direct naar inhoud van Ruimtelijke onderbouwing
Plan: Drachtsterweg 64 Opende
Status: concept
Plantype: projectbesluit
IMRO-idn: NL.IMRO.0015.PBBG11HERS1-VA01

Ruimtelijke onderbouwing

afbeelding "i_NL.IMRO.0015.PBBG11HERS1-VA01_0001.jpg"

Ruimtelijke onderbouwing

Drachtsterweg 64 te Opende

Behorende bij bouwaanvraag, nummer W20100090

April 2011

Inhoudsopgave

Projectbeschrijving

Ruimtelijke onderbouwing

2.1 Beleidskader

2.2 Ruimtelijke overwegingen

2.3 Ecologische waarden

2.4 Archeologie

2.5 Bodem

2.6 Geluid

2.7 Luchtkwaliteit

2.8 Externe veiligheid

2.9 Water

2.10 Economische uitvoerbaarheid

Bijlage I : Kadastrale kaart op schaal

Bijlage II : Luchtfoto op schaal

Bijlage III: Verbeelding van de bestemmingsplankaart

Bijlage IV: Artikel 19 van de bestemmingsplanregels

Bijlage V: Bouwtekeningen

Bijlage VI: Kaart externe veiligheid

Bijlage VII: Verkennend bodemonderzoek

1. Projectbeschrijving

Op 27 september 2010 is een principeverzoek ingediend voor het oprichten van een nieuwe woning met losstaande bedrijfsruimte op het perceel plaatselijk bekend Drachtsterweg 64 Opende, kadastraal bekend gemeente Grootegast, sectie F, nummer 3865. Nadat het college van burgemeester en wethouders hier op 2 november 2010 een positief besluit op heeft genomen is op 28 december 2010 voor dit plan een omgevingsvergunning aangevraagd.

De aanvrager is van plan het perceel Drachtsterweg 64 te Opende te kopen en een nieuwe woning met losstaande bedrijfsruimte op te richten. De aanvrager heeft een zelfstandig voegwerkbedrijf en wil de schuur gaan gebruiken voor opslag van materialen. Op het perceel is momenteel geen bebouwing aanwezig. Enige tijd geleden is het gebouw op het perceel Drachtsterweg 64 te Opende afgebrand. Het gebouw diende voor maatschappelijke doeleinden. In eerste instantie werd het gebouw gebruikt als clubhuis door de Stichting Jeugdzorg 'De Bunker'. Later hebben er activiteiten van de buurtvereniging plaatsgevonden in het gebouw, dat bekend staat als 'De Stjelp'. Voordat het gebouw afbrandde is er enige tijd geen gebruik gemaakt van het gebouw.

2. Ruimtelijke onderbouwing

2.1 Beleidskader

Bestemmingsplan

Het principeverzoek en de aanvraag voor omgevingsvergunning hebben betrekking op het perceel plaatselijk bekend Drachtsterweg 64 te Opende, kadastraal bekend gemeente Grootegast, sectie F, nummer 3865. Dit perceel valt binnen het bestemmingsplan gBuitengebied Grootegasth en heeft daarin de bestemming 'Maatschappelijk'. Artikel 19 van de bestemmingsplanregels is hierop van toepassing. De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor maatschappelijke voorzieningen, met bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouw zijnde, tuinen, erven, terreinen en parkeervoorzieningen.

Nieuwbouwruimte

In het Besluit nieuwbouwruimte (brief van de provincie Groningen, ontvangen op 8 december 2009) is voor de periode 2008 tot en met 2018 voor de gemeente Grootegast de nieuwbouwruimte definitief vastgesteld op 550 woningen. De uitbreiding van de woningvoorraad is gesteld op 450 woningen en er zijn 100 eenheden gereserveerd voor vervanging na sloop.

De gemeente Grootegast zal gelet op de huidige economische recessie de aantallen die geprogrammeerd zijn in het overzicht nieuwbouwbehoefte (periode tot 2018), verdeeld in jaarschijven, naar alle waarschijnlijkheid niet bewerkstelligen. Op grond van de recentelijk opgestelde grondexploitatie-berekeningen blijkt dat het aantal verkochte bouwkavels in 2009 geschiedt in een aanmerkelijk lager uitgifte tempo, in vergelijking met voorgaande jaren. Het is gerechtvaardigd om te stellen dat op basis van de huidige marktvooruitzichten de planning van jaarlijks 45 woningen (de nieuwbouwbehoefte) gemiddeld gezien niet zal worden bereikt. Dit geldt in belangrijke mate voor het plan Caspar de Robles in Grootegast, doch tevens voor de plannen Kroonsfeld in Oldekerk en plan Drachtsterweg (fase 3) in Opende.

Deze enkele woning aan de Drachtsterweg 64 Opende past ruimschoots binnen de nieuwbouwruimte van de gemeente Grootegast.

Provinciaal beleid

Op 17 juni 2009 is het Provinciaal Omgevingsplan Groningen (POP) 2009 ? 2013 door provinciale staten vastgesteld. In dit plan zijn het Streekplan, het Waterhuishoudingsplan, het Milieubeleidsplan en het Mobiliteitsplan ge?ntegreerd. In hoofdlijnen wordt in het POP het beleid voor de lange termijn geschetst, daarnaast wordt per thema het beleid meer concreet aangegeven. In relatie tot dit plan is vooral het beleid aangaande de kernen en het landelijk wonen van belang.

In het provinciale spreidingsbeleid ligt het accent op de stedelijke centra met een restrictief nieuwbouwbeleid op het platteland. Daar dient woningbouw met name in de centrumdorpen (als Grootegast) en aanvullend in de complete dorpen (als Oldekerk-Niekerk) te worden opgevangen. Vanwege het streven naar concentratie is de provincie terughoudend met het toestaan van het bouwen van nieuwe woningen in kleinere dorpen en het buitengebied.

In artikel 4.27 van de Omgevingsverordening is bepaald dat een bestemmingsplan niet voorziet in de vestiging van nieuwe woningen en nieuwe niet-agrarische bedrijven in het buitengebied. Lid 5 van dat artikel kent een ontheffingsmogelijkheid voor incidentele woningbouw ter verbetering van ruimtelijke kwaliteit. Uit het vooroverleg met de provincie Groningen is naar voren gekomen dat met de uitvoering van dit project de ruimtelijke kwaliteit ter plaatse wordt verbeterd en een ontheffing als bedoeld in artikel 4.27, lid 5 van de Omgevingsverordening is dan ook aangevraagd.

In het POP worden verder regioperspectieven geschetst. Het beleid aangaande het wonen in het Westerkwartier wordt onder meer ge?nt op:

– het opstellen van een gezamenlijk woonbeleidsplan, waarbij vooral ook aandacht wordt gegeven aan extra mogelijkheden voor moderne vormen van ouderenhuisvesting en de locatiekeuze daarvan ten opzichte van de voorzieningen;

– versterking van een netwerk van zorginstellingen met een gedifferentieerd zorgaanbod en het stimuleren van lokaal sociaal beleid;

– stimuleren en versterken van het culturele leven in de regio om zowel de cultuurparticipatie te bevorderen, als om de cultuurtoeristische functie van het gebied te versterken.

Voorts wordt in het regioperspectief gewezen op bijzondere landschapswaarde en de ontwikkeling van de voor de regio karakteristieke vormen van wonen. Herstructurering van de bestaande woningvoorraad acht het POP ook in de dorpen en op kleinere schaal dan in de steden een belangrijk aandachtspunt.

In de Nota Bouwen en Wonen (2001) wordt als centraal doel geschetst het cre?ren van een hoogwaardig woningaanbod in de provincie Groningen. Daarvoor moet de woonkwaliteit toenemen, waartoe de provincie de bestaande plannen voor 'transformatie' (sloop gevolgd door vervangende nieuwbouw of verkoop) fors wil verhogen. Dan moet wel de druk op de bestaande woningvoorraad afnemen. Daarom bevordert de provincie het sneller en meer bouwen van nieuwe woningen, om ruimte te cre?ren binnen de bestaande woningvoorraad.

2.2 Ruimtelijke overwegingen

Bestemming 'Maatschappelijk'

Op het perceel was het voormalig dorpshuis 'De Stjelp' gesitueerd. Deze is onlangs afgebrand en de grond staat nu te koop. De aanvrager wil het perceel kopen en een nieuwe woning met (losstaande) bedrijfsruimte oprichten. Dit gebruik past niet binnen de regels van de bestemming 'Maatschappelijk'. Binnen de bestemming 'Maatschappelijk' is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen om de bestemming te kunnen wijzigen in 'Wonen'. Van deze wijzigingsbevoegdheid kan in dit geval echter geen gebruik worden gemaakt, omdat als voorwaarde wordt gesteld dat de woonfunctie uitsluitend mag worden uitgeoefend in de voormalige bedrijfswoning. Omdat er in dit geval geen bedrijfswoning aanwezig is, vervalt deze optie.

Gebruik van het perceel

Het is de verwachting dat in de toekomst geen nieuwe maatschappelijk gebonden invulling aan het perceel zal kunnen worden gegeven. Het perceel zal daardoor moeilijk te verkopen zijn. Dit blijkt ook uit het feit dat het gebouw al lang leeg stond voordat het ongelukkigerwijs afbrandde. Bovendien is de locatie in het buitengebied niet logisch, noch praktisch om een verdere invulling aan de bestemming 'Maatschappelijk' te geven. Het perceel ligt ver van de dorpskern van Opende, waardoor het onaantrekkelijk is voor maatschappelijke voorzieningen. Een bestemming 'Wonen' is vanuit ruimtelijk perspectief een goede invulling voor het perceel.

Planologische afwijking

Het ingediende bouwplan past binnen de regels van de bestemming 'Wonen' van het bestemmingsplan Buitengebied Grootegast. Binnen deze bestemming zou de omgevingsvergunning vergund kunnen worden. Er is echter strijdigheid met de bestemming 'Maatschappelijk'. Vandaar dat de gemeente dit bouwplan mogelijk wil maken middels een planologische afwijking op grond van artikel 2.12, eerste lid, onder a, sub 3 van de Wabo (voorheen: projectbesluit). De schuur heeft een oppervlakte van 130 m?. Volgens het bestemmingsplan mag maximaal 70 m? worden benut voor activiteiten betrekking hebbende op beroep en bedrijf aan huis. Door het college is aangegeven dat in dit uitzonderlijke geval de gehele schuur benut mag worden ten behoeve van beroepsmatige opslag.

2.3 Ecologische waarden

Het gebied kent vanuit oogpunt van gebiedsbescherming geen bijzondere waarden: het behoort niet tot de Ecologische hoofdstructuur en is evenmin gelegen binnen of nabij een Vogelrichtlijn- of Habitatrichtlijngebied. Ter bescherming van ecologische waarden dient bij ruimtelijke ingrepen een afweging te worden gemaakt in het kader van de Vogel- en Habitatrichtlijn en de Flora- en faunawet. Met de Vogel- en Habitatrichtlijngebieden levert Nederland een bijdrage aan een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden. De Vogelrichtlijn is gericht op het beschermen van de in het wild levende vogelsoorten en op de instandhouding van de habitatten die het leefmilieu voor deze soorten vormen. De Habitatrichtlijn is gericht op het instandhouden van natuurlijke en halfnatuurlijke habitatten en bescherming van wilde flora en fauna. Er bevinden zich geen Vogel- en Habitatrichtlijngebieden in de directe omgeving van het plangebied.

Op 1 april 2002 is de Flora- en faunawet in werking getreden. De wet richt zich op de bescherming van in het wild levende planten en dieren. Met de komst van de Flora- en faunawet worden meer inheemse en uitheemse planten en dieren beschermd en is het beschermingsregime strenger geworden. Nieuw in de wet is dat dieren mede worden beschermd, omdat hun bestaan op zichzelf waardevol is, zonder te kijken welk nut de dieren voor de mens kunnen hebben. In de wet is onder meer bepaald dat beschermde dieren niet gedood, gevangen of verontrust mogen worden en planten niet geplukt, uitgestoken of verzameld. Bovendien dient iedereen voldoende zorg in acht te nemen voor in het wild levende planten en dieren. Daarnaast is het niet toegestaan om nesten, holen of andere voortplantingsplaatsen of vaste rust- of verblijfplaatsen van beschermde dieren te beschadigen, te vernielen of te verstoren.

Gezien de ligging van het perceel waar geen natuurgebieden in de directe omgeving aanwezig zijn, achten wij ecologisch onderzoek niet noodzakelijk. Bovendien is het perceel al bebouwd geweest. Er wordt enkel vervangende nieuwbouw gerealiseerd.

2.4 Archeologie

Archeologische waarden dienen op grond van het Verdrag van Malta (1992) te worden meegewogen in de besluitvorming over ruimtelijke ingrepen. Gezien het feit dat op het perceel vervangende nieuwbouw wordt gerealiseerd, wordt een archeologisch onderzoek niet noodzakelijk geacht. Indien er gedurende de bouwwerkzaamheden een zaak wordt aangetroffen waarvan redelijkerwijs kan worden aangenomen dat het een monument betreft zal op grond van artikel 53 van de Monumentenwet (1988) een melding gedaan moeten worden bij de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.

2.5 Bodem

Op het perceel is geen bodemonderzoek uitgevoerd en er zijn geen bodemonderzoeksgegevens bekend. Op het perceel heeft een buurtgebouw gestaan welke op 9 oktober 2009 volledig is afgebrand. Gelet op deze omstandigheid is sprake van een verdachte omstandigheid waarbij bodemverontreiniging niet kan worden uitgesloten. Een verkennend bodemonderzoek is dan ook noodzakelijk bij deze procedure.

Resultaten verkennend bodemonderzoek

In opdracht van de heer W.R. de Vries te Engwierum is door ingenieursbureau Boorsma in januari 2011 een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd op de locatie Drachtsterweg 64 te Opende.

Resumerend blijkt uit het verkennend bodemonderzoek dat in de bovengrond lichte verontreinigingen zijn vastgesteld van minerale olie en PAK. In de ondergrond zijn geen verontreinigingen aangetoond. In het grondwater zijn eveneens geen verontreinigingen vastgesteld. Zintuiglijk is in één boring puin aangetroffen.

Op grond van het bovenstaande en in het licht van de geformuleerde aanleiding van het onderhavige bodemonderzoek bestaan er geen milieuhygiënische belemmeringen voor de bouw van de nieuwe woning en schuur op de locatie Drachtsterweg 64 te Opende.

2.6 Geluid

Over de Drachtsterweg gaat een beperkt aantal voertuigen per etmaal (600-700 geëxtrapoleerd op basis van telgegevens uit 2001). De 50 dB(A) contour ligt dan ook binnen 5 meter vanaf de wegas. Gelet op geplande nieuwbouw van de woning is voor deze locatie geen HogereGrensWaarde-procedure noodzakelijk.

2.7 Luchtkwaliteit

Aangezien de beoogde ontwikkeling de realisatie voorziet van één nieuwe wooneenheid en nagenoeg geen extra verkeersbewegingen veroorzaakt, is hier sprake van een project dat in 'niet significante mate' bijdraagt aan de luchtverontreiniging. Daarom is een nadere verantwoording van het aspect luchtkwaliteit niet noodzakelijk.

2.8 Externe veiligheid

Binnen een straal van 1000 meter (zie bijlage VI) liggen geen relevante objecten met betrekking tot externe veiligheid. Binnen deze straal liggen onder andere een NAM-locatie aan de Kolonieweg en een gastransportleiding in noord-zuidrichting tussen Opende en Kornhorn naar en van genoemde NAM-locatie. Het perceel Drachtsterweg 64 Opende ligt ligt buiten de effectafstanden van deze objecten (zie bijlage VI).

2.9 Water

De gemeente hanteert als uitgangspunt dat hemelwater van afvalwater wordt gescheiden. Dit geschiedt door het hemelwater dat afstroomt van verharde oppervlakten zoals daken en wegen op te vangen. Het opgevangen water kan vervolgens worden geïnfiltreerd in de bodem danwel worden afgevoerd op naburig oppervlaktewater.

In onderhavige situatie wordt hemelwater opgevangen door middel van een dakgoot en geïnfiltreerd in de bodem.

Het waterschap eist bij iedere demping en/of toename van verhard oppervlak compensatie. Bij demping betekent dit dat er bijvoorbeeld in hetzelfde peilgebied een dergelijk sloot weer terug moet komen, of dat bestaande sloten moeten worden verbreed. Bij een toename van verhard oppervlakte bij wordt een compensatie(eis) van 10% van het verhard oppervlak gehanteerd. Aan de bestaande slotenstructuur zal dus open water toegevoegd moeten worden. (bv. door herprofilering van bestaande sloten en of graven nieuwe sloot). Reden hiervoor is dat ook het achterliggende peilgebied geen hinder van de toename van het verhard oppervlak zou moeten ondervinden.

In onderhavige situatie vindt er een netto afname van het verhard oppervlak plaats doordat de nieuw te realiseren gebouwen een lagere oppervlakte hebben (280 m?) dan de oorspronkelijke bebouwing (330 m?). Het achterliggende peilgebied zal derhalve geen hinder ondervinden van een wijziging in het verhard oppervlak.

Wateradvies korte procedure

De initiatiefnemer heeft Wetterskip Fryslan geinformeerd over het plan Drachtsterweg 64 Opende via de Digitale watertoets (www.dewatertoets.nl). Hiermee is bepaald dat het plan een zodanige invloed heeft op de waterhuishouding en de afvalwaterketen dat kan worden volstaan met een standaard wateradvies.

In dit advies staan de maatregelen die Wetterskip Fryslân adviseert om wateroverlast te voorkomen en het water in de sloten schoon te houden. Het is een standaard advies dat voor alle kleine plannen wordt gegeven. Hierdoor kan het voorkomen dat niet alle punten gelden voor het plan Drachtsterweg 64 Opende.

Probeer regenwater langzaam weg te laten lopen

Regenwater dat op een verhard oppervlak valt, gaat sneller naar het riool of een sloot dan regenwater dat op onverhard oppervlak valt (zoals gras of een groenstrook). Wanneer opeens veel water in de riolen en sloten komt kan dit wateroverlast geven. Het is daarom belangrijk dat het regenwater langzaam wegloopt. Dit kan op verschillende manieren. Vang het regenwater eerst in een regenton op, gebruik grasstenen ('open bestrating') voor de bestrating en bestraat niet het hele perceel maar laat wat stukken open met gras of andere beplanting.

Regenwater niet op het riool lozen

Wij adviseren om regenwater direct op een sloot te lozen en niet op het vuilwaterriool. De rioolwaterzuivering wordt dan niet onnodig belast met schoon regenwater. Dit is uiteraard alleen mogelijk als er een sloot dicht bij het perceel ligt.

Gebruik schone bouwmaterialen, gebruik geen chemische onkruidbestrijding

Regenwater dat op het plangebied valt, komt uiteindelijk altijd in het grondwater of in het oppervlaktewater. Voorkom watervervuiling door geen uitlogende bouwmaterialen zoals zink, koper en lood te gebruiken. Deze materialen zijn een belangrijke bron voor de vervuiling van ons water. Ook adviseren wij om geen chemische middelen voor onkruidbestrijding te gebruiken.

Vloeren minimaal een meter boven het grondwater

Wij adviseren om het vloerpeil (bovenkant vloer) van woningen en andere bouwwerken minimaal een meter boven het grondwaterpeil aan te leggen. Hierdoor wordt grondwateroverlast voorkomen.

Vergunningen die bij het waterschap moeten worden aangevraagd

Voor sommige werkzaamheden of activiteiten is een watervergunning van het waterschap nodig of moet een melding worden gedaan. Voorbeelden zijn

- het onttrekken en/of lozen van grondwater (bijvoorbeeld bronneringen),

- het lozen van afvalwater op het oppervlaktewater,

- het toepassen van grond in een watergang,

- het graven of dempen van sloten,

- de aanleg van dammen of duikers.

Meer informatie hierover is te vinden op onze website www.wetterskipfryslan.nl/waterwet.

Koude- en warmteopslag

Als sprake is van koude- en warmteopslag in de bodem wijzen wij u er op dat u hiervoor contact op dient te nemen met de provincie Fryslân. Een contactpersoon vindt u op www.wetterskipfryslan.nl bij het digitaal loket onder het kopje watertoets.

2.10 Economische uitvoerbaarheid

De kosten voor de uitvoer en eventuele daaruit voortvloeiende planschadeclaims komen in zijn geheel voor rekening van de aanvrager.