direct naar inhoud van 5.2 Wonen, werken en voorzieningen
Plan: Film-, Park-, Dans-, Verzetswijk en Lumièrepark
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0034.BP2FHKNRS01-oh01

5.2 Wonen, werken en voorzieningen

5.2.1 Wonen

Woningbehoefte en differentiatie

Almere kent een woningtekort. Dit blijkt uit het meest recente woningmarktonderzoek (Dimensus, 2006). Een deel van dit tekort betreft de bestaande stad. Hier is meer woningbouw nodig om de bestaande milieus te differentiëren, en om starters, zorgbehoevenden en senioren beter te kunnen faciliteren. Het doorlopen van een wooncarrière binnen wijk en stadsdeel is nu lastig (WoonAgenda, 2009)

Zeker in Stad Oost is differentiatie van de voorraad wenselijk (Programmaplan Stad, 2006). “Over 10 jaar zin de woonwijken aantrekkelijk en gevarieerd [...] Het woningaanbod is verbreed” (Kaderplan Bestaande Stad, Stadsdeelvisie Stad Oost, 2004). Meer in het bijzonder is het nodig om de groeiende starters- en seniorendoelgroep in Stad Oost in de huidige woonomgeving te kunnen huisvesten. Met de huidige voorraad is dit lastig, want deze is vooral gericht op gezinnen. Hiermee is sprake van een onwenselijke situatie, want “we willen zowel de jongeren als de ouderen behouden in de wijk [...] We streven een natuurlijk verloop in de wijk na” (Kaderplan Bestaande Stad, Stadsdeelvisie Stad Oost, 2004).

Woningbouw is een middel om dit te bewerkstelligen. De ontwikkelmogelijkheden in het gebied zijn echter grotendeels beperkt: hoofdlijn van het plan is consoliderend.

Mogelijkheden in plangebied

Op kleine schaal zijn er mogelijkheden om woningbouw te ontwikkelen binnen de buurtcentra. Deze zullen worden verlevendigd. Potentiële locaties: omgeving van het Walt Disneyplantsoen (Filmwijk) en Winkelcentrum Danswijk. In het bestemmingsplan maken we kleinschalige appartementencomplexen mogelijk, primair voor senioren: met lift, goede buitenruimte, eventueel voorzieningen in de plint, diverse prijssegmenten). De senioren hebben dan voorzieningen in de nabijheid. Denk hierbij aan de winkels, bushalte en overige (zorg)voorzieningen.

Om de voorraad flexibeler te maken met het oog op een veranderende vraag wordt aanpassing, uitbreiding, optopping, en zelfs samenvoeging en splitsing mogelijk gemaakt.

5.2.2 Werken

Kantoren

Op de kantorenlocatie aan de noordzijde van station Parkwijk kunnen zich momenteel kantoren vestigen. Dit gebruik houdt in de uitoefening van hoofdzakelijk administratieve werkzaamheden. Vanwege de vraag naar ruimte voor maatschappelijke voorzieningen wordt deze bestemming uitgebreid met maatschappelijke doeleinden en dienstverlening. Hierdoor wordt het aanbieden en/of leveren van commerciële en/of maatschappelijke diensten mogelijk. Ook worden er dan maatschappelijke voorzieningen toegestaan. Dit zijn (overheids)voorzieningen inzake welzijn, volksgezondheid, cultuur, religie, sport, onderwijs en daarmee gelijk te stellen sectoren. Uitgangspunt is dat parkeren op eigen terrein plaatsvindt. Voor wat betreft de maatschappelijke doeleinden worden geluidsgevoelige maatschappelijke functies uitgesloten vanwege de ligging langs de spoorlijn. Dit zijn voornamelijk voorzieningen op het gebied van onderwijs en volksgezondheid. Ook uit oogpunt van externe veiligheid gelden beperkingen voor gevoelige functies. De beperkingen zijn geregeld in de planvoorschriften en de nodige geluids- en veiligeheidszones zijn op de plankaart aangegeven.

Werken in de wijk

In Filmwijk, Verzetswijk, Parkwijk en Danswijk zijn bedrijven aan huis gevestigd. In het bestemmingsplan worden de mogelijkheden voor bedrijven aan huis verruimd conform het huidige beleid. Het uitgangspunt is dat bedrijven aan huis en beroepen aan huis kunnen worden gevestigd in de branches die in de Artikel 1 zijn omschreven. Het percentage bedrijfsruimte mag maximaal 50% van het oppervlak van de woning bedragen. Randvoorwaarden voor vestiging zijn in hoofdstuk 4 onder gemeentelijk beleid beschreven. Randvoorwaarde is onder meer dat de woning wordt bewoond door degene die er werkt en dat er geen verkeer- en parkeeroverlast wordt veroorzaakt.

De Nota kleine bouw (2009) bevat een - niet limitatief - overzicht van aan-huis-verbonden beroepen en bedrijfsmatige activiteiten die, met in achtneming van de criteria (gebruiksregels) in dit plan, aan huis kunnen worden uitgeoefend. Hieronder daarvan een weergave.

OMSCHRIJVING   VOORWAARDEN / TOELICHTING  
Vrije beroepen   Vb. notaris, huisarts, tandarts, accountant  
Uitgeverijen   Kantoren  
Grafische afwerking   -  
Reproductiebedrijven opgenomen media   -  
Vervaardiging van sieraden e.d.   -  
Reparatie t.b.v. particulieren   Vb. fiets, maar reparatie van auto's en
motorfietsen vallen hier niet onder  
Reisorganisaties   -  
Verzekeringsbedrijf/kantoor   -  
Verhuur van en handel in onroerend goed   -  
Computerservice- en informatietechnologiebureaus e.d.   -  
Maatschappij- en geesteswetenschappelijk onderzoek   -  
Hoveniersbedrijven   Bedoeld wordt een eenmanszaak die zijn
auto thuis parkeert, kantoor aan huis heeft
en eventueel een aantal spullen opslaat.
Het mag geen kwekerij zijn.  
Meubel- en woningstoffeerderijen   -  
Cursussen   -  
Workshops   -  
Internetbedrijven   Geen verkoop aan huis.  
Kantoor algemeen   -  
Schoonheidsspecialisten, pedicures en manicures   -  
Bed & breakfast   Het gaat om het laten gebruiken van
normale slaapkamers in een woning door
reizigers/ vakantiegangers, waarbij eventueel
ook ontbijt mogelijk is. Ten hoogste
zijn 5 gasten tegelijk mogelijk. Ook moet
de woning wel een woning blijven. Er mag
geen complete verbouwing plaatsvinden
tot een hotel. De eigenaar/ exploitant moet
er ook blijven wonen.  
Gastouderschap, niet zijnde kinderdagverblijven   Opvang binnen de eigen woning, geen
verbouwingen, geen professionele
organisatie.  
Wassalons en wasserettes   Geen wasmachines/ drogers, alleen
inzameling en afleveren van kleding.  
Kappers   -  
Buiten de hierboven genoemde gevallen   Activiteiten die naar aard en invloed op de
omgeving vergelijkbaar zijn met
bovengenoemde activiteiten.  

Behalve bedrijven aan huis zijn er in de wijken ook kleinschalige bedrijfsruimten gevestigd. Deze bedrijfsruimten liggen veelal op goed bereikbare locaties, bijvoorbeeld op de hoeken van straten, van buurtontsluitingswegen. Ze zijn niet altijd aan een woning gekoppeld en hebben meestal een eigen ingang. In deze bedrijfsruimten kunnen voorzieningen en bedrijven uit milieucategorie 1 en 2 worden gevestigd, die zijn opgenomen in de bij dit bestemmingsplan gevoegde bedrijvenlijst. Ook vestiging van detailhandel en horeca, opgenomen in categorie 1 uit de Staat van Horeca-activiteiten is op nader aangewezen plekken mogelijk. De bedrijfsruimten hebben een oppervlak van maximaal ca. 100 á 150 m2 bvo. In het bestemmingsplan wordt mogelijk gemaakt dat het aantal zelfstandige bedrijfsruimten kan toenemen. De betreffende locaties zijn hiertoe op de plankaart voorzien van de een gemengde bestemming, waarbinnen zowel wonen als werken is opgenomen. Het bestemmingsplan maakt het daarmee mogelijk dat een aantal locaties die nu nog woning zijn, (deels) kunnen omkleuren naar bedrijfsruimte.

Ook op daartoe aangewezen locaties grenzend aan de buurtcentra wordt omkleuring naar bedrijfsruimten mogelijk gemaakt. Deze locaties hebben een woonbestemming, maar via een wijzigingsbevoegdheid is omkleuring mogelijk naar een gemengde bestemming. Rond elk buurtcentrum (Filmwijk Zuid, Danswijk en Parkwijk) is omkleuring van maximaal 10 woningen naar bedrijfsruimten toegestaan. Het oppervlak is maximaal ca. 100 á 150 m2 bvo per bedrijfsruimte. Ook in deze bedrijfsruimten is vestiging van voorzieningen en bedrijven uit milieucategorie 1 en 2 mogelijk, die zijn opgenomen in de bij dit bestemmingsplan gevoegde bedrijvenlijst. Verder is vestiging van detailhandel en horeca, opgenomen in categorie 1 uit de Staat van Horeca-activiteiten, mogelijk (zie hierna).

Voor de Cinemadreef, een stadsboulevard in wording, is op de begane grond nu zowel aan noord- als zuidzijde bedrijfsvestiging mogelijk gemaakt.

5.2.3 Voorzieningen

Detailhandel en horeca

In hoofdstuk 3 is beschreven dat er in het plangebied buurtsteunpunten zijn gevestigd in Danswijk (Salsastraat) en Filmwijk (Walt Disneyplantsoen). Het winkelcentrum van Parkwijk heeft de omvang van een groot buurtwinkelcentrum of klein wijkwinkelcentrum. De huidige functie van deze buurtcentra wordt in het bestemmingsplan voorgezet. De uitgangspunten van beleid inzake de kenmerken van een buurt- en wijkwinkelcentrum zijn beschreven in hoofdstuk 4. Om buurtwinkelcentra in de bestaande gebieden voldoende trekkracht te bieden, kan een supermarkt onder een aantal randvoorwaarden (zie hoofdstuk 4) in omvang uitbreiden tot maximaal ca. 1.200 m2 wvo (d.w.z. maximaal ca 1.500 m2 bvo). In een wijkwinkelcentrum bedraagt de maximale omvang van een supermarkt ca. 1.500 m2 wvo (d.w.z. maximaal ca. 1.900 m2 bvo). Feit is evenwel dat de supermarkt in wijkwinkelcentrum Parkwijk aanzienlijk groter is en recent nog met ca 350 m2 wvo is uitgebreid op basis van het voorgaande bestemmingsplan. De in het onderhavige plan toegestane oppervlakte van 3200 m2 bvo gaat dus verder dan genoemd beleid, omdat de bestaande situatie hierin is vastgelegd (positief is bestemd).

Voor wijkwinkelcentra bij NS-stations wordt de mogelijkheid bezien om als aanvulling op de full-service formule een lager segment supermarkt (discount, prijsvechter) toe te voegen. Kijkend naar de ruimtelijke mogelijkheden bij NS-station Parkwijk zou een plek voor zo'n vestiging in de toekomst kunnen worden gevonden aan de noordzijde van het station. Op het moment van totstandkoming van dit bestemmingsplan is het beleid op dit punt echter nog niet nader uitgewerkt en zijn de marktontwikkelingen nog onvoldoende in beeld. In dit bestemmingsplan is met een tweede supermarkt dan ook geen rekening gehouden.

Voor Parkwijk geldt momenteel de 3-jarige pilot "Detailhandel aan Huis". Dit maakt de vestiging mogelijk van zeer kleinschalige winkels aan huis. De oppervlakte is daarbij beperkt tot maximaal 25 m2 wvo. De verdere randvoorwaarden, zoals geen verkeer- en parkeeroverlast veroorzaken, zijn in hoofdstuk 4 beschreven. De pilot wordt uitgevoerd om de vestigings- en huisvestingsmogelijkheden voor starters in de detailhandel te vergroten.

De vestigingslocaties voor horeca uit de bestaande bestemmingsplannen worden overgenomen in dit herziene bestemmingsplan. Daarbij is vestiging van lichte en middelzware horeca mogelijk in de buurtwinkelcentra. Dit is horeca opgenomen in categorie 1 en 2 uit de Staat van Horeca-activiteiten. Verder is er onder meer beperkte vestiging van horeca (categorie 1) mogelijk in bedrijfsruimten. De vestigingsmogelijkheden zijn eerder in deze paragraaf nader omschreven onder werken in de wijk. In de Horecanota is opgenomen dat bij herziening van een bestemmingsplan specifiek wordt aangegeven welke ruimten voor horeca worden bestemd. Per wijk wordt een maximum gesteld aan het totaal aantal te vestigen horecabedrijven in bedrijfsruimten. Voor Filmwijk zijn dat maximaal 6 horecavestigingen in maximaal 6 bedrijfsruimten en voor Verzetwijk, Parkwijk en Danswijk in iedere wijk maximaal 3 horecavestigingen in maximaal 3 bedrijfsruimten.

In het Lumiérepark zijn twee horecalocaties (categorie 1a of 1b) opgenomen, respectievelijk op de kop aan de noordzijde van het park dichtbij het stadscentrum en iets zuidelijker, direct aan het Weerwater. Het gaat hierbij om lichte horeca, bijv. in de vorm van een restaurant of theehuis. Logiesmogelijkheden en bezorg- en afhaalservice worden uitgesloten. De totale oppervlakte bedraagt maximaal ca. 600 m2 voor de meest noordelijke locatie, inclusief een eventuele dienstwoning. Voor de andere mogelijke horecavestiging aan de waterzijde (noordelijk van de Tuschinskypier) is de maximale oppervlakte (bvo) gesteld op 350 m2.Een combinatie met een water-recreatieve activiteit, zoals botenverhuur, is denkbaar. Dan kan in totaal maximaal 600 m2 bvo worden gerealiseerd. Bij vestiging van horeca worden deze locaties vanuit het stadscentrum voor de auto toegankelijk gemaakt ten behoeve van de bevoorrading, i.v.m. toegankelijkheid voor gehandicapten en voor de ondernemer. Voldoende parkeergelegenheid voor bezoekers is er op het parkeerterrein naast het Flevoziekenhuis. Ook in het op te stellen bestemmingsplan voor de Oostkavels, waarvan het parkeerterrein deel uitmaakt, wordt rekening gehouden met de nodige parkeergelegenheid voor deze horecavestiging(en) in het Lumiérepark. Parkeren in de aangrenzende woonbuurt zal worden tegengegaan door uitbreiding van de blauwe zone.

Ontwikkeling basisonderwijs

Op dit moment staan er binnen Filmwijk, Danswijk en Parkwijk een groot aantal noodscholen om de piek in het basisonderwijs op te vangen. De piek is geweest en het aantal leerlingen in het gebied gaat dalen. Het aantal leerlingen dat het basisonderwijs bezoekt in Filmwijk, Parkwijk, Danswijk en Verzetswijk zal de komende periode geleidelijk afnemen. Concreet betekent dit dat er op de diverse locaties waar basisscholen staan lokalen vrij komen die niet meer nodig zijn voor het onderwijs. De afname van het aantal leerlingen zal zo geleidelijk verlopen dat de komende tien jaar nog geen (nood)schoolgebouwen kunnen verdwijnen. Waar lokalen in permanente dan wel tijdelijke gebouwen vrij komen, worden deze veelal ingezet om pieken in andere aangrenzende gebieden op te vangen.

Vanaf september 2007 hebben de basisscholen een verplichting om de leerlingen voor- en na schoolse opvang aan te bieden. Deze opvang kan in de scholen plaatsvinden, in de vrijkomende lokalen, of op plekken elders in de wijk. Het vrijkomen van locaties is de komende tien jaar niet aan de orde.

De Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling van de gemeente heeft zeer recent op basis van de lange termijn leerling-prognose primair onderwijs 2011-2035, Parkwijk / Danswijk getoetst op de capaciteit versus de behoefte aan onderwijslokalen. Hierbij is geconstateerd dat per augustus 2012 de lokalen van de schoolwoningen aan de Mangostraat niet meer nodig zijn. Het huurcontract wat de gemeente heeft met de ontwikkelaar zal derhalve in 2012 worden beëindigd i.p.v. in 2015.

Ontwikkeling voortgezet onderwijs

Op stedelijk niveau is een prognose gemaakt van het aantal leerlingen in het voortgezet onderwijs tot 2030. De in paragraaf 3.2.3 genoemde scholen binnen het plangebied zullen zich op de bestaande locaties in het plangebied niet verder ontwikkelen. De toename van de leerlingstromen wordt opgevangen op andere locaties voor voortgezet onderwijs in de stad.


Dalende vraag naar peuterspeelzalen

Het aantal kinderen in de leeftijd van 2 tot 4 die een peuterspeelzaal bezoeken neemt af. Dit is niet alleen het gevolg van het dalende aantal kinderen in deze leeftijdsgroep binnen de wijken. Het aandeel kinderen dat een peuterspeelzaal bezoekt wordt kleiner. Naar de oorzaak hiervan is (nog) geen onderzoek gedaan, maar dit heeft waarschijnlijk te maken met het stijgende aandeel kinderen dat gebruikt maakt van kinderopvang. Als kinderen één of meer dagen de kinderopvang bezoeken, gaan zij doorgaans niet naar een peuterspeelzaal. De behoefte aan peuterspeelzalen zal verminderen. Een aantal locaties zal vervallen.


Uitbreiding kinderopvang

De vraag naar plekken in de kinderopvang 0-4 jaar hangt sterk samen met de economie en de werkgelegenheid. Met de invoering van de Wet Kinder Opvang in 2005/2006 behoorden de wachtlijsten voor kinderopvang tot het verleden. Met een aantrekkende economie en groei van het aantal banen kan de vraag naar het aantal plaatsen weer toenemen. Locaties voor kinderopvang blijken een sterk wijkoverstijgende functie te hebben. Het aantal kinderen in de leeftijdsgroep 0-4 neemt in Filmwijk, Verzetswijk, Danswijk en Parkwijk sterk af. Deze voorzieningen voor kinderopvang blijven echter kinderen trekken, bijvoorbeeld uit naburige jongere wijken, zoals Tussen de Vaarten.


Wonen-zorg-welzijn

Mensen met een hulpvraag (ouderen en gehandicapten) blijven tegenwoordig langer zelfstandig wonen. Dit betekent dat woningen aangepast moeten worden voor deze mensen en dat er ruimte moet zijn de realisatie van kleinschalige zorgvoorzieningen / servicepunten die aan deze woningen gekoppeld zijn. Op stedelijk niveau is een raming gemaakt van de behoefte aan zorgwoningen en bijbehorende voorzieningen. Deze is nog niet per stadsdeel (en wijken) uitgewerkt. Zeker is dat ook de bestaande stad in de groeiende vraag naar zorgwoningen en voorzieningen zal moeten voorzien. Dit kan deels gefaciliteerd worden in de bestaande woningvoorraad, door aanpassing of functiewijziging.

Behoefte aan ruimte voor initiatieven in de bestaande stad

Er is overal in de bestaande stad een grote behoefte aan ruimte om voorzieningen / vestigingen toe te kunnen voegen of uit te kunnen breiden.

Concreet speelt de uitbreiding van Meregaard, met o.a. onderwijsfaciliteiten. De uitbreiding vind plaats op de bestaande locatie, op het eigen terrein.

De planvoorschriften bieden middels gemengde bestemmingen voor de wijk- en buurtcentra als ook voor de overige clusters met in hoofdzaak maatschappelijke functies, voldoende vestigings- en uitbreidingsmogelijkheden. De nadruk ligt dus op verdichting binnen bestaande clusters. Realisering van goede parkeeroplossingen als ook behoud van voldoende en waar mogelijk verbetering van groen- en verblijfsvoorzieningen vormen daarbij steeds belangrijke uitgangspunten.