voorzieningen;

met dien verstande dat

  • h. de (gevel)belasting van geluidsgevoelige bestemmingen genoemd in 4.1 en zoals gedefinieerd volgens de Wet geluidhinder (inclusief het Besluit geluidhinder), niet meer mag bedragen dan de desbetreffende geldende voorkeursgrenswaarde volgens de Wet geluidhinder (inclusief het Besluit geluidhinder) danwel het door de provincie op 14 maart 2003 vastgestelde Besluit Hogere Waarden in bijlage 2 en de voorwaarden zoals genoemd in de bij deze regels behorende Bijlage 3 Geluidregeling Almere Muiderbos en Bijlage 4 Borgingsregels geluid.

4.2 Bouwregels
4.2.1 Algemene bouwregels

Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:

  • a. gebouwen;
  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
4.2.2 Aanvullende bouwregels

Voor het bouwen gelden de bepalingen uit

  • A. het bestemmingsplan 'Almere Poort' (NL.IMRO.00340000BP4alg01-)
  • B. het bestemmingsplan 'Almere Poort, 1e partiële herziening' (NL.IMRO.00340000BP4alg02-)
  • C. het bestemmingsplan 'Chw bestemmingsplan Algemene regels woningsplitsing en kamerbewoning' (NL.IMRO.0034.BPPAR04-vg01)
  • D. het bestemmingsplan 'Parapluherziening parkeren' (NL.IMRO.0034.BPPAR03-vg01)
  • E. de volgende bepalingen:
  • a. ten aanzien van bouwwerken:
    • 1. gebouwen dienen uitsluitend binnen de bouwvlakken gebouwd te worden;
    • 2. uitsluitend grondgebonden woningen zijn toegestaan;
    • 3. het maximum aantal woningen bedraagt 85;
    • 4. de maximum goot- en bouwhoogte van gebouwen bedraagt 9 respectievelijk 11 meter;
  • b. ten aanzien van bouwwerken geen gebouwen zijnde:
    • 1. erf- en perceelafscheidingen: bouwhoogte 1 m;
    • 2. erf- en perceelafscheidingen: bouwhoogte 1,8 m mits:
      • op een erf of perceel waarop al een gebouw staat waarmee de erf- of perceelafscheiding in functionele relatie staat,
      • achter de voorgevelrooilijn, en
      • op de zijdelingse perceelsgrens, grenzend aan openbaar toegankelijk gebied, tenzij geen redelijke eisen van welstand van toepassing zijn;
      • op de achtererfgrens, grenzend aan openbaar toegankelijk gebied tot een maximum van 50% van de kavelbreedte;
    • 3. overige erf- en perceelafscheidingen: bouwhoogte 2 m mits:
      • op een erf of perceel waarop al een gebouw staat waarmee de erf- of perceelafscheiding in functionele relatie staat,
      • achter de voorgevelrooilijn, en
      • op meer dan 1 m van openbaar toegankelijk gebied, tenzij geen redelijke eisen van welstand van toepassing zijn;
    • 4. lichtmasten: bouwhoogte 9 meter;
    • 5. overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde: bouwhoogte 3 meter.

4.3 Specifieke gebruiksregels

Voor het gebruiken gelden de bepalingen uit

  • A. het bestemmingsplan 'Almere Poort' (NL.IMRO.00340000BP4alg01-)
  • B. het bestemmingsplan 'Almere Poort, 1e partiële herziening' (NL.IMRO.00340000BP4alg02-)
  • C. het bestemmingsplan 'Chw bestemmingsplan Algemene regels woningsplitsing en kamerbewoning' (NL.IMRO.0034.BPPAR04-vg01)
  • D. het bestemmingsplan 'Parapluherziening parkeren' (NL.IMRO.0034.BPPAR03-vg01)
  • E. de volgende bepalingen:
  • a. Het gebruik van ruimten in de woning (het hoofdgebouw en de bijbehorende bouwwerken) ten behoeve van aan-huis-verbonden beroepen of bedrijfsmatige activiteiten aan huis dan wel detailhandel wordt als gebruik overeenkomstig de bestemming aangemerkt, voor zover wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
    • 1. tot 33% van het gezamenlijk brutovloeroppervlak van het hoofdgebouw en bijbehorende bouwwerken mag voor een aan-huis-verbonden beroep en/ of bedrijfsmatige activiteiten aan huis worden gebruikt;
    • 2. detailhandel mag worden uitgeoefend tot een maximum van 25 m2 verkoopvloeroppervlak, met dien verstande dat dit oppervlak deel uitmaakt van de onder 1 bedoelde 33% regeling;
    • 3. er wordt geen horeca uitgeoefend met uitzondering van ruimten voor bed & breakfast;
    • 4. het beroep of de activiteit wordt door de bewoner uitgeoefend; er is maximaal één extra fte in dienstverband toegestaan;
    • 5. catering, seksinrichtingen en munitie -en vuurwerkopslag zijn niet toegestaan.

4.4 Afwijken van de gebruiksregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 4.3 onder E, onder a, onverminderd het overig bepaalde in dat lid, om tot maximaal 50% van de gezamenlijke brutovloeroppervlak van de woning en de bijbehorende bouwwerken voor een aan-huis-verbonden beroep of bedrijfsmatige activiteiten aan huis te kunnen gebruiken, mits het gebruik:

  • a. niet leidt tot onevenredige hinder voor het woonmilieu en geen afbreuk doet aan het woonkarakter van de wijk of buurt;
  • b. geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer.

Artikel 5 Wonen - 2

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen, al dan niet in combinatie met ruimte voor de uitoefening van aan-huis-verbonden beroepen dan wel bedrijfsmatige activiteiten aan huis;
  • b. met de daarbij behorende:
  • c. erven;
  • d. groenvoorzieningen en water;
  • e. parkeervoorzieningen;
  • f. toegangswegen, in- en uitritten;
  • g. overige functioneel met het wonen verbonden voorzieningen.

met dien verstaande dat

  • h. de (gevel)belasting van geluidsgevoelige bestemmingen genoemd in 5.1 en zoals gedefinieerd volgens de Wet geluidhinder (inclusief het Besluit geluidhinder), niet meer mag bedragen dan de desbetreffende geldende voorkeursgrenswaarde volgens de Wet geluidhinder (inclusief het Besluit geluidhinder) danwel het de door de provincie op 14 maart 2003 vastgestelde Besluit Hogere Waarden in bijlage 2 en de daaraan gekoppelde voorwaarden zoals genoemd in de bij deze regels behorende Bijlage 3 Geluidregeling Almere Muiderbos en Bijlage 4 Borgingsregels geluid.
5.2 Bouwregels
5.2.1 Algemene bouwregels

Op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend worden gebouwd:

  • a. gebouwen;
  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
5.2.2 Aanvullende bouwregels

Voor het bouwen gelden de bepalingen uit

  • A. het bestemmingsplan 'Almere Poort' (NL.IMRO.00340000BP4alg01-)
  • B. het bestemmingsplan 'Almere Poort, 1e partiële herziening' (NL.IMRO.00340000BP4alg02-)
  • C. het bestemmingsplan 'Chw bestemmingsplan Algemene regels woningsplitsing en kamerbewoning' (NL.IMRO.0034.BPPAR04-vg01)
  • D. het bestemmingsplan 'Parapluherziening parkeren' (NL.IMRO.0034.BPPAR03-vg01)
  • E. de volgende bepalingen:
  • a. ten aanzien van bouwwerken:
    • 1. gebouwen dienen uitsluitend binnen de bouwvlakken gebouwd te worden;
    • 2. uitsluitend grondgebonden woningen zijn toegestaan;
    • 3. uitsluitend vrijstaande woningen zijn toegestaan;
    • 4. het maximum aantal woningen bedraagt 24;
    • 5. de maximum goot- en bouwhoogte van gebouwen bedraagt 9 respectievelijk 11 meter;
  • b. ten aanzien van bouwwerken geen gebouwen zijnde:
    • 1. erf- en perceelafscheidingen: bouwhoogte 1 meter;
    • 2. erf- en perceelafscheidingen: bouwhoogte 1,8 meter mits:
      • op een erf of perceel waarop al een gebouw staat waarmee de erf- of perceelafscheiding in functionele relatie staat,
      • achter de voorgevelrooilijn, en
      • op de zijdelingse perceelsgrens, grenzend aan openbaar toegankelijk gebied, tenzij geen redelijke eisen van welstand van toepassing zijn;
      • op de achtererfgrens, grenzend aan openbaar toegankelijk gebied tot een maximum van 50% van de kavelbreedte;
    • 3. overige erf- en perceelafscheidingen: bouwhoogte 2 meter mits:
      • op een erf of perceel waarop al een gebouw staat waarmee de erf- of perceelafscheiding in functionele relatie staat,
      • achter de voorgevelrooilijn, en
      • op meer dan 1 meter van openbaar toegankelijk gebied, tenzij geen redelijke eisen van welstand van toepassing zijn;
    • 4. lichtmasten: bouwhoogte 9 meter;
    • 5. overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde: bouwhoogte 3 meter.

5.3 Specifieke gebruiksregels

Voor het gebruiken gelden de bepalingen uit

  • A. het bestemmingsplan 'Almere Poort' (NL.IMRO.00340000BP4alg01-)
  • B. het bestemmingsplan 'Almere Poort, 1e partiële herziening' (NL.IMRO.00340000BP4alg02-)
  • C. het bestemmingsplan 'Chw bestemmingsplan Algemene regels woningsplitsing en kamerbewoning' (NL.IMRO.0034.BPPAR04-vg01)
  • D. de bepalingen uit het bestemmingsplan 'Parapluherziening parkeren' (NL.IMRO.0034.BPPAR03-vg01)
  • E. de volgende bepalingen:
  • a. Het gebruik van ruimten in de woning (het hoofdgebouw en de bijbehorende bouwwerken) ten behoeve van aan-huis-verbonden beroepen of bedrijfsmatige activiteiten aan huis dan wel detailhandel wordt als gebruik overeenkomstig de bestemming aangemerkt, voor zover wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
    • 1. tot 33% van het gezamenlijk brutovloeroppervlak van het hoofdgebouw en bijbehorende bouwwerken mag voor een aan-huis-verbonden beroep en/ of bedrijfsmatige activiteiten aan huis worden gebruikt;
    • 2. detailhandel mag worden uitgeoefend tot een maximum van 25 m2 verkoopvloeroppervlak, met dien verstande dat dit oppervlak deel uitmaakt van de onder 1 bedoelde 33% regeling;
    • 3. er wordt geen horeca uitgeoefend met uitzondering van ruimten voor bed & breakfast;
    • 4. het beroep of de activiteit wordt door de bewoner uitgeoefend; er is maximaal één extra fte in dienstverband toegestaan;
    • 5. catering, seksinrichtingen en munitie -en vuurwerkopslag zijn niet toegestaan.

5.4 Afwijken van de gebruiksregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.3 onder E, onder a, onverminderd het overig bepaalde in dat lid, om tot maximaal 50% van de gezamenlijke brutovloeroppervlak van de woning en de bijbehorende bouwwerken voor een aan-huis-verbonden beroep of bedrijfsmatige activiteiten aan huis te kunnen gebruiken, mits het gebruik:

  • a. niet leidt tot onevenredige hinder voor het woonmilieu en geen afbreuk doet aan het woonkarakter van de wijk of buurt;
  • b. geen nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer.

Hoofdstuk 3 Algemene regels

Artikel 6 Algemene aanduidingsregels

6.1 Milieuzone - zones wet Milieubeheer 2
6.1.1 Omschrijving gebiedsaanduiding
6.1.2 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de aanduiding 'Milieuzone - zones wet Milieubeheer 2' te wijzigen of te verwijderen, indien nieuwe technische inzichten, de verandering van wetgeving of nieuwe rekenmodellen daartoe aanleiding geven en/of de milieuzone-veroorzakende inrichting ter plaatse is gewijzigd of beëindigd.

6.2 Milieuzone - zones wet Milieubeheer 3
6.2.1 Omschrijving gebiedsaanduiding
  • a. Ter plaatse van de aanduiding 'Milieuzone - zones wet Milieubeheer 3' zijn geen geluidsgevoelige objecten toegestaan.
  • b. Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 6.2.1 onder a. voor geluidsgevoelige objecten onder de volgende voorwaarden:
    • 1. ten noorden van de kavel met de kadastrale aanduiding AMR04F 02297 G 0000 een geluid afschermende voorziening met een hoogte van tenminste 6 meter is gerealiseerd zoals aangegeven in Bijlage 1 behorend bij de regels.
    • 2. de karakteristieke geluidwering van de uitwendige scheidingsconstructie van een verblijfsgebied niet kleiner is dan het verschil tussen de ten hoogste geluidbelasting van 50 dB(A) in de avondperiode en 30 dB(A).

6.2.2 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de aanduiding 'Milieuzone - zones wet Milieubeheer 3' te wijzigen of te verwijderen, indien nieuwe technische inzichten, de verandering van wetgeving of nieuwe rekenmodellen daartoe aanleiding geven en/of de milieuzone-veroorzakende inrichting ter plaatse is gewijzigd of beëindigd.

6.3 Veiligheidszones - Vervoer gevaarlijke stoffen

Ter plaatse van de aanduiding 'Veiligheidszones - Vervoer gevaarlijke stoffen' kunnen burgemeester en wethouders met het oog op het aspect externe veiligheid, ter verhoging van de veiligheid en zelfredzaamheid van personen in gebouwen en ter verhoging van de bestrijdbaarheid, aan nieuwe en uitbreiding van kwetsbare objecten en/ of beperkt kwetsbare objecten nadere eisen stellen ten aanzien van:

  • a. de situering van gebouwen;
  • b. de inrichting van terreinen;
  • c. het ontwerp van gebouwplattegronden of de indeling van gebouwen;
  • d. de plaats, de afmeting en de inrichting van vluchtroutes en nooduitgangen.

Hierbij wordt advies ingewonnen van de Brandweer Flevoland en de brandpreventiemedewerkers van de gemeente Almere.

6.4 Vrijwaringszone - Dijk
6.4.1 Omschrijving gebiedsaanduiding

Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'Vrijwaringszone - Dijk' zijn de gronden mede bestemd voor de buitenbeschermingszone rondom een primaire waterkering.

6.4.2 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de aanduiding gebiedsaanduiding 'Vrijwaringszone - Dijk' te wijzigen of te verwijderen, indien:

  • a. een wijziging van de Keur en de bijbehorende Legger van het Waterschap Zuiderzeeland daartoe aanleiding geeft.
  • b. vooraf schriftelijk advies is ingewonnen bij de beheerder van de waterkering.

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

Artikel 7 Slotregel

Dit plan kan worden aangehaald onder de naam uitwerkingsplan 'Almere Poort - Muiderbos'.

Aldus vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders van Almere, d.d.

De secretaris, De burgemeester,