direct naar inhoud van 8.3 Overleg
Plan: Bestemmingsplan Poelestraat-achterzijde
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0014.BP481Poelestrac-oh01

8.3 Overleg

In het kader van het overleg, als bedoeld in artikel 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening, is het voorontwerp-bestemmingsplan gezonden aan:

  • 1. de provincie Groningen;
  • 2. de VROM-inspectie, Regio Noord;
  • 3. het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat – Directie Noord-Nederland;
  • 4. het Ministerie van Economische Zaken, Regio Noord;
  • 5. het Ministerie van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit - Directie Noord;
  • 6. de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed;
  • 7. het Ministerie van Defensie, Dienst Vastgoed Defensie, Directie Noord;
  • 8. de Commissie voor de Welstands- en Monumentenzorg;
  • 9. de brandweer;
  • 10. de N.V. Nederlandse Gasunie;
  • 11. het Waterschap Hunze en Aa's;
  • 12. de N.V. Waterbedrijf Groningen;
  • 13. KPN Telecom UTN Straalverbindingen;
  • 14. Essent netwerkbedrijf;
  • 15. Essent Lighting;
  • 16. Essent Kabelcom.

Dit heeft geleid tot een aantal schriftelijke reacties, die hieronder zijn samengevat en, voor zover ze daartoe aanleiding geven, van commentaar voorzien.

Provincie Groningen

Inhoud reactie

De provincie merkt op dat de planregels een aantal ontheffingsbevoegdheden voor het oprichten en het vergroten van de hoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, bevatten, die de bouw van reclamemasten hoger dan 6 meter niet uitsluiten. Dat acht zij in beginsel in strijd met artikel 4.14, lid 1, van de provinciale omgevingsverordening. Gelet op de ligging in de binnenstad is niet te verwachten dat binnen het plangebied reclamemasten zullen worden opgericht. Het gegeven dat in dit geval de inrichting van de fysieke omgeving de bouw van reclamemasten de facto uitsluit, brengt de provincie tot de conclusie dat er geen materieel belang is om te verlangen dat in de planregels de bouw van reclamemasten hoger dan zes meter wordt uitgesloten.

Commentaar

Hier wordt met belangstelling kennis van genomen.

VROM-inspectie, Regio Noord

Inhoud reactie

Geluid

De inspectie merkt op dat uit het akoestisch onderzoek blijkt dat voor een deel van de geluidsgevoelige objecten aan de Schoolstraat, de Sint Jansstraat en het Martinikerkhof geluidreducerende maatregelen moeten worden getroffen. Niet duidelijk is op welke wijze (financieel en materieel) gegarandeerd is dat de benodigde maatregelen ook daadwerkelijk worden gerealiseerd.

Cultureel erfgoed

De VROM-inspectie spreekt mede namens de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE) allereerst waardering uit over de voorliggende plannen. Het Groninger Forum zal een belangrijke impuls geven aan de leefbaarheid en de ruimtelijke kwaliteit van dit deel van de binnenstad. Het hoge ambitieniveau komt tot uiting in een eigentijdse ontwikkeling die zoveel mogelijk rekening houdt met de historische structuur.

De inspectie merkt op dat het plangebied ligt binnen het beschermd stadsgezicht Groningen. Volgens de toelichting bij het besluit tot aanwijzing van het beschermd stadsgezicht zijn voor de Poelestraat en een deel van de Schoolstraat en het Engelenpoortje de rooilijn, bebouwingschaal en het historisch bebouwingsbeeld beschermenswaardig. Deze bestaande kwaliteiten zouden op grond van artikel 36, eerste lid, van de Monumentenwet 1988 een verankering moeten krijgen in de verbeelding en de regels van de bestemmingsplannen, met name in het bestemmingsplan Poelestraat-achterzijde. Opgemerkt wordt dat ervoor is gekozen geen dubbelbestemming 'Waarde - Beschermd Stadsgezicht' te leggen op de plangebieden.

In de toelichting bij alle drie plannen wordt uitvoerig ingegaan op de cultuurhistorische waarden die beschreven zijn in de toelichting bij het aanwijzingsbesluit. Geconstateerd wordt dat de maatvoering (aantal bouwlagen) aan de ruime kant is met vijf bouwlagen aan de Poelestraat voorzijde en vier bouwlagen aan de achterzijde. Ook ontbreekt een bebouwingszone tussen voor- en achterzijde met een stringenter bouwregime, ter voorkoming van het geheel dichtbouwen van de achtererven tot vijf, respectievelijk vier bouwlagen. Met een ontheffing kunnen de maatvoeringseisen nog worden verruimd, waarmee het risico bestaat dat de maximale grenzen van de geboden bouwmogelijkheden worden gezocht.

Een overweging zou kunnen zijn de monumentencommissie een adviserende rol te geven bij het verlenen van dergelijke ontheffingen.

Om het bebouwingsbeeld beter te beschermen zouden naast de beschermde rijksmonumenten en de gemeentelijke monumenten in de plangebieden ook 'karakteristieke panden' aangeduid kunnen worden op de verbeelding.

Aandacht wordt gevraagd voor de vormgeving van de entree naar de parkeergarage aan de Schoolstraat. Wanneer deze entree in een gebouw wordt gesitueerd, waarvan de muren de rooilijn van de Schoolstraat volgen, dan wordt de aantasting van de historische structuur van dit gedeelte van de 'muurhuizen' voor een groot deel opgeheven.

Ten slotte wordt aandacht gevraagd voor de effecten van trillingen op monumenten tijdens de sloop-, aanleg- en bouwfase.

Commentaar

Geluid

De opmerkingen ten aanzien van het geluidsaspect hebben betrekking op het voorontwerpbestemmingsplan 'Forum'. Voor de beantwoording van deze reactie kan daarom worden verwezen naar de paragraaf Participatie en overleg in de toelichting van dat plan.

Cultureel erfgoed

De gemeente verwelkomt de uitgesproken waardering voor de planvorming.

De opmerkingen van de inspectie over de bescherming van cultuurhistorische waarden worden, voor zover die betrekking hebben op het voorliggende bestemmingsplan, deels gedeeld. Dit heeft geleid tot de volgende wijzigingen in het plan:

  • aan de Poelestraat-voorzijde wordt de maximale bouwhoogte verlaagd van vijf naar vier; aan de Poelestraat-achterzijde wordt de maximale bouwhoogte in het bouwvlak tussen het Engelenpoortje en de Schoolstraat verlaagd van vier naar drie;
  • aan de Poelestraat-voorzijde wordt de vloerindex in het bouwvlak tussen het Engelenpoortje en de Schoolstraat verlaagd van 3,6 naar 3.2;
  • op de plankaart wordt de bouwgrens aan de zijde van de Poelestraat-voorzijde aangegeven als gevellijn;
  • aan artikel 4 van de planregels wordt toegevoegd:

- in sublid 4.2.2 (bouwregels gebouwen): een nieuw onderdeel b (onder verlettering van de overige onderdelen), luidende:

ter plaatse van de aanduiding 'gevellijn' dient ononderbroken in de bouwgrens te worden gebouwd, met dien verstande dat, voor zover de bestaande bebouwing niet aaneen sluit, de bestaande opening in de gevelwand mag worden gehandhaafd;

- in lid 4.4 (afwijkingsbevoegd bouwregels) een nieuw onderdeel e (onder verlettering van de overige onderdelen), luidende: (burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van:.....) het bepaalde in sublid 4.2.2, onder b, ten aanzien van het ononderbroken bouwen in de bouwgrens, nadat de commissie, als bedoeld in artikel 15, lid 1, van de Monumentenwet 1988, is gehoord.

Met deze toevoeging zijn de waarden die de aanwijzing tot beschermd stadsgezicht beoogt te beschermen volgens de gemeente voldoende beschermd. Hierbij wordt erop gewezen dat het volledig volbouwen van het binnenterrein tot de maximaal toegelaten bouwhoogten als gevolg van de beperkingen, die de vloerindex stelt, niet mogelijk is. Er is daarom geen aanleiding voor een verdere differentiatie in de bouwregimes door middel van een apart maatvoeringsvlak voor de binnenterreinen, nog afgezien van de praktische bezwaren daartegen, omdat de grenzen daarvan immers niet op voorhand zijn te bepalen.

Voor een dubbelbestemming 'Waarde - Beschermd Stadsgezicht' is alleen reden, voor zover de basisbestemming de te beschermen waarden niet voldoende veilig stelt en met het oog daarop specifieke regels nodig zijn. In dit geval bieden echter de bouwregels, behorende bij de bestemming 'Centrum', voldoende bescherming, zodat er geen noodzaak is om aanvullend regels te stellen die aan een dergelijke bestemming kunnen worden gekoppeld.

Ook voor het geven van een aanduiding 'karakteristiek' wordt geen aanleiding gezien. Opgemerkt wordt dat verschillende panden in het plangebied zijn aangewezen als rijks- of gemeentelijk monument en dus al afdoende worden beschermd door de Monumentenwet 1988 en het vergunningstelsel in de Wabo. Voor de panden die een dergelijke status niet hebben, zou de bepleite aanduiding alleen zin hebben, wanneer daaraan in het plan specifieke regels (kunnen) worden gekoppeld ter handhaving van de uiterlijke verschijningsvorm. Van een noodzaak daarvoor is niet gebleken.

De opmerking over de vormgeving van de in- en uitrit van de parkeergarage heeft betrekking op het voorontwerpbestemmingsplan 'Forum'. Voor de beantwoording van deze reactie kan daarom worden verwezen naar de paragraaf Participatie en overleg in de toelichting van dat plan.

In het MER is op een aantal plaatsen ingegaan op het risico van trillingen als gevolg van sloop- en bouwwerkzaamheden. Er worden een aantal maatregelen genoemd, waardoor deze effecten kunnen worden gemitigeerd. Bij het aanbrengen van damwanden bijvoorbeeld zullen trillingsarme uitvoeringsmethoden moeten worden toegepast. In plaats van geheide zullen geboorde funderingspalen moeten worden gebruikt. Dergelijke maatregelen zullen in ieder geval worden toepepast bij de bouw van het Groninger Forum, de parkeergarage en fietsenkelder. Een nadere uitwerking hiervan moet echter nog plaatsvinden.

Commissie voor de Welstands- en Monumentenzorg

Inhoud reactie

De commissie acht het teleurstellend dat een aantal uitgangspunten voor het stedenbouwkundige plan niet in het bestemmingsplan worden genoemd en geregeld. Als voorbeelden kan de commissie onder meer noemen de parcellering, de (verschillen in) bouwhoogte, de entree/toegangen tot gebouwen en de minimale hoogte van het plint.

Ten slotte mist de commissie een welstandsparagraaf.

Commentaar

De opmerkingen met betrekking tot de vertaling van de stedenbouwkundige uitgangspunten in het bestemmingsplan worden deels onderschreven. De regels zijn dan ook op een aantal punten aangepast. Verwezen wordt naar het commentaar op de reactie van de VROM-inspectie in het vorenstaande. Het stellen van eisen aan de entree of toegangen van gebouwen is niet noodzakelijk uit oogpunt van een goede ruimtelijke ordening en leent zich derhalve niet voor regeling in een bestemmingsplan.

Met betrekking tot het ontbreken van een welstandsparagraaf in de toelichting wordt opgemerkt, dat de Wet ruimtelijke ordening geen grondslag biedt voor het opnemen van welstandseisen in een bestemmingsplan.

Brandweer

Inhoud reactie

Het voorontwerpbestemmingsplan geeft de brandweer geen aanleiding tot het maken van opmerkingen. Het plan is met het oog op mogelijke externe risico's ook voorgelegd aan de regionale brandweer, die eveneens geen opmerkingen heeft.

Waterschap Hunze en Aa's

Het waterschap deelt mee dat het voorontwerpbestemmingsplan geen aanleiding geeft tot het maken van op- of aanmerkingen.

Waterbedrijf Groningen

Inhoud reactie

Het waterbedrijf heeft geen bezwaren tegen het voorontwerp, mits geen graafwerkzaamheden vlak voor de gevel plaatsvinden.

Commentaar

Van deze opmerking is kennisgenomen.

KPN

Inhoud reactie

KPN geeft aan graag bij de nadere uitwerking van het plan betrokken te worden. Onderwerpen, die daarbij aan de orde kunnen komen, zijn onder andere het creëren van nieuwe en het handhaven van bestaande leidingentracés en het vrijhouden van de tracés van bomen en beplanting.

Commentaar.

Indien nodig zal bij de uitvoering van werkzaamheden in overleg met KPN worden getreden.