direct naar inhoud van Artikel 3 Groen
Plan: Bestemmingsplan Woningbouwlocatie Marum West
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0025.BPMW12UITB1-VA01

Artikel 3 Groen

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen;
  • b. water (berging);
  • c. het behoud, het herstel en/of de ontwikkeling van de landschappelijke en/of natuurlijke waarden van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - laan';

met de daarbij behorende:

  • d. voet- en fietspaden.

In de bestemming zijn ontsluitingspunten voor zowel het autoverkeer als voor het langzaam verkeer begrepen, ter plaatse van respectievelijk de aanduiding 'ontsluiting' en de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - ontsluiting lang-zaam verkeer', met dien verstande dat een verschuiving van 15 m ter plaatse van deze aanduidingen mogelijk is.

3.2 Bouwregels

3.2.1 Op deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

3.2.2 Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:

  • de bouwhoogte bedraagt niet meer dan 3 m.

3.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde of van werkzaamheden

3.3.1 Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders voor de gronden voorzien van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - laan' de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het aanbrengen of verwijderen van boom- en struikbeplanting;
  • b. het ontgronden, afgraven, ophogen en egaliseren van gronden;
  • c. het aanleggen of verharden van paden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen.

3.3.2 Het onder 3.3.1 bedoelde verbod is niet van toepassing op:

a. werken en werkzaamheden die het normale onderhoud en het be-heer van het gebied betreffen;

b. die reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit bestemmingsplan.

3.3.3 De onder 3.3.1 bedoelde omgevingsvergunning wordt niet verleend, indien er onherstelbare schade aan de landschappelijk en/of natuurlijke waarde van de laanbeplanting wordt aangebracht.