direct naar inhoud van 6.2 Bevoegdheid gemeenten en provincies
Plan: Dijkverbetering Hagestein - Opheusden
Status: vastgesteld
Plantype: inpassingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0000.IMip12DijkverbHOP-3000

6.2 Bevoegdheid gemeenten en provincies

De gemeenteraden, respectievelijk provinciale staten zijn, ingevolge artikel 3.28, vijfde lid, Wet ruimtelijke ordening vanaf het moment waarop het ontwerp van het rijksinpassingsplan ter inzage is gelegd, niet langer bevoegd tot vaststelling van een bestemmingsplan respectievelijk provinciaal inpassingsplan voor de gronden waarop het rijksinpassingsplan betrekking heeft. Deze bevoegdheid ontstaat weer tien jaar na vaststelling van het rijksinpassingsplan, dan wel eerder, indien het rijksinpassingsplan dat bepaalt.

In het onderhavige rijksinpassingsplan bestaat geen aanleiding om de bevoegdheid van gemeenteraden respectievelijk provinciale staten tot vaststelling van bestemmingsplannen respectievelijk provinciale inpassingsplannen binnen het plangebied gedurende de uitvoeringstermijn van het project op te schorten.

Het rijksinpassingsplan strekt er toe de uitvoering van verbeteringsmaatregelen ten behoeve van bestaande primaire waterkeringen mogelijk te maken. Deze maatregelen hebben voor het overgrote deel plaats binnen bestaande tracés van die waterkeringen. Na inwerkingtreding van het rijksinpassingsplan vast te stellen bestemmings- of inpassingsplannen dienen ingevolge het bepaalde in het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening (Barro) de bestemming «waterkering» te bevatten voor gronden waarop een primaire waterkering ligt of die de functie van primaire waterkering hebben. De ligging van de primaire waterkering blijkt uit de legger die door het Waterschap Rivierenland is vastgesteld. Het Barro verplicht derhalve om primaire waterkeringen met de bestemming «waterkering» in bestemmingsplan of inpassingsplan op te nemen. Op grond van artikel 2.11.3 van het Barro mogen door deze bestemmingsplannen of inpassingsplannen geen belemmeringen ontstaan voor het onderhoud, de instandhouding of de versterking van de primaire waterkering. Met deze regeling in het Barro is derhalve geborgd dat bestemmings- of inpassingsplannen niet aan de in het rijksinpassingsplan mogelijk gemaakte dijkverbeteringsmaatregelen in de weg zullen staan.

Gemeenteraden en provinciale staten mogen bestemmingsplannen respectievelijk inpassingsplannen vaststellen binnen het plangebied van het Rijksinpassingsplan Hagestein – Opheusden vanaf de dag na vaststelling van het onderhavige rijksinpassingsplan.

Verwacht wordt dat in die plannen de planologische regeling van dit rijksinpassingsplan wordt gerespecteerd, dan wel een daarvan afwijkende regeling uitsluitend met instemming van de waterkeringbeheerder en Onze Minister, wordt opgenomen. Indien dit niet gebeurt, zal overwogen worden door inzet van de instrumenten die de Minister ter beschikking staan de planologische regeling die de uitvoering van de dijkverbeteringsmaatregelen met bijbehorende werken mogelijk maakt, veilig te stellen.

De hier beschreven bevoegdheid is opgenomen in artikel 12 van de regels.